You are on page 1of 11

De Aziatische hoornaar door een vergrootglas bekeken

Hij mag dan groter zijn, de Aziatische hoornaar (Vespa velutina) is niet gevaarlijker dan een gewone
wesp. Uit zichzelf zijn hoornaars niet agressief. Wespen worden wel agressief bij verstoring van het
nest. De Aziatische hoornaar heeft grote nesten met veel werksters, dus je blijft best uit de buurt. Net
als de gewone wesp kan de hoornaar pijnlijk steken. Problematische situaties zijn echter zeldzaam en
gelinkt met de hoeveelheid steken en hypersensitiviteit. Het verwijderen van nesten vertegenwoordigt
natuurlijk een groter risico, dit laat je dan ook beter over aan opgeleide professionelen. Met wat volgt
willen we informeren over de Aziatische hoornaar. We brengen ook een getuigenis over Aziatische
hoornaar van imker en boswachter Erik Bartholomees.

Zijn onze bijenkasten in gevaar?


Een Aziatische hoornaar kan zwevend worden waargenomen aan een bijenkast, waar ze probeert
aanvliegende werksters of haalbijen te vangen (“bee hawking”; Tan et al. 2007). Ze grijpt daarbij haar
prooi tussen de poten en doodt die met de onderkaken. In een nabijgelegen struik of boom verwijdert
ze daarna alle onnodige lichaamsdelen en behoudt enkel de thorax met daarin de eiwitrijke
vliegspieren. Deze “vleesbal” neemt ze mee naar het nest om de larven te voeden (Rome et al., 2015).
Wanneer een bijenvolk verzwakt is door hoge predatiedruk kunnen Aziatische hoornaars proberen op
de vliegplank te landen en zelfs de kast binnen te gaan (Foto 1). Een belegering van de vliegplank
door hoornaars (zoals in Foto 1) is bij ons nog niet waargenomen.

Foto 1: een groep Aziatische hoornaars belegert de vliegopening van een bijenkast in Ligurië (Italië).
(Foto: Simone Lioy).

De aanhoudende aanwezigheid van Aziatische hoornaars voor de bijenkasten, soms in grote aantallen
(15-20 individuen), geeft honingbijen stress. Onderzoek uit Frankrijk toonde aan dat bij een hoge
predatiedruk het verzamelen van nectar en stuifmeel door de werksters vertraagt of stilvalt (Requier et
al. 2019). Dit heeft een negatieve impact op de overleving van de kolonie tijdens de wintermaanden.
Bij een lage predatiedruk is de impact kleiner en wordt het verzamelen van nectar en stuifmeel minder
verstoord. Om de impact van Aziatische hoornaar te milderen, is het dus belangrijk zowel de
verspreiding als de aantallen hoornaars terug te dringen in Vlaanderen.

Box 1: Een nieuw fenomeen waargenomen aan bijenkasten in Vlaanderen

Net als sommige andere imkers, kreeg ook imker en boswachter Erik Bartholomees ongewenst
bezoek van Aziatische hoornaar aan zijn bijenkasten. Dat begon met het stilhangen voor zijn
kasten, maar later in het jaar ontdekte hij een nieuw fenomeen dat tot op heden nog niet werd
waargenomen in Vlaanderen. Hierover vertelt hij jullie in een kort interview (november 2020).

“Ik kan het bijna niet geloven maar ondertussen ben ik al 40 jaar met bijen bezig. Zoals de meeste
imkers ben ik ooit begonnen met een zwermpje. De eerste Aziatische hoornaars heb ik opgemerkt
in de maand juli.

“Ik roep alle collega imkers dan ook op om regelmatig hun kasten te inspecteren en alle
waarnemingen van Aziatische hoornaar snel te melden via Vespa-Watch.”

Eerst vlogen ze in de buurt van enkele bevruchtingskastjes


rond en eigenlijk zijn ze gemakkelijk herkenbaar. Pikzwart
met een felgekleurde oranje band op het achterlijf. In het
begin had ik ook helemaal niet door dat deze in het najaar
voor grote problemen op mijn stand zouden zorgen. Ze
hingen stil voor de kasten en pakten af en toe wat bijen
maar dit ging over kleine aantallen. Tot september -
oktober, toen werd de druk echt groot en vlogen er steeds
tientallen hoornaars voor de stand. De bijen werden
constant gestoord en ik begon toen ook door te krijgen dat
dit niet goed ging komen. Ze zijn blijven jagen tot in
november, zelfs bij een temperatuur van 9°C vlogen ze nog
steeds rond. Dus op het moment dat de Europese hoornaar
het al lang laat afweten, gaat de Aziatische soort nog door.
Dit toont aan dat het over een stevig beestje gaat.
Ik vang nu werksters Aziatische hoornaar weg van voor
mijn kasten.”

Figuur 2: Boswachter en imker Erik Bartholomees

“Op het moment dat de bijen niet meer vliegen, landen de hoornaars op de vliegplanken, gaan ze de
kasten binnen en na een minuutje komen ze naar buiten met een bij. Dit zou volgens de
wetenschappers nog niet waargenomen zijn in Vlaanderen maar hier doen ze het bij alle kasten.
Pure horror!”

Kan ik de Aziatische hoornaar koningin herkennen?


In de herfst is de koningin van de kolonie gemakkelijk op het zicht te onderscheiden van haar
werksters. Ze is te herkennen aan haar opgezwollen achterlijf, haar vervagende oranje kleur, de
afname van haar op het borststuk en, aan het einde van het seizoen, haar beschadigde vleugels. In het
voorjaar zijn de verschillen tussen werkers en koninginnen amper zichtbaar (Perrard et al., 2012 ;
Pérez-de-Heredia et al., 2017). De toekomstige koninginnen blijven na hun geboorte één à twee
weken in het nest, waar ze extra eiwitrijk voedsel krijgen om een vetvoorraad aan te leggen. Deze
vetmantel biedt de koninginnen isolatie en voedingsstoffen om de winter door te komen. Aangezien
werksters geen vetmantel aanmaken, zijn ze lichter (188-386 mg) dan stichtende koninginnen
(580-721 mg) (Rome et al., 2015).

Hoe onderscheid je een dar van een werkster?


Een dar (mannelijk) heeft een stomp achterlijfspunt met een inkeping en vertoont twee gele vlekken
aan het ventrale uiteinde van de abdomen (Foto 3 en 4). Bij het vrouwtje is dit kenmerk niet
aanwezig. Een werkster (vrouwelijk) heeft een spits achterlijfspunt, waarbij soms ook de angel te zien
is (Foto 5). Als je gestoken bent door een hoornaar, dan is dit door een werkster want mannetjes
hebben geen angel. Het gif van een Aziatische hoornaar is niet gevaarlijker dan dat van de Europese
hoornaar of andere sociale wespen maar is wel pijnlijk. Daarnaast zijn de antennes van een dar één
segment langer (13 ipv 12 segmenten) dan van een werkster. Met wat oefening kan je werksters en
darren vlot op het zicht uit elkaar halen.

Foto 3: een dar met een stompe achterlijfspunt.


Foto 4: een dar waarbij de inkeping in het midden op het achterlijfspunt duidelijk te zien is. Gele
cirkels tonen aan weerszijden van de inkeping de gele puntjes die zichtbaar zijn.
Foto 5: een werkster met een spits achterlijfspunt, waarbij duidelijk de angel te zien is.
(Foto: Dominique Soete)

De verschillende fases van nestvorming


De nestbouw van Aziatische hoornaar start in het voorjaar door een bevruchte koningin die
overwinterde. Ze start in haar eentje de bouw van een klein primair nest en brengt zelf de eerste
werksters groot (Foto 6). Het primaire nest wordt over het algemeen op een beschutte plaats gebouwd
(nestkast, schuur, gat in de muur, dakrand, braam ...). Wanneer de omgeving ongunstig wordt of het
nest te klein voor de groeiende kolonie, verhuist het naar een secundair nest dat typisch in een
boomtop wordt gemaakt, meestal in de maand augustus (Foto 8) (Rome et al., 2015). Deze grote
zomernesten kunnen 1m hoog zijn en een diameter tot 80 cm bereiken. Toch zijn ze erg moeilijk te
vinden in een dicht bladerdak. Ze worden vaak pas ontdekt in oktober, wanneer reeds een deel van de
nieuwe koninginnen uitgevlogen zijn.

Foto 6: een beginnend primair nest of embryonest van de Aziatische hoornaar in een tuinhuis.
Diameter 4,5 cm, hoogte 2 m, een week oud (Foto: Honeybee Valley)
Foto 7: een nest van de Aziatische hoornaar gebouwd in een serre. Door de structuur van de eerste
raat te bepalen kan je nagaan of het een primair of secundair nest betreft, of als de bewoners aangeven
dat het nest al actief is van het voorjaar. Een primair nest wordt best verdelgd met de stikpot methode
en nadien manueel verwijderd (Foto: Bart speybrouck)
Foto 8: een secundair nest van de Aziatische hoornaar in de top van een boom in een dorpstuin.
Diameter 50 cm. Dergelijk nest moet door specialisten verdelgd worden met een telescoopstok (Foto:
Gerrit Vermont)

Hoe wordt het beheer in Vlaanderen georganiseerd


Imkers kunnen de respons ketting opstarten die begint met het melden van een hoornaar op
Vespa-Watch en uiteindelijk leidt tot nestbehandeling. In 2021 coördineert het VBI deze respons
ketting. Dit gebeurt in samenwerking met het INBO, de Vespawatchers, vrijwilligers,
brandweerdiensten en plaatselijke overheden. Deze ketting start bij een melding van een Aziatische
hoornaar op de website van INBO: www.vespawatch.be. Na een positieve evaluatie van de observatie
op iNaturalist wordt deze doorgegeven aan de Vespawatchers (zie facebook), die de plaatselijke
imkervereniging contacteren en een zoekactie organiseren om het nest te vinden. Belangrijk hierbij is
dat iedereen zich vooraf registreert zodat elke deelnemer verzekerd is bij ‘VBI Insurance’. Wanneer
een nest is gevonden duidt het VBI een verdelger aan conform hun reglement. Dit kan zowel de
brandweer zijn als opgeleide professionele verdelgers. Bij het verwijderen van een nest van de
Aziatische hoornaar moeten extra veiligheidsmaatregelen worden genomen, daarom organiseert het
VBI opleidingen om nesten van de Aziatische hoornaar te verwijderen. Op de e-learning pagina van
de website van VBI staan verschillende filmpjes die elk van deze stappen illustreert.

Wat kunnen imkers zelf doen


Imkers staan op de eerste lijn in de strijd tegen de Aziatische hoornaar. Vaak merken zij als eersten
Aziatische hoornaar op wanneer een nest in de buurt is. Omdat het essentieel is dat nesten tijdig
worden behandeld, voor het uitvliegen van de koninginnen in de herfst, moeten we in de
zomermaanden reeds actief op zoek gaan naar nesten. In de periode 2018-2020 zijn bijna 200 nesten
gevonden door vrijwilligers (Schoonvaere et al. 2020; Figuur 1).
Figuur 1: Gerapporteerde nesten van Aziatische hoornaar in Vlaanderen in de periode 2017-2020. De
verdeling van het aantal nesten per provincie illustreert duidelijk de oostwaartse opmars van de soort
(Adriaens & D’hondt 2017).

Soms kan een nest eenvoudig in zijn geheel verwijderd worden, maar meestal gebeurt vernietiging via
het injecteren van insecticide, zoals bij klassieke wespenverdelging. De meeste gevonden nesten
worden ook effectief behandeld, tenzij ze onbereikbaar zijn of reeds verlaten werden door het
wespenvolk. Er wordt gestreefd naar een zo snel mogelijke responstijd na een melding van een nest
(Figuur 2). Het aantal behandelde nesten is het hoogst waar de invasie is gestart (namelijk het
Zuid-Westen van Vlaanderen, ter hoogte van grens met Frankrijk en Wallonië) (Adriaens & D’hondt
2017) (Figuur 3).

Figuur 2: gemiddelde responstijd (de tijd tussen melding en verdelging) na melding op Vespa-Watch
per jaar. Over alle jaren bekeken worden de meeste nesten binnen de tien dagen na melding bestreden,
maar met het toenemend aantal nesten wordt het organiseren van bestrijdingsacties uitdagender en
neemt het aantal nesten met een responstijd van meer dan tien dagen toe.
Figuur 3: aantal behandelde nesten per gemeente in Vlaanderen sinds de start van de invasie tot en
met 2020. De meeste nesten zijn reeds behandeld in Kortrijk (16 nesten), Gent (10 nesten), Roeselare
(9 nesten), Ieper (7 nesten) en Brugge (5 nesten).

Tip 1: Herkennen en melden. Leer de soorten herkennen en informeer vrienden, buren en kennissen.
Meld ook elke waarneming op de website https://vespawatch.be. Waarnemingen kan je ingeven via de
website of de smartphone. Zo weten actieve zoekers waar er nog nesten te vinden zijn. Probeer elke
waarneming te documenteren met een foto. Werden er opnieuw hoornaars gespot op dezelfde locatie?
Invoeren maar, hoe meer waarnemingen hoe beter. De frequentie van waarnemingen op dezelfde
locatie verhoogt de kans op het vinden van een nest en is ook nuttig als bevestiging na verwijdering
van het nest.

Foto 9: een jagende hoornaar aan een bijenkast in Roeselare, gefotografeerd met de smartphone. De
kwaliteit van de foto is niet optimaal, maar de Aziatische hoornaar is duidelijk herkenbaar. Aziatische
hoornaars hangen tijdens het jagen stil voor de kast, dat helpt bij het nemen van een foto. Foto: Karel
Schoonvaere.

Tip 2: Observeer de vliegrichting met prooi. Hoornaars jagen gemiddeld op 500 meter (maximum
2000 meter) rondom hun nest. Net na de vangst hangt de hoornaar omgekeerd aan een takje terwijl ze
haar prooi ontleedt (zie Foto 10). Soms kan de vliegrichting lichtjes afwijken door een obstakel of
door bebouwing. Blijf de hoornaar dus volgen tot ze uit het zicht is (+- 30 meter). Hoornaars nemen
een zekere vlieghoogte aan om gemiddeld 30 km/u te kunnen vliegen.
Foto 10: een Aziatische hoornaar ontleedt haar prooi in een nabijgelegen struik of boom. Hier wordt
een gewone wesp ontdaan van ledematen en kop.

Tip 3: Zet wiekpotten met lokstof uit. Het principe is hoornaars naar een wiekpot te lokken en de
vliegrichting en afstand tot het nest te bepalen wanneer ze terugvliegt naar haar nest. Door de tijd
tussen twee bezoeken op de wiekpot te bepalen, kan je de afstand tot het nest inschatten. Hoe je dit
doet, vind je op de website van Vespa-Watch en instructiefilmpje van het Vlaame Bijeninstituut
(https://vimeo.com/474381120).

Tip 4: Triangulatie of driepuntsmethode. Door meerdere vliegrichtingen met prooi op enkele


honderden meters afstand van elkaar aan te duiden op een kaart kan je bij benadering de locatie van
het nest bepalen. Een kaartje of google maps zijn daarbij handige hulpmiddelen.

Tip 5: Informeer buren en ga samen op zoek naar nesten. Nesten zoeken vraagt een plan van
aanpak. In groep zoeken en iedereen op de hoogte brengen vergroot de kans op succes. In private
plaatsen (een tuin, een afgesloten bos,…) is het voor zoekers moeilijk om een nest te vinden omdat ze
niet dicht genoeg kunnen naderen. Soms weten bewoners wel dat er “grote wespen” in het tuinhuis
zitten, maar denken ze niet aan de Aziatische hoornaar. Informeren en samenwerken is hier cruciaal.
Hoe meer ogen op de uitkijk, hoe sneller het nest wordt gevonden.

Tip 6: September? Klimop en sneeuwbes.


Naast het bezoeken van een bijenstand, gaan vrijwilligers vanaf september ook op zoek naar jagende
hoornaars op klimop of sneeuwbes. Deze najaarsbloeiers zijn uitstekende planten om Aziatische
hoornaars op aan te treffen. Het zijn de laatste bloeiende struiken, en veel insecten komen er nectar
drinken. Zelfs op een vroege ochtend met koude temperaturen kan je hier Aziatische hoornaars
spotten.

Tip 7: Houd de populaties van de Europese Hoornaar in stand. De Europese hoornaar is een
inheemse soort, en de enige die via natuurlijke competitie mee de populaties van de Aziatische
hoornaar onder controle houdt. De verdedigingsmechanismen van de honingbij zijn aangepast aan de
Europese hoornaar, waardoor deze veel minder schade kan toebrengen aan een bijenkolonie. De
bijvangst van deze soort dient dus zo laag mogelijk gehouden te worden. Niet-selectief vangmateriaal
in het voorjaar is daarom afgeraden. Hoornaars afvangen in het voorjaar is geen effectieve
beheerstrategie. Bovendien worden hiermee vaak enkel inheemse soorten gevangen waaronder
hommels die aan de kolonie opbouw moeten beginnen.

Box 2: Uitzetten van wiekpotten


Sinds 2020 gebruiken de vrijwilligers van de Vespawatchers nieuwe opsporingstechnieken. Op het
kanaaleiland Jersey pasten ze deze techniek reeds toe in 2019. Wiekpotten met lokstof worden
opgehangen op verschillende plaatsen rond een vermoedelijk nest en worden regelmatig
gecontroleerd op de aanwezigheid van hoornaars. Door de vliegrichting en vliegtijden van de
hoornaars te meten, kunnen de afstand en de richting tot het nest ingeschat worden. Zelf aan de slag
gaan? Volg het stappenplan.

Stap 1: Het maken en uithangen van wiekpotten. Een wiekpot moet volgende kenmerken
bezitten: een glazen of plastic pot met daarin een wiek (vb. keukendoek of reep katoen ) die de
vloeistof naar boven toe trekt. Belangrijk is dat het gat met de wiek goed afgesloten is zodat de
vloeistof niet snel verdampt of insecten niet naar binnen kunnen want dan zullen ze verdrinken. Als
vloeistof kan je een commercieel product gebruiken (vb. Trappit van Edialux – enkel verkrijgbaar
op hun site voor professionals met BTW-nummer of vzw’s), ofwel een zelfgemaakte mengsel
bestaande uit 1/3de droge witte wijn, 1/3de bier en 1/3de suiker/siroop. De suiker dient om de
insecten te lokken, de alcohol zorgt ervoor dat bijen niet aangetrokken worden en wespen zijn daar
ook wel liefhebber van. Idealiter hangt een wiekpot net onder ooghoogte en in een open ruimte,
zodat je gemerkte hoornaars kan herkennen en gemakkelijk kan zien wegvliegen. Plaats de wiekpot
op een goede plaats, zodat dit later kan helpen bij het trianguleren ervan.

Foto 11: een glazen wiekpot met zelfgebrouwen mengsel, geplaatst in een open vlakte net onder
ooghoogte. (Foto: Erwin Derous)

Stap 2: Het merken van de hoornaars. Als een wiekpot op een goede plaats hangt, kan hij na
enkele uren al bezocht worden door hoornaars. Om er zeker van te zijn dat je dezelfde hoornaar
ziet, moet je hem vangen en merken. Bij een pot die druk bezocht wordt, moet je dus verschillende
merktekens gebruiken. Je kan gebruikmaken van Opalith merkplaatjes met cijfers of een merkstift
om koninginnen te merken. Vang de hoornaar en klem hem vast zodat je het merkteken in alle
veiligheid kan aanbrengen op het borststuk. Hiervoor kan je eventueel gebruik maken van een
merkbuisje met stamper waarin je de hoornaar inbrengt. Een merkplaatje breng je aan op de
bovenkant van het borststuk met een beetje houtlijm of was. Na het merken laat je de hoornaar een
minuutje in het merkbuisje zodat de lijm of was kan drogen. Daarna laat je ze terug vrij. Het duurt
meestal een tijdje vooraleer ze daarna terug op de wiekpot komt foerageren.
Foto 12: een Aziatische hoornaar in een merkbuisje met stamper zodanig dat het
Opalith-merkteken op het borststuk kan worden aangebracht.
Foto 13: een gemerkte Aziatische hoornaar op een wiekpot. Na vertrek wordt de tijd gemeten tot de
terugkeer om de volgende lading suiker op te halen.
Foto’s: Vlaams Bijeninstituut

Stap 3: Opmeten van tijden en vliegrichtingen. Van elke gemerkte hoornaar noteer je de tijd dat
ze de wiekpot verlaat en terugkeert om een volgende lading suikers te verzamelen. Deze tijd maakt
het mogelijk om het nest te lokaliseren. Een vrijwilliger van Jersey heeft uitgerekend dat één
minuut ongeveer overeenkomt met 100 meter. Blijft een hoornaar na het drinken dus 3,5 minuten
weg, dan zit het nest ongeveer op 350 meter afstand. Herhaal de tijdmeting minstens vijf keer en
neem de kortste observatie. Als je voldoende gegevens hebt verzameld over de tijden en
vliegrichting op een bepaalde plaats, kan je de wiekpot verplaatsen. Zet meerdere wiekpotten uit
om snel een maximum aan gegevens te verzamelen. Dan kan je op een kaart cirkels trekken volgens
het principe van 1 minuut = 100 meter, en met aanduiding van de vliegrichting.

Twee type hoornaars die verschillen in de taak waarin zij gespecialiseerd zijn komen drinken van
de wiekpot. Enerzijds de eiwitverzamelaars die sporadisch komen bijtanken en zeer uiteenlopende
tijdmetingen geven. Anderzijds de suikerverzamelaars die voortdurend de afstand tussen het nest en
de wiekpot afleggen en wél consistente tijden geven. Een hoornaar die tot het eerste type
(eiwitverzamelaar) behoort komt minder vaak voor op de wiekpot, maar kunnen je metingen stevig
in de war sturen. Het komt er op aan om de aandacht te vestigen op één of enkele betrouwbare
hoornaars die suikers verzamelen voor het nest.

Opgelet: wiekpotten en tijdmetingen werken niet altijd en overal. Té dicht bij het nest (100 m) zijn
de hoornaars niet snel geneigd om de wiekpot te bezoeken. Té ver van het nest is het voor de
suikerverzamelaars niet meer rendabel om zo ver te vliegen. De wiekpot werkt het best tussen 100
m en 500 m rond het nest.

Stap 4: Vliegrichtingen en -tijden op kaart uitzetten.


Om goede metingen te hebben, moet je minstens vijf metingen per hoornaar hebben. Hiermee ga je
aan de slag om je vliegrichtingen en afstanden op kaart uit te zetten. Wiekpotten met
terugvliegtijden van meer dan 5 minuten kunnen beter 100 meter in de vliegrichting worden
verplaatst. Na enige tijd zouden de hoornaars deze wiekpot moeten vinden en zou je tijden korter
moeten zijn. Misschien merk je dat de vliegrichtingen licht afwijken van elkaar. Hoornaars vliegen
niet altijd in een rechte lijn naar haar nest, maar gebruiken landschapskenmerken.
Foto 14: voorbeeld van De Pinte waar twee nesten werden gevonden door de vliegrichting en
-tijden op kaart uit te zetten. Er werd gebruik gemaakt van 8 verschillende wiekpotten, waarvan 4
wiekpotten succesvol waren en 4 wiekpotten niet door Aziatische hoornaars bezocht werden.
Foto: Karel Schoonvaere

Wat met een bijenstand verscholen tussen muren of bomen?


Imkers wiens bijenkasten verscholen staan tussen gebouwen of beplanting kunnen vaak de hoornaar
niet goed zien wegvliegen. Bovendien kan de hoornaar eerst een lukrake opening kiezen om daarna
haar koers naar het nest te wijzigen. In deze gevallen kan je een wiekpot installeren op 10 à 20
meter van de bijenstand op een meer open plaats. Is het nest te ver van de bijenstand dan is het
mogelijk dat er geen hoornaars komen drinken van de wiekpot. Zie je op een wiekpot een week
lang geen hoornaars, overweeg dan om de wiekpot te verplaatsen. Het kan ook zijn dat de wiek zeer
veel wespen, vlinders of Europese hoornaars aantrekt. In dat geval kan het ook wenselijk zijn om de
wiekpot enkele tientallen meters op te schuiven.

Elke waarneming van een (vermeende) Aziatische hoornaar, met foto, kan worden gemeld op
onze website www.vespawatch.be. Op deze manier kunnen we de soort opvolgen en snel
nesten opsporen voor bestrijding. De gegevens worden ook gebruikt voor monitoring,
evaluatie van beheer en wetenschappelijk onderzoek. Informatie over het beheer van de
Aziatische hoornaar is ook te vinden op de website van het Vlaamse Bijeninstituut
www.vlaamsbijeninstituut.be.

Auteurs:
Frieda Van Roy, Karel Schoonvaere, Dries Laget, Jasmijn Hillaert (INBO), Dominique Soete
(Vespawatchers), Erik Goris, René De Backer (VBI), Tim Adriaens (INBO)

Project Vespa-Watch
Mogelijk gemaakt door de Vlaamse overheid, dep. Economie, Wetenschap & Innovatie
Referenties

Adriaens, T. en D’hondt, B. 2017. Uitkijken voor de Aziatische hoornaar. Natuur.focus 16(2): 93-95.

Pérez-de-Heredia, I., E. Darrouzet, A. Goldarazena, P. Romón, and J. C. Iturrondobeitia. 2017.


Differentiating between gynes and workers in the invasive hornet Vespa velutina (Hymenoptera,
Vespidae) in Europe. Journal of Hymenoptera Research 60:119.

Perrard, A., C. Villemant, J. Carpenter, and M. Baylac. 2012. Differences in caste dimorphism among
three hornet species (Hymenoptera: Vespidae): forewing size, shape and allometry. Journal of
evolutionary biology 25(7):1389-1398

Requier, F., A. Fournier, Q. Rome, and E. Darrouzet. 2020. Science communication is needed to
inform risk perception and action of stakeholders. Journal of Environmental Management
257:109983.

Rome, Q., F. Muller, A. Touret‐Alby, E. Darrouzet, A. Perrard, and C. Villemant. 2015. Caste
differentiation and seasonal changes in Vespa velutina (Hym.: Vespidae) colonies in its introduced
range. Journal of Applied Entomology 139(10):771-782

Schoonvaere, K., Laget, D., Adriaens, T., Desmet, P., Villers, V., de Graaf, D. 2020. Vespa-Watch:
Invasiemonitoring van de Aziatische hoornaar met hobbyimkers en het publiek. Eindrapport in het
kader van de oproep Citizen Science van het Departement Economie, Wetenschap en Innovatie (EWI)
van december 2017. Honeybee Valley en Instituut voor Natuur- en Bosonderzoek, Brussel. DOI:
https://doi.org/10.21436/inbor.19019045

Tan, K., S. Radloff, J. Li, H. Hepburn, M.-X. Yang, L. Zhang, and P. Neumann. 2007. Bee-hawking
by the wasp, Vespa velutina, on the honeybees Apis cerana and A. mellifera. Naturwissenschaften
94(6):469-472.

You might also like