Professional Documents
Culture Documents
Opdracht 1:
a. Welke effect heeft een verlaging van de lokale zuurstofspanning op de bloedvaten in de
longcirculatie?
Plaatselijke vasoconstrictie, omdat er minder zuurstof nodig is. Als de ventilatie omlaaggaat, gaat de
perfusie omlaag.
c. Leg aan de hand van je antwoorden op vraag a en b uit hoe bij een patiënt met COPD een cor
pulmonale kan ontstaan.
Wat zou je kunnen verwachten perifeer oedeem in de benen/enkel (door stuwing). Ook stuwing in
halsvenen. Circulatoir probleem, veroorzaakt door pulmonaal probleem.
Opdracht 2
Elasticiteit
Alveoli zijn uitgelubberd, door het littekenweefsel. De longen kunnen dus moeizaam terugkeren in
expiratiestand. Longblaasjes kunnen dichtklappen, omdat de longen blijven staan in de
inspiratiestand zonder dat er lucht aanwezig is in de longen
Die wordt kleiner. Er blijft elke keer een beetje lucht hangen in de longen, waardoor er de
volgende keer minder volume heeft om erbij in te ademen
c. Bij longemfyseem neemt de ademarbeid enorm toe. Zit deze toename vooral in de in- of de
uitademarbeid? Leg uit waarom
Omdat de elasticiteit is verminderd, kost iedere expiratie kracht. Je hebt dus enorm veel
ademarbeid nodig om te kunnen uitademen.
leervragen zijn geïnspireerd op het Werkboek Leergang Proactive Nursing, 2017, VUmc Academie
1
Inholland hbo-v technische verpleegkunde
Opdracht 4:
a. Wat is de meest gevreesde vorm van pneumothorax en de behandeling?
Spanningspneumothorax.
Behandeling bestaat uit het afdekken van de wond, om te zorgen dat er niet meer extra lucht in
komt. Daarna het plaatsen van een thoraxdrain, om het extra lucht te laten afvloeien. Als je geen
tijd hebt, dan jas je er ‘ER-style’ en naald erin om te ontluchten.
Door een trauma van bijvoorbeeld een aanzuigende wond, komt er tijdens de inspiratie lucht
tussen de pleurabladen. Tijdens expiratie klapt de long deze wond dicht, waardoor de lucht niet
eruit kan. Uiteindelijk neemt het volume tussen de bladen toe, waardoor organen zich gaan
verplaatsen en venen dichtgedrukt kunnen worden obstructieve shock.
c. Welke symptomen zie je bij iemand met deze vorm van een pneumothorax?
Opdracht 5: Leg uit wat er gebeurt bij het ontstaan van een massale longembolie (een grote of
meerdere kleine).
Een massale longembolie is een blokkade in een longslagader, de primaire slagader of een van de
takken of er zitten in meerdere kleine (slag)aders kleinere emboli. Dit gebeurt als meer dan 50%
van de slagader is geblokkeerd. Daardoor is er over een groot deel van de longen geen perfusie
meer. Je hebt dan heel veel dode-ruimte ventilatie. De bloedtoevoer naar de longen en dan
uiteindelijk naar het hart wordt geblokkeerd.
Verslechterde gaswisseling
Circulatie: stuwing in de arteriën rechterkant moet harder pompen en heeft overbelasting. Hele
hoge bloeddruk in het arteriële systeem. Gestuwde halsvenen. Rechter hartfalen. Vrij acuut
dodelijk.
Opdracht 6: Noem 2 ziektebeelden waarbij shunting kan optreden en leg dit uit.
1. Corpus alienum – luchtwegen worden gedeeltelijk of volledig afgesloten. Dan heb je geen
ventilatie maar wel perfusie.
2. Aspiratie – Dan heb je ook afgesloten luchtwegen, zelfde als corpus alienum
leervragen zijn geïnspireerd op het Werkboek Leergang Proactive Nursing, 2017, VUmc Academie
2
Inholland hbo-v technische verpleegkunde
3. COPD – longblaasjes zijn kapot. Daardoor heb je geen ventilatie, maar wel perfusie dus
shunting.
4. Pneumonie – verstoorde diffusie door verlengde diffusieweg. Mindere ventilatie, maar wel
goede perfusie shunting
b. Heeft het zin om bij deze 2 ziektebeelden extra zuurstof toe te dienen? Leg uit waarom wel of
waarom niet.
Het heeft zeker wel zin, om te compenseren voor de delen waarin minder zuurstof kan worden
opgenomen. Door de concentratie te verhogen, dan maak je gradiënt groter. Compenseren voor
ander probleem in de diffusie.
Hypoxemie:
Te lage zuurstofconcentratie in het bloed (arterieën)
Hypoxie
tekort aan zuurstof in de weefsels (organen), waardoor in de cellen een tekort aan zuurstof
ontstaat en zij niet optimaal kunnen functioneren.
Zuurstofextractie:
Het wegtrekken van zuurstof (en bloed) uit bijvoorbeeld vingertoppen, perifere stelsel, waardoor
cyanose ontstaat. Dit onttrek je aan onbelangrijke weefsels, zodat de vitale organen . Shockbeeld,
je trekt het uit de capillairen.
Opdracht 8: Waarom kan je aan de hand van het getal van de zuurstofsaturatie geen zekere
conclusies trekken over het zuurstofgehalte van het bloed? Leg uit aan de hand van
mogelijkheden.
Als je te weinig Hb hebt, kan het wel allemaal gesatureerd zijn, maar dan heb je alsnog te weinig
zuurstof in je bloed (Bijvoorbeeld anemie).
Als de verkeerde moleculen gebonden zijn aan Hb (zoals CO), dan is het allemaal gesatureerd,
maar niet met zuurstof. Dan heb je dus alsnog zuurstoftekort.
Lagere doorbloeding van de vingers, koude vingers etc. Dan geeft hij vals een lage waarde.
Opdracht 9: Uit welke 5 klinische aandachtspunten bestaat de ademhaling? Hoe kun je deze
bewaken/observeren?
1. Luchtwegen
2. Ademprikkel
leervragen zijn geïnspireerd op het Werkboek Leergang Proactive Nursing, 2017, VUmc Academie
3
Inholland hbo-v technische verpleegkunde
3. Ademarbeid
4. Gaswisseling
Bewaken door: saturatie meten, kleur van pt observeren, vesiculair ademgeruis ausculteren,
arteriële bloedgassen beoordelen, EtCO2 meten, saturatie meten en shuntfractie observeren
5. Pulmonale doorbloeding
Opdracht 10: in tabel 1 staan een aan zorgsituaties die betrekking hebben op de ademhaling. Geef
aan waar de primaire verstoring zit. Gebruik hier voor de klinische aandachtspunten van de
ademhaling uit opdracht 9.
Longemfyseem Gaswisseling
Opdracht 11: Vul in onderstaande tabel in wat de verschillende ziektebeelden voor invloed hebben
op de ventilatie/perfusie verhouding (V/P), de saturatie (SpO2) en de waarde van pCO2 in het
bloed.
leervragen zijn geïnspireerd op het Werkboek Leergang Proactive Nursing, 2017, VUmc Academie
4
Inholland hbo-v technische verpleegkunde
Opdracht 12: Welk ziektebeeld past het best bij de onderstaande gegevens?
Tabe Ziektebeeld
l
Hyperventilatie
kleine longembolie zou kunnen
Atelectase
Exacerbatie COPD
Longonsteking
Decompensatio cordis
Pulmonaal & cardiaal probleem zijn gecombineerd in dit beeld:
Opdracht 13: zet in onderstaande tabel wat de functies zijn van de bovenste luchtwegen
Opdracht 14: leg uit waarom wordt ingeademde lucht verwarmd en bevochtigd?
leervragen zijn geïnspireerd op het Werkboek Leergang Proactive Nursing, 2017, VUmc Academie
5
Inholland hbo-v technische verpleegkunde
Dit beschermt de slijmvliezen in de longen en zorgt voor een optimale longfunctie. Uitdroging en
afkoeling van slijmvliezen voorkomen.
Opdracht 15a: een stridor is een symptoom van een luchtweg probleem, vul onderstaande tabel in
leervragen zijn geïnspireerd op het Werkboek Leergang Proactive Nursing, 2017, VUmc Academie