You are on page 1of 3

Naam: Nr.

Datum: Klas:

Leerkracht: Jason Roseleth Vak: Nederlands


Punten
KO ..: Les 40 & 44 /
1 Lees de tekst en plaats de onderstreepte woorden in de juiste kolom. (…/8)

Toen het meisje kwam aanzetten met de naalden en me vroeg of ik eindelijk die tatoeage
wou laten zetten, zonk de moed me in de schoenen. ‘Is dit wel volledig veilig?’, vroeg ik,
hopend om zo wat minuten te winnen. ‘Ik heb namelijk ooit eens een documentaire gezien
waar ze meldden dat 25% van de klanten een infectie oploopt na hun eerste tatoeage.’
‘Nonsens’, antwoordde het meisje meteen. ‘Maar mocht je van gedachten veranderen:
piercings zijn natuurlijk ook heel populair.’

vreemde woorden bastaardwoorden inheemse woorden

2 Leg uit: waarom zijn neologismen nodig? Kunnen we alles niet al beschrijven met onze
inheemse woorden en oudere leenwoorden? (.../1)

.........................................................................................................................................................

.........................................................................................................................................................
3 Leg uit: kan een inheems woord in het Nederlands ook een inheems woord zijn in een
andere taal? Waarom wel/niet? (.../1)

.........................................................................................................................................................

.........................................................................................................................................................

4 Er is wat misgelopen met de vertaling van de volgende tekst over de ‘Rage Cage’.
Verbeter dit tekstje door het te herschrijven. (.../3)

Voor zij die hebben een apetijt naar


destructie is er de ‘Rage Cage’. Je
mag hier computers vernielen, je
mag hier tv’s vernielen , je mag hier
kasten vernielen. Deze gebeurtenis
zal voor altijd markeer uw geest!

................................................................................................................................................................

................................................................................................................................................................

................................................................................................................................................................

5 Bekijk de zinnen en plaats de letter voor de zin in het correct vakje. (…/3)

a Ach, ze voelen toch geen pijn!


b De toeschouwers kregen vervolgens tijd om versnaperingen te bestellen.
c Vraag het haar nu meteen!

MEDEDELENDE ZIN VRAGENDE ZIN BEVELENDE ZIN UITROEPENDE ZIN


6 Benoem de onderstreepte zinsdelen door de cijfers in het correcte vakje te plaatsen.
(…/5)

a Waarom kijkt die leerkracht me (1) toch steeds aan?


b De advocate gaf haar cliënt (2) de raad (3) waar die om vroeg.
c Jaarlijks (4) wagen enkelen de gevaarlijke oversteek (5).

ONDERWERP LIJDEND VOORWERP MEEWERKEND BIJWOORDELIJKE


VOORWERP BEPALING

7 Kruis aan: WWG of NWG? (…/4)

a Mijn resultaten zijn de laatste tijd wat verbeterd. 0 WWG 0 NWG


b Ze gaan alleen maar luieren op vakantie in Spanje. 0 WWG 0 NWG
c Is Libië in de geschiedenis ooit een vriendelijk land voor toeristen geweest?
0 WWG 0 NWG
d Zij leek gisteren nochtans heel opgetogen. 0 WWG 0 NWG

You might also like