Professional Documents
Culture Documents
Docentenhandleiding Lessen
in Literatuur
Overzicht
Materiaal
Aanbevelingslijst (jeugd)literatuur op
basis van de leesniveaus.
http://www.lezenvoordelijst.nl/
http://boekenzoeker.org/
Overige informatiebronnen
Doelstellingen
Activiteiten
De docent inventariseert het leesniveau van de verschillende leerlingen of
weet het actuele leesniveau van de leerlingen.
De leerling leest of heeft een boek gelezen dat aansluit op zijn huidige
leesniveau en persoonlijke interesse.
De leerling maakt de bijpassende verwerkingsopdracht uit de reeks. Dit kan
in de les of in sommige gevallen ook thuis (huiswerk).
Kenmerken leerling
Kenmerken boek
Leesattitude
1 zeer beperkt
belevend
2 beperkt
Enige mensenkennis en
maatschappelijke basiskennis
herkennend
3 enigszins beperkt
reflecterend
4 enigszins uitgebreid
Gevarieerde en niet-alledaagse
woordkeus; vraagt om waardeoordelen van leerling
interpreterend
5 uitgebreid
Geraffineerde woordkeus,
complexe structuur
letterkundig
6 zeer uitgebreid
Intertekstualiteit, potisch,
experimenteel en of symbolisch
taalgebruik
academisch
De lessen zijn zo opgezet dat zij de leerling ondersteunen in de overgang van het actuele naar het nieuwe niveau (zone van
naaste ontwikkeling) en als zodanig ingedeeld: van niveau 1 naar niveau 2 (niveau 1-2); van niveau 2 naar niveau 3 (niveaiu 2-3);
van niveau 3 naar niveau 4 (niveau 3-4). Omdat niveau 4 het ideale startniveau is bij aanvang van de tweede fase zijn de overige
competenties niet meegenomen voor deze lessen in de onderbouw.
Boeken die de leerlingen lezen moeten wat complexiteit betreft overeenstemmen met de competentie van de leerling om de
leesbevordering en literaire competentie te stimuleren .
Verder zijn de lessen onder een bepaald thema geschaard, waarbij er voor elke leerling op zijn of haar niveau een
verwerkingsopdracht is gemaakt. Op deze manier wordt klassikaal ook de vaardigheid binnen een bepaald domein gestimuleerd:
schrijven, spreken, luisteren en of kijken.
Themas
1.
2.
3.
4.
5.
6.
Schrijven
Transmedialiteit
Overtuigen
Gesprekken
Film
Creatief schrijven
Overzicht lessenreeks
1 Thema: Schrijven (n.a.v. boek)
A Niveau 1-2 De leerling schrijft een brief aan het hoofdpersoon in zijn boek geeft daarin aan wat hij of zij goed heeft gedaan.
Maar de leerling levert ook kritiek op een negatieve eigenschap dat gevolgen had voor het verhaal.
B Niveau 2-3 De leerling verplaatst zich in een bijfiguur uit het boek en schrijft een dagboekfragment (ca. 400 woorden) over een
voor hem of haar belangrijke passage in het boek. De leerling geeft daarin zijn visie (als bijfiguur) over wat er is gebeurd en wat de
leerling (als bijfiguur) er van vond.
C Niveau 3-4 De leerling zoekt een actueel achtergrondartikel in een tijdschrift of krant dat te maken heeft met een voor de
leerling belangrijk thema of motief in het boek, bijvoorbeeld kindsoldaten, pesten, van huis weglopen, scheiding, verliefd zijn,
school etc.. Aan de hand van dit achtergrondartikel schrijf de leerling een informatief artikel voor een specifiek blad. Het blad sluit
aan op het door de leerling gekozen onderwerp en verwijst in het artikel naar passages in het boek. Let op: de leerling schrijft dus
voor een specifieke doelgroep.