LESVOORBEREIDINGSFORMULIER:

Naam student: Anke Grothe Klas: P13EhvA slber: Harry Litjes Datum: 17-03-2014

Stageschool: Basisschool Leuken Mentor: Inge Vanderhoven Groep: 3/4

Muziek

Lesdoel: Het liedje De Spin foutloos kunnen zingen, met het goede ritme en goede toonhoogte. Persoonlijke leerdoel: Ik wil het lied De Spin volgens de weggeeftechniek aanleren op basis van het stappenplan liedleiding. Ik wil ritmische bouwstenen van het lied met de kinderen oefenen. Ik wil het resultaat van zingen en spelen bevorderen door positieve feedback tijdens het aanleren. Ik geef complimenten waardoor positief gedrag benoemd wordt. Beginsituatie: De kinderen hebben iedere dinsdagmiddag een ruim half uur muziekles. De kinderen weten wat kwart-halve en hele noten zijn, hoe lang deze duren, en hoe een maat opgevuld kan worden. Ook weten ze welke instrumenten er zijn. Kinderen hebben nog nooit met mij een liedje geoefend, dus dat is wel spannend. Het is belangrijk dat de kinderen weten hoe ver ze kunnen gaan bij mij. Meteen duidelijk aangeven. Inleiding: Ik vertel een inleidend verhaaltje over een spin. Dit is nu ook het onderwerp van de bieb, dat gaat over een spin en een boekenwurm (dit is ook de reden dat ik voor dit liedje heb gekozen). Dan ga ik vertellen dat we er vandaag een liedje over gaan leren. Ik kan de spin erbij pakken die we hebben gekregen van de bieb. Kern: Ik begin met het liedje voor te zingen: De spin wiedewin, de spin wiedewin Die weeft een web, die weeft een web De spin wiedewin, de spin wiedewin Die vangt daar mugjes en vliegjes in! Dan vragen stellen over het liedje. Over wie gaat het liedje? Wat doet de spin? Welke beestjes komen nog meer voor in het liedje? Met behulp van een powerpoint probeer ik de kinderen het liedje aan te leren. Steeds meer woordjes erbij voegen zodat het niet te moeilijk is. Vragen welke noten er in het liedje voorkomen. Is het een hoog of laag liedje? Vinden de kinderen het een moeilijk liedje?

Afsluiting: Alle elementen van de les komen als een logisch geheel terug in de afsluiting van de les. Ik oefen het liedje met liedbegeleiding (CD) met de kinderen. Ter evaluatie zal ik vragen wat de kinderen van deze les vonden. Werd er goed gezongen? Kunnen we dit een ander keertje ook nog doen? Werd er goed naar elkaar geluisterd en hebben we elkaar kunnen helpen met zingen? Hebben we plezier gemaakt met zn allen? Willen we het liedje misschien wel aan anderen laten horen?
Reflectie van de student:

Evaluatie van de mentor: