Hoofdstuk 1:

geschiedenis
Maak kennis met de
man van Milaan
1° De drie periodes van de middeleeuwen op een
tijdlijn.
 Oefening: duid de
periode van de
middeleeuwen met de
scharnierdata+de
periodes die
ontbreken.
• Scharnierdata: - 476
- 1492
- 395
- 1453
Waarom worden steeds afgeronde jaartallen als scharniermoment gebruikt?

• Omdat niet alles plots verandert is het beter om met afgeronde

jaartallen te werken en ook gemakkelijker om op een tijdlijn aan te
duiden.
• 476 aan het einde van de klassieke oudheid werd de laatste keizer van
het WRR afgezet.
• Het jaar 1492 wordt vaak gebruikt als symbolische datum voor het
einde van de middeleeuwen. Toen kwam Columbus aan op de
CaraÏben in Amerika(=ontdekking van Amerika).
2° De regio West-Europa op de kaart.

Milaan kunnen situeren op de

kaart!
- Het structuurbegrip West-Europees
gebruiken we om de regio te
omschrijven waartoe het huidige
Belgiê behoort.
- De territoriale invulling en grenzen
veranderen vaak doorheen de
geschiedenis. Je kunt daarom
geen vaste grens rond een regio
Oefening:
duid op de
kaart de regio
‘West-
Europa’.
Nog een
keer!
Opnieuw!
Laatste
keer 
3° Het negatieve beeld van de middeleeuwen.

• Aan het einde van de middeleeuwen creëerden schrijvers zoals Petranca de

mythe van de DUISTERE MIDDELEEUWEN: er was GEEN RECHTSTAAT
en ook GEEN MENSENRECHTEN.
• De wisselwerking tussen de twee maatschappelijke domeinen bij de man van
Milaan werden beÏnvloedt: het sociale domein en het politieke. Het straffen
van misdadigers heeft te maken met bestuur, macht en rechten, plichten
behoort tot het politiek domein. Het radbraken werd uitgevoerd bij mensen
die de sociale regels zwaar met de voeten traden.
°Welke mythe over de middeleeuwenn ontstond er aan het einde van die periode?

• Geen correct beeld van de middeleeuwen= karikatuur

• De middeleeuwen worden als periode vaak heel negatief benaderd. Men brengt ze in
beeld als geweldadige periode van onwetendheid waarin mensen honger leden,
wegkwijnden door ziektes of omkwamen in zinloze oorlogen.
• Het bn. ‘middeleeuws’ staat als synoniem in het woordenboek van Van Dale voor:
‘heel erg, ouderwets en achterlijk’.
• Mythe: een foutief beeld van het verleden.
• Connotatie= de perceptie over iets, idee over iets.
• ‘Middeleeuwse toestanden’= iets wat oud, vervallen en/of oncomfortabel is.
•
Het schema: duistere middeleeuwen.
Oefenen: vul het schema in OP PAPIER!
Opnieuw!
Nog een keer!