You are on page 1of 2

Wiskunde Naam: Boaz Vanweehaeghe

Oefeningen beschrijvende statistiek


1. Noteer bij elk voorbeeld het onderzocht kenmerk, de populatie en de steekproef.
A. Een interviewer vraagt telefonisch aan 500 Vlamingen of ze voor of tegen nieuwe
verkiezingen zijn.
Onderzocht kenmerk: voor of tegen nieuwe verkiezingen

Populatie: Alle Vlamingen

Steekproef: 500 Vlamingen

B. Na elke rit in de Ronde van Frankrijk wordt een aantal renners onderzocht op doping.

Onderzocht kenmerk: gebruik van doping

Populatie: alle renners in de Ronde van Frankrijk

Steekproef: een aantal renners in de Ronde van Frankrijk

2. Geef bij de volgende variabelen aan of het kwalitatieve of kwantitatieve variabelen


zijn. Geef ook telkens een voorbeeld van een aantal mogelijke waarden/uitkomst.

Kwalitatief / kwantitatief Voorbeeld

De smaak van fruitsnoepjes kwalitatief appel

Het aantal tv-toestellen dat


kwantitatief 1
een Vlaams gezin bezit.

Je inzet tijdens de les


kwantitatief 50%
wiskunde.

De afstand die je aflegt om


naar de supermarkt te gaan. kwantitatief 1km

3. Aan de leerlingen van het derde werd er gevraagd welk vervoersmiddel zij gebruiken
om op school te geraken. De resultaten staan hieronder.

A. Welk soort variabele heb je hier? kwalitatief


Wiskunde Naam: Boaz Vanweehaeghe

B. Stel de frequentietabel op.

Vervoersmiddel Turven afi rfi rfi (in %)

Fiets IIIII IIIII IIIII II 17 17/61 27.87%

Bus IIIII IIIII IIIII IIIII I 21 21/61 34.43%

Auto IIIII III 8 8/61 13.11%

Te voet IIIII IIIII IIII 14 14/61 22.95%

skateboard I 1 1/61 1.64%

Totaal 61 61/61 100%

C. Welk vervoersmiddel wordt het meest gekozen? bus

D. Stel een staafgrafiek op in Excel.

E. Stel een cirkeldiagram op in Excel.

You might also like