The Black Mother

Daughter of the Sun

In het begin schiep god de hemel en de aarde. Duisternis lag over de diepte en god zei: “Laat er licht
zijn”. En het was zo.

En god zag het licht en het was goed.

En god scheidde het licht van de duisternis. Hij noemde het licht dag en de duisternis nacht.

En god creëerde meren en rivieren in het land en planten die dronken van het water en groeide in het
zand.

En god zag het groen en het was goed.

En god creëerde de zoogdieren om over het groen te lopen en vogels om in de lucht te vliegen.

En god zag de dieren en het was goed.

En god creëerde jungles en grotten om van te eten en in te slapen.

En god zag de jungles en grotten en het was goed.

En god creëerde en elf en dwerg en gnome en hobbit om te maken zoals hij deed maken.

En god zag de mensen en elfen en dwergen en gnomen hobbits en het was goed.

En god aanschouwde zijn creatie en het was heel goed.

En de mensen en elfen en dwergen en gnomen en hobbits maakte huizen en akkers en tempels.

En god zag de huizen en akkers en tempels en het was goed.

En de stervelingen kozen werk. Boer en priester en kleermaker en mijner.

En god zag de boer en priester en kleermaker en mijner en het was goed.

En de stervelingen kozen een leider. Een mens met als werk om anderen te laten werken.

En god zag de leider en het was goed.

En de leider zei: “Dit is van mij.” “Doe dat.” “Dit wil ik.” “Dood met jou.”

En god zag de leiders tirannie en het was niet goed.

En god creëerde een dochter. Bot van zijn bot. Vlees van zijn vlees.
En god zag zijn dochter en het was goed.

En god zei. “Vernietig de stad en eet de leider”. En het was zo.

En de Dochter zei: “Ik bescherm zij die mij aanbidden. Ik vernietig zij die van het pad streven”.

En god zag zijn dochter en haar volgers en het was goed.

En de stervelingen vermenigvuldigde zich en bouwde een stad groot en mooi.

En god aanschouwde de stad en het was heel goed.

En god zei “Zoals ik heb gecreëerd, zo zal jij creëren. Zoals ik heb geheerst, zo zal jij heersen.” En het was
zo.

En god zei: “Ik zal mijn lichaam in tweeën delen. De zon zal jou warm houden en dust zal jou voeden.
Gebruik mijn vlees als jouw vlees. Want tot stof zullen wij allen wederkeren.” En het was zo.

En de dochter creëerde slang en hagedis en komodovaraan en shellsnake. En de dochter zag haar

kinderen en was nu moeder en het was goed.

En de mensen maakte wapens en begonnen weer te vechten.

En moeder zag het vechten en het was niet goed.

En de moeder zei: “Zoals ik heb vernietigd, zal ik vernietigen. Zoals ik heb gegeten, zo zal ik eten”.

En de moeder vernietigde de stad en het was goed.

En de moeder: “Laat er een ras zijn dat heerst over de stervelingen. Laat er een mens zijn met schubben
en een staart.” En het was zo.

En de moeder creëerde vlees van haar vlees. Slimmer dan mens en wijzer dan slang.

En de moeder zag haar dochter en noemde haar Yui en het was goed.

En de moeder creëerde zwarte slangen en zei: “Ik zal nu alleen maar mannen broeden. Mijn dochter,
vermenigvuldig je met mijn zonen en heers over de stervelingen”. En het was zo.

En de stervelingen vochten tegen de moeder en de moeder vernietigde weer. En ze zei: “Mijn lichaam
zal nu tot stof wederkeren. Maar vrees niet, ik zal herrijzen uit mijn eigen ei. Ik zal moeder zijn van mijn
lichaam en ik zal dochter zijn van mijn lichaam. Zoals mij vader heerste zal ik heersen. En zoals ik heers,
zal mijn dochter heersen.” En het was zo.

En Yui zei: “Laat mij ook herrijzen. Zoals mijn moeder heerst zal ik heersen. Zoals ik heers zal mijn
dochters heersen”. En het was zo.

En de stervelingen vermenigvuldigde zich en bouwden steden groot en veel.

En de moeder zag de steden en het was goed.

En de stervelingen hakte bos en vocht voor het lichaam van de zon.

En de moeder zag dit en het was niet goed.

En de moeder zei: “De Yuan Ti zullen heersen over deze steden. Ik zal vernietigen wanneer mijn dochter
faalt.” En het was zo.

En de moeder zei: “Wanneer al het groen tot stof is en de rivieren droog staan. Dan zal ik de wereld eten
en een nieuwe wereld broeden.” En het zal zo zijn.