You are on page 1of 12

Alberto is de hoofdpersoon in dit verhaal, hij is journalist.

Martin, Alberto zijn neef, gaat elk jaar in September op


vakantie om typische plaatsen te bezoeken. Alberto had
bedacht voor Martín om naar India te gaan. Estrella is Alberto
zijn vrouw, zij is lerares. Diana en Óscar 7 en 10 jaar zijn
Alberto zijn kinderen. Bernarda is de vrouw van Martin, zij
had heel erg veel spullen gekocht in India. Waaronder een
tapijt, die ze voor heel goedkoop heel erg hadden afgedingt,
hij lag gelijk bij binnenkomst bij Martin en Bernarda zodat het
meer opviel. Het tapijt was rood, dik en vol tekeningen en
symmetrie. Tijdens het eten kreeg Martin en Alberto zijn
ogen niet van het tapijt af. Na het eten ging Martin weg en
kwam terug met een klein stukje krant waarop stond ‘help,
help astublieft, wij zijn slaven, vrijheid, Iqbal’. Ze hadden het
gevonden in het dikke deel van de rand van het tapijt. Alberto
dacht eerst dat het een grap was. Alberto vroeg of ze
telefoonnummers hadden, en wie er allemaal in de winkel
waren enzovoort. Bernarda was een vreemde vrouw die
onaardig was ze zei bijvoorbeeld dat kinderarbeiders nou
eenmaal bij het leven hoorden, ze was wel knap. Nadat
Martin en Estrella weg waren hadden ze een gesprek over het
briefje, dat het zeker echt moet zijn en wat ze ertegen
konden doen, dat wisten zij ook niet zo goed. Estrella zei wel
dat zij een lerares was en dus wist dat het van kleuter
handschrift was geschreven, en dat ze in India voorkeur
hadden voor meisjes en jongetjes die zulke dingen maken.
Estrella zei dat iedereen altijd heel erg naïef doet over dat het
in de fabriek gemaakt is en daarom heel erg goedkoop is, en
als wij dingen kopen dan helpen we de verkoper dus en dan
maakt iedereen ‘winst’. Perzië had kinderarbeid afgeschaft,
zo werden de kleden duurder, en hun grootste inkomstbron
waren de kleden en nu gingen ze dus kleden kopen van
andere Westerse landen, verloor Perzië zijn leidende rol. In
de Westerse landen kiezen ze hun land boven hun kind, er
zijn toch kinderen in overvloed. Alberto zei tegen Estrella dat
die hoopte dat hij het nooit had gevonden want dan zou
niemand het ooit hebben geschreven. Alberto ging de
volgende morgen kijken wat die kon doen. De volgende dag
had Alberto veel nachtmerries. Hij ging iedereen bellen van
het lijstje van Martín. De eerste vrouw was heel aardig, ze
had 2 tapijten, en in die van haar zat geen briefje en die van
haar moeder ging ze later vandaag checken. In de volgende
uit Sevilla was het tapijt nog niet aangekomen, en die daarna
zat er ook geen briefje in. Er stond een stukje over een
treinongeluk in op het stukje krant, Alberto belde een andere
journalist en die zocht op wanneer dat ongeluk was, het was
2,3 jaar geleden. Het briefje lag dus blijkbaar al 2 jaar en 3
maanden op het tapijt. Alberto heeft zelf heel erg veel passie
naar India toe, hij houdt van India. Hij dacht omdat hij zoveel
van India hield, had die zaak hem zo aangetrokken en
gefascineerd, de overweldige traan in de geschiedenis, alles
wat verborgen zat achter het noodlot van Iqbal. Midden in de
nacht belde de gids, Juan, hem: hij gaf erg veel informatie
over waar het kleed vandaan kwam enzovoort. Hij zei ook dat
hij er was geweest, Alberto vroeg of het door kinderen was
gemaakt, toen zei de gids dat hij het niet wist. Eventjes later,
nadat Oscar op de ramen van het huis had getekend, kreeg
Alberto een belletje van Edurne Estebaranz, zij had 2 kleden
gekocht 1 voor haarzelf en eentje voor haar moeder. Hij had
al eerder met haar gesproken maar toen zat er niks in haar
kleed, toen ze hem nu terugbelde zat er een briefje in het
kleed van haar moeder op de plek waar het ook zat bij
Martín. Zij kon zelf geen Engels maar kon wel de woorden
help en alsjeblieft lezen, en aan het eind van haar briefje
stond ook de naam Iqbal. Mevrouw Estebaranz was verdrietig
dat ze een kleed had gekocht, en ging het briefje van Iqbal
per fax naar hem toesturen. De volgende ochtend had
Alberto het briefje gekregen, er stond precies hetzelfde op.
Het briefje van Estebaranz was 7 maanden later dan het
briefje van Martin, kon je zien aan de krantendatum die
bovenop stond. Adrián zijn baas hield niet van protesteren,
goede dingen doen enzovoort. Adrián wou meer mensen
zoals Alberto, hij vond het bericht wat Alberto kwam brengen
over de briefjes wel schokkend. Hij vroeg aan Adrían of hij
daar naartoe mocht gaan, om contact, geld en een back-up.
Adrían zei dat hij met iemand in Barcelona moest praten, dat
diegene hem zal vertellen dat de mensen het daar zelf
oplossen. Alberto zei dat hij per se wou gaan, toen zei Adrían
ja maar je wilt geld en dat is moeilijk te krijgen. Hij zou alleen
gaan dus de kosten zouden minimaal zijn. Adrían vond het
een hele moeilijke beslissing hij vroeg zich af wat Alberto zal
doen als hij Iqbal vindt en ontdekt, Alberto antwoordde dat
hij het niet wist, maar misschien wat foto’s, een interview
met Iqbal, iets dat de publieke opinie doet schudden. Adrian
antwoordde daarop of hij wel had nagedacht dat hij dan Iqbal
in gevaar zou brengen, ‘ja’, ‘en dat riskeer je?’, ‘Iqbal zal
beslissen’. Iqbal wil gewoon vrij zijn, als hij tot slaaf is
gemaakt en wilt dat jij hem uit de gevangenis haalt. Adrían zei
dat hij eigenlijk heel jaloers was op Alberto zijn missie, maar
dat hij erg goed moest nadenken want wat moest hij doen
nadat hij Iqbal uit de gevangenis had gehaald, hij kon hem
niet adopteren en ook niet zomaar zeggen je bent vrij. Toni
Roura was de opperbaas van het kantoor van het tijdschrift
en Marisa was zijn secretaresse. Alberto vertelde hem dat hij
weer naar India ging, Toni antwoordde daarop: ‘alweer?’.
Alberto stelde Toni voor om voor hem een artikel te schrijven
over de filmindustrie in India, Toni dacht dat niemand zou
interesseren. Vervolgens vertelde Alberto de waarheid en
Toni vond dat een goed idee. Toni moest tenslotte 150/200
duizend peseta’s ervoor betalen. Toen Alberto thuiskwam
trof hij zijn dochter huilend aan omdat een meisje haar dik
had genoemd, zijn zoon had bijna een föhn in het bad
gestopt, zijn kinderen waren een uitputtende bron van
emoties. Hij vertelde nadat zijn kinderen naar bed waren aan
Estrella wat hij had gedaan die dag, en dat Toni heel veel
rookte. Hij vertelde aan haar dat Toni niet verbaasd was over
dat er 2 briefjes waren gevonden, maar wel over het
tijdbestek tussen de 2 briefjes. Estrella was toch een beetje
bezorgd over Alberto, of het niet gevaarlijk was enzovoort, en
dat ze wou dat haar 2 kinderen wel met vader opgroeiden.
Toch zei Alberto wel dat hij ging, hij moest eerst een visum
regelen met de Indiase ambassade en vervolgens beginnen
met de antimalariapillen. 2 weken hierna verliet Alberto
Barcelona en ging naar India. Het was een moeilijk gedag op
de airport. ‘Wees voorzichtig’ was het laatste was Estrella zei.
Zijn kinderen schaamde zich voor de kus van hem en Estrella
op de airport, en hij had nog een foto met z’n alle gemaakt.
Hij moest overstappen op Madrid om naar India te gaan

DEEL 2
Bombay en Calcutta zijn de 2 moeilijkste steden in India, de
afgrond van de enkelen rijken en de armoede van velen. Eerst
zou Alberto een paar dagen in Bombay doorbrengen om een
rapport te maken over de filmindustrie van het land. Toni
Roura wou dat uiteindelijk toch wel als aanvulling op het
verhaal van Iqbal. Alle hotels zijn daar toeristen getto’s, hij
sliep in de Taj Mahal. De eerste 2 dagen begon Alberto met
tijdsverandering te wennen en beginnen met kruiden eten
maar hij kreeg wel diarree net als altijd. Hij bezocht een paar
filmstudio’s, hij verzamelde minimaal materiaal om zijn
rapport voor te bereiden. Hij dacht veel aan zijn kinderen, en
de foto van het vliegveld en dan dacht hij erbij dat zijn
kinderen hem aan het aanmoedigen waren dus dat hij door
moest gaan. In India heb je een slecht en een goed, een yin
en een yang. Op een ochtend vloog hij om 12:15, wat 13:50
werd (heel normaal daar), naar Madurai, naarmate de
bestemming naderde naarmate Alberto meer angst,
hulpeloosheid en onzekerheid kreeg. Hij ging direct naar zijn
kamer ook sliep hij weer in de Taj, dit keer in Taj Garden. Een
kamer hier in Madurai was 3x zo goedkoop als in Bombay. Hij
zette zijn koffers neer en ging gelijk op stap met zijn camera’s.
Een driewieler taxi zette hem af bij de winkel: het was niets
anders dan een gebouw van 3 verdiepingen. Hij ging eerst de
voorkant fotograferen, voor het geval dat erna niet meer kon.
Er stonden overal reclameborden over de winkel, alles
fotografeerde hij. Toen hij binnenkwam vielen gelijk 2
medewerkers hem aan met allemaal verkooptrucs, maar hij
zei dat hij alleen maar om zich heen aan het kijken was. Hij
wachtte totdat er een groep toeristen kwam. Alberto vroeg
zich af waarom zij zijn hartslag niet konden horen. Geen een
toeristengroep kwam binnen, dus hij riep een verkoper bij
zich. Hij was goed in Engels maar de verkoper wou graag zijn
Spaanse kunsten met hem delen. Hij moest erg zijn best doen
om zijn spanning in bedwang te houden en goed te acteren
en concentreren. Eerst vroeg hij of ze handgemaakt waren:
‘Ja meneer, natuurlijk, wij beschikken over een groot
vakmanschap. Wij het grootste huis in Madurai, verkopen aan
iedereen.’ Zij waren hele goede verkopers. De verkoper hield
de baas erbij die heel goed Engels kon en ging samen met
Alberto onderhandelen. Alberto zei dat hij eerst zeker wou
weten of ze handgemaakt waren en vroeg vervolgens om de
werkplaats te zien. De baas stuurde de andere verkoper naar
boven, eventueel om de arbeiders met elkaar te laten kletsen
ofzo dat het er minder erg uitzag. Vervolgens ging de baas
kletsen met Alberto over zijn reis en zijn hotel. De andere
verkoper kwam er weer aan, en nam Alberto mee naar
boven. Er waren een aantal deuren, en toen de verkoper een
deur opende betrad hij voor het eerst een wereld die hij had
leren kennen. Een wereld waar het Westen zich de rug toe
keert terwijl hij over de tapijten loopt die het resultaat zijn. In
de winkel werkten 9 kinderen, 6 jongens en 3 meisjes. De
oudste was ongeveer 12/13 jaar en de jongste ongeveer 7
maar de leeftijd was moeilijk te schatten. De tapijten waren
mooi maar de kinderen waren erg vies en dun. ‘Maken deze 9
‘arbeiders’ al jullie tapijten?’ ‘Nee meneer we hebben een
fabriek met meer personeel om aan de vraag te voldoen,
maar dit is onze school en die kinderen zijn onze beste
vakmensen en dat kan je geloven want kijk naar dit werk’. Op
dat moment pakte hij een vloerkleed van een meisje, het was
inderdaad heel mooi maar haar vingers waren erg dun en
bijna zonder nagels en vol littekens. De blik die het meisje
haar gaf had Diana hem nog nooit gegeven en hij kon het niet
uitleggen. Alberto zei dat ze zeker veel verdiende voor de
ouders. Er was alleen 1 heel klein raampje die vol bedraad
zat. Hij zat allemaal verkooptrucs tegen Alberto te vertellen
maar hij luisterde niet en keek alleen maar om zich heen. Hij
vroeg hoelang het duurde om zo een kleed te maken maar
daar kreeg hij geen antwoord op ‘tijd maakt niet uit de
waarde zijn eeuwen en voor altijd’. Alberto vroeg aan het
meisje wie het oudst leek hoe oud ze was, ze keek eerst naar
de man of ze mocht antwoorden vervolgens zei ze haar
naam. Hij had de naam Iqbal niet genoemd want dat durfde
hij niet. Hij zei dat hij de tour heel erg interessant vond en ze
verlieten de ‘werkplaats’. Hij was weg gegaan en gezegd dat
hij morgen terug zou komen, zijn taxi stond nog steeds buiten
te wachten in de hoop dat hij zijn gedachte had veranderd.
Hij liep vervolgens naar de tempel, nadenkend over die
kinderen. Hij ging naar de tempel voor vrede en meditatie
zodat hij van zijn stress af kwam. Hij kwam een oude,
spirituele vrouw tegen in de tempel, zij straalde
vriendelijkheid uit en door haar heeft hij vleugels gekregen.
Geloven, hij is nergens zeker van en hij ging terug. De
tapijtwinkel was al gesloten, geen licht te bekennen en alles
was donker. De 2 huizen ernaast zagen er wel bewoond uit.
Hij liep om de hoek en zag een typisch Indiaans steegje, India
is geen land van misdaad maar iemand kan je altijd verassen.
Alberto had geen moeite met de achterkant van het gebouw
te herkennen. Hij ging zijn eerste misdaad plegen. Hij zette
dozen op elkaar en klom het muurtje over zodat hij in de
achtertuin van het gebouw was. Hij pakte nieuwe dozen en
zette ze onder het kleine raampje neer. En toen hij het zag
stopte zijn hart. Alle 9 jongens en meisjes sliepen in de verste
hoek, samen, op een hoopje en op de grond. Hij maakte
Narayan, het oudste meisje wakker door met zijn zaklamp af
en aan in haar ogen te schijnen. Ze werd heel erg bang
wakker, Alberto was bang dat ze ging schreeuwen. ‘Niet
schreeuwen Narayan kom dichterbij’ ‘Ik was hier vandaag, ik
ben gekomen om te helpen’. Narayan was heel erg stil, zelfs
nadat hij Iqbals naam had uitgesproken. Het waren
verschrikkelijke 5 seconden vol twijfels en onzekerheden. Ten
slotte stond Narayan op liep naar het kleine raam en stond op
een tafel om op zijn lengte te komen. ‘Iqbal?’ vroeg ze ‘De
berichten op de zomen van de tapijten’, ja knikte ze snel, haar
ogen straalden voor het eerst. ‘Wie van jullie is Iqbal?’, alles
stortte in: ‘Iqbal stierf een jaar geleden meneer’. Narayan
vertelde dat ze Iqbal hadden vermoord als les, ze hadden niet
de noodbriefjes gevonden want Iqbal verstopte die goed.
Maar Iqbal vroeg om vrijheid, geld voor werk en geen
slavernij, hij sloot zich aan bij een vakbond, hij stierf op zijn
twaalfde. Hij was de leider van die vakbond. Narayan vroeg of
hij was gekomen voor Iqbal waarop Alberto antwoordden ja,
toen vroeg ze ‘Alleen Iqbal?’. Alberto dacht terug aan wat hij
tegen Toni had gezegd, Toni zei dat dit overal gebeurd en of
hij dan iedereen ging redden en toen zei Alberto maar ik weet
als enige waar Iqbal is. Narayan en de rest waren opgesloten
en konden daar niet wegkomen, 3 van de 9 zwierven alleen
op straat en de rest was gekocht van hun ouders. Narayan
was er al 3 jaar en was voor 20 dollar gekocht. Rajiv werd op
4-jarige leeftijd gekocht voor 15 dollar en Chandaben op 5-
jarige leeftijd voor 16 dollar. Narayan zou ontsnappen als het
kon en zei dat alle kinderen daar naar buiten wouden. Dat
Iqbal had verteld dat iemand hun op 1 dag kwam redden en
dat hij is gestorven voor alle jongeren. Er was niemand ’s
nachts in het gebouw, maar hij moest nadenken hoe hij dit
ging doen. Alberto had Narayan beloofd om terug te komen
omdat voor hem iedereen daar Iqbal is, Narayan geloofde
hem eerst niet. Hij ging terug naar het hotel. Alberto zat de
hele tijd na te denken, want hij kon ze niet alle 9 mee naar
huis nemen, ook niet op straat laten liggen, wat moest hij
doen? Hij heeft in bad gezeten en ging erna naar buiten. Hij
hield altijd zo van India, maar hij wist er eigenlijk helemaal
niks vanaf. In zijn buurt waar hij sliep waren geen zwervers,
na een tijd wandelen kwam hij ze tegen. Hij ging bij een sloot
zitten, met zijn voeten in het water. Er kwam een heilige aan,
hij zei dat het hem speet en de heilige maakte een
stopgebaar. Hij zag eruit als Gandhi. Hij vroeg of die haast
had, waarop hij zei nee, en waarop de heilige weer zei: een
westerling die geen haast heeft, indrukwekkend’. Hij ging
naast hem zitten. Hij zei dat zijn aura negatief was en dat hij
zijn aura kon voelen. Er was chaos in zijn aura, daarom zei hij
dat hij naar de muziek van de wind moest luisteren want die
begeleidde hem. Alberto zei dat hij in India was om te
mediteren, waarop de heilige antwoordde: hoe kan je
mediteren als je je gevangen voelt door hulpeloosheid? Hij zei
dat hij moest gaan slapen. Alberto wou hem geld geven, maar
hij nam het niet aan. En Alberto zei sorry voor dat hij hem
had wakker gemaakt, maar dat het geen toeval was dat hij de
boom was waardoor hij het hele bos erachter niet kon zien en
daardoor de wereld ervoor open ging. Hij zei nog dat Alberto
zijn aura wit was, maar functioneert als een prisma. Hij vroeg
of hij er morgen weer was, maar nee. Volgende ochtend werd
Alberto laat wakker en ging gelijk onder de douche staan om
zijn hoofd leeg te zijn. Hij las de krant en zag een advertentie:
de mogelijkheid om een Indiaas kind te ‘adopteren’ door
maandelijks een klein bedrag te betalen en dan kreeg je
nieuws hoe het met het jongen/ meisje ging. Hij had het
antwoord. Hij ging blij en opgewonden naar zijn kamer, maar
ook zenuwachtig. Hij belde Estrella, na 2x nam ze op, hij legde
uit dat Iqbal was overleden maar dat er in Barcelona een
stichting is die Indiase kinderen helpt. Zij ging alles uitzoeken
voor hem, maar ze had maar een uur want in Spanje was het
al 17:00. Hij moest op de hotelkamer blijven. Estrella belde
hem een kwartier later, de stichting heette RDM, het was een
soort boederij, het lag in Anantapur bij Bangalore bij Madurai
in de buurt. Het telefoonnummer in Barcelona nam niet op,
maar ze ging hun direct als ze wakker werd de volgende
ochtend bellen. Hij ging erna bellen met Diana en Oscar. De
rest van de dag was voorbereidend op de avond, hij kocht
een hele grote tang waarmee je dikke draden en ijzeren
kettingen kan doorsnijden. Hij ging in de avond weg van zijn
hotel met alleen zijn zaklamp en tang. Hij ging eerst naar het
riviertje waar hij gister met de heilige zat, maar hij was er niet
en liep vervolgens door met een riksja (taxi) naar het
centrum. Hij kwam aan en toen stonden de lichten nog aan,
een kwartier later gingen ze uit. Hij ging weer hetzelfde als de
dag ervoor naar boven, Narayan werd gelijk wakker. Ze zei
dat hij beter via de deur kon gaan, hij klom een muurtje over
en was vervolgens bij de gang met 4 deuren, aan hun deur
hing een ketting, de tang deed zijn werk langzaam. De
kinderen stonden in een groepje met ogen wagenwijd open
voor de deur. Narayan ging eerst de muurtjes over en
vervolgens de kinderen en als laatst Alberto. Narayan sprak
Indiaans tegen hun want ze spraken geen Engels. Narayan
ging weer terug naar binnen, zonder te zeggen waarom
Alberto begreep haar niet want ze hadden niks nodig. Het
duurde 5 minuten, hele spannende enge minuten, voor
Narayan terugkwam. De rest wachtte buiten op straat, ze
begonnen te rennen weg van Pankaj Shah. Narayan had
Pankaj Shah in de vik gestoken, het was vanaf bijna de hele
stad zichtbaar. Hij gaf geld en een brief mee voor Narayan,
die het treinstation naar binnen ging. Hij ging zelf terug naar
het hotel heel erg snel om zijn koffers op te halen, met een
riksja. Zonder de winkel Pankaj Shah, konden ze ook geen
kinderen tot slaaf meer maken. Toen hij terugkwam op het
station waren de kinderen er nog. Ze gingen met de trein
naar Anantapur. De ouders van Narayan hadden haar
verkocht omdat ze geen dochter wouden, alleen maar zonen.
Omdat dochters kosten bruidsschat. Haar vader had ook haar
zus verkocht, maar die is overleden. Ze vertelde over Iqbal: hij
was heel erg sterk, grote glimlach, op 5 jaar oud verkocht, hij
is 3x ontsnapt maar niet om weg te rennen maar hij bracht
jongens en meisjes samen, hij staakte, ze hebben hem in
elkaar geslagen en zo was hij overleden, iqbal kwam met het
idee briefjes in kleden en ze wisten zeker dat ‘hij’ (iemand uit
het westen) hen ooit zou vinden. Narayan gaf geen antwoord
op de vraag waarom zij de winkel in de brand had gestoken.
Het was een hele lange reis door India, maar ook door
Alberto zelf. In de avond moest Alberto huilen, alleen,
verloren, bevrijd, gevonden, verlost. Ze gingen overstappen
bij Bangladore, daar hadden ze wat gegeten. Toen ze
aankwamen bij RDM, moest hij het hele verhaal uitleggen. Ze
hadden geen hele fijne aankomst, ze werden niet gelijk
aangenomen en meneer Serradell, de man van Ventura
Masferrer (de man tegen wie Alberto alles moest uitleggen)
dat dit echt zelden voorkwam. Hij vertelde Alberto dat zijn
missie nu is afgelopen, en niet meer kan doen dat dit, je kan
niet alle slaven bevrijden. Maar dat er nu in ieder geval een
oudere generatie komt met meer eerlijkheid, gelijkheid en
cultuur als hij zijn verhaal uitbrengt. Alberto zei dat hij
inderdaad gek was dat hij dit had gedaan. Meneer Serradell
zei dat de afgelopen 100 jaar de mens de wereld agressiever
heeft aangevallen dan in de hele geschiedenis, en dat de
planeet nu pas begint zichzelf te verdedigen. Hij behoorde tot
de mens van de primeurs zei hij, en dat was het grootste
compliment wat Alberto ooit had gekregen. Hij was na 2
dagen vertrokken want hij werd laat wakker, het regende en
zodat hij nog met de persoon van RDM kon praten die het
daar begeleidde. Toen hij afscheid van de kinderen nam
waren en tranen, knuffels en kusjes. Narayan vertelde hem 1
woord wat hij moest denken aan zijn kindertijd, ‘Bapn’ wat
iets betekende als vader. Hij dacht aan wat Ventura
Masferrer hem vertelde: je kunt niet alles in 1x veranderen,
maar het is voldoende om 1 eerste stap te zetten. Hij kon,
aangekomen in Bangalore, gelijk een vlucht naar Londen en
daarna naar Barcelona. Hij ging eerst naar het hotel ‘Taj
Mahal’ van de eerste nachten, en belde Estrella dat hij naar
huis kwam. Hij kocht cadeaus voor de kinderen en Estrella. Hij
begon in het vliegtuig te schrijven, voordat de emoties
konden worden gezeefd. Elke dag zijn er meer mensen die
zich ervan bewust zijn dat ze veel geld betalen voor
voorwerpen die gemaakt zijn met bloed, zweet en tranen van
kinderen. En dat is de eerste grote stap.

You might also like