Professional Documents
Culture Documents
Vak Aardrijkskunde
Methode BuiteNLand
Paragraaf 2
Globalisering/mondialisering: proces waarbij de verwevenheid tussen gebieden en samenleving op aarde toeneemt.
Het proces heeft invloed op de inrichting en de functie van gebieden. Globalisering speelt op een aantal terreinen.
Fragmentarische modernisering: wanneer sommige gebieden of sectoren van de economie modern westers zijn en de
andere niet. Dit is typisch voor een land in ontwikkeling. Ontwikkeling gaat vaak schoksgewijs en in het ene gebied
sneller dan de ander.
Paragraaf 3
Globalisering beïnvloed het leven van mensen omdat de wereld als het ware steeds kleiner word, daarom spreek je
ook wel van een Global village. Dit komt doordat de relatieve afstand tussen gebieden afneemt als gevolg van daling
van reis- en vervoerskosten. We spreken dan van tijdruimtecompressie. Dit speelt een belangrijke rol in het proces:
Onder invloed van de WTO(wereldhandelorganisatie) zijn er steeds minder importbeperkingen zoals tariefmuren en
importquota. Goederen kunnen zonder extra betalen en ongeboden aan een bepaalde hoeveelheid worden
geïmporteerd. De vrijhandel krijgt vrij baan. Deze openheid en toegenomen mobiliteit is niet voor alles gelijk. De rijke
toerist en de hooggeschoolde Indiër is welkom in het land maar de ongeschoolde Afrikaanse migrant die europa in
wil komen mag dat niet. De wereld is misschien wel een dorp geworden maar niet iedereen mag inwoner zijn.
Transporttechnologie: alle technologie die nodig is om het vervoer van grondstoffen, goederen en mensen mogelijk
maakt.
Beide gevallen maken de globalisering mogelijk en zijn in de afgelopen 25 jaar in een stroomversnelling geraakt.
De vernieuwingen volgen elkaar steeds sneller op, maar de infrastructuur concentreert zich vooral op de best
ontwikkelde regio’s. daardoor is het gevolg van tijd- ruimte compressie niet in elk gebied gelijk.
De markt economie is het leidende economische systeem. De wereldhandel en productie en uitwisseling van
goederen en diensten rond de hele wereld is toegenomen, de moter hierachter zijn de MNO’s. Ze kiezen locaties om
hun bedrijven neer te zetten waar ze het meest winst kunnen behalen. De productieketen wordt hierdoor verspreid
over allerlei landen. Ze vragen zich ook vaak af of ze nog op de goede plek zitten, vaak is het antwoord nee en dat
zorgt voor verhuizing van het bedrijf en verminderde banen in het gebied waar het bedrijf eerst stond.
Productieketen: de route die product aflegt van grondstof tot bij de consument
Paragraaf 4
Verbrokkeling: proces waarbij grote verschillen in welvaart en toegang tot moderne middelen tussen gebieden en
mensen ontstaat. Dit ontstaat door globalisering.
De ruilvoet- de verhouding tussen de gemiddelde prijzen van import- en export artikelen van een land,
Verslechterd voor grondstofproducerende landen (vaak landen in periferie) omdat, de prijzen voor grondstoffen
(uitgezonderd olie) minder snel stijgen dan de eindproducten. Door de grote vraag uit China, stijgen de
Triade- Noord-Amerika, Japan en de EU. Drie economische centra die de wereldeconomie beheersen. De
internationale goederen- en kapitaal stroom verloopt vooral hier tussen. Maar hun bolwerk wordt bedreigt, want
vooral landen in Azië ontwikkelen zich snel.
Global shift: het verschuiven van het economisch zwaarte punt in de wereld. Er zijn aanwijzingen dat het
zwaartepunt langzaam van de Noord-Atlantische naar de pacifische zone verschuift.
Transitielanden: landen die een overgang maken van een geleide (communistische) economie naar een vrijemarkt
(kapitalistische) economie. Dit is een moeilijk proces omdat de landen eerst sterk verarmen.
Alleen regio’s die voor internationale bedrijven interessant zijn doen mee aan de globalisering. MNO’s kiezen de beste
locaties uit voor hun bedrijven, en laten zich leiden door loon- en kennis niveau, de ligging en toegankelijkheid, de
opkomst van een nieuwe afzetmarkt en de politieke stabiliteit van dat land. Veel gebieden proberen bedrijven te
lokken via export processing zones (EPZ). Hierdoor kunnen grote verschillen in ontwikkeling ontstaan in een land. De
verouderde gebieden staan tegenover de moderne hightechtindustrie.
De- industrialisatie: proces waarbij de industriële activiteiten in een gebied voor een belangrijk deel verdwijnen.
Paragraaf 6
Diffusie: verspreiding van cultuurelementen en die word versneld door globalisering; toerisme, internationale handen,
migratie en moderne communicatie middelen.
Door de nieuwe media- tv en films is de westerse cultuur uitgedrongen tot de diepste uithoeken van de wereld.
Amerikaanse films, series en boeken vind je bijna overal.
Lingua franca- het Engels is de voertaal van de globaliserende wereld, en steeds meer kleine talen verdwijnen
Regionale identiteit: eigen cultuur verliezen en de wereld verandert in één grote egale soep. De bijbehorende cultuur
van een land zou dan langzaam verdwijnen.
- De westerse wereld staat ook onder invloed van de niet- westerse culturen, denk maar aan globalisering van de
keuken van bijvoorbeeld de chinees.
- Lokalisering: de lokale en regionale culturen vullen de invloeden van buitenaf steeds weer op een andere manier in.
Soms word daarbij de eigen cultuur als toeristisch uithangbord gebruikt, soms is deze mening zo sterk dat de cultuur
onherkenbaar veranderd.
Het internationale toerisme, migratie en de snelle groei van informatietechnologie dragen allemaal bij aan de verdere
mondialisering van culturen.
Tweederde van alle internationale informatie uitwisseling vindt plaats in het triadisch netwerk. Dit word mede
mogelijk gemaakt door satellietverbindingen je kan overal en altijd op de hoogte blijven van wat er in de wereld
gebeurt. Natuurlijk zijn dit ook de rijkste landen en beschikken zij over de beste informatietechnologie en
infrastructuur. Maar in de armere landen is er per 500 inwoners misschien één telefoon aansluiting beschikbaar.
De grootste migratiestromen lopen van het arme naar het rijke. Bijna 200 miljoen mensen wonen niet in hun
geboorteland en een groot deel hiervan is illegaal. Europa is de favoriet. Tegenwoordig zijn de grote verschillen in
economische ontwikkeling een belangrijke reden voor migratie, zowel in een land als internationaal.
Globalisering versterkt de migratie omdat mensen in Afrika via de televisie kunnen zien hoe goed wij het hebben. Ze
hebben ook vaak veel contact met familie dat al geëmigreerd zijn. De migratiedruk uit arme landen is zo hoog dat
westerse landen eisen stellen, alleen goed opgeleide, bruikbare arbeidskrachten worden in kleine hoeveelheden
toegestaan. De illegale slecht geschoolden moet het stiekem doen. Maar beide dragen bij aan vermenging van
culturen.
Paragraaf 8
Verandering van culturen is een zeer langdurig proces, mensen nemen wel uiterlijke kenmerken over (bouwstijlen,
kleding, eten) maar passen deze altijd aan, aan hun eigen cultuur. Dit zorgt ervoor dat de cultuurkaart op korte
termijn niet steeds hoeft worden bijgetekend. De vervaging van cultuurgrenzen is vooral groot in de overgangszone
van twee cultuurgebieden. Hier ontstaan ook vaak de meeste conflicten.
Bij het verspreiden van cultuurelementen speelt het diffusieproces een grote rol. Dit word gestuurd door de grote
steden. Deze wereldsteden vormen het hart van de fast World. Dit is een stad dat voor een deel van de wereld
belangrijks is als economisch, politiek en cultureel centrum. Deze steden zijn samen op verschillende manieren
verbonden als een soort cluster/netwerk. Vaak zijn deze banden sterker dan die met het eigen achterland. We
De grootste oorzaak voor menging van culturen is toch wel de internationale migratie. In alle grote steden in de
wereld komen grote groepen minderheden. Deze blijven vaak op allerlei manieren verbonden met het thuisland door
maandelijks geld over te maken. Maar ook de sociaal culturele band is belangrijk veel migranten trouwen met
iemand van herkomst, en alle kenmerken van hun cultuur word in het nieuwe land nog steeds behouden.
Paragraaf 10
In de 19e eeuw was groot Brittannië een economisch en op de zee een grootmacht. De grootste kolonie was brits-
Indië. De relatie tussen het koloniale moederland en de kolonie vertoonde kenmerken van het centrum periferiemodel.
De rol van brits-indië bestond vooral uit het leveren van grondstoffen en het afnemen van goedkope eindproducten.
Door de industrialisatie in groot Brittannië maakte het een snelle ontwikkeling door, het werd een belangrijk centra
van ijzer, staal, scheeps, en textielindustrie. Na de 2e wereldoorlog verloor het zijn rol als wereldleider aan de VS, en n
1947 werd brits Indië onafhankelijk.
Maar nog steeds hebben ze economische en sociaal culturele relaties met elkaar. Net als andere westerse landen kan
Groot-Brittannië met zijn hoge lonen de maakindustrie niet vasthouden. Daardoor sluiten veel fabrieken en vind er
een forse uitschuiving van arbeidsintensieve bedrijven naar lagelonenlanden. Sommige oude industriesteden zijn er in
geslaagd het verlies aan arbeidsplaatsen op te vangen door nieuwe activiteiten. Andere steden zijn met hulp van de
overheid hier nog mee bezig. Het economisch zwaartepunt van het land trekt steeds meer naar het zuiden. De stad
londen vormt een belangrijk knooppunt in de wereldeconomie. De zakelijke dienstverlening is in deze regio snel
gegroeid, omdat het geografisch het meest gunstig ligt ten opzichte van het vaste land. Het land raakt steeds meer
verweven met de EU.
India is nog steeds erg agrarisch. Maar de industrie- en dienstensector groeien snel. Na de onafhankelijkheid
probeerde de overheid de industrie zelf op te starten d.m.v. van hoge tarieven voor import. Het gevolg hiervan was
dat ze opgescheept zaten met dure binnenlandse producten. Onder druk van internationale organisaties kiest de
overheid tegenwoordig voor een liberale koers, tariefmuren zijn verlaagd en veel staatsbedrijven zijn opgeheven.
Sindsdien groeit het bnp en de verwevenheid met de rest van wereld snel. Maar de regionale ongelijkheid in India is
groot, ook dit komt door de globalisering.
Paragraaf 11
De urbanisatiegraad in India is laag, maar het urbanisatie tempo is hoog. Een stad met meer dan tien miljoen
inwoners noem je een megastad. Het gevolg van de snelle groei is dat veel steden in India overbevolkt zijn.
Honderdduizenden mensen slapen op straat. Mumbai is het belangrijkste handelscentrum van India en wil in de
toekomst de belangrijkste draaischijf worden tussen Europa, het Midden-Oosten en Azië.
Eeuwenlang beheerst het kastenstelsel het leven van de hindoes. Het is een systeem van vier standen, waarin zaken
als huwelijk en beroep zijn vastgelegd. Officieel is het allang afgeschaft maar het speelt nog steeds een grote rol
vooral op het platteland. Nog niet zo lang is het mogelijk om op te klimmen naar een hogere kaste dan waarin je
eigenlijk geboren bent. Nu zie je dat er los van de kaste een middenklasse ontstaat. Steeds meer Indiërs raken er van
overtuigd dat een goede opleiding en hard werken leid naar een beter leven.
Groot Brittannië kent vooral klassenverschillen. Opvallend is dat de oude upper class langzaam word overvleugeld
door de nieuwe rijken. Groot Brittannië is populair bij buitenlandse multimiljonairs. Terwijl 17% onder armoedegrens
leeft.
Door de verplaatsing van veel bedrijven vanuit groot Brittannië groeit het aantal Britten in India sinds een aantal
jaren weer. Ongeveer vijftien miljoen Indiërs verdienen hun kost in het buitenland, ook veel goed opgeleide Indiërs
verlaten India, er is dus sprake van een braindrain. Op het moment wonen er twee miljoen Indiërs in Engeland.
Paragraaf 12
Je komt veel van India in Engeland tegen en andersom. Engels is de voertaal in India. Maar ook het
onderwijssysteem, de wijze van besturen en veel gebouwen herinneren aan de koloniale periode. Vooral door
migratie is India naar Groot Brittannië gekomen.
India heeft de grootste diversiteit van alle landen op de wereld, bij de onafhankelijkheid werd brits Indië opgedeeld in
India en Pakistan. Hierdoor verhuisden veel Pakistaanse naar India terwijl miljoenen moslims naar Pakistan gingen.
Toch zijn de moslims nog de grote meerderheid in India. Dit komt vaak tot botsingen, vooral in de noordelijke
deelstaat Kashmir. Hier wonen moslims maar heeft het een hindoebestuur. Door polarisatie is een regionaal conflict
uitgegroeid tot een internationale strijd. Pakistan bezit ook kernwapens wat alles nog bedreigender maar.
Maar er zijn ook dingen die India juist bij elkaar houden:
- Het hindoeïsme is de levenswijze die eerder gericht is op verzoening dan polarisatie
- India is een democratisch land met een gedecentraliseerd bestuur. De deelstaten hebben op tal van terreinen
zeggenschap over hun eigen gebied. De neiging om je af te scheiden is dan minder groot.
- verbindingen en communicatie in India zijn goed ontwikkeld. Door de voortdurende migratie goederen en ideeën
raken gebieden onderling verboden die op andere terreinen verschillen.
Groot britannië is op taal en geloof meer een eeneheid, toch zijn er grote verschillen in het cultuurgebied maar dit
leid niet tot conflicten. In noord Ierland is 45% katholiek en 55% protestant en ze zijn al een hele tijd in een conflict
gewikkeld. Het katholieke deel wil zich los maken van Groot Britannië in tegenstelling tot de protestanten die willen
blijven vanwege de geloofsgenoten in Groot Britannië. In 2007 is er een vredesakkoord gesloten, waarin besloten is
dat ze samen het land besturen.