You are on page 1of 13

Spelling - Persoonsvorm hv12

Auteur VO-content
Laatst gewijzigd 18 october 2019
Licentie CC Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie
Webadres https://maken.wikiwijs.nl/52516

Dit lesmateriaal is gemaakt met Wikiwijs van Kennisnet. Wikiwijs is


hét onderwijsplatform waar je leermiddelen zoekt, maakt en deelt.
Inhoudsopgave

Persoonsvorm
Intro
Wat kan ik straks?
Wat kan ik al?
Wat ga ik doen?

Aan de slag
Stap 1: Kennisbank
Stap 2: Schema persoonsvorm
Stap 3: -d of -t?

Afronding
Samenvattend
Eindopdracht A: Toets
Eindopdracht B: Schema maken
Terugkijken

Over dit lesmateriaal

Pagina 1 Spelling - Persoonsvorm hv12


Persoonsvorm

Intro
In deze opdracht staat de spelling van de persoonsvorm centraal.
Om te weten hoe je de persoonsvorm spelt, is het eerst handig om
te weten wat de persoonsvorm is, zodat je niet de regels op het
verkeerde woord toepast!
Hoe je de persoonsvorm vindt, heb je geleerd in thema 2.
Om je geheugen nog even op te frissen, kun je bij 'Wat kan ik al?'
oefenen met het vinden van de persoonsvorm.

In de tekst hieronder staat de persoonsvorm 5x verkeerd gespeld.


Lukt het je om de fouten vinden? Selecteer ze!
Tegenwoordig zie je op televisie steeds meer talentenjachten. Bij de meeste talentenjachten
draaid het om het zingen van een lied. Daarna beslist een jury of je door mag naar de volgende
ronde. Als dit het geval is, komt je vaak in een traject waarbij je door een coach geholpen word
de top te bereiken, met uiteindelijk maar één doel: je wind het programma.
Dat gaat natuurlijk niet vanzelf. Daarvoor wordt er hard gewerkt en leer je een heleboel nieuwe
technieken en mensen kennen. Dat alles samen zorgd ervoor dat je een ster wordt!

Wat kan ik straks?


Na deze module kun je:

de persoonsvorm op correcte wijze spellen in de


tegenwoordige tijd.
de persoonsvorm op correcte wijze spellen in de verleden
tijd.

Wat kan ik al?


In thema 2 heb je geoefend met het vinden van de persoonsvorm.
Dat gaan we in deze stap nog even herhalen.
Lees eerst even de Kennisbank:

Grammatica: Persoonsvorm

Herhalen - persoonsvorm vinden.


maken.wikiwijs.nl/p/questionnaire/standalone/5305894

Pagina 2 Spelling - Persoonsvorm hv12


Welk zinsdeel is de persoonsvorm? Kies het juiste antwoord.

Volgens de consumentenbond is een goede internetbeveiliging te moeilijk voor


de gemiddelde gebruiker.
a. is
a. te moeilijk
a. gemiddelde gebruiker

Welk zinsdeel is de persoonsvorm? Kies het juiste antwoord.

De consumenten hebben Ikea uitgeroepen tot beste winkelketen van Nederland.


a. uitgeroepen
a. hebben
a. consumenten

Welk zinsdeel is de persoonsvorm? Kies het juiste antwoord.

Ongeveer een derde van de Nederlandse kiezers wil na de verkiezingen een links
kabinet.
a. links kabinet
a. een derde
a. wil

Welk zinsdeel is de persoonsvorm? Kies het juiste antwoord.

Er komt een PC Hooftprijs voor de illustratoren van kinderboeken.


a. illustratoren
a. komt
a. kinderboeken

Welk zinsdeel is de persoonsvorm? Kies het juiste antwoord.

Een 81-jarige automobiliste reed donderdag met haar auto een computerwinkel
binnen.
a. donderdag
a. binnen
a. reed

Welk werkwoord is de persoonsvorm? Vul dat werkwoord in.

Door de storm waaiden de pannen van het dak.


_______________

Welk werkwoord is de persoonsvorm? Vul dat werkwoord in.

Ik sloeg de spijker op de kop.

Pagina 3 Spelling - Persoonsvorm hv12


_______________

Welk werkwoord is de persoonsvorm? Vul dat werkwoord in.

Het schrijven van een verhaal vinden leerlingen lastig.


_______________

Welk werkwoord is de persoonsvorm? Vul dat werkwoord in.

Wie van jullie is komen lopen?


_______________

Welk werkwoord is de persoonsvorm? Vul dat werkwoord in.

Daar heeft hij een geweldige overwinning behaald.


_______________

Wat ga ik doen?
Activiteiten

Aan de slag

Stap Activiteit

Na het bestuderen van de Kennisbanken kun je oefeningen maken om te


Stap 1
oefenen met de spelling van de persoonsvorm

Je kunt op het internet een goed een schema over spelling van de
Stap 2
persoonsvorm vinden.

Je kunt woorden vinden die hetzelfde klinken als persoonsvorm en voltooid


Stap 3
deelwoord, maar anders geschreven worden.

Afronding

Onderdeel Activiteit

Samenvattend Hier vind je de Kennisbanken die horen bij deze opdracht.

Eindopdracht Kijk of je antwoord kunt geven op de twee hoofdvragen.

Terugkijken Terugkijken op de opdracht.

Pagina 4 Spelling - Persoonsvorm hv12


Tijd
Voor deze opdracht heb je 2 lesuren nodig.

Aan de slag

Stap 1: Kennisbank
Bestudeer de drie volgende
onderwerpen in de Kennisbank
Nederlands:

Spelling: Met een


-d of een -t

Spelling:
Persoonsvorm
tegenwoordige
tijd

Spelling: Persoonsvorm verleden tijd

Maak nu de volgende oefeningen:

Werkwoordspelling-1
maken.wikiwijs.nl/p/questionnaire/standalone/2258646

Vul de goede vorm van het werkwoord in de tegenwoordige tijd in.


Ik _______________ (lopen) naar huis.
Jij _______________ (gaan) naar de film.
Hij _______________ (zijn) goed in taal.
Wij _______________ (willen) een nieuwe fiets.

Vul de goede vorm van het werkwoord in de tegenwoordige tijd in.


Jullie _______________ (wandelen) graag.
Zij _______________ (vinden) dit allemaal een leuk boek.
Ik _______________ (worden) morgen 10 jaar.
Jij _______________ (wachten) op de bus.

Vul de goede vorm van het werkwoord in de tegenwoordige tijd in.


Hij _______________ (spelen) bij een vriendje.
Wij _______________ (doen) graag spelletjes.
Jullie _______________ (kunnen) niet naar huis.
Zij _______________ (willen) graag samen naar de film.

Pagina 5 Spelling - Persoonsvorm hv12


Vul de goede vorm van het werkwoord in de tegenwoordige tijd in.
Ik _______________ (gaan) naar de film.
Jij _______________ (lopen) naar huis.
Hij _______________ (vinden) dit een leuk boek.
Wij _______________ (willen) een nieuwe fiets.

Vul de goede vorm van het werkwoord in de tegenwoordige tijd in.


Jullie _______________ (hebben) een broertje.
Zij _______________ (zijn) beide goed in taal.
Ik _______________ (fietsen) naar huis.
Jij _______________ (spelen) bij een vriendje.

Vul de goede vorm van het werkwoord in de tegenwoordige tijd in.


Hij _______________ (worden) morgen 10 jaar.
Wij _______________ (gaan) op vakantie.
Jullie _______________ (eten) graag pizza.
Zij _______________ (wachten) met de hele klas op de bus.

Vul de goede vorm van het werkwoord in de tegenwoordige tijd in.


Ik _______________ (wachten) op de bus.
Jij _______________ (hebben) een eigen kamer.
Hij _______________ (lopen) door het bos.
Wij _______________ (houden) van patat.

Vul de goede vorm van het werkwoord in de tegenwoordige tijd in.


Jullie _______________ (kijken) graag televisie.
Zij _______________ (maken) samen een boottochtje.
Ik _______________ (lezen) graag een boek.
Jij _______________ (worden) morgen 10 jaar.

Vul de goede vorm van het werkwoord in de tegenwoordige tijd in.


Hij _______________ (hebben) een hele mooie fiets.
Wij _______________ (lezen) de krant.
Jullie _______________ (hebben) een grote tuin.
Zij _______________ (zijn) vaak met z'n allen vervelend.

Werkwoordspelling-2
maken.wikiwijs.nl/p/questionnaire/standalone/2258647

De oefening is een keuzeoefening.


Je krijgt 8 vragen over de spelling van de persoonsvorm.
Na het beantwoorden van de vragen krijg je je score te zien.

Pagina 6 Spelling - Persoonsvorm hv12


Ben je ontevreden maak dan de oefening opnieuw. Je krijgt dan weer 8 vragen.
Dat zijn veelal andere vragen, maar je kunt ook dezelfde vragen nogmaals tegenkomen

Vul de goede vorm van het werkwoord in de verleden tijd in.


Ik _______________ (vinden) dit een leuk boek.
Ik _______________ (lopen) naar huis.
Ik _______________ (krijgen) een nieuwe fiets.
Ik _______________ (gaan) naar de film.

Vul de goede vorm van het werkwoord in de verleden tijd in.


Ik _______________ (zijn) gisteren bij mijn oma.
Ik _______________ (hebben) een goed idee.
Hij _______________ (luisteren) naar zijn verhaal.
Hij _______________ (vertellen) zijn verhaal.

Vul de goede vorm van het werkwoord in de verleden tijd in.


Hij _______________ (beleven) gisteren iets leuks.
Hij _______________ (fietsen) van school naar huis.
Hij _______________ (maken) mijn fiets.
Hij _______________ (praten) de hele dag door.

Vul de goede vorm van het werkwoord in de verleden tijd in.


Hij _______________ (antwoorden) dat het goed was.
Hij _______________ (wachten) op zijn vriendin.
Hij _______________ (vinden) dit een leuk boek.
Hij _______________ (lopen) naar huis.

Vul de goede vorm van het werkwoord in de verleden tijd in.


Hij _______________ (krijgen) een nieuwe fiets.
Hij _______________ (gaan) naar de film.
Hij _______________ (zijn) gisteren bij zijn oma.
Hij _______________ (hebben) gisteren bij zijn oma soep gegeten.

Vul de goede vorm van het werkwoord in de verleden tijd in.


Wij _______________ (luisteren) naar zijn verhaal.
Wij _______________ (vertellen) ons verhaal.
Wij _______________ (wandelen) naar huis.
Wij _______________ (merken) er niets van.

Vul de goede vorm van het werkwoord in de verleden tijd in.


Wij _______________ (wensen) hem veel succes.
Wij _______________ (kussen) elkaar.
Wij _______________ (beleven) gisteren iets leuks.
Wij _______________ (fietsen) van school naar huis.

Vul de goede vorm van het werkwoord in de verleden tijd in.

Pagina 7 Spelling - Persoonsvorm hv12


Wij _______________ (vinden) dit een leuk boek.
Wij _______________ (lopen) naar huis.
Wij _______________ (krijgen) een nieuwe fiets.
Wij _______________ (gaan) naar de film.

Stap 2: Schema persoonsvorm


Je hebt gezien hoe je de persoonsvorm moet schrijven en je hebt
ook geoefend met het schrijven van de persoonsvorm.

Ga naar www.google.nl en ga op zoek naar een schema over


spelling in de persoonsvorm. Maak eventueel gebruik van de
mogelijkheid om naar afbeeldingen te zoeken. Bezoek de website
waarop het schema staat.

Sla het schema op. Print het schema uit als je dat prettig vindt.
Kijk goed of je het schema helemaal begrijpt.
Bespreek het schema eventueel met een klasgenoot.

Stap 3: -d of -t?
Persoonsvorm
Is het nu met een -d of een -t?
Dat wordt lastig, wanneer de persoonsvorm net zo
klinkt als het voltooid deelwoord.

Voorbeeld:
Werkwoord: gebeuren

1. Het is nu eenmaal ...............


Voltooid deelwoord, regel: langer maken: je zegt
gebeurde, dus met een -d, gebeurd.

2. Er ................ hier altijd wel iets.


Persoonsvorm bij hij, regel: stam+t.
Stam van gebeuren = gebeur (-en eraf) +t, dus gebeurt.
Zoek met een klasgenoot nog minimaal 10 woorden waarvan de persoonsvorm net zo
klinkt als het voltooid deelwoord.
Geef van alle woorden 2 voorbeeldzinnen. Eentje waarbij het woord als
persoonsvorm wordt gebruikt en eentje waarbij het woord als voltooid deelwoord
wordt gebruikt.

Afronding

Pagina 8 Spelling - Persoonsvorm hv12


Samenvattend
Hier vind je de Kennisbanken die horen bij deze opdracht.

Grammatica: Persoonsvorm

Spelling: Met een -d of een -t

Spelling: Persoonsvorm tegenwoordige tijd

Spelling: Persoonsvorm verleden tijd

Eindopdracht A: Toets
Als je kiest voor eindopdracht A maak je de toets.

Toets
maken.wikiwijs.nl/p/questionnaire/standalone/2258657

Selecteer de juiste persoonsvormen.


Betalen
1. Hij heeft maar liefst dertig euro betaald/betaalt voor die dvd.
2. Elke honderdste bezoeker betaald/betaalt geen entree voor dit concert!

Selecteer de juiste persoonsvormen.


Beloven
1. Dertig graden morgen, dat beloofd/belooft wat!
2. Je hebt gisteren nog plechtig beloofd/belooft me te helpen.

Selecteer de juiste persoonsvormen.


Veranderen

Pagina 9 Spelling - Persoonsvorm hv12


1. Het is niet zo slim, dat je nooit je wachtwoord verandert/veranderd.
2. Nadat ik van school was verandert/veranderd, ging alles wel beter.

Selecteer de juiste persoonsvormen.


Ontleden
1. Ik heb als oefening voor grammatica dertig zinnen ontleed/ontleedt.
2. Elke honderdste bezoeker ontleed/ontleedt geen entree voor dit concert!

Selecteer de juiste persoonsvormen.


Bevinden
1. Hoe lang bevind/bevindt jij je al op dezelfde plaats?
2. Het toilet bevind/bevindt zich op de derde etage.

Selecteer de juiste persoonsvormen.


Verwarren
1. Je verwart/verward haar met mijn nicht, die naar Zaandam vertrekt.
Herhalen
2. Dat deuntje wordt op de radio helaas steeds herhaalt/herhaald in kersttijd.

Selecteer de juiste persoonsvormen.

Ontmoedigen
1. Na vijf keer proberen raakten we wel een beetje ontmoedigt/ontmoedigd, eerlijk gezegd.
Ontkleden
2. De minister-president werd ontkleed/ontkleedt aangetroffen bij een filmster thuis.

Selecteer de juiste persoonsvormen.


Betekenen
1. Volgens mij betekent/betekend het niet zoveel als de media er van maken.
Voorbereiden
2. Ze kwam goed voorbereid/voorbereidt naar het theorie-examen.

Selecteer de juiste persoonsvormen.

Herinneren
1. Blijkbaar had hij het zich niet zo goed herinnert/herinnerd als hij dacht.
Verkeren
2. Deze schrijver verkeert/verkeerd al jaren in de hoogste politieke kringen.

Selecteer de juiste persoonsvormen.


Betalen
1. Volgens mij heb je veel te veel betaalt/betaald voor die tweedehands fiets.
Bekennen
2. De schuldige bekent/bekend soms alleen om strafvermindering te krijgen.

Pagina 10 Spelling - Persoonsvorm hv12


Eindopdracht B: Schema maken
Als je kiest voor eindopdracht B maak je een tabel of schema
waarin je uitlegt hoe je de persoonsvorm in de tegenwoordige tijd (tt)
en in de verleden tijd (vt) moet spellen.
In het schema staan ook voorbeelden.
Ga na of je antwoord kunt geven op de twee hoofdvragen van de
opdracht.

Hoe spel je de persoonsvorm in de tegenwoordige tijd?


Hoe spel je de persoonsvorm in de verleden tijd?

Werkwijze:

Bepaal eerst wat je in het schema gaat vertellen.


Zorg dat je overal voorbeelden bij hebt.
Bedenk hoe je schema er uit gaat zien. Wordt het een pijlenschema? Of lijkt je een schema in
de vorm van een tabel overzichtelijker?
Maak een eerste versie van het schema.
Vraag commentaar op je eerste versie aan een klasgenoot.
Verwerk het commentaar.

Beoordeling
Je krijgt een goede beoordeling voor deze opdracht als:

Je een schema maakt waarin je duidelijk uitlegt hoe je de persoonsvorm spelt in de


tegenwoordige en in de verleden tijd.
Je in je schema voldoende voorbeelden hebt opgenomen.
Je schema er goed verzorgd uitziet.
Je het schema op tijd inlevert.

Klaar?
Lever je schema in bij je docent.

Terugkijken
Intro

Lees de intro van deze opdracht nog eens door.


Maak de introductieopdracht nogmaals. Vind je alle fouten?

Kan ik wat ik moet kunnen?

Lees de leerdoelen van deze opdracht nog eens door.


Kun je wat je moet kunnen?

Hoe ging het?

Tijd
Bij de activiteiten stond dat je ongeveer 2 uur met de
opdracht bezig zou zijn.
Had je die tijd ook nodig voor deze opdracht of kwam je tijd te kort?
Als je bij de eindopdracht hebt gekozen voor de toets, had je dan tijd over?

Eindopdracht
Wat vond je van de eindopdracht? Was je achteraf tevreden over de keus die je gemaakt hebt?
Mocht je van je docent kiezen of moest je beide eindopdrachten maken?

Pagina 11 Spelling - Persoonsvorm hv12


Over dit lesmateriaal

Colofon
Auteur VO-content
Laatst gewijzigd 18 october 2019 om 08:09
Licentie Dit lesmateriaal is gepubliceerd onder de Creative Commons
Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale licentie. Dit houdt in dat je
onder de voorwaarde van naamsvermelding en publicatie onder dezelfde
licentie vrij bent om:

het werk te delen - te kopiëren, te verspreiden en door te geven via elk


medium of bestandsformaat
het werk te bewerken - te remixen, te veranderen en afgeleide werken te
maken
voor alle doeleinden, inclusief commerciële doeleinden.

Meer informatie over de CC Naamsvermelding-GelijkDelen 4.0 Internationale


licentie

Aanvullende informatie over dit lesmateriaal


Van dit lesmateriaal is de volgende aanvullende informatie beschikbaar:

Leerniveau ;;;;;;;;;;;;;;;;;;;
Leerinhoud en ;;;;;;;;;;;;;;;;;;;
doelen
Eindgebruiker leerling/student
Moeilijkheidsgraad gemiddeld
Studiebelasting 2 uur en 0 minuten
Trefwoorden leerlijn, rearrangeerbare

Gebruikte Wikiwijs Arrangementen


VO-, content. (2018). Nederlands Kennisbank hv12. https://maken.wikiwijs.nl/90574/Nederlands_Ke
nnisbank_hv12

Pagina 12 Spelling - Persoonsvorm hv12

You might also like