You are on page 1of 14

Les 1

Lesvoorbereidingsformulier Fontys Hogeschool Kind en Educatie, Pabo Eindhoven


Bron: Didactisch model ‘van Gelder’

Student(e) Sanne Jansen Mentor Yvonne Cabri

Klas H1EH19VB Datum 21 oktober 2019

Stageschool Toermalijn Groep 3

Plaats Bladel Aantal lln 21


Vak- vormingsgebied: Rekenen

Speelwerkthema / onderwerp: Splitsmachine

Persoonlijk leerdoel: Tijdens en rondom deze les ga ik consequent handelen naar de klas toe. Ik zorg dat ik duidelijk mijn grenzen aangeef en dat kinderen hier niet
overheen gaan. Dit zorgt voor rust, orde en een fijne werksfeer binnen de groep.
Tijdens deze les let ik op mijn time management. Ik zorg ervoor dat de les niet uitloopt door regelmatig de tijd te controleren en zo nodig activiteiten in te korten.
Tijdens deze les ga ik differentiëren zodat iedere leerling op zijn eigen niveau uitdaging krijgt binnen de leerstof.

Lesdoel: Evaluatie van lesdoelen:

Aan het eind van deze les hebben de kinderen kennis gemaakt met het Door overzicht over de groep te behouden heb ik inzicht in het niveau van de individuele
splitsen en hebben ze inzicht gekregen in de informele handeling hiervan leerlingen en kan ik hulp aanbieden zodat het lesdoel alsnog behaald wordt.
(handelingsmodel).
Door middel van de evaluatie aan het einde van de les (met de wisbordjes) krijg ik nog
eens een overzicht in welke leerlingen het doel behaald hebben.
Koppeling lesdoel: Hierbij gaan de kinderen specifiek aan de slag met:
Aantallen en getallen structureren zoals bij het splitsen van hele getallen tot en met 10.
De kinderen werken aan kerndoel 26: De leerlingen leren structuur en
gestructureerde hoeveelheden en aantallen tellen (telstrategieën) en vergelijken
samenhang van aantallen, gehele getallen, kommagetallen, breuken,
aantallen tellen en vergelijken door die aantallen te structureren, zoals bij verpakkingen
procenten en verhoudingen op hoofdlijnen te doorzien en er praktische
situaties mee te rekenen.
Lesverloop

Tijd Leerinhoud Didactische handelingen Leeractiviteit Materialen / Organisatie

Leraar   leergedrag leerling(en)


5 minuten Inleiding  Ik geef de kinderen de opdracht om de  De kinderen maken hun tafel leeg en kijken  Koffer
tafels leeg te maken en vervolgens naar vervolgens naar mij.  Splitsmachine
mij te luisteren.  De kinderen zullen heel nieuwsgierig worden  10 Knikkers
 Ik wil dat de kinderen een nette kring tijdens het openen van de koffer. Het is belangrijk  Kruk
gaan vormen voorin de klas. De kring is dat de kinderen zich houden aan de normale
rond en iedereen past daarin. Let erop afspraken van de les. Ik wijs ze hierop wanneer dit
dat je voorzichtig bent zodat je nodig is.
anderen geen pijn doet.  De kinderen steken hun vinger op wanneer ze iets
 Zodra ik zie dat iedereen geluisterd willen zeggen. Dit probeer ik positief te stimuleren.
heeft naar mijn opdracht pak ik de
koffer met daarin de splitsmachine en
begin te vertellen: ‘In de herfstvakantie
was ik in Italië op een markt en vond ik
deze koffer. En wat daar toch in zat..
Kijk maar eens mee!’
 Ik maak de koffer open en haal de
splitsmachine eruit. Deze zet ik op de
kruk voor me.
 Ik laat kinderen raden naar de functie
van de machine. Wanneer dit niet
geraden wordt leg ik dit zelf uit.
 Ik spreek mijn verwachtingen uit: ‘
Stille vinger, recht op je stoel zitten en
actief meedoen.
15 minuten Instructie  Ik leg uit dat we de splitsmachine aan  Mocht de aandacht van de kinderen verslappen kan
gaan zetten en knikkers er in gaan ik ervoor kiezen om de kinderen al eerder
doen. Ik laat zien dat ik 4 knikkers heb. zelfstandig aan het werk te zetten.
Die doe ik bovenin de splitsmachine.  Ik wil kinderen goed aan kunnen spreken op hun
Aan de ene kant zitten een paar gedrag. Wanneer hun gedrag niet gewenst is wijs ik
knikkers en aan de andere kant ook. Dit ze op de verwachtingen die ik van te voren heb
laat ik zien aan de kinderen. Hé de ene afgesproken.
kant en de andere kant samen is 4. Dit
doen we nog een keer.
 Vervolgens doen we hetzelfde met
verschillende aantallen knikkers tot en
met de 10. Ik kan ook mijn hand op één
kant houden, de kinderen moeten dan
raden hoeveel knikkers onder die hand
liggen.
 Ik laat iedereen weer op zijn of haar
plaats zitten en ga verder met de
instructie van de kern.

15 minuten Kern  De kinderen gaan met hun tafelgroepje  Bij dit spel is het de bedoeling dat ieder kind  Blokjes
de splitsmachine nadoen. Eerst geef ik evenveel moet rekenen waardoor iedereen
ieder tafelgroepje 5 blokjes. Om de betrokken is.
beurt mogen ze dan een aantal blokjes  Kinderen mogen praten maar wel op een volume
onder de hand verstoppen. De andere dat het niet storend is.
twee kinderen moeten dan raden
hoeveel blokjes onder de hand zitten
door middel van de overige blokjes die
wel zichtbaar zijn. Na een tijdje leg ik er
dan nog 5 blokjes bij.
5 minuten Slot  Het middelste kind van elk tafelgroepje  De kinderen doen dit rustig en zonder lawaai te  21 Wisbordjes
verzameld de blokjes en legt deze maken.  21 Stiften voor op
achter op de tafel. Ondertussen deel ik  Dit evalueren met de wisbordjes is nieuw dus een bord.
zelf de wisbordjes en stiften uit. hiervoor moeten ze goed opletten bij de uitleg.
 Ik zet de splitsmachine weer aan en
dek één kant van de machine af. Ik
vertel hoeveel knikkers zichtbaar zijn.
De kinderen mogen nu op hun
wisbordje het aantal knikkers schrijven
wat onder mijn hand ligt. Na een paar
tellen zeg ik: ‘drie, twee, een en laat
maar zien.’ De kinderen steken dan pas
hun bordje de lucht in.
 Dit doen we nog een keer.
 Ik laat de kanjers de wisbordjes
ophalen en even afpoetsen.

Verantwoording
De klas

De sfeer in de klas is erg positief. Het is een rustige maar wel gezellige klas. De kinderen staan altijd klaar om elkaar te helpen en zijn lief voor elkaar. Er hangt ook
een goede werksfeer in de klas. Wanneer de kinderen beginnen aan de verwerking zullen ze doodstil zijn, tot de eerste klaar is. Dan is het nog lastig om
geconcentreerd te blijven. Maar dit is niet heel gek voor een groep 3.

Voor zover wij als leerkrachten weten is er geen pestgedrag in de groep. Wel zijn er een paar haantjes in de groep die andere kinderen kunnen overspoelen.

De groep bestaat uit 21 leerlingen, waarvan dertien jongens en acht meisjes. Vier leerlingen uit deze klas hebben gedoubleerd en doen groep 3 dus nog eens over.
Ze hebben toen ook al bij juf Yvonne in de klas gezeten. Juf Noortje werkte toen nog niet op De Toermalijn. Het gaat hierbij om de leerlingen IE, JP, RS en HT. De
leerlingen vinden dit fijn en hebben een goede band met beide juffen. Ze kunnen goed omgaan met de nieuwe groep 3 leerlingen en werken of spelen er regelmatig
mee. Er zijn geen leerlingen die al vaste rekenbijles krijgen in de groep. [ CITATION Yvo19 \l 1043 ]

De kinderen beheersten:

Kerninzicht 1 synchroon tellen


Kerninzicht 2 resultatief tellen

Kerninzicht 3 representeren

Kerninzicht 5 plaatswaarde
De kinderen gaan nu aan de slag met Kerninzicht 6 optellen en Kerninzicht 7 aftrekken.

[ CITATION Wil112 \l 1043 ]

De kinderen werken aan kerndoel 26:

De leerlingen leren structuur en samenhang van aantallen, gehele getallen, kommagetallen, breuken, procenten en verhoudingen op hoofdlijnen te
doorzien en er praktische situaties mee te rekenen.

[ CITATION Tul \l 1043 ]

Deze les is de eerste les van een cyclus van vier. Ik heb gekozen om vier rekenlessen aan te bieden waarin we stapsgewijs toewerken naar het uiteindelijke gewenste
niveau: de kinderen kunnen zelfstandig getallen tot en met tien splitsen. Ik verwacht niet dat de kinderen dit al kunnen na één les.

Om de cyclus van het rekenen te beginnen wil ik eerst enthousiasme bij het kinderen opwekken. Dat betekend dat ik een pakkende eerste activiteit moet hebben. Ik
kies er daarom voor om een ‘splitsmachine’ te gebruiken. Deze heb ik zelf gemaakt. Het idee is dat je een aantal knikkers in de machine gooit. Een aantal van de
knikkers komt uit de linker buis. De rest van de knikkers komt uit de rechter buis. Je kunt eerst inzicht geven in het splitsen door de leerlingen gewoon te laten tellen
hoeveel knikkers er in elk bakje liggen. Daardoor komen ze erachter dat de knikkers in de bakjes samen weer het oorspronkelijke aantal vormen. Later kan je één
van de twee bakjes afdekken waardoor de kinderen moeten berekenen hoeveel knikkers in dat bakje liggen. Door de splitsmachine in een koffer te doen en hier een
spannend verhaal bij te verzinnen raken de kinderen betrokken bij de les en hebben ze een actieve leerhouding. Omdat ik de kinderen heel actief mee wil laten
doen en omdat ik wil dat iedereen het goed kan zien kies ik ervoor om te beginnen in een kring. Zo heb ik een korter lijntje met de leerlingen en is er meer
betrokkenheid. Later gaan de kinderen in drietallen werken. Ze gaan nu zelf spelenderwijs aan de slag met het lesdoel. Hierdoor kunnen de leerlingen elkaar helpen
en uitleggen. Ook blijft iedereen betrokken. Ik kies voor drietallen omdat dat al de standaard tafelgroepjes zijn en de kinderen gewend zijn om in de tafelgroepjes te
werken. Ik wil evalueren op het lesdoel door middel van de wisbordjes. Dit is nieuw voor de kinderen maar na een uitleg zullen ze dit begrijpen. De wisbordjes liggen
al in de klas.

Materiaalgebruik

Ik kies ervoor om de kinderen op wisbordjes te laten evalueren omdat iedere leerling betrokken is op die manier. Ik heb een snel overzicht en kan het lesdoel
nogmaals benoemen. Ik heb ook gebruik gemaakt van de splitsmachine, deze heb ik zelf gemaakt.
Handelingsmodel [ CITATION Not14 \l 1043 ].
De kinderen hebben al wel eens gesplitst, maar zijn hier over het algemeen nog niet heel vaardig in. Kijkende naar
het handelingsmodel kies ik ervoor om helemaal onderaan in het handelingsmodel te beginnen bij deze les. Ik
begin dus bij stap 1. Dit betekend dat ik bij deze les objecten moet gaan gebruiken. In deze les gebruik in de
splitsmachine. Deze heb ik zelf ontworpen. Het idee van de splitsmachine is dat ik hier knikkers ik kan doen en dat
deze dan gesplitst worden. Ik kan bijvoorbeeld 5 knikkers erin doen, dan komen er links 3 en rechts 2. De kinderen
zien nu dat 5 bestaat uit 3 en 2. Ik zou hierbij ook een van de onderste vakken af kunnen dekken. Ik doe er dan 5
knikkers in, aan de ene kant komen er 4 knikkers uit, hoeveel zouden er dan nog aan de andere kant zitten? Hoe
kan je dit berekenen?

Het drieslagmodel [ CITATION Not14 \l 1043 ].

Context: De kinderen moeten de samenhang bij het splitsen gaan begrijpen. Ze moeten weten dat 5 uit 2 en 3 bestaat. Bij deze les wordt de
voorkennis geactiveerd en worden de kinderen uitgedaagd om hier verder mee aan de slag te gaan.

Bewerking: De kinderen gaan nu aan de slag met het begrijpen van de vorm van een splitsing. Je begint met een getal (6) en daar komen
andere getallen uit. (2 en 4 bijvoorbeeld). De kinderen moeten nu leren dat deze getallen delen zijn van het eerste getal. Dus niet 6 knikkers
erbij 2 knikkers erbij 4 knikkers.

Oplossing: De kinderen leggen hun manier van rekenen uit aan elkaar waardoor de begripsvorming groter wordt. De leerling denkt bij deze les ook zelf na. Klopt het
wat ik berekend heb?

Hoofdfasen in de leerlijn [ CITATION Not14 \l 1043 ].

De kinderen bevinden zich nog allemaal in de fase van de begripsvorming. Ze kunnen nog niet vlot splitsen en ze moeten
nog leren hoe het allemaal werkt. Daarom ga ik aan de slag met materialen. Dit maakt het inzichtelijk. Kinderen zullen
hierdoor ook sneller doorgaan naar het ontwikkelen van procedures.
Verantwoording Splitsmachine
Het materiaal dat ik ontwikkeld heb heet ‘De Splitsmachine’. Zoals op de foto te zien is, is een Splitsmachine een grote gouden kist.
Boven in de kist zit een gat. Hier kunnen knikkers in gedaan worden. Onderaan de machine zitten twee gaten. Hier komen de knikkers
uit.

Voorbeeld: Stel je doet 5 knikkers in De Splitsmachine. Deze gaan door de machine heen. Op magische wijze komen
aan de ene kant 3 knikkers uit, en aan de andere kant 2 knikkers. Het getal 5 kan dus gesplitst worden in 3 en 2.

Werking: Wanneer er knikkers in De Splitsmachine worden gedaan komen deze in een verticale buis terecht. Deze
buis loopt uit op twee ander buizen, zoals hiernaast te zien is. Daardoor wordt het aantal knikkers verdeeld over de
twee buizen. Deze buizen lopen door tot de onderkant van de kist. Daar vallen de knikkers in een bakje. Tien
knikkers worden op deze manier verdeeld. Iedere keer dat de knikkers in De Splitsmachine worden gedaan komen
ze er onder weer anders uit.

Dit materiaal is geschikt voor kinderen die beginnen met het splitsen van getallen, zoals de kinderen aan het begin van groep 3 doen.

De Splitsmachine is het meest geschikt voor maximaal 10 knikkers. Hiermee maakt het dit materiaal geschikt om getallen tot en met 10 te
kunnen splitsen. Dit is een doel wat uiteindelijk geautomatiseerd moet worden [ CITATION Wil111 \l 1043 ].

De Splitsmachine sluit aan bij de belevingswereld van een leerling om en nabij groep 3. Door aan te sluiten op de belevingswereld stimuleer ik de intrinsieke
motivatie van de kinderen [ CITATION Hor16 \l 1043 ]. Dit materiaal is aantrekkelijk voor kinderen rond deze leeftijd omdat het een ‘spannend’ materiaal is.
Ik heb De Splitmachine als volgt geïntroduceerd:

Alle kinderen zaten in de kring toen ik er een hele grote, oude koffer bij pakte. Een echt ‘mysterieuze’ koffer. Ik bouwde de spanning bij de kinderen op door
te vertellen dat ik op vakantie geweest was naar Italië, en daar deze koffer op een rommelmarkt had gevonden. De verkoper wilde graag van de koffer af,
want ‘wat daar in zit, dat zit vol met magie!’. Daar wilde de verkoper niets mee te maken hebben. Ik mocht de koffer gratis meenemen, omdat ik hem wel
graag wilde hebben. Toen ik terug kwam in mijn hotel durfde ik de koffer toch nog niet open te maken, het was zo spannend. Daarom heb ik maar gewacht
tot ik met jullie allemaal ben, dan durf ik de koffer misschien wel open te maken.

Na de koffer open gemaakt te hebben blijkt er een gouden machine in te zitten. Samen met de kinderen kan ik uitvinden hoe de machine werkt. De kinderen
zien dat de knikkers gesplitst worden.

Het is belangrijk om tijdens de activiteit de koppeling te leggen naar het begrip splitsen. Dit maakt het voor de kinderen duidelijk waar we mee bezig zijn.
De Splitsmachine past goed binnen het Handelingsmodel van rekenen.

De machine past bij de eerste fase, informeel handelen in werkelijkheidssituaties. Het is


belangrijk om bij deze fase echt te ‘doen’. Bij deze fase geef je betekenis aan getallen. Bij mijn
materiaal doe ik dit door middel van knikkers. Ook moet je betekenis geven aan rekentaal in het
verhaal. Dit doet de machine, hij doet als het ware voor wat splitsen is [ CITATION Mag \l
1043 ].

Kerndoel 26:

De leerlingen leren structuur en samenhang van aantallen, gehele getallen, kommagetallen, breuken, procenten en verhoudingen op
hoofdlijnen te doorzien en er praktische situaties mee te rekenen. [ CITATION Tul \l 1043 ]

Drieslagmodel
Rekenen in het dagelijks leven staat altijd in een context. Iedereen die met een context geconfronteerd wordt doorloopt altijd drie
vaste stappen.
- Plannen (het in kaart brengen van de situatie)
- Uitvoeren (iets doen of uitrekenen)
- Reflecteren (nagaan of het resultaat van onze actie klopt en past bij de situatie)
Dit samen noemen we het probleemoplossend handelen, dit proces zien we terug in het drieslagmodel. Er zijn drie stappen die
doorlopen worden:

Context: De kinderen moeten de samenhang bij het splitsen gaan begrijpen. Ze moeten weten dat 5 uit 2 en 3 bestaat. De voorkennis wordt geactiveerd en
de kinderen worden uitgedaagd om hier verder mee aan de slag te gaan.

Bewerking: De kinderen gaan nu aan de slag met het begrijpen van de vorm van een splitsing. Je begint met een getal (6) en daar komen andere getallen uit.
(2 en 4 bijvoorbeeld). De kinderen moeten nu leren dat deze getallen delen zijn van het eerste getal. Dus niet 6 knikkers erbij 2 knikkers erbij 4 knikkers.

Oplossing: De kinderen leggen hun manier van rekenen uit aan elkaar waardoor de begripsvorming groter wordt. De leerling
denkt bij dit materiaal ook zelf na. Klopt het wat ik berekend heb?

Hoofdfasen in de leerlijn
De kinderen bevinden zich nog allemaal in de fase van de begripsvorming. Ze kunnen nog niet vlot splitsen en ze moeten nog leren hoe het allemaal werkt.
Daarom past De Splitsmachine goed bij deze fase. Deze maakt het spitsen inzichtelijk. Kinderen zullen hierdoor ook sneller doorgaan naar het ontwikkelen
van procedures

Feedback mentor op de Splitsmachine


Yvonne Cabri 29-10-2019

Sanne heeft zelf de splitsmachine ontworpen. Deze heeft ze ingezet bij de les over splitsen. Veel kinderen begrepen dit doel nog niet en kenden enkel de
term ‘splitsen’. Doordat Sanne de les zo spannend begon (kinderen in een kring en met een grote koffer) was de aandacht er meteen bij. De grote gouden
splitsmachine maakte zeker indruk op de kinderen. Door met fysieke materialen te werken zorg je ervoor dat de begripsvorming van de kinderen groeit.
Oefeningen bestonden eerst uit het erin doen van knikkers en dan erover spreken hoe het kwam dat er aan de ene kant een bepaald aantal uit kwamen en
aan de andere kant ook een aantal. Dit liet je de kinderen uitleggen. Dat is goed, daardoor behoud je de betrokkenheid en hoeven ze niet alleen te luisteren.
Je hebt ook kinderen knikkers in de machine laten doen, het gaf sommige kinderen (jonge groep 3ers) bijna een magisch gevoel! Later heb je ook
oefeningen gebruikt waarbij je een bijvoorbeeld 5 knikkers in de machine deed, links kwamen er 3 uit, hoeveel komen er dan rechts uit? Of: links komen er 4
uit, recht komen er 2 uit, hoeveel heb ik erin gedaan? Belangrijk is wel om de link te leggen naar de term splitsen, zodat de kinderen ook begrijpen wat ze
aan het doen zijn en de koppeling kunnen leggen naar hun werkboek.

Feedback medestudent op de Splitsmachine


Ilse van der Linden 21-06-2020

Ik vind het waardevol dat je een korte beschrijving van de introductie van de splitsmachine hebt toegevoegd.

Je hebt goed nagedacht over deze machine. Je hebt een goede relatie gelegd tussen de belevingswereld en leeronderwerpen in groep drie.

Waar ik wel nog ruimte voor verbetering zie, is bij je verantwoording. Je hebt een goede basis. Echter zou je eventueel het hoofdfase model/drieslag model
hierbij kunnen gebruiken. Je geeft namelijk aan dat de splitsmachine helpt bij het automatiseren. Ik zou graag wat meer informatie willen in welke fase de
leerlingen zitten en hoe de machine hier goed op aansluit.
Evaluatie op de les
Ik had de klas al in de kring zitten omdat ze van tevoren een weekendgesprek gehad hadden. Toen gingen ze buitenspelen. In die tijd heb ik de koffer met
daarin de splitsmachine klaargezet. Toen de kinderen binnenkwamen waren ze meteen ontzettend enthousiast, die koffer was heel spannend voor hen!

Ik heb een verhaal over de koffer verteld en alle aandacht was bij mij. Iedereen was betrokken en zat op het puntje van zijn stoel. Toen ik uiteindelijk de
functie van de splitsmachine uitlegde vergat ik het woord ‘splitsen’ te gebruiken. Na een tijdje besefte ik dat en ging ik dat woord wel gebruiken. Dat is
belangrijk omdat de kinderen dan ook een naam aan de opdrachten kunnen koppelen. Ze weten wat ze aan het doen zijn/ wat ze gaan leren.

In de ochtend voor de school begon had ik de splitsmachine nog getest. Een aantal knikkers er boven in, die kwamen er keurig onder weer uit. Tijdens mijn
instructie verliep dit echter net iets anders. De machine werkte niet zo goed waardoor alle knikkers iedere keer aan één kant eruit kwamen. Zo werkte het
splitsen niet. Uiteindelijk heb ik dit opgelost door de machine een beetje scheef te houden wanneer ik de knikkers erin deed. Dit werkte goed. Tijdens dit
moment heb ik gedifferentieerd omdat ik de kinderen die het al een beetje beter begrepen heb laten uitleggen hoe ze de sommen moesten oplossen. Dus,
hoe weet je dan dat er … knikkers in dat bakje liggen? Ik heb dan de uitleg van het kind samengevat/herhaald zodat de kinderen de manier van rekenen bij
het splitsen begrijpen.

Toen wilde dat de kinderen de kring op gingen ruimen heb ik eerst de regels hiervan besproken; je let op andere kinderen, tilt je stoel goed op en wacht tot
je bij je tafel kan (niet doorduwen). Hierdoor verliep dit deel soepel en kon ik meteen met de instructie van de verwerking beginnen. De verwerking in
drietallen werkte goed en de kinderen deden actief mee. Na een tijdje begonnen een paar groepjes onrustig te worden. Ik heb toen meteen duidelijke
afspraken gemaakt met de kinderen. Dit soort gedrag wil ik niet zien tijdens mijn lessen. Daar hebben andere kinderen en ik veel last van. Dit valt dus onder
consequent handelen. Ik heb hiermee mijn eigen grenzen duidelijk aangegeven. Ik heb het gedrag verder ook niet meer terug gezien bij de kinderen.

De kinderen hebben geëvalueerd door middel van wisbordjes in de lucht. Voordat ik deze uitdeelde heb ik de afspraken over de bordjes duidelijk
uitgesproken en ook de rede hiervan. Zoals, van dat doen gaat de stift kapot en dat is niet nodig, we schrijven alleen het antwoord op en verder geen
tekening, dan is het antwoord goed leesbaar. Dit ging erg goed en alle kinderen deden weer actief mee. Ze vonden het erg leuk om op dat bordje te
schrijven. Kortom, een hele leuke les voor de kinderen en ook voor mij!

Voor les 2:

Het grootste deel van de kinderen heeft de instructie goed begrepen en is tijdens de verwerking aan de slag gegaan. Ik kon zien dat veel kinderen begrepen
hoe het splitsen met blokjes werkt. Uiteindelijk hebben we nog geëvalueerd met de wisbordjes. Ik zag dat veel kinderen de lesstof begrepen hadden en
klaar waren voor meer uitdaging. Sommige kinderen maakte nog wel foutjes. Ik wil de komende les extra goed op deze kinderen gaan letten. Dan weet ik
waar de moeilijkheid zit voor hen.
Feedback mentor op de les
Wat een leuke intro met de koffer. De splitsmachine zorgde ervoor dat alle kinderen goed betrokken waren. 

Benoem meteen aan het begin van de les dat de kinderen gaan splitsen met de machine, dan is het doel duidelijk.

Als de knikkers in de bakjes vallen is het goed om hardop mee te tellen. Je ondersteunt het dan auditief voor de kinderen die het niet kunnen zien. Ook
maak je het met je handen visueel (door het goede aantal vingers op te steken).

Je laat de kinderen allemaal het antwoord geven door ze hun vinger op te laten opsteken. Zo doen alle kinderen mee en zie je meteen wie de opdracht
begrepen heeft.

Je legt de opdracht duidelijk uit (let wel op spiegelbeeld tijdens de uitleg).

Leuke manier om de antwoorden te bespreken met white bordjes. Fijn dat je de kinderen die het fout hebben niet hardop corrigeert, maar ze dit zelf laten
ervaren door het goede antwoord te noemen. De kinderen gaan meteen de splitsing natellen en ontdekken zo zelf hun vergissing. Je laat verschillende
kinderen vertellen hoe ze aan hun antwoord zijn gekomen.

Feedback domeinexpert op de les


Ellen Schoonen, Domeinexpert Rekenen.

Ellen Gebruik ook de andere twee modellen om je lesdoel uit te werken. Hierdoor kan je goed inspelen op het niveau van de leerlingen. Kijk ook
Schoonen naar de leerlijn op Tule. Wat staat voor en wat staat na het leerdoel? Zo kan je de lesstof aanpassen naar een makkelijker of moeilijker
niveau. Kijk waar je dit kunt vinden en hoe je dit kan gebruiken. Ik vind het gebruik van de splitsmachine erg leuk, hierdoor wordt het
getalbegrip vergroot.

Sanne heeft na het aanpassen van de verantwoording de les nogmaals getoond. Ze had alle feedback nu toegepast in haar verantwoording.
Foto’s
Bibliografie
Cabri, Y. (2019, September 2). Gesprek over de klas. (S. Jansen, Interviewer)

Notten, C., Versteeg, B., & Martens, L. (2014). Leren rekenen, ook als het moeilijk wordt. Assen: Koninklijke van Gorcum BV.

Tule.SLO. (sd). Kerndoelen rekenen en wiskunde. Opgehaald van Tule.SLO: http://tule.slo.nl/RekenenWiskunde/F-KDRekenenWiskunde.html

Wil Oonk, R. K. (2011). Rekenen-wiskunde in de praktijk Kerninzichten. Groningen/Houten, Nederland: Noordhoff Uitgevers. Opgeroepen op November 2,
2019

You might also like