You are on page 1of 2

Taak: BIOLOGIE Score

Onderwerp: Reptischool: De Bijtschildpad /


Naam: Lukas Frans
Handtekening ouders
Klas: 4WETa nr.: 7 Datum: 19/05/2022
Opmerking:

De Bijtschildpad

Inleiding
De bijtschildpad (Chelydra serpentina) behoort zoals alle andere schildpadden tot het
domein van de eukaryoten, het rijk van de dieren, de stam van de Chordata en de klasse van
de reptielen. De verdere classificatie van de soort gaat als volgt: orde van de schildpadden,
de familie van de bijtschildpadden en het geslacht Chelydra.

De bijtschildpad is een zoetwaterschildpad en leeft vrijwel de hele tijd in het water. Ze


komen maar af en toe uit het water om eieren te leggen, te paren of om te zonnebaden.
Bijtschildpadden zijn ovipaar (ze leggen eieren) en leggen witte eieren met een diameter
tussen 2,3 en 3,3 centimeter. Het dier is omnivoor en is bij de mens berucht vanwege zijn
agressie en zijn zeer sterke beten, waardoor soms hele vingers of tenen afgerukt worden.

De schildpad is opvallend groot en grof gebouwd. Ze hebben een groot rugschild dat tot 50
cm lang worden maar hebben een merkwaardig klein plastron (onderschild). Aan de
onderkant hebben ze twee baarddraden die een tastzintuigijke functie hebben. In
tegenstelling tot veel andere schildpaddensoorten, zoals doosschildpadden en
klepschildpadden, kunnen bijtschildpadden hun kop en ledematen niet volledig
terugtrekken in het schild.

Fysieke aanpassingen aan zijn leefomgeving


De belangrijkste aanpassing van de bijtschildpad is meteen al zijn bijtreflex. Omdat de
schildpad zijn kop, staart en ledematen niet kunnen verbergen onder het schild als
bescherming tegen gevaar, moeten ze zich op een andere manier verdedigen. Ze hebben
een bijzonder lange nek die verborgen zit onder het schild en die ze kunnen uitsteken als
verdedigingsmechanisme. Die uitgestoken nek kan een lengte hebben tot 50 cm. Deze
lengte wordt vaak onderschat door mensen die niet erg veel van het dier afweten en het
proberen vast te nemen. De kaak van de bijtschildpaad is ook opmerkelijk sterk en scherp
en kan ver opengesperd worden. Ze kunnen een bijtkracht tot wel 500 kilogram per
vierkante centimeter uitvoeren. Dit is bijzonder handig om prooien te vangen omdat ze de
prooi kunnen verpletteren of vastnemen en vasthouden tot ze doodgaan. Zoals eerder
vermeld is de sterke bek ook een zeer handig verdedigingsmechanisme.

De dieren hebben een groot en stevig groenachtig bovenschild met enkele tinten beige en
bruinige plekken. Ze vallen hierdoor minder op tussen de zoetwaterplanten en het groenige
water van zoetwatermeren en rivieren. Het schild is ook redelijk ruw en puntig. Die
aanpassing is bedoeld om predatoren af te schrikken en als bescherming tegen de
elementen. Hun onderschild (plastron) is in tegestelling tot het bovenschild opmerkelijk
klein. Dit laat een grote bewegingsvrijheid van de kop en de poten toe.

Hun poten hebben zoals veel andere zeeschildpadden en zoetwaterschildpadden vliezen.


Dit laat hen toe om gemakkelijk door het water te bewegen. Hun poten zijn ook voorzien
van klauwen die bedoeld zijn om te graven en te foerageren. Ze gebruiken ze bijvoorbeeld
om aarde te verplaatsen als ze planten of insecten eten. Ze gebruiken ze ook om kuiltjes te
graven om hun eieren in te legen.

Een andere bijzondere aanpassing is de locatie van de neusgaten. Die bevinden zich
namelijk aan de bovenkan van het hoofd, redelijk hoog boven de bek. Dit is een uitstekende
aanpassing om gemakkelijk te kunnen ademen terwijl ze in het water liggen.

Bibliografie:
VERSCHEIDENE AUTEURS, Bijtschildpad, internet, laatste aanpassing 20 april 2022,
(Bijtschildpad - Wikipedia)

ONBEKEND AUTEUR, Common snapping turtle, internet, 29 mei 2012,


(Common Snapping Turtle - (animalspot.net))

LAZZARI, Z., What adaptations do snapping turtles have?, internet, 26 september 2017,
(What Adaptations Does a Snapping Turtle Have? | Animals.mom.com)

You might also like