Paragraaf 1: Welke ideeën ontstonden tijdens de Verlichting over een meer rechtvaardige samenleving (1650-1789)?
• je kunt uitleggen hoe de wetenschappelijke revolutie ontstaat
1 ontdekkingsreizen, 2 ambachtelijke technieken, 3 humanistische tekstanalyse, 4 rationalisme van Descartes en 5 empirisme van Locke • je kunt uitleggen hoe verlicht denkers vonden dat de wetenschappelijke methoden moesten worden toegepast op de samenleving Afstand doen van geloof en traditie Optimisme over begrijpen, verklaren en verbeteren van de wereld Paragraaf 1: Welke ideeën ontstonden tijdens de Verlichting over een meer rechtvaardige samenleving (1650-1789)?
• Je kunt uitleggen waarom men begon te discussiëren over de
positie van het geloof in de samenleving. De Wetenschappelijke Revolutie leidde tot uitvindingen en nieuwe inzichten, zoals de zwaartekracht. Dat stelde de positie van godsdienst in de samenleving ter discussie (vgl. Beccaria) • Je kunt uitleggen wat het gevolg van de discussie over godsdienst was. Godsdienst werd steeds minder gezien als verantwoordelijkheid van de staat of vorst, maar als zaken van het individu. Je kunt uitleggen welke verlichte ideeën over onderwijs, opvoeding en de verspreiding van kennis ontstonden. • Opvoeding: de mens was van nature zondig, dus lag de nadruk op straffen om het kind beheersing en gehoorzaamheid bij te brengen; verlichters, als Rousseau zagen de mens als van nature ‘goed’ • Locke: kind was onbeschreven blad > ‘goed’ maken en interesse kweken • Verspreiding van kennis was noodzakelijk om de hele samenleving te ‘verlichten’>> • Dit zou leiden tot vooruitgang! • (Men zette wel vraagtekens bij reikwijdte van het menselijke verstand) • Je kunt uitleggen welke ideeën Locke en Rousseau had over de politieke macht. - Droit divin achterhaald - Natuurrechten: alle mensen worden vrij en gelijk geboren en hebben bepaalde rechten (vb bezit) - Sociaal contract: afspraken tussen burgers en overheid: deel vrijheid ingeruild voor bescherming van rechten. Bij misbruik door overheid mocht volk in opstand komen. - Locke: alle mensen van nature gelijk, dus geen overheersing. - Rousseau: ‘algemene wil’ > directe democratie, beter dan indirecte democratie - Ook voor sociaaleconomische gelijkheid, dus ook van armen en slaven, want bezit is begin van ongelijkheid Je kunt de politieke ideeën van Montesquieu uitleggen. • Trias Politica: scheiding van de machten/driemachtenleer: • Wetgevende, uitvoerende en rechtsprekende macht scheiden • M. tegen directe democratie omdat volk te weinig intelligent was. • Wetgevende macht: zoals in Engeland: twee kamers
Je kunt de economische ideeën van Adam Smith uitleggen
• Voor vrije economie, dus tegen mercantilisme (sterke rol overheid in economie) • Rol voor rationeel eigenbelang • Marktmechanisme van vraag en aanbod leverde welvaart op (invisible hand) Je kunt uitleggen wat de gevolgen van de verlichting waren in de politieke cultuur. • Nieuwe ideeën vonden brede verspreiding onder de bevolking en werden privé en in het publieke domein uitvoerig besproken, waardoor de politieke cultuur veranderde. Je kunt uitleggen hoe de politieke opinie van invloed was in een land. • Vorsten moesten rekening houden met der publieke opinie in alle lagen van de bevolking Je kunt uitleggen hoe ideeën werden verspreid • Ideeën verspreid via salons, koffiehuizen, boeken (encyclopedie), kranten en toneelstukken Je kunt uitleggen hoe vorsten verschillend met de ideeën van de verlichting omgingen • Sommige vorsten legitimeerden hun gezag door het droit divin en wilden alle macht in handen houden, zij probeerden via censuur verspreiding van ideeën tegen te houden • Maar in sommige landen omarmden vorsten elementen van het verlichtingsdenken, zonder dat zij het absolutisme loslieten (verlicht absolutisme, Frederik de Grote)