Professional Documents
Culture Documents
WAW32542NL, WAW28542NL
nl Gebruiksaanwijzing en installatievoorschrift
Uw nieuwe wasmachine Weergaveregels
2
nl
3
nl Correct gebruik van het apparaat
4
Veiligheidsvoorschriften nl
5
nl Veiligheidsvoorschriften
6
Milieubescherming nl
7
nl Het belangrijkste in het kort
1 @ @ @
2 @ @ @
FODFN
3 @ @
4 @ @ @
8
Het apparaat leren kennen nl
Wasmachine
6 7
( Wasmiddellade ~ Blz. 22
0 Bedieningspaneel en display
8 Vulvenster met greep
9S Vuldeur openen
9T Vuldeur sluiten
@ Serviceklep
9
nl Het apparaat leren kennen
Bedieningspaneel
10
Het apparaat leren kennen nl
11
nl Wasgoed
12
Wasmiddel nl
Energie en wasmiddel
C Wasmiddel besparen
ledW
m
sai
13
nl Programma-overzicht
/ Programma-overzicht
thcizrem
avom
rg-oaP
r
Programma's op de programmakiezer
Programma / Soort wasgoed / Aanwijzingen Instellingen
Naam programma Maximale belading
Korte toelichting bij het programma, bijv. voor welke selecteerbare Temperatuur (Ž= koud)
textielsoorten het geschikt is.
selecteerbare Centrifugetoerental **;
$ = Spoelstop,
0 = geen centrifugeren, alleen
afpompen
selecteerbare aanvullende
programma-instellingen
Katoen max. 9 kg/5* kg
Stevig textiel, kookbestendig textiel van katoen of linnen Ž - 90 °C
Aanwijzingen $, 0 - 1600** tpm
■ Bij instelling EcoPerfect is de wastemperatuur lager dan de
geselecteerde temperatuur. Bij een bijzondere wens ten EcoPerfect, SpeedPerfect,
aanzien van het bereiken van de temperatuur van het Voorwas,
wassop het programma zonder instelling EcoPerfect Extra spoelen,
eventueel met een hogere temperatuur gebruiken.
Licht strijken
■ Bij instelling SpeedPerfect geschikt als kort programma
voor licht verontreinigd wasgoed.
Kreukherstellend max. 4 kg
Textiel van synthetische of gemengde weefsels. Ž ... 60 °C
$, 0 - 1200 tpm
EcoPerfect, SpeedPerfect,
Voorwas,
Extra spoelen,
Licht strijken
* gereduceerde belading bij instelling SpeedPerfect
** max. centrifugetoerental afhankelijk van het model
*** Programma afhankelijk van het model
14
Programma-overzicht nl
15
nl Programma-overzicht
16
Programma-overzicht nl
17
nl Programma-overzicht
18
Programmavoorinstellingen nl
19
nl Programmavoorinstellingen
Temperatuur Klaar in
Voor en tijdens het programma kunt u Vóór de programmastart kunt u het
afhankelijk van de programma-einde (klaar in tijd) in
programmavoortgang de ingestelde stappen van 1 uur (h=uur) tot maximaal
temperatuur wijzigen. 24 h van te voren instellen.
De maximaal in te stellen temperatuur Hiervoor:
hangt af van het gekozen programma. 1. Programma kiezen.
De programmaduur voor het
Centrifugetoerental gekozen programma bijv. 2:30
(uren:minuten) weergegeven.
(Centrifugeren) 2. Toets Klaar in net zo vaak kiezen tot
Voor en tijdens het programma kunt u het gewenste aantal uren verschijnt.
afhankelijk van de Aanwijzing: Met de toets Klaar in +
programmavoortgang het wordt de instelwaarde verhoogd en
centrifugetoerental (in tpm; toeren per met toets Klaar in - verlaagd.
minuut) wijzigen. 3. Toets A kiezen.
Instelling 0 : Zonder eindcentrifugeren, Het programma start.
het water wordt alleen afgepompt. Het Op het display wordt het gewenste
wasgoed blijft nat in de trommel liggen, aantal uren bijv. 8h weergegeven en
bijv. voor wasgoed dat niet afgeteld totdat het wasprogramma
gecentrifugeerd moet worden. begint. Dan wordt de
programmaduur weergegeven.
Instelling $ : Spoelstop = zonder
eindcentrifugeren, het wasgoed blijft na Aanwijzing: De programmaduur wordt
de laatste keer spoelen in het water bij een lopend programma automatisch
liggen. aangepast. Wijzigingen van de
Spoelstop kunt u kiezen om programma-voorinstellingen resp.
kreukvorming te voorkomen, wanneer programma-instellingen kunnen ook tot
na afloop van het programma het veranderingen in de programmaduur
wasgoed niet direct uit de machine leiden.
wordt genomen. Na programmastart (wanneer een Klaar
Om het programma te hervatten / te in-tijd wordt gekozen en het
beëindigen ~ Blz. 25 wasprogramma nog niet is gestart) kunt
Het maximaal instelbare toerental hangt u het vooringstelde aantal uur als volgt
af van het gekozen programma en nog wijzigen:
model. 1. Toets A kiezen.
2. Met toets Klaar in - of + het aantal
uur wijzigen.
3. Toets A kiezen.
Na het starten van het programma kunt
u indien nodig wasgoed bijvullen of
uitnemen. ~ Blz. 25
20
Extra programma-instellingen nl
Wasmachine voorbereiden
Aanwijzing: Wasmiddel over
compartiment I en II verdelen. Aanwijzing: De wasautomaat moet
deskundig worden geplaatst en
Extra spoelen aangesloten zijn. vanaf ~ Blz. 36
Extra spoelcyclus voor bijzonder 1. Stekker in wandcontactdoos steken.
gevoelige huid en/of voor gebieden met 2. Kraan opendraaien.
zeer zacht water. 3. Vuldeur openen.
4. Controleren of de trommel geheel
Licht strijken leeg is. Eventueel leegmaken.
21
nl Apparaat bedienen
22
Apparaat bedienen nl
23
nl Apparaat bedienen
24
Apparaat bedienen nl
25
nl Apparaatinstellingen
Instelmodus activeren
1. Toets # indrukken.
Het apparaat is ingeschakeld en het
■ Vuldeur en wasmiddellade open programma Katoen wordt op positie
laten zodat het restwater kan 1 weergegeven.
opdrogen. ~ Blz. 27 2. Op toets Temperatuur drukken en
■ Altijd het programma-einde tegelijkertijd de programmakiezer
afwachten, omdat anders het naar rechts op positie 2 verder
apparaat nog vergrendeld kan zijn. draaien. Toets loslaten.
Vervolgens het apparaat inschakelen De instelmodus is geactiveerd en op het
en wachten op de ontgrendeling. display verschijnt het vooringestelde
■ Wanneer het display na afloop van volume voor de instructiesignalen.
het programma niet verlicht is, dan is
de energiebesparingsmodus actief. U kunt nu de instellingen wijzigen:
Om de displayverlichting weer in te
schakelen een willekeurige toets Signaalvolume wijzigen
indrukken.
Met de toets Klaar in + of - wijzigt u op
de programmakiezer posities:
■ 2: het volume voor de
instructiesignalen en/of op
Q Apparaatinstellingen ■ 3: het volume voor de toetssignalen.
negni l letsni taraA
p
0 = uit,
U kunt de volgende instellingen 1 = zacht,
veranderen: 2 = gemiddeld,
■ het volume voor de toetsen en 3 = luid,
instructiesignalen (bijv. aan het 4 = zeer luid
programma-einde) en/of
■ de functie automatisch uitschakelen Instelmodus afronden of:
van het apparaat activeren/
deactiveren en/of ~ Blz. 7 Automatisch uitschakelen van
■ het instructiesignaal
trommelverzorging in-/uitschakelen het apparaat activeren/
(afh. van model). vanaf ~ Blz. 14 deactiveren
Voor het wijzigen van de instellingen Met toets Klaar in + of - kiest u op de
moet u eerst altijd de instelmodus programmakiezer positie 4 de functie
activeren. automatisch uitschakelen aan (On) of
uit ( (OFF).
26
Sensoren nl
Instructiesignaal Aquasensor
trommelverzorging in-/ afhankelijk van model
uitschakelen De Aquasensor controleert tijdens het
afhankelijk van model spoelen de troebelheidsgraad van het
spoelwater (troebelheid wordt
Met toets Klaar in + of - schakelt u op veroorzaakt door vuil en
programmakiezer positie 5 het wasmiddelresten). Afhankelijk van de
instructiesignaal Trommel reinigen in troebelheid van het water worden het
(On) of uit (OFF). aantal en de duur van de spoelbeurten
vastgesteld.
Instelmodus afronden
Voor het beëindigen en opslaan van de
instellingen drukt u op toets #.
Het apparaat is uitgeschakeld. De 2 Reinigen en
gekozen instellingen zijn actief bij de
volgende keer inschakelen. onderhouden
neginR
ie ne neduohredno
: Waarschuwing
Levensgevaar!
Bij contact met onder spanning staande
H Sensoren onderdelen bestaat er
nerosS
ne
elektrocutiegevaar.
Schakel het apparaat uit en trek de
Beladingsautomaat stekker uit het stopcontact.
Afhankelijk van het soort textiel en de
belading past de beladingsautomaat
: Waarschuwing
het waterverbruik en de Kans op vergiftiging!
programmaduur optimaal aan elk Door oplosmiddelhoudende
programma aan. reinigingsmiddelen zoals wasbenzine
kunnen giftige dampen ontstaan.
Gebruik geen oplosmiddelhoudende
Onbalans-controlesysteem reinigingsmiddelen.
Het automatische onbalans- Attentie!
controlesysteem herkent onbalans en
Schade aan het apparaat
zorgt door meermaals
aanloopcentrifugeren voor een Oplosmiddelhoudende
gelijkmatige verdeling van het wasgoed. reinigingsmiddelen, zoals bijv.
wasbenzine, kunnen oppervlakken en
Bij een heel ongunstige verdeling van onderdelen van het apparaat aantasten.
het wasgoed wordt om Gebruik geen oplosmiddelhoudende
veiligheidsredenen het eindtoerental reinigingsmiddelen.
verlaagd of niet gecentrifugeerd.
Zo voorkomt u biofilmvorming en
Aanwijzing: Kleine en grote stukken geuroverlast:
wasgoed in de trommel doen.
27
nl Reinigen en onderhouden
Aanwijzingen Wasmiddellade en de
■ Zorg voor een goede ventilatie van behuizing daarvan
de ruimte waarin de wasautomaat is
geplaatst. Als er resten wasmiddel of
■ Laat de vuldeur en de wasverzachter aanwezig zijn:
wasmiddellade iets open staan 1. Wasmiddellade uittrekken. Inzetstuk
wanneer de wasautomaat niet naar beneden drukken en de lade er
gebruikt wordt. helemaal uithalen.
■ Was af en toe met een Katoen 2. Inzetstuk eruit halen: met de vinger
60 °C-programma, gebruik makend het inzetstuk van onder naar boven
van een poederwasmiddel voor drukken.
hoofdwas.
28
Reinigen en onderhouden nl
5. Pompdeksel voorzichtig
losschroeven, er kan restwater uit
lopen. 4. Afvoerslang weer erop steken en de
Binnenruimte, schroefdraad van het aansluiting met een slangklem
pompdeksel en pomphuis reinigen. vastzetten.
De waaier van de pomp moet
gedraaid kunnen worden. Zeef in de watertoevoer
Pompdeksel weer plaatsen en verstopt.
vastschroeven. De handgreep staat
verticaal. Verlaag eerst de waterdruk in de
toevoerslang.
1. Kraan dichtdraaien.
2. Willekeurig programma kiezen
(behalve Centrifugeren/Afpompen).
3. Toets A kiezen. Programma ca. 40
seconden laten draaien.
4. Toets # indrukken. Het apparaat is
uitgeschakeld.
6. Serviceklep plaatsen, inklikken en 5. Stekker uit het stopcontact halen.
sluiten.
29
nl Storingen, wat te doen?
Noodontgrendeling
bijv. bij stroomstoring.
Het programma loopt door als er weer
stroom is.
Als het wasgoed toch uit de trommel
gehaald moet worden, dan kan de
vuldeur geopend worden zoals hierna
beschreven:
30
Storingen, wat te doen? nl
31
nl Storingen, wat te doen?
32
Storingen, wat te doen? nl
Storingen Oorzaak/Oplossing
Geurvorming in de Programma Trommel reinigen of Katoen 90 °C zonder wasgoed draaien.
wasmachine. Gebruik daarbij een poederwasmiddel of een bleekmiddelhoudend wasmiddel.
Aanwijzing: . Ter voorkoming van schuimvorming slechts de helft van de door
de wasmiddelproducent aanbevolen hoeveelheid wasmiddel gebruiken.
Gebruik geen wol- of fijnwasmiddel.
Symbool Å gaat Teveel wasmiddel gebruikt?
branden op het display. Er Een eetlepel wasverzachter met 1/2 l water mengen en in compartiment II
komt eventueel schuim doen (niet bij outdoor- en sportkleding en textiel met dons!).
uit de wasmiddellade.
Bij de volgende was minder wasmiddel gebruiken.
Harde geluiden, trillingen ■ Is het apparaat gesteld? Apparaat stellen. ~ Blz. 42
en „wandelen” tijdens het ■ Zijn de voetjes vastgezet? Voetjes van het apparaat vastzetten. ~ Blz. 42
centrifugeren. ■ Transportbeveiligingen verwijderd? Transportbeveiligingen verwijderen.
~ Blz. 38
Display / displaylampen ■ Stroomstoring?
werken tijdens het bedrijf ■ Zekeringen geactiveerd? Zekeringen inschakelen/vervangen.
niet. ■ Wanneer de storing herhaald optreedt de servicedienst inschakelen.
Wasmiddelresten op het ■ Soms bevatten fosfaatvrije wasmiddelen resten die niet in water oplosbaar
wasgoed. zijn.
■ Spoelen kiezen of wasgoed na het wassen uitborstelen.
In de pauze-toestand ■ Waterniveau te hoog. Bijvullen van wasgoed niet mogelijk. Vuldeur direct
verschijnt - P - op het sluiten.
display. ■ Toets A kiezen om het programma te hervatten.
In de pauze-toestand De vuldeur is ontgrendeld. Bijvullen van wasgoed mogelijk.
verschijnt - P - en ÿ op
het display.
Wanneer u een storing niet zelf kunt verhelpen (na uit/inschakelen) of wanneer een reparatie noodzakelijk is:
■ Apparaat uitschakelen en de stekker uit het stopcontact trekken.
■ Kraan dichtdraaien en de Servicedienst inschakelen.
33
nl Servicedienst
4 Servicedienst
tsneidecivS
re
(1U )'
E-nr. Typenummer
FD Fabricagenummer
Deze gegevens vindt u *afhankelijk van
het model:
aan de binnenkant van de vuldeur* / de
geopende serviceklep* en aan de
achterkant van het apparaat.
Vertrouw op de competentie van de
fabrikant.
Neem contact met ons op. Zo weet u
zeker dat de reparatie door goed
opgeleide servicemonteurs wordt
uitgevoerd die de beschikking hebben
over de originele reserve-onderdelen.
34
Verbruikswaarden nl
[ Verbruikswaarden
nedw
raskiurbV
re
35
nl Technische gegevens
Afmetingen: Leveringsomvang
850 x 600 x 590 mm
(hoogte x breedte x diepte) Aanwijzing: Controleer de machine op
transportschade. Een beschadigd
Gewicht: apparaat nooit in gebruik nemen. Voor
70 - 85 kg (afh. van het model) klachten kunt u terecht bij de winkel
Netaansluiting: waar u het apparaat hebt aangeschaft
Netspanning 220-240 V, 50 Hz of bij onze servicedienst. ~ Blz. 34
Nominale stroom 10 A
Nominaal vermogen 2300 W
Waterdruk:
100 - 1000 kPa (1 - 10 bar)
Opgenomen vermogen in
uitgeschakelde toestand:
0,12 W
Opgenomen vermogen in
Standby-toestand
(niet-uitgeschakelde toestand):
0,43 W
36
Plaatsen en aansluiten nl
Handig gereedschap
■ Waterpas voor het horizontaal stellen
■ Steeksleutel:
– SW13 voor het losdraaien van de
transportbeveiligingen en
– SW17 voor het stellen van de
apparaatvoeten
Veiligheidsvoorschriften
: Waarschuwing
# Risico van letsel!
■ De wasmachine is zwaar.
Wees voorzichtig bij het tillen/
transporteren van de wasmachine.
■ Wanneer de wasmachine wordt
opgetild aan uitstekende onderdelen
(bijv. de vuldeur), kunnen deze
+ onderdelen afbreken en letsel
veroorzaken.
De wasmachine niet optillen aan
3 uitstekende onderdelen.
■ Wanneer de slangleidingen en de
( Aansluitkabel aansluitkabel onjuist worden
0 Zak: aangelegd, bestaat er struikel- en
letselgevaar.
■ Gebruiksaanwijzing en Slangen en kabels zodanig leggen
installatievoorschrift dat u er niet over kunt struikelen.
■ Overzicht servicediensten*
■ Garantie* Attentie!
■ Afdekkappen voor openingen Schade aan het apparaat
na het verwijderen van de
Bevroren slangen kunnen barsten/
transportbeveiligingen
springen.
■ Adapter met afdichtring van
De wasmachine niet op vorstgevoelige
21 mm = ½“ naar
plaatsen en/of buiten zetten.
26,4 mm = ¾” *
8 Watertoevoerslang bij model Attentie!
Aquastop Waterschade
@ Waterafvoerslang
De aansluitingen van de watertoevoer-
H Bocht voor het bevestigen van de en waterafvoerslang staan onder druk
waterafvoerslang* van het water. Om lekkage of
P Watertoevoerslang bij de waterschade te voorkomen dient u zich
modellen Standard/Aqua-Secure absoluut te houden aan de
* afhankelijk van model aanwijzingen in dit hoofdstuk.
Daarnaast is bij het aansluiten van de
waterafvoerslang op een sifon een
slangenklem ∅ 24 - 40 mm (vakhandel)
nodig.
37
nl Plaatsen en aansluiten
38
Plaatsen en aansluiten nl
aFP
aFP
PD[FP
aFP
PD[FP
aFP
39
nl Plaatsen en aansluiten
40
Plaatsen en aansluiten nl
Waterafvoer Aansluiting
41
nl Plaatsen en aansluiten
42
Plaatsen en aansluiten nl
43
Aqua-Stop-garantie
Alleen voor apparaten met Aqua-Stop
Als aanvulling op de garantieregeling wordt u schadeloos gesteld als aan
onderstaande voorwaarden wordt voldaan:
1. Als door een fout in het Aqua-Stop-systeem waterschade wordt veroorzaakt,
dan vergoeden wij de schade van particuliere gebruikers.
2. De aansprakelijkheidsgarantie geldt voor de levensduur van het apparaat.
3. Voorwaarde voor aanspraak op garantie is dat het apparaat met Aqua-Stop
vakkundig en overeenkomstig ons installatievoorschrift is opgesteld en
aangesloten; hiertoe behoort ook de vakkundige verlenging van de Aqua-
Stop (origineel toebehoren).
Onze garantie heeft geen betrekking op defecte toevoerleidingen of
armaturen tot aan de Aquastop-aansluiting op de kraan.
4. Tijdens het gebruik van een apparaat met Aqua-Stop hoeft u er in principe
niet bij te blijven resp. na het gebruik om veiligheidsredenen de kraan dicht
te draaien.
Alleen bij langere afwezigheid, bijvoorbeeld als u een paar weken op
vakantie gaat, moet de kraan worden dichtgedraaid.
*9000999991*
9000999991 (9407)