You are on page 1of 61

Universiteit Leiden BA1 Inleiding

Burgerlijk recht

geschreven door

ranibadloe

www.stuvia.com

Gedownload door: arshanaghurahoo | arshanaghurahoo@gmail.com


Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar.
Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen

Burgerlijk recht

Onroerende zaak: verplaatsbare goederen


Rechtsverhoudingen: je sluit een overeenkomst daar vloeien verbintenissen uit.

Rechtshandeling vereist een rechtsgevolg gerichte wil die zich door een
verklaring heeft geopenbaard.
Rechtshandeling  handelingen met rechtsgevolgen is vormvrij
 3:33, 35 en 37  ontvangsttheorie

Totstandkoming rechtshandeling
I: 3:33 nodig zijn wil en verklaring
Als de wil gelijk is aan de verklaring  komt de rechtshandeling tot stand
Tenzij, art. 3:34: geestelijke stoornis (verband tussen stoornis en verklaring).
Nadeel? Vermoeden van het verband.
Rechtsgevolg in beginsel rechtshandeling, maar deze is vernietigbaar

II: 3:35 gerechtvaardigd vertrouwen


1. Verklaring gedraging van de een
2. Die is opgevat als verklaring/gedraging van een bepaalde strekking
(subjectief)
3. In de gegeven omstandigheden redelijkerwijs zo mocht worden opgevat
(objectief)
Rechtsgevolg: een geldige rechtshandeling
Dus, je kan geen beroep doen op een ontbreken van wil zoals staat in 3:34 BW

Als het nadeel groter is dan is de onderzoeksplicht van de wederpartij ook groter.
Aanbod + Aanvaarding is rechtshandeling. Je kan alleen een aanbod herroepen.

Blaauboer heeft met Berlips afspraak gemaakt dat Berlips de straat zal ophogen.
Berlips had de straat verkocht aan weduwe Makse en adviseerde Blaauboer om haar
te vragen de straat te verhogen. Weduwe Maks reageerde hierop dat ze hier over
niks wist omdat de afspraak was gemaakt tussen Blaauboer en Berlips.

Appelant: iemand die in hoger beroep gaat

Aanbod
Prestatie 1
Overeenkomst Verbintenis

Aanvaarding Prestatie 2

Gedownload door: arshanaghurahoo | arshanaghurahoo@gmail.com


Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar.
Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen

Overeenkomst
Partijen sluiten een geldige overeenkomst
- Meerzijdige rechtshandeling
- Rechtsgevolg ontstaat door aaneensluitende rechtshandelingen
- Rechtsgevolg: ontstaan van verbintenissen

Hoe komt een overeenkomst tot stand


- 6:217: aanbod en aanvaarding daarvan
Geldige rechtshandeling
- 3:33 vereist wil en verklaring
- 3:35 Indien wil en verklaring niet sporen, maar wel sprake is van
gerechtvaardigd vertrouwen

Standaardsituatie
A doet aanbod Overeenkomst
B aanvaardt

Overeenkomst wat hebben de partijen beoogd

Aanbod: jij wilt iets

Aanvaarding: De verkoper vindt het goed

Overeenkomst: Je hebt betaald

Hoe pak je een casus aan?


FIRAC
1. Facts: juridische relevante feiten
2. Issue: probleem/rechtsvraag formuleren
3. Rules: juridisch kader schetsen
- Relevante wetsartikelen
- Relevante jurisprudentie
4. Application: Toetsing casus
5. Conclusion: Beide kanten belicht  conclusie

Vermogensrecht
- Verbintenisrecht: BW: 3,6 en 7  relatie ‘van mens tot mens’
- Goederenrecht: BW: 3 en 5,
 Goederen 3:1 BW
- Vermogensrechten 3:6 BW

Gedownload door: arshanaghurahoo | arshanaghurahoo@gmail.com


Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar.
Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen

- Zaken 3:2 BW
 Roerend 3:3 lid 2
 Onroerend 3:3 lid 1

Koopovereenkomst 7:1
Wederkerige overeenkomst 6:261
Obligatoire overeenkomst 6:213
Rechtshandeling 3:32

Rechtshandeling (beoogd rechtsgevolg)  feitelijke handeling


- Eenzijdige
 Gerichte: Tot een bepaalde persoon
VB: opzegging
 Ongericht
VB: het maken van een testament
- Meerzijdige
 Eenzijdig: Maar één persoon hoeft een prestatie te leveren
VB: schenkingsovereenkomst
 Wederkerig: twee personen moeten een prestatie leveren

Eenzijdig ongericht
 Het hoeft niet aan een persoon gericht te zijn maar is algemeen geldend

Als iets nietig is  nooit bestaan


Een overeenkomst die door inhoud en strekking in strijd is met de goede zeden of de
openbare orde is nietig. Maar indien de bepaling uitsluitend strekt ter bescherming
van één der partijen bij een meerzijdige rechtshandeling slechts tot
vernietigbaarheid. Uit een nietige overeenkomst ontstaan geen verbintenissen. Uit
een vernietigbare overeenkomsten vloeien wel verbintenissen voort, maar na
vernietiging worden zij met terugwerkend kracht ongeldig.
Vernietigbaar je moet een beroep doen dan wordt het nietig

Onherroepelijk aanbod 6:219

Bunde erckens
Wat hebben partijen over en weer verklaard en wat hebben zij – overeenkomstig de
zin die zij daaraan redelijkerwijs mochten toekennen – afgeleid uit elkaars
verklaringen en gedragingen?
- Welke betekenis lag meer voor de hand
- Deskundige bijstaand
- Vaststaand technische betekenis bekend bij de wederpartij
- Resultaat van interpretatie te rijmen met oogmerk

Eigendomsrecht
- Absoluutrecht
- Exclusief recht
- Zakelijk recht: recht op een zaak

Dwaling 6:228 BW

Gedownload door: arshanaghurahoo | arshanaghurahoo@gmail.com


Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar.
Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen

Gedownload door: arshanaghurahoo | arshanaghurahoo@gmail.com


Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar.
Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen

1. Een overeenkomst die is tot stand gekomen onder invloed van dwaling en bij
een juiste voorstelling van zaken niet zou zijn gesloten, is vernietigbaar:
- Indien de dwaling is te wijten aan de inlichtingen van de wederpartij, tenzij
deze mocht aannemen dat de overeenkomst zonder deze inlichting zou
worden gesloten;
- Indien de wederpartij in verband met hetgeen zij omrent de dwaling eist of
behoorde te weten, de dwalende had behoren in te lichten
- Indien de wederpartij bij het sluiten van de overeenkomst van dezelfde
onjuiste veronderstelling als de dwalende is uitgegaan, tenzij zij ook bij een
juiste veronderstelling van zaken niet had behoeven te begrijpen dat de
dwalende daardoor van het sluiten van de overeenkomst zou worden
afgehouden.
2. De vernietiging kan niet worden gegrond op een dwaling die een uitsluitend
toekomstige omstandigheid betreft of die in verband met de aard van de
overeenkomst, de in de verkeer geldende opvattingen of die omstandigheden
van het geval voor rekening van de dwalende behoort te blijven.

Om vast te stellen of een beroep op dwaling zal slagen, moeten de volgende vragen
worden beantwoord:
1. Is het besluit tot het sluiten van de overeenkomst gevormd onder invloed van
een onjuiste voorstelling van zaken?
2. Heeft de onjuiste voorstelling van zaken betrekking op omstandigheden die
voor de dwalende van doorslaggevende betekenis zijn?
Criterium: zou de overeenkomst zonder dwaling niet, of niet op dezelfde
voorwaarden zijn gesloten.
3. Valt de dwaling onder een (of meer) van rubrieken genoemd in art.6:228 lid 1
- Inlichtingen van de wederpartij
- Diens ongeoorloofd zwijgen
- Een onjuiste voorstelling waarvan beide partijen zijn uitgegaan
4. Heeft de wederpartij begrepen (of moeten begrijpen) dat de omstandigheden
waaromtrent wordt gedwaald voor de ander van doorslaggevende betekenis
zijn?
5. Betreft het een uitsluitend toekomstige gebeurtenis?
6. Komt de dwaling in verband met de aard van de overeenkomst, de in het
verkeer geldende opvattingen of de omstandigheden van het geval voor
rekening van de dwalende?

Vraag 1 t/m 4 positief beantwoord en 5 en/of 6 negatief  dwaling


Dwaling: een afwezigheid van de juiste voorstellingen van zaken
- Partij had bij aangaan van de overeenkomst: een onjuiste veronderstelling van
zaken
- Zou bij de juiste voorstelling van zaken de overeenkomst niet hebben gesloten
- Dwaling is te wijten aan
a) Inlichtingen van de wederpartij
b) Wederpartij schond mededelingsplicht
c) Wederzijdse dwaling

Bedrog 3:44

Gedownload door: arshanaghurahoo | arshanaghurahoo@gmail.com


Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar.
Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen

Bedrog is een gekwalificeerde vorm van dwaling. Er is sprake van bedrog wanneer
de onjuiste voorstelling van zaken is teweeggebracht door opzettelijke misleiding
door de wederpartij/ of diens vertegenwoordiger  de overeenkomst is vernietigbaar

Bedreiging 3:44
Er is sprake van bedreiging als
a. Datgene waarmee wordt gedreigd is op zichzelf reeds onrechtmatig doodslag,
mishandeling, valse aangifte e.d
b. Datgene waarmee wordt gedreigd, is op zichzelf niet onrechtmatig maar de
bedreiging dient ertoe iets te bereiken waarop men generlei recht kan doen
gelden.

Misbruik van omstandigheden 3:44


Vereisten zijn:
1. Bijzondere omstandigheden
2. Kenbaarheid
3. Misbruik
4. Causaal verband
 Overeenkomst is vernietigbaar

A T
Tussenpersoon
B
Vertegnwoordigde Verkoper
T doet namens A de
Volmachtsverlening aan overeenkomst De overeenkomst vindt
T plaats tussen A en B
T moet binnen de
grenzen van zijn
bevoegdheid handelen

- T moet namens A gehandeld worden binnen deze bevoegdheid


- Overeenkomst bestaat niet, gaat ook niet door  als er buiten de
bevoegdheid een overeenkomst wordt gesloten
 Dus dan moet T schade betalen aan B. T moet het positief contractsbepaling
(dus wat B zou kunnen krijgen als het contract zou door gaan) geven.

Volmacht
- Beroep op vertegenwoordigingsbevoegdheid
- Wettelijke vertegenwoordiging
 Minderjarig kind wordt vertegenwoordigd door ouders
 Curator vertegenwoordigd onder curatele gestelde
- Vertegenwoordiging van een rechtspersoon door bestuurders (2BW)
- Bevoegde zaakwaarneming art. 6:201 BW)
- Andere bronnen

Bevoegdheid die de volmachtgever verleent aan de gevolmachtigde om in naam van


de volmachtgever rechtshandelingen te verrichten.

Gedownload door: arshanaghurahoo | arshanaghurahoo@gmail.com


Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar.
Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen

Let op!
- Bevoegdheid
- Volmacht is niet privatief! Je behoudt zelf ook de bevoegdheid

Vertegenwoordiging: het verrichten van een rechtshandeling namens een ander


(3:78).
Volmacht de bevoegdheid die aan gevolmachtigde door de volmachtgever is
verleend om hem te vertegenwoordigen.
Lastgeving: de opdracht van A (lastgever) aan T (lasthebber) om voor rekening van
A een rechtshandeling te verrichten
Voorbeeld: Tas kopen  geld voorschieten  geen bevoegdheid heeft ook geen
volmacht  onbevoegde vertegenwoordiging

Onbevoegde vertegenwoordiging
a) Helemaal geen volmacht
b) Volmacht is overschreden
Rechtshandeling: Verklaring + wil vereist die met elkaar overeenstemmen

Hoofdregel: geen overeenkomst tussen de achterman en de wederpartij


Tenzij:
- Bescherming van gerechtvaardigd vertrouwen van de wederpartij
- Bekrachtiging van de achterman (toedoensbeginsel)

Hoe gebonden
- Je hebt een wil uitgesproken en die wil is geopenbaard. De wil moet een vrije,
autonome wil zijn, die in vrijheid is gevormd
 Zonder dwaling of dwang van een ander
 Op grond van de juiste informatie: je kan pas iets willen als je de juiste
informatie hebt
 De wil is gebrekkig gevormd: bedreiging, bedrog, misbruik van
omstandigheden en dwaling

Wat gaat voor mededelingsplicht of onderzoeksplicht


Een beroep van de verkoper op de eigen onderzoeksplicht van de koper is in strijd
met de goede trouw wanneer de verkoper zelf zijn mededelingsplicht heeft
geschonden
 Mededelingsplicht van de verkoper gaat voor onderzoeksplicht van de koper
Van Geest/ Nederlof

Rechtshandeling is vernietigbaar (3:44 lid 1 BW)


- Slachtoffer is gebonden totdat de overeenkomst is vernietigd
Hoe vernietigen?
- Buitenrechtelijke verklaring
- Rechterlijke uitspraak
Vernietiging heeft terugwerkende kracht

Haviltex arrest
- Ermest verkoper
- Haviltex koper

Gedownload door: arshanaghurahoo | arshanaghurahoo@gmail.com


Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar.
Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen

- Criterium: in de gegeven omstandigheden over en weer redelijkerwijs aan


deze bepalingen mochten toekennen en op hetgeen zij dien aanzien
redelijkerwijs van elkaar mochten verwachten  exunaratieclausule

Week 3:
Nakoming 6:27
- Verrichten van een prestatie die beantwoordt aan de verbintenis
- Als beide partijen zijn nagekomen voldoen zij aan hun contract
- Door wie? De schuldenaar zelf, derden, BW 6:30 onder voorwaarde
- Aan wie? De schuldeiser. Hoofdregel: betaling aan de schuldeiser zelf bevrijdt
dus, alleen aan de schuldeiser

Wanneer betaling aan derden bevrijd


- Vertegenwoordiger
- Bekrachtiging van de schuldeiser
- De schuldenaar aan een onbevoegde betaald 6:34 BW

Gebaat: in je vermogen gevloeid

Tijdstip van nakoming


- Moet opeisbaar zijn
Wanneer is het opeisbaar?
- Kan in het contract staan: tijd voor nakoming contractueel bepaald
- Tijdstip bepaald art. 6:39
- Geen tijdstip bepaald art. 6:38

Rechten schuldeiser bij niet nakoming


Nakoming/ Blijvend Tijdelijk onmogelijk Terstond mogelijk
Rechten onmogelijk
schuldeiser
Nakoming Nee 3:303 Nee 3:303 Ja 3:296
Opschorting Ja 6:262/264 Ja 2:626/264 Ja 2:262/264
Nee 6:54-b
Schadevergoeding Ja 6:74 zonder Ja 6:74 mits Ja 6:74 mits
verzuim verzuim verzuim
Ontbinding Ja 6:265 Ja 6:265 Ja 6:265 mits
verzuim

Exoneratie: bevrijding van een wettelijke verplichting tot schadevergoeding,


ontlasting, vrijwaring

Opschortingsbevoegdheid
- De prestatie even achter de rug houden; uitstellen van je eigen prestatie
 leidt tot uitstellen niet tot afstellen
- Je wilt druk uitoefenen op de wederpartij zodat er een prikkel van nakoming
komt
Opschortingsrechten 6:52
Bijzondere opschortingsrechten 6:262:263
- Voorbereiding op:
1. Verrekening schuld met schadevergoeding

Gedownload door: arshanaghurahoo | arshanaghurahoo@gmail.com


Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar.
Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen

2. Ontbinding

Oerlemans/ Driessen
- Driessen is rozenkweker
- Oerlemans is een groothandel in agrarische producten
- Driessen koopt meststof BioFer van Oerlemans
- De gekochte partij BioFer bevat restanten Ethidimuron, een
onkruidbestrijdingsmiddel
- Driessens rozen verdrogen na gebruik van BioFer
- Tekortkoming Oerlemans: is die tekortkoming gaan hem toe te rekenen
- Oerlemans heeft de stof niet zelf geproduceerd
- Gebrek in BioFer is buiten toedoen van Oerlemans ontstaan
- Oerlemans kende noch behoefde het gebrek te kennen

Hoge Raad:
“De verkeersopvattingen brengen mee dat in een geval als het onderhavige een
tekortkoming bestaande in een gebrek van een verkocht product in beginsel voor
rekening van de verkoper komt, ook als deze het gebrek kende noch behoorde te
kennen. Dit zal slechts anders kunnen zijn in geval van, door de verkoper zo nodig
te bewijzen, bijzondere omstandigheden. Het bestaan van dergelijke bijzondere
omstandigheden, waarop in het onderhavige geval overigens geen beroep is
gedaan, zal niet snel mogen worden aangenomen”.

Tekortkoming: de schuldenaar schiet tekort 6:74 / 6:265


- In enig opzicht ten achterblijven bij hetgeen de verbintenis vergt
 te laat presteren, alle gevallen waarbij de schuldenaar nier doet wat van
hem wordt verlangd
- Resultaatverbintenis: resultaat niet bereikt
- Ontspanningsverbintenis: inspanning niet geleverd
- Veronderstelt opeisbaarheid van verbintenis
- Verzuim indien vereist 6:72 lid 2 en 6:265 lid 2
- Toerekenbaar/ niet toerekenbaar
- Er is sprake van tekortkoming in alle gevallen waarin hetgeen de schuldenaar
verricht, in enig opzicht ten achterblijft bij hetgeen dat de verbintenis vergt.
- Hoge Raad: Er is sprake van tekortkoming indien het verzuim is ingetreden

Een tekortkoming kan de schuldenaar niet worden toegerekend art. 6:75


- Indien zij niet is te wijten aan de schuld
- Noch voor zijn rekening komt krachten
 Wet 6:76 en 6:77
 Rechtshandeling (bijv. garantie)
 In het verkeer geldende opvattingen

Toerekening krachtens de wet


Hulpersonen 6:76: de hulppersoon doet iets fout en de schuldenaar doet niks fout
(ondergeschiktheidsrelatie)
- De schuldenaar is alleen verantwoordelijk als hij in een fictieve situatie
hetzelfde zou doen
Gebruikte zaken art. 6:77
- HR 5 januari 1968, NJ 1968/102 (vliegtuigvleugel)

Gedownload door: arshanaghurahoo | arshanaghurahoo@gmail.com


Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar.
Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen

- HR 13 december 1968, NJ 1969/174 (polyclens)

Toerekening krachtens rechtshandeling


- Uitbreiding toerekenbare factoren
- Beperking toerekenbare factoren

Toerekening krachtens verkeersopvattingen


Verkeersopvattingen: opvattingen in het maatschappelijk verkeer
- Voorzienbare omstandigheden
- Omstandigheden die debiteur persoonlijk betreffen

Tekortkoming wel/niet toerekenbaar


- Niet toerekenbaar: geen schadevergoeding
 Uitzondering: art 6:78
- Wel toerekenbaar: wel schadevergoeding
 Verzuim nodig?
 Zo ja, wanneer in verzuim?

Schadevergoeding
- Aanvullend: dus schadevergoeding naast wat je wilde
- Vervangend:
 Tekortkoming
 Toerekenbaar
 Verzuim (niet altijd)
 Schade
 Causaal verband

Onmogelijk
- Blijvend (bijv. gevolgschade)
 Absoluut
 Relatief
- Tijdelijk

Verzuim: de tijdsperiode waar je al had moeten presteren maar dat toch niet doet
6:82 en 6:83
Tijdsperiode
- Waarin prestatie uitblijft
- Prestatie is opeisbaar
- Eisen 6:82 en 83 voldaan
 Vertraging toerekenbaar aan schuldenaar
 Nakoming niet blijvend onmogelijk
- Indien verzuim vereist, hoe treedt verzuim dan in?
 6:82 BW: ingebrekestelling
 6:83 BW: van rechtswege

Ingebrekestelling
- Een schriftelijk aanmaning waarbij de crediteur de debiteur op een redelijke
termijn voor nakoming stelt.

Ontbinding: voorwaarden en wijze van

Gedownload door: arshanaghurahoo | arshanaghurahoo@gmail.com


Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar.
Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen

- Voorwaarden art.6:265 BW
 Wederkerige overeenkomst
 Tekortkoming
 Opeisbare vordering
 Niet-nakoming
 Berust niet op bevoegde opschortingsbevoegdheden
 Verzuim indien nodig
 Tekortkoming rechtvaardigt de ontbinding
- Jij hoeft niet te presteren en ik ook niet en als iemand heeft gepresteerd gaan
we dat terugdraaien.
 Ook verzuim nodig verschil zit in het toerekenbaarheid art. 6:271
- Wijze van ontbinding art.6:267 BW

Week 4:
Onrechtmatige daad: Vloeit de schade van de één voort uit een daad van een ander
en kan deze daad worden aangemerkt als onrechtmatig en als oorzaak van schade,
terwijl zij bovendien aan de dader kan worden toegerekend, dan is die ander voor de
schade aansprakelijk.

Aansprakelijkheid voor eigen gedrag


- Hij die jegens een ander een onrechtmatige daad pleegt, welke hem kan
worden toegerekend, is verplicht de schade die de ander dientgevolge lijdt, te
vergoeden.

Aansprakelijkheid voor fouten van anderen


- Kwalitatieve aansprakelijkheid
 Bepaalde kwaliteit = relatie bijv. ouder van een kind, baasje van hond
- Wetgever moet kiezen tussen de persoon en het slachtoffer
- Risico-toedeling
- Risico-aansprakelijkheid
- Voor welke personen?
 Kinderen 6:164 kind onder 14 gaat vrijuit
 6:169 lid 1 ouder/voogd aansprakelijk; risico-aansprakelijkheid,
verwijtbaarheid doet er niet ter zake
 ‘als een doen te beschouwen’ voor zuiver nalaten geldt dit niet
 ‘als leeftijd niet in weg zou staan’ als er een andere grond (bijv.
schulduitsluitingsgrond) is geldt het daar niet voor
 Kinderen van 14 t/m 16, 14+ zijn zelf aansprakelijk 6:162
 Ouder/voogd 6:169 lid 2
 ‘fout’ kind = onrechtmatig +toerekenbaar)
 Aansprakelijk, tenzij niet te verwijten
 Kinderen vanaf 16
 Kind zelf loopt gewoon via 6:162
 Ouder/voogd: geen bijzondere regels
 Loopt dus gewoon via 6:162
 Onrechtmatig? Toerekenbaar?
 Ondergeschikten 6:170 lid 1: Voor schade, aan een derde toegebracht
door een fout van een ondergeschikte, is degene in wiens dienst de
ondergeschikte zijn taak vervult aansprakelijk, indien de kans op de fout
door de opdracht tot het verrichten van deze taak is vergroot en degene

Gedownload door: arshanaghurahoo | arshanaghurahoo@gmail.com


Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar.
Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen

wiens dienst hij stond, uit hoofde van hun desbetreffende rechtsbetrekking
zeggenschap had over de gedragingen waarin de fout was gelegen.
 Ondergeschikte (Vaak: werknemer)
 Maakt fout (= onrechtmatig + toerekenbaar)
 Kans op fout vergroot door opdracht
 Zeggenschap over deze gedragingen
 Risico-aansprakelijkheid
 Verwijtbaarheid doet niet ter zake
 Gevolgen fout ondergeschikte: 6:162 werknemer aansprakelijk maar
ook 6:170 werkgever aansprakelijk. Slachtoffer kan kiezen werknemer
of werkgever 6:7 en 6:102
 Niet-ondergeschikten (bij bedrijf)
 Vertegenwoordigers
 En verder dus niet

Aansprakelijkheid van zaken


- Gebrekkige roerende zaken
- Opstallen
- Gevaarlijke stoffen
- Dieren
 6:179 : de bezitter van een dier is aansprakelijk voor de door het dier
aangerichte schade, tenzij aansprakelijkheid op grond van de vorige
afdeling zou hebben ontbroken indien hij de gedraging van het dier
waartoe de schade werd toegebracht, in zijn macht zou hebben gehad 
door de dier aangerichte schade
 6:181
 Risico
 Verwijtbaarheid doet niet ter zake
 Maar wel inperking risico: via tenzij-formule: tenzij 6:162 als hij de
gedraging in zijn macht zou hebben gehad
- Producten
- (motorrijtuigen) ---- is geen stof
- En verder dus niet

Vijf eisen
1. Onrechtmatigheid
- Zegt iets over de daad (gedraging)
- Handelen of nalaten
- Uitgewerkt in lid 2: als onrechtmatig daad worden aangemerkt een inbreuk op
een recht en een doen of nalaten in strijd met een wettelijke plicht of met
hetgeen volgens ongeschreven recht in het maatschappelijk verkeer betaamt,
een en ander behoudens de aanwezigheid van een rechtvaardigingsgronden
 Inbreuk op een recht:
 Strijd met wettelijke plicht:
 Ongeschreven recht
- Drie rubrieken

2. Toerekenbaarheid
- Zegt iets over de dader
- Schuld (persoonlijk verwijt)

Gedownload door: arshanaghurahoo | arshanaghurahoo@gmail.com


Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar.
Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen

- Of voor zijn rekening


 Wet bijv. 6:165 gebrek
 Verkeersopvattingen bijv. onervarenheid
- Kind onder de 14 nooit aansprakelijk
 6:164 bescherming jongere
- Saldo lid 3: ‘schuld met een opbouw’’
- Ten aanzien van eigen gedrag
- Dit gaat dus niet over de risico’s van afdeling 2 (andere personen, zaken)

3. Schade
- Aparte afdeling 6:95
- Materiële schade < > immateriële schade (smart)

4. Causaliteit
 Dientgevolge 6:162
 Zeef I: condicio sine qua non (wegdenk-experiment): als we feit X
wegdenken, valt dan ook de schade weg
 Zeef II: 6:98

5. Relativiteit: Geen verplichting tot schadevergoeding wanneer de geschonden


norm niet strekt tot bescherming tegen de schade zoals de benadeelde die
heeft geleden. 6:163
- Verfijning van de onrechtmatigheidseis
- Strekking overtreden norm onderzoeken
- Valt binnen het beschermingsbereik
 Deze persoon? Wie
 Deze schadesoort? Wat
 Deze ontstaanswijze? Hoe

Deelgebieden: ‘gevaarzetting’
Drie arresten Hoge Raad:
1. Kelderluik (toetsingskader)
- Luik open laten staan
- ‘gevaarzetting’ bij gevaarzetting vier gezichtspunten: weegpunten
(argumenten)
 De waarschijnlijkheid waarmee de niet-inachtneming van de vereiste
oplettendheid en voorzichtigheid kan worden verwacht; kans op
onoplettendheid
 De hoegrootheid van de kans dat daaruit ongevallen ontstaan ; kans op
ongevallen daardoor
 De ernst die de gevolgen daarvan kan …; ernst gevolgen
 ;bezwaarlijkheid veiligheidsmaatregelen
- Uitkomst in dit geval: aansprakelijk hij heeft onzorgvuldig gehandeld maar
vermindering wegens eigen schuld (Week V)

2. Jetblast (..)
- Gevaar geschapen
- Voldoende veiligheidsmaatregelen?
- Kader: 6:162 (o.d)
- Aansprakelijkheidsvraag is afhankelijk van ‘de vier Kelderluik-factoren’

Gedownload door: arshanaghurahoo | arshanaghurahoo@gmail.com


Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar.
Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen

- Zeggenschap over locatie niet nodig voor aansprakelijkheid


- Dat publiek ‘op de hoogte kan zijn’ is niet genoeg
- Doorslaggevend: valt te verwachten dat deze waarschuwing zal leiden tot
handelen of nalaten waardoor dit gevaar wordt vermeden?
 ‘effectief waarschuwen’
- Er staan daar veel toeristen
- Borden maken concreet gevaar niet duidelijk
- Hoge Raad verwijst de zaak terug naar het hof ‘oplossen’ via (meer en)
duidelijker borden

3. Jansen/Jansen (….)
- Gedrag niet al onrechtmatig door enkele mógelijkheid van ongeval
- Waarschijnlijk ongeval zó groot, dar dader zich naar maatstaven van
zorgvuldigheid van dit gedrag had moeten onthouden
- Dit is ‘ongelukkige samenloop van omstandigheden’
- Ernstig letsel maakt het niet anders
- Dit gedrag niet onrechtmatig
 6:162 niet vervuld
 zus is niet aansprakelijk
- Bijzondere context: de twee zussen zijn geen professionele verhuizers
- Menselijke maat: ongelukkige samenloop van omstandigheden
- 6:162 lid 2 slot
- Onrechtmatigheid valt weg

Voorbeelden:
- Overmacht: sterke kracht/macht
 Noodtoestand: hogere plicht
- Noodweer:
- Toestemming benadeelde

Burgerlijk recht week 5:


Belangrijkst is schadevergoeding

Schuldesier/
Schuldenaar/debiteur:
crediteur :vorderingsrec
schuld
ht

Bronnen van verbintenissen


- Overeenkomst bijv. koopovereenkomst  verbintenissen door partijen zelf
bepaald, verbintenissen tot het betalen koopprijs, verbintenis tot geven zaak
- Onrechtmatige daad  verbintenis tot schadevergoeding

Gedownload door: arshanaghurahoo | arshanaghurahoo@gmail.com


Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar.
Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen

- Zaakwaarneming  verbintenis tot betrachten zorg, verbintenis tot


schadevergoeding
- Onverschuldigde betaling  verbintenis tot ongedaanmaking of
waardevergoeding
- Ongerechtvaardigde verrijking  verbintenis (KENNISCLIP BRIGHTSPACE)

Onverschuldigde betaling 6:203


- Betaling= iedere prestatie
- De een verricht jegens de ander een presentatie (=betaalt)
- Zonder dat daar een rechtsgrond voor bestaat (=onverschuldigd)
- Op ontvanger rust een verbintenis tot ongedaanmaking
 Goed  teruggeven van dat goed (6:203 lid 1)
 Geldsom  teruggeven gelijk bedrag (6:2013 lid 2)
- Ongedaanmaking onmogelijk door aard prestatie (diensten, doen): op
ontvanger rust een verbintenis tot waardevergoeding 6:210

Onverschuldigde betaling: voorbeelden


- Betaling van een geldbedrag op een verkeerde bankrekening
- Prestatie die is verricht op grond van een nietige of vernietigde overeenkomst

Geen ‘onverschuldigde betaling’ (TOETS)


- Prestatie die is verricht op grond van ontbonden overeenkomst
- Rechtsgrond blijft in stand
 Ongedaanmakingsverbintenis o.g.v art.6:271 (rechtsgevolgen ontbinding)

Schadevergoeding: wanneer?
In wet: ‘schade’
- Onrechtmatige daad
- Wanprestatie
- Zaakwaarneming
- Ongerechtvaardigde verrijking
- Etc
- Wettelijke verbintenis tot schadevergoeding  afd. 6.1.10

Verbintenis tot schadevergoeding:


Twee stappen
1. Vestiging
- 6:162
- 6:74
- 6:200
- 6:212
2. Omvang/ Inhoud
- Afdeling 6.1.10

Afdeling 6.1.10
- Welke schadesoorten?
- Hoe begroten?
- Uitgangspunt: volledige schadevergoeding volledige schadevergoeding
(vermogensgeld) maar niet voor smartengeld
- Uitzondering op uitgangspunt, vermindering schadevergoeding

Gedownload door: arshanaghurahoo | arshanaghurahoo@gmail.com


Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar.
Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen

 Causaal verband
 Voordeelstoerekening
 Eigen schuld
 Matiging door de rechter

Wat is schade? Vermindering


Koen appt achter het stuur en rijdt auto aan die voor hem stopt voor file
 Moeder en vader gewond dus letsel en verdriet, kind op de achterbank overleden
verdriet en begrafeniskosten. Auto’s beschadigd, zaakschade. File,
inkomstenderving

Voorbeeld: vermogensschade gewonde moeder


Pianolerares
- 10 weken niet werken/ 4 weken laag tempo
- Verdiende normaal 500 euro netto per week
- Nu in 14 weken totaal 1000 euro netto

W= 1000 (heeft zij verdiend)


H= 14 x 500 = 7000 zou zij verdiend hebben

S= H – W = 7000 – 1000 = inkomensschade = 6000

Welke schade wordt vergoed

Alle vermogensschade: die je in je vermogen vult, iets dat je kan


uitrekenen of uit kan drukken in geld
 art. 6:96 BW ‘geleden verlies’ en ‘gederfde winst’
Art.6:95 BW

‘Ander nadeel’ voor zover wet daarop recht geeft


 art. 6:106, 107 lid 1 sub b, 108 lid 3 BW

Schade= H - W
H= vermogenstoestand die er zou geweest als od of een wanprestatie achterwege
was gebleven (H= Hypothetische toestand)
W= Werkelijke vermogenstoestand die er is als gevolg van od of wanprestatie
Vergoeding van het positieve contractbelang

Vergoeding van immateriële schade


- Vermindering van levensvreugde
- Smartengeld  verdrietgeld
- Vergoeding alleen in de wet genoemde gevallen
- Art. 6:106
a. Oogmerk toebrengen immateriële schade
b. lichamelijk letsel ook recht op smartengeld
Schade aan eer en goede naam
Andere aantastingen in persoon: psychische schade, geestelijk letsel door
een psychiater erkend, recht op veiligheid
c. Aantasting nagedachtenis overledene

Gedownload door: arshanaghurahoo | arshanaghurahoo@gmail.com


Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar.
Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen

- Art.6:107 en 108 (affectieschade)


 Verdriet om letsel en overlijden naasten

Hoe in geld waarderen


- Art. 6:106: naar billijkheid =hart vaststellen
 Grote vrijheid van de rechter
 De rechter moet rekening houden met alle omstandigheden
- Hoge raad schrijft gevalsvergelijking voor
 Welke bedragen zijn eerder in vergelijkbare gevallen door de Nederlandse
rechter toegekend?
 ‘Het smartengeldboek’ van ANWB
- Hoogste bedrag tot nu toe in Nederland toegekend
 256.035 voor slachtoffer ernstige mishandeling met als gevolg ernstige
hersenbeschadiging
- Art. 6:107 en 108 (affectieschade): vaste bedragen

Wie heeft recht op schadevergoeding?


- Hoofregel: jegens wie wanprestatie of od is gepleegd
 Bij letsel: de gekwelde zelf
- Uitzonderingen
 Bij letsel: sommige derden voor bepaalde schadeposten (6:107 en 6:107a)
 Bij overlijden: nabestaanden voor bepaalde schadeposten (6:108)

Letselschade
- Vader (53 jaar)
- Ernstig rugletsel, 2 gebroken armen, 4 maanden ziekenhuisopname, blijvend
arbeidsongeschikt
- Schadeposten:
a. Eigen kosten behandeling/verpleging 700
b. Huishoudelijke hulp 150.000
c. Inkomensschade (14 x 30.000) 420.000
d. Smartengeld………

Overlijdensschade 6:108
- Derden (nabestaanden) krijgen eigen vordering op degene die aansprakelijk
jegens slachtoffer
- Beperkte groep gerechtigden
- Tot 1 jan. 2019 slechts voor twee schadeposten
a. Lid 1 het derven van levensonderhoud
b. Lid 2 kosten van lijkbezorging
- Sinds 1 jan. 2019 ook affectieschade: vergoeding voor het verdriet dat je hebt
 Art. 6:108 lid 3 BW

Affectieschade
- Het verdriet dat je hebt doordat een dierbare ernstig gewond raakt of overlijdt
- Verdriet om overlijden of verwonding van een naaste  smartengeld voor
naaste
 Bijv. voor ouders van kindje op achterbank of
 Voor leed vrouw wegens ernstig en blijvend letsel man
- Onderscheiden van ‘shockschade’

Gedownload door: arshanaghurahoo | arshanaghurahoo@gmail.com


Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar.
Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen

 Geestelijke letsel als gevolg van confrontatie met schokkende gebeurtenis


 Schockschade valt onder ‘aantasting in de persoon’ (art. 6:106 sub b BW)

Affectieschade in de wet
- Aanvulling van art.6:107 lid 1 sub b en 6:108 lid 3
- Doel: erkenning van leed van naasten
- Naasten van:
 Gekwetste met ernstig en blijven letsel 107
 Overledene 108
- Beperkte kring van ‘naasten’: zoals echtgenoot, ouder, kind
- Vaste bedragen (12.500-20.000)
 Afhankelijk van type geval en relatie
- In werking vanaf 1 jan. 2019
 Overgangsrecht: alleen voor schadeveroorzakende gebeurtenissen van na
1 jan. 2019

Twee soorten causaal verband


- Voorbeeld: door ongeval Koen ontstaat een kijkersfile aan andere kant.
Ondernemer komt te laat en mist opdracht
- Dubbele zeef:
1. Condicio sine qua non-verband
 Vereiste voor vestiging aansprakelijkheid (6:74, 6:162)
 Was schade ingetreden als normenschending niet had plaatsgevonden?
Antwoord: nee c.s.q.n
2. Art. 6:98 BW Toereikeningsleer
 Bepaling omvang schadevergoeding
 Slechts schadeposten die als gevolg van de gebeurtenis aan aansprakelijk
kunnen worden toegerekend, gezien
 Aard aansprakelijkheid
 Aard schade
 Aard gedraging en daardoor geschonden norm
 Voorzienbaarheid of waarschijnlijkheid

Weinig gezichtspunten
1. Aard aansprakelijkheid: risico, schuld (bij schuld kan je meer toerekenen)
Schuldaansprakelijkheid eerder toerekenen en risicoschuld eerder toerekenen
2. Aard schade: lichamelijk letsel, bedrijfsschade
3. Aard gedraging en geschonden norm: verkeers- & veiligheidsnorm
4. Voorzienbaarheid: voorzienbaar, onwaarschijnlijk

HR Renteneurose
- Er was carnaval op Aruba en Henderson stond op een praalwagen
- Casus: Henderson valt van praalwagen, klappen van Gibbs
- Henderson kreeg daardoor geheugenstoornissen en eist 50.000 arubaanse
geld
- Medisch rapport: ‘rente neurose’: is een ziekelijke behoefte aan
schadevergoeding
- HR
 Bij toebrengen letsel

Gedownload door: arshanaghurahoo | arshanaghurahoo@gmail.com


Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar.
Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen

 Ook gevolgen die samenhangen met predispositie slachtoffer toerekenen,


tenzij
 Predispositie eventueel meenemen in schadebegroting
- The tortfeasor takes the victim as he finds him

Eigen schuld voorbeeld


- Fietser rijdt append over straat en nadert kruising waarop auto nadert die 10
km/h te hard rijdt
- Fietser ziet auto niet en automobilist kan niet op tijd stoppen
- Fietser valt en breekt voortanden: kosten gebitsherstel 10.000
- Fietser stelt automobilist aansprakelijk
- Vraag: moet automobilist schade volledig vergoeden
Maatstaf 1: wederzijdse causaliteit
- Zowel de automobilist als de fietser hebben met hun gedrag de schade
veroorzaakt
- Weging van de invloed van de aan ieder toe te rekenen omstandigheden
- Hoeveel gevaar schept automobilist en hoeveel de fietser
 Stel uitkomt weging: automobilist heeft voor 70 % bijgedragen en fietser
voor 30%
Maatstaf 2: Billijkheidscorrectie
- Correctie op maatstaf 1 is mogelijk
- Indien de billijkheid dit eist wegens
 De ernst van de gemaakte fouten, of
 Andere omstandigheden van het geval
- Kan leiden tot
 Andere verdeling of
 Zelfs geen schadevergoeding of
 100% schadevergoeding
- Fietser krijgt mogelijk toch meer of minder 70% (uitkomst wederzijdse
causaliteit)

Art.6:101 ‘Eigen schuld’


- Schade is mede gevolg van omstandigheid die aan benadeelde kan worden
toegerekend
- Vermindering schadevergoedingsplicht
- Hoeveel verminderen?
- Dubbele maatstaf?
1. Causaal: weging van invloed ieders bijdragen
 Wederzijdse causaliteit
2. Billijkheidscorrectie:
a. Uiteenlopende ernst van de gemaakte fouten
b. Andere omstandigheden

Overige verbintenissen uit de wet:


- Zaakwaarneming 6:198
 6:199
 6:200 verbintenis tot schadevergoeding
- Onverschuldigde betaling 6:203
 Verbintenis tot ongedaanmaking
- Ongerechtvaardigde verrijking 6:212

Gedownload door: arshanaghurahoo | arshanaghurahoo@gmail.com


Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar.
Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen

1. Verrijking van de een


2. Verarming van de ander
3. Verrijking ten koste van de ander
4. Verrijking is ongerechtvaardigd: zonder rechtsgrond
 Verbintenis tot schadevergoeding

Heeft iemand recht op een schadevergoeding


1. Vestigingsfase van aansprakelijkheid
- 6:162 onrechtmatige daad
- 6:74 schadevergoeding op grond van wanprestatie
2. Omvangsfase 6.1.10
- Welke schadeposten
- Hoe hoog
- Schadeverminderende factoren

6:95
- Vermogensschade 6:96
- Ander nadeel 6:106

Overdracht art.3:84
- ‘Titel’: De rechtsgrond van levering, de rechtsverhouding die de levering
rechtvaardigt

Vereisten voor overdracht


1. Een geldige titel tot overdracht (de rechtsgrond tot levering)
2. Beschikkingsbevoegdheid bij vervreemder
3. Levering bestaande uit twee componenten
a. Een goederenrechtelijke overeenkomst van overdracht
b. Een leveringshandeling, waarin de overeenkomst van overdracht wordt
uitgewerkt (het vervullen van formaliteiten)

Overdracht ongeldig
a. Als de titel nietig is dus in strijd met goede zeden en openbare orde
Als de titel putatief is (bestaat alleen in de gedachte van partijen
b. Als de titel wordt vernietigd bijv. op grond van handelingsonbekwaamheid of
wilsgebrek

Rechtshebbende: hij tot wiens vermogen dit goed behoort


Houder: heeft de feitelijke macht
Bezitter: de feitelijke machtsverhouding wordt gecombineerd met de suggestie van
eigen recht
Bezit: houden van een goed voor zichzelf
Houderschap: houden van een goed voor een ander

Week 6: Overdracht deel 1


Goederenrecht
- Centraal staat het eigendom

Eigendom

Gedownload door: arshanaghurahoo | arshanaghurahoo@gmail.com


Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar.
Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen

- Het meest omvattende recht dat een persoon op een zaak kan hebben art. 5:1
BW
- Rechtsbetrekking tot een zaak
 Bijv. Jan is eigenaar van het zeilschip ‘Quo Vadis’
 Iedereen moet zijn eigendomsrecht respecteren
 Absolute werking: Jan kan Quo Vadis van iedereen die haar zonder
recht houdt opeisen
 Revindicatie art.5:2 BW
 Iedereen moet van Quo Vadis afblijven

Goederen
Art.3:1 goederen= zaken + vermogensrechten
Art.3:2  een zaak is een stoffelijk object dus het moet voor menselijke beheersing
vatbaar
- Art.3:2: een dier is geen zaak, maar
Art.3:6  een vermogensrecht is een overdraagbaar/op geld waardeerbaar recht
Bijv. een vordering op iemand: hypotheekrecht, huurrecht

Onroerend en roerend 3:3 BW


Onroerend zaken lid 1 3:3 zijn
- De grond
- Niet gewonnen delfstoffen
- Met grond verenigde beplantingen
- Duurzaam met de grond verenigde gebouwen en werken
Onderscheid van belang: de wijze waarop je het moet overdragen aan een ander,
andere manier van levering,
Art.3:3 Bw lid 2 roerend is wat niet onroerend zijn

Art.3:3 lid 1: de grond verenigde beplantingen en de gebouwen en werken die


duurzaam met de grond zijn verenigd
Portcabin-arrest: Rabobank: ik heb een hypotheekrecht, want de zaak is onroerend
Ontvanger: nee je hebt geen hypotheekrecht, want de zaak is roerend > valt onder
executoriaal beslag.

Portcabin-criterium
- Duurzaam met de grond verenigd art.3:3 BW
 Naar aard en inrichting bestemd om duurzaam ter plaatse te blijven
 Niet van belang: technische mogelijkheid tot verplaatsen
 Letten op: bedoeling van bouwer (opdrachtgever) voor zover deze naar
buiten toe kenbaar is
 Portcabin is onroerend

Registergoederen art.3:10: Voor overdracht of vestiging is inschrijving in openbare


registers nodig
Alle onroerende zaken zijn registergoederen (art.3:89 lid 1 BW)
Kleine categorie roerende zaken
- Te boek gestelde schepen
- Te boek gestelde luchtvaartuigen
Vermogensrechten die registergoederen zijn bijv. erfpactsrecht en hypotheekrecht

Gedownload door: arshanaghurahoo | arshanaghurahoo@gmail.com


Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar.
Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen

Zaken < > vermogensrechten

Goederenrechtelijke rechten
- Welke rechten kan ik op een goed hebben
- Eigendom
 Art. 5:1 volledig recht op zaak
 Volledig recht op vermogensrecht  rechthebbende
- Beperkte rechten
 Art. 3:8  van moederrecht afgesplitst
 Gesloten systeem
 Alleen op zaken  boek 5: erfdienstbaarheid, erfpacht, opstallen
 Ook op andere goederen boek 3: Vruchtgebruik, pand, hypotheek

Goederenrechtelijke rechten
a. Absolute werking
- Exclusief
- Droit de suite zaaksgevolg
b. Kenbaarheid (publiciteit)
- Bezit
- Openbare registers
c. Prioriteitsregel
d. Specialiteitsbeginsel
e. Eenheidsbeginsel art.5:3

Persoonlijke rechten
a. Relatieve werking
- Verbintenis geldt alleen tussen schuldenaar en schuldeiser
(Blaauboer/Berlips)
b. Geen publiciteit
c. Gelijk van rang
d. Niet geïndividualiseerde zaken kunnen voorwerp van verbintenis zijn
e. Verbintenis m.b.t gedeelte van de zaak mogelijk

Absolute werking
- Vorderingsrecht relatief: recht jegens één persoon
- Eigendom en beperkt recht absoluut: geldende te maken jegens iedereen
1. Exclusief: iedereen blijft van mijn zaak af
2. Zaaksgevolg: absolute recht volgt de zaak overal
 zelfs in faillissement (Grote Lakmoesproef)

Zaaksgevolg (droit de suite)


- Eigendom blijft op de zaak rusten, waar die zich ook bevindt
 Art. 5:2  eigenaar kan zaak van iedereen terugvorderen
 Revindicatie
 Uitzonderingen
- Beperkt recht volgt de zaak

Eenheidsbeginsel
- Eigendom en beperkte rechten alleen mogelijk van/op complete zaak
 Wel: huis, fiets

Gedownload door: arshanaghurahoo | arshanaghurahoo@gmail.com


Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar.
Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen

 Niet: slechts een kamer, of een zadel


- Art.5:3 eigenaar van de zaak is eigenaar van al haar bestandsdelen
- Art. 3:4 bestanddeel:
 Lid 1: verkeersopvatting is zaak zonder het onderdeel compleet
 HR Dépex/ Curatoren Bergel
 Lid 2: hechte verbinding: losmaken niet mogelijk zonder beschadiging aan
één van de ‘zaken’

Natrekking
- Een zaak wordt bestanddeel van de zaak van een ander
 Voorbeeld: zadel van A wordt gemonteerd op fiets van B
- Art.5:3: eigenaar zaak wordt eigenaar van bestanddeel. Dit heet natrekking
(compendium 226)  B wordt eigenaar zadel, A verliest eigendom zadel
- Vorm van eigendomswerking
- Welke roerende zaak trekt welk na?  5:14
- Natrekking door de grond  5:20
 Eigenaar van de grond, is eigenaar van daarmee duurzaam verenigd
gebouw lid 1 sub e

HR Boom op erfgrens
Stichting de Luwte: mijn boom. Ik ga kappen
De van velten: boom van ons beiden niet kappen

Koop en eigendomsoverdracht
A verkoopt een bepaalde fiets aan B, is B de eigenaar van de fiets? Nee B is geen
eigenaar van de fiets
B betaalt de A de koopsom, is B de eigenaar van de fiets? Nee
A moet een fiets in eigendom overdragen aan B

Art. 3:84 Vereisten eigendomsrecht


1. Levering
a. Een goederenrechtelijke formaliteiten:
Onderscheiden van de obligatoire overeenkomst
Eerst (bijv) een koopovereenkomst: Ik verplicht mij tot overdracht aan jou
(obligatoir)  verbintenis tot eigendomsoverdracht
Dan bij levering: ‘Nu doen wij wat we moeten doen’: in eigendom
overdragen en in eigendom aannemen
 goederenrechtelijke overeenkomst
b. Leveringsformaliteiten:
Afhankelijk van het soort goed
Onroerende zaken 3:89: Notariële akte, inschrijving in de openbare
registers  registergoederen dus ook te boek gestelde schepen en
luchtvaartuigen
Roerende zaken 3:90: Bezitsverschaffing
Vorderingen op naam 3:94 :Akte, mededeling aan debiteur
Restregels: akte, bijv. goederen die zich niet in de macht van de
vervreemder bevinden (gestolen)
2. Geldige titel: De titel is de rechtsverhouding die aan de levering ten grondslag
ligt en haar rechtvaardigt
- Causa of rechtsgrond

Gedownload door: arshanaghurahoo | arshanaghurahoo@gmail.com


Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar.
Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen

- Bijv. verbintenis uit koopovereenkomst


- Causaal stelsel: moet geldig zijn
- Abstract stelsel: Koper wordt eigenaar, ondanks titelgebrek
- Bij vernietiging verdwijnt de geldige titel  dus geen overdracht
3. Beschikkingsbevoegdheid vervreemder
- Bevoegdheid om een goed te vervreemden of te bezwaren
- Eigenaar (rechthebbende) is beschikkingsbevoegd)
- Uitzonderingen: faillissement (curator), executie door hypotheekhouder (bank)
- Als de vervreemder beschikkingsonbevoegd is, vindt er geen geldige
eigendomsoverdracht plaats (art.3:84)
- Beschikkingsbevoegdheid moet bestaan op moment van levering
- Beschikkingsonbevoegdheid is niet hetzelfde als handelingsonbekwaamheid

Wanneer is er sprake van een titelgebrek


- Een overeenkomst kan nietig zijn: er is geen sprake van
wilsovereenstemming, art.3:39 en 3:40 (bepaalde gevallen)

Vernietiging & Causaal stelsel


Geest/ Nederlof  geen geldige titel, geen geldige eigendomsoverdracht, Nederlof
is achteraf gezien eigenaar gebleven  terugvorderen op grond van 5:2 revindicatie,
6:203 onverschuldigde betaling

Bezitsverschaffing 3:90
- Vervreemder moet aan verkrijger het bezit van de zaak verschaffen
- Hoe?
- 3:114: ‘Een bezitter draagt zijn bezit over door de verkrijger in staat te stellen
die macht uit te oefenen, die hij zelf over het goed kan uitoefenen 
machtsvershaffing

Eigenaar, bezitter en houder


Eigenaar: van wie de zaak volgens het recht is
- Bij andere goederen en zaken: ‘rechthebbende’
- Bezitter oefent feitelijke macht uit(houdt) voor zichzelf art.3:107 lid 1
 Hij pretendeert eigenaar te zijn
- Houder oefent feitelijke macht uit (=houdt) voor een ander
 Bijv. huurder, lener, bewaarnemer; doet dus niet alsof hij eigenaar is

Iemand is eigenaar en bezitter van een fiets


Hij leent hem aan iemand uit aan de houder, maar houdt zelf de zeggenschap

Terugwerkende kracht= TK
Goederenrechtelijke effect= GE
TK GE
Vernietiging Ja art.3:53 Ja art. 3:84 ‘causaal
stelsel’
Ontbinding Nee art. 6:269 Nee
Recht van reclame Nee art.7:39, 6:269 Ja art.7:39

3:80 Verkrijging goederen

Gedownload door: arshanaghurahoo | arshanaghurahoo@gmail.com


Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar.
Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen

- Algemene titel; lid 2 erfopvolging


- Bijzondere titel; lid 3 overdracht

Goederenrechtelijke positie
- Eigenaar 5:1 meest omvattend recht dat een persoon op een zaak kan
hebben  gekoppeld aan zaken. Je bent rechthebbende van een
vermogensrecht.
- Bezitter: 3:107 is het houden van een goed voor jezelf
- Houder: 3:108 voorbeeld leen en houder

Bezit en houderschap gaan niet samen. Bezit iets voor jezelf houden en houder je
leent iets van iemand.

Art.3:107
Onmiddellijk: bezit/houder zonder door middel van iemand anders
Middelijk: bezit/houden door middel van iemand anders

3:84 overdracht
1. Geldige titel: de rechtsgrond van overdracht; ontstaat door wat er door de
partijen is overeengekomen
Bijv. koopovereenkomst
2. Levering: goederenrechtelijke overeenkomst en formaliteiten. Formaliteiten:
roerend en onroerend.
roerend 3:90 BW jo.3:114 en onroerende zaak (levering)3:89 :
goederenrechtelijke overeenkomst, formaliteiten
3. Beschikkingsbevoegdheid
Bijv. eigenaar

Week 7: Goederenrecht
Vereisten eigendomsoverdracht
3:84- levering, geldige titel, beschikkingsbevoegdheid vervreemder

Leveringsformaliteiten
Onroerende zaken 3:89
- Notariële akte
- Inschrijving in de openbare registers
Roerende zaken 3:90
- Bezitsverschaffing
Vorderingen op naam 3:94
- Akte
- Mededeling aan debiteur of
- Geregistreerde of authentieke akte
Restregel 3:95
- Akte
- Bijv. goederen niet in macht van vervreemder (gestolen)

2 Soorten akte zie art.156 Rv (burgerlijke rechtsvordering)


- Ondertekende geschriften die bestemd zijn als bestemd te dienen
- Authentieke akte:
- Onderhandse akte lid 3: alle niet authentieke akte

Gedownload door: arshanaghurahoo | arshanaghurahoo@gmail.com


Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar.
Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen

Leveringsformaliteiten onroerende zaken


Art.3:89
- Notariële akte (=akte van levering/transportakte)
 Goederenrechtelijke overeenkomst
 Vermelding van de titel (3:89 lid 2)
 Vermelding volmacht (3:89 lid 3)
 Aard, plaatselijke aanduiding, kadastrale aanduiding (art.20 KadW), prijs
(art.46 Wna (wet op het notaris ambt))
- Inschrijving van de akte van levering in de openbare registers
- 3 fases

Art.3:89: daartoe bestemde openbare registers


- Openbare registers voor registergoederen (afdeling 3.1.2)
 Verzameling van ingeschreven akten
 Inschrijving van feiten die van belang zijn voor de rechtstoestand van
registergoederen (art.3:16 lid 1)
 Welke feiten zijn inschrijvbaar art.3:17 a-k
- Het kadaster
 Vermelding van rechten (gerechtigde Piet Jansen)
 Kadastrale kaarten
 Toegangsweg tot openbare registers
- Dienst van Kadaster en de openbare registers
 Nauwe samenhang tussen kadaster en openbare Huur is een
verbintenisrechtelijke overeenkomst

Hoe vindt inschrijving plaats


- Aanbieding door verkrijger en/of vervreemder aan de bewaarder (art.3:89 lid
3)
- Praktijk: notaris biedt de stukken aan als lasthebber van verkrijger en
vervreemder
 Papieren of elektronisch afschrift van akte van levering
- Bewaarder der registers schrijft de stukken in
 Hij is lijdelijk (terughoudend), maar heeft wel waarschuwingsbevoegdheid
(art.3:19 lid 4)

Ons registerstelsel: gematigd negatief


- Positief stelsel: wat in de registers staat is juist, iedereen mag daarop afgaan
- Negatief stelsel: zonder inschrijving geen geldige overdracht (art.3:89), maar
soms
 Wel inschrijving, naar geen eigendomsovergang
 Bijvoorbeeld als de titel is vernietigd
 Geen inschrijving, wel overgang
 Bijvoorbeeld door vererving
- Negatief stelsel gematigd door derdenbescherming

Derdenbescherming in het algemeen


A: verkoopt en levert een goed naar B
B: verkoopt en levert een goed naar C
C is derde
De titel tussen A en B vernietigd  geen geldige titel

Gedownload door: arshanaghurahoo | arshanaghurahoo@gmail.com


Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar.
Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen

B kan niet meer leveren aan C omdat A en B hun overeenkomst niet meer bestaat
(vernietigd) maar C heeft wel geld moeten betalen aan B

Wie moet door het recht worden beschermd: A of C?


Hoofdregel: A is eigenaar
Uitzondering: derdenbescherming
Art.3:88 jo.3:84

Onbevoegdheid van vervreemder


3:88 Onbevoegdheid van vervreemder (B) wordt geheeld indien:
1. Geldige titel
2. Levering
3. Verkrijger ( c ) te goeder trouw (art.3:11 jo. 3:23)
4. B is beschikkingsonbevoegd door
 Ongeldigheid van vroegere overdracht A-B
 Niet veroorzaakt door beschikkingsonbevoegdheid A
 Dus: er is een titel- of leveringsgebrek in overdracht A-B

Derdenbeschermingbepalingen
1. Bescherming tegen beschikkingsbevoegdheid
 Roerende zaken art.3:86-87
 Onroerende zaken art.3:88
 Vorderingen op naam art.3:88
2. Bescherming tegen onjuistheid of onvolledigheid van de registers art.3:24 e.v.
3. Vangnetartikel art.3:36

Goede trouw art.3:11


- Een van de vereisten bij derdenbescherming
- Art.3:11 je bent niet goeder trouw, als je
 Beschikkingsbevoegdheid van vervreemder kende
 Of had behoren te kennen
 Je moet onderzoeken als je twijfel hebt
 Je moet enig onderzoek doen naar beschikkingsbevoegdheid van
vervreemder
- Nadere uitwerking in de wet, bijv. art.3:23
 Wat in openbare registers staat, behoor je in ieder geval te kennen
 De notaris kijkt namens u in de registers: rechercheplicht notaris

Registerbescherming
- Registergoederen (meestal onroerende zaken)
- Verkrijger moet in openbare registers onderzoeken of de vervreemder
(volledig) beschikkingsbevoegdheid is
- Functie van notaris (rechercheren)
- Art.3:11 jo. 3:23 (goede trouw)
 Wat in de registers staat behoor je te kenen
- Fout in de registers
 Onvolledigheid art.3:24
 Onjuistheid art.3:25 en 3:26

Casus registerbescherming

Gedownload door: arshanaghurahoo | arshanaghurahoo@gmail.com


Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar.
Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen

X vervalst het paspoort van A en verkoopt het huis van A. X doet zich voor als A. A is
de eigenaar.

X  B (beschikkingsonbevoegd) - C derde verkrijger


Verkoopt en levert verkoopt en levert

Verkrijgt C de eigendom van het stuk grond?


Op moment waarop C verkreeg, stond onjuist feit in registers namelijk: ‘A heeft stuk
grond geleverd aan B’
C wordt beschermd op grond van art.3:25 of 3:26

Leveringsformaliteiten roerende zaken


Art.3:90: vervreemder moet aan verkrijger het bezit van de zaak verschaffen
1. Vervreemder is bezitter: bezitsoverdracht
2. Vervreemder is houder: analoog aan bezitsoverdracht waardoor verkrijger de
feitelijke macht krijgt

Bezitsoverdracht: hoe?
- 3:114: door de verkrijger in staat te stellen tot het uitoefenen van dezelfde
macht als de vervreemder
- Feitelijke handelen: overhandigen zaak, overhandigen sleutels
- 3:115 Tweezijdige verklaring zonder feitelijke handeling:
 Traditio constitutum possessorium (cp)
 Brevi manu (bm)
 Longa manu (lm)

Traditio constitutum possessorium


- Art.3:115 sub a
- A verkoopt zijn fiets aan B
- Bezitsoverdracht doordat A en B afspreken dat A fiets voor B gaat houden
- A was bezitter, wordt houder
- B wordt middellijk bezitter

Traditio brevi manu / met de korte hand


- Art.3:115 sub b
- A heeft een fiets in bewaring gegeven aan B. Vervolgens verkoopt A de fiets
aan B. A draagt bezit over door tweezijdige verklaring (A-B)
A was middellijk bezitter
B was houder voor A, wordt onmiddellijk bezitter

Traditio longa manu / met de lange hand


- Art.3:115 sub c
- A heeft fiets in bewaring gegeven aan B. Vervolgens verkoopt A fiets aan C. A
draagt bezit over door tweezijdige verklaring (A-C) en mededeling aan B.
A was middellijke bezitter
B wordt van houder voor A, houder voor C
C wordt middellijk bezitter

Houder kan c.p geen bezit verschaffen

Gedownload door: arshanaghurahoo | arshanaghurahoo@gmail.com


Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar.
Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen

- Art.3:111: een houder kan zichzelf niet van houder voor de een tot houder van
de ander maken. Art.3:111 wijzigingsverbod/ interversie van houderschap
- B was houder voor A en kan dus niet uit zichzelf gaan houden voor C
- Aan C geen bezit verschaft, dus C is geen bezitter geworden
- Is C eigenaar geworden? Nee, B is beschikkingsonbevoegd en omdat er niet
goed geleverd is en kan C dus niet beschermd worden.
- Houder kan zich c.p geen bezit verschaffen (leer uit je hoofd)

Derdenbescherming: verkrijging roerende zaak van beschikkingsonbevoegde


Tegen de beschikkingsonbevoegdheid van B kan C beschermd worden als er wordt
voldaan aan de volgende criteria:
Art.3:86 lid 1 jo. 3:84 (altijd een vraag over op het tentamen zijn)
- Geldige titel
- Levering door bezitsverschaffing
- Anders dan om niet: er staat een wederprestatie tegenover, er moet iets
tegenover staan
- Verkrijger (C) te goeder trouw (art.3:11)

Relativering van de c.p levering pagina 162


Art.3:86 jo.3:84
1. Geldige titel
2. Levering door bezitsverschaffing
3. Anders dan om niet
4. Verkrijger te goeder trouw

Art.3:90 lid 2
- De levering aan C werkt niet ten opzichte van A
- Totdat zaak daadwerkelijk in handen is van C

Diefstal
Art.3:86 lid 3
- Hoewel aan art.3:86 lid 1 (4 vereisten) is voldaan
- Kan A toch gedurende drie jaar revindiceren, tenzij C
 Consument is
 Verkreeg van winkelier: in een winkel
- Als niet aan alle vereisten van art.3:86 lid 1 voldaan kan A 20 jaar revindiceren
(art.3:306)
 Voorbeeld is niet te goeder trouw

Levering van een vordering (cessie)


A (vordering =goed) ------------------------------------------- B schuld
Verbintenis

Maar A wilt aan C verkopen (cessie.)


Overdracht goed van A aan C art.3:84
- A is cedent
- B is debitor cessus
- C is cessionaris
- Levering cessie
- Titel (bijv.koop zie art.7:47

Gedownload door: arshanaghurahoo | arshanaghurahoo@gmail.com


Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar.
Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen

- Beschikkingsbevoegdheid

Cessie:leveringsformaliteiten
- Art.3:93/94: vordering aan toonder of order (bijv. congossementen)
 Bezitsverschaffing van het papier
 + endossement (order)
- Art. 3:94 lid 1: vorderingen op naam
 openbare cessie
 Akte van cessie
 Mededeling aan de debiteur
- Art.3:94 lid 3: vorderingen op naam
 stille cessie
 Authentieke akte of een geregistreerde onderhandse akte
 Dus geen mededeling aan de debiteur (‘stil’)

Derdenbescherming vorderingen op naam


Art.3:88 jo.3:84 (zelfde als bij reg.goederen)
Onbevoegdheid van vervreemder (B) wordt geheeld indien:
1. Geldige titel
2. Openbare cessie of stille gevolgd door mededeling aan debiteur (3:94 lid 3)
3. Verkrijger ( C) te goeder trouw (art.3:11)
4. B is beschikkingsonbevoegd door
 Ongeldigheid van vroegere overdracht A-B
 Niet veroorzaakt beschikkingsonbevoegdheid A
 Dus: er is een tiel- of leveringsgebrek in overdracht A-B

Beperkte rechten: een van moederrecht afgesplitst recht


- Art.3:8 van moederrecht afgesplitst
- Gesloten systeem
- Beperkte gebruiksrechten
 Vruchtgebruik (art.3:201)
 Erdienstbaarheid (art.5:70)
 Erfpacht (art.5:85)
 Opstal (art.5:101)
- Beperkte zekerheidsrechten
 Pand (afd. 3.9.1 en 3.9.2)
 Hypotheek (afd. 3.9.1 en 3.9.4)

Vestiging beperkte rechten =


Art.3:98 jo 3:84
1. Levering / Vestiging
a. Goederenrechtelijke overeenkomst
b. Leveringsformaliteiten/ vestigingsformaliteiten
2. Geldige titel
3. Beschikkingsbevoegdheid van degene die beperkte recht vestigt

Powerpoint een afbeelding

Week 8:
- Executie & faillissement

Gedownload door: arshanaghurahoo | arshanaghurahoo@gmail.com


Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar.
Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen

- Rangorde bij verhaal


- Pand % hypotheek

Recht halen; het probleem


- A heeft een computerprogamma verkocht en geleverd aan B
- B verplicht tot betaling koopprijs 40.000 euro
- A heeft vordering op B
- B weigert te betalen
 Herhaaldelijk aangemaand en in gebreke gesteld
- Wat moet A doen om de koopprijs te innen?

Executierecht
Executie (tenuitvoerlegging) = toepassing van de door het recht ter beschikking
gestelde dwangmiddelen ter verwezenlijking van een civielrechtelijke aanspraak
- Eigenrichting is verboden!

Voorbeelden van dwangmiddelen


1. Gedwongen ontruiming onroerende zaak door deurwaarder (art.555 Rv.)
2. Het aanwijzen van een ‘dwangvertegenwoordiger’ door de rechter (art.3:300
BW)
3. Executoriaal beslag gevold door executoriale verkoop
 Voor het verhaal van een geldvordering

Verhaal van een geldvordering


- Art. 3:276 BW: op alle goederen van zijn schuldenaar
- Executoriaal beslag leggen op afzonderlijke goederen
- Vereist een executoriaal titel (art.430 Rv)
 Grosse (orgineel) van een vonnis waarbij debiteur tot bepaalde prestatie
wordt veroordeeld.
 Grosse van notariële akte
 Een authentieke akte waarmee je kunt executeren
 In naam van de Koning  daar begint de grosse altijd mee
- Executoriale verkoop van beslagen goed(eren)
 Vordering wordt uit de opbrengst voldaan

Het recht van parate executie


- Recht om zonder executoriale titel tot verhaal op goederen van schuldenaar
over te gaan
- Op grond van de wet
 Pandhouder (art.3:248 BW)  goederen van de debiteur executeren
zonder langs de rechter te gaan
 Hypotheekhouder (art.3:268 BW)  goederen van de debiteur executeren
zonder langs de rechter te gaan

Tijdsverloop verhaal vordering door executoriaal beslag


1. Ontstaan vordering
 Bijv. overeenkomst
2. Schuldenaar komt niet vrijwillig na
3. Vonnis rechter  grosse (=executroriale titel)
 Of grosse notariële akte

Gedownload door: arshanaghurahoo | arshanaghurahoo@gmail.com


Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar.
Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen

4. Executoriaal beslag
 Door deurwaarder in opdracht vabn schuldeiser
5. Executoriale verkoop
6. Vordering schuldeiser wordt voldaan uit opbrengst

Faillissement
- Gerechtelijke beslag op het gehele vermogen schuldenaar (failliete boedel=
vermogen van de schuldenaar)
- Doel: verdeling hiervan onder gezamenlijke schuldeisers
- Vonnis van faillietverklaring (art.1 FW)
 Gepubliceerd in Staatscourant en het Centraal Insolventieregister (CIR)
www.rechtspraak.nl
- Op verzoek van een schuldeiser (meestal)  geen dreigement maar
waarschuwing
- Vereist: schuldenaar verkeert in de toestand dat hij heeft opgehouden te
betalen (art.1 en 6 lid 3 Fw)
 Er moeten meerdere schuldeisers zijn  steunvorderingen

Gevolgen faillissement
- Benoeming rechter-commissaris
 Houdt toezicht
- Benoeming curator(en)
 Beheert boedel
 Verifieert vordering (verificatie)
 Maakt boedel te gelde (liquidatie)
 Verdeelt opbrengst (uitdeling)
- Failliet wordt beschikkingsonbevoegdheid (art.23 Fw) !!!
 Hij blijft handelingsonbekwaam
 Kan alleen zichzelf binden, niet de boedel (art.24 Fw)
 Bijv. Andy van Kromenakker hij mag geen jurk verkopen (art.35 Fw)
- Curator is beschikkingsbevoegd

Faillissement en schuldeisers
- Zij die persoonlijk vorderingsrecht hebben
 Vordering bij een curator indienen ter verificatie
 Bestaat de vordering? Welke rang?
 Erkende vorderingen delen mee in de opbrengst
- Uitzonderingen: seperatisten; doen alsof er geen faillissement is
 Pand en hypotheekhouder
 Kunnen tot openbare verkoop overgaan ‘alsof er geen faillissement was
(art.57 Fw)
- Eigenaars en beperkt gerechtigden
 eigenaar kan goed van curator revindiceren
 recht beperkt gerechtigde blijft in stand (droit de suite)

Faillissementen in beeld kijk powerpoint!!!

Rangorde bij verhaal


- Hoe moeten schuldeisers worden voldaan uit ‘netto opbrengst’ van goederen
schuldenaar

Gedownload door: arshanaghurahoo | arshanaghurahoo@gmail.com


Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar.
Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen

 Eerst worden executiekosten voldaan


- Art.3:277 lid 1 BW
- Hoofregel persoonlijke vorderingsrechten: gelijkheid van crediteuren (paritas
creditorum)
 Maakt niet uit welke vordering eerder was
 Moet wel van voor de faillissementsuitspraak zijn!
- Voldoen naar evenredigheid
- Uitzondering: voorrang (preferentie)
- Concurrente vorderingen   preferente vorderingen

Gelijkheid van crediteuren


A heeft een boedel van 10.000 euro
B 2 februari 60.000 euro
C 28 februari 120.000
D 30 maart 20.000

B,C en D krijgen naar evenredigheid (art.3:277)


3:6:1
B 30.000
C 60.000
D 10.000

Art.3:278 BW preferente vorderingen


Speciale
voorrechten 283-
287
Voorrecht
algemene
voorrechten 288-
289
voorang Voorrecht
(preferentie) (privelige

Anderen in de
wet aangegeven
gronden

Voorrecht (privilege)
- Speciale voorrechten (art.3:283-287 BW)
 Verleent voorrang bij verdeling opbrengst bepaalde goederen
 Voorbeelden: vordering wegens kosten behoud van een goed (3:248);
vordering wegens bearbeiding van een zaak (3:285)

- Algemene voorrechten (art.3:288-289)


 Verleent voorrang bij verdeling opbrengst van het gehele vermogen

Gedownload door: arshanaghurahoo | arshanaghurahoo@gmail.com


Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar.
Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen

 Voorbeelden: Kosten van aanvraag faillissement (3:228 sub a);


loonvorderingen (3:288 sub e)
- Art.21 Invorderingswet (rijkbelastingshuld)

Rangorde preferente crediteuren


- Art.3:279: Pand en hypotheek tenzij wet anders bepaalt (bijv. art.3:284 lid 2 en
285 lid 2)
- Art.3:280:
 Speciale voorrechten onderling gelijke rang (3:281 lid 1)tenzij de wet ……
 Algemene voorrechten; volgorde van plaats in de wet (3:281 lid 2) tenzij
wet anders bepaalt bijv. algemeen voorrecht fiscus gaat voor , meeste
voorrechten (ook de speciale) (art.21 InvW)

Casus (kijk terug powerpoint)

Pand en Hypotheek
- Art.3:227 BW (een zekerheidsrecht als pandhouder, hypotheekhouder kan je
je geld terug krijgen
- Beperkt recht gevestigd op een goed van de schuldenaar
- Schuldenaar = hypotheekgever, pandgever
- Crediteur= hypotheekhouder, pandhouder
- Verbonden aan vordering tot voldoening van een geldsom
- Betaalt schuldenaar niet, dan mag hypotheek c.q pandhouder goed verkopen
en geldsom op opbrengst verhalen
- Zekerheidsrechten

Andere eigenschappen pand en hypotheek


- Afhankelijk recht (3:7 BW)
 Pand/hypotheekrecht niet los van vordering over te dragen
 Gaat vordering teniet  hypotheek/pandrecht van rechtswege teniet
 Pand en hypotheekrecht vervallen als vordering wordt voldaan

- Nevenrecht (6:142 BW)


 Gaat vordering over  hypotheekrecht/ pandrecht van rechtswege over

Welk recht op welk goed?


- Art 3:227 lid 1 (laatste zin)
- Hypotheek
 Registergoederen (art.3:10)
 Onroerende zaken
 Andere registergoederen zoals recht van erfpacht
 Teboekgestelde schepen
 Luchtvaartuigen
- Pand
 Goederen die geen registergoederen zijn
 Roerende zaken (behalve teboekgestelde schepen & luchtvaartuigen)
 Recht aan order/ toonder
 Vorderingen op naam

Voordelen pand en hypotheekrecht bij verhaal

Gedownload door: arshanaghurahoo | arshanaghurahoo@gmail.com


Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar.
Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen

1. Zeer hoge voorrang bij verhaal (art.3:279)


2. Recht van parate executie
 Openbaar verkoop goed zonder excecutoriale titel
 Geen excecutoriaal beslag nodig
 Pand  3:248
 Hypotheek  3:268
3. Seperatisme (art.57 Fw)
 Recht uitoefenen ‘als er geen faillissement was’
 Vordering niet ter verificatie indienen
 Niet wachten tot einde faillissement
 Geen boedelkosten

1. Executie, hoe?
Hypotheek
- Openbare verkoop ten overstaan notaris (3:268 lid 1)
 In een ‘zaaltje’ of via een internetsite (519 lid 1 & 2 Rv)
- Onderhandse verkoop alleen met toestemming voorzieningenrechter (3;268
lid 2)
- Toe-eigening zaak door hypotheekhouder niet toegestaan (art.3:225)

Pand op roerende zaak


- Openbare verkoop ten overstaan deurwaarder of notaris (3:248 jo. 3:250)
- Onderhandse verkoop alleen i.g.v art.3:251 lid 1 en lid 2
- Toe-eigening niet toegestaan, tenzij toestemming voorzieningenrechter (3:251
lid 1)

2. Executie, hoe ?
Pandrecht op vordering
- Openbare verkoop (slechts theorie, geen praktijk)
- Inning van de vordering door pandhouder (3:246 lid 1)
 Eerst mededeling van pandrecht aan schuldenaar
 Nog nodig bij ‘stil pandrecht’
- Na innning  pandrecht komt van rechtswege op geïnde bedrag te rusten
(3:246 lid 5)
- Pandhouder haalt zijn vordering ervan af (3:255 jo.3:253)
- Restant naar pandgever

Vestigingsvereisten pand en hypotheek


- Art.3:98 BW: vestiging beperkt recht op een goed analoog aan overdracht van
dat goed
- Art.3:84 BW
 Geldige titel
 Beschikkingsbevoegdheid
 Levering  nee is een vestiging
 Goederenrechtelijke overeenkomst
 Vestigingsformaliteiten
- Vestigingsformaliteiten
 Pand op roerende zaak  3:236 lid 1 of 237 lid 1
 Pand op vordering op naam  3:236 lid 2 of 239 lid 1
 Hypotheek op onroerende zaak  3:260

Gedownload door: arshanaghurahoo | arshanaghurahoo@gmail.com


Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar.
Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen

Vestigingsformaliteiten pand op roerende zaak 188-190


Twee mogelijkheden
1. Vuistpand (3:236 lid 1)
- Door zaak in macht van pandhouder of derde te brengen
- Voorbeeld: pandjeshuis
2. Stil pandrecht (3:237 lid 1)
- Authentieke of geregistreerde onderhandse akte
 Zonder zaak in macht van pandhouder of derde te brengen

Vestigingsformaliteiten pand op vordering op naam


Rabobank: vordering Rabo op X (bedrijfslening)
Vestiging pandrecht op vordering X-Y
X: vordering X op Y

Twee mogelijkheden
1. Openbaar pand (3:236 lid 2 jo. 3:94 lid 1)
- Akte + mededeling aan schuldenaar (Y)
2. Stil pandrecht (3:239 lid 1)
- Authentieke of geregistreerde onderhandse akte
 Zonder mededeling aan schuldenaar Y
Derdenbescherming pand roerende zaak
(plaatje powerpoint)
Art.3:98 jo3:84 jo. 3:238 lid 1
Onbevoegd pandgever B geheeld indien:
- Geldige titel
- Geldige vestiging
- In de macht van C (of andere derde): je moet het bezitten
- Pandhouder C te goeder trouw 3:11

Conclusie derdenbescherming pand


- Stil gebleven pandrecht wordt niet beschermd
- Bij pandrecht op roerende zaken (3:238 lid 1 BW)
- Dit geldt ook voor pandrecht op vorderingen op naam (3:239 lid 4 BW)
 Pandhouder wordt niet beschermd als nog geen mededeling aan debiteur
is gedaan

Vestigingsformaliteiten hypotheek
Art.3:260 lid 1 BW
1. Notariële akte
- Inhoudende o.a overeenkomst van vestiging (goederenrechtelijke
overeenkomst)
2. Inschrijving daarvan in openbare registers
Meerdere hypotheken op een zaak mogelijk
Rangorde bepaald 3:21 BW
- Eerste hypotheek
- Tweede hypotheek
- Etc.

Week 9: Personen- en familierecht

Gedownload door: arshanaghurahoo | arshanaghurahoo@gmail.com


Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar.
Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen

Welke naam geoorloofd art.1:4 BW beslist de ambtenaar van de burgerlijke stand


Wijzigen via de Rechtbank art.1:4 lid 4 BW

Geslachtsnaam
Getrouwd  vader
Niet getrouwd  moeder uit wie het kind komt

Onwenselijke naam K.Bouter I.C NOtting


Wijzigen via de Kroon art.1:7 BW

Woonplaats
- Te zijner ‘woonstede’ (art.1:10 BW)
- Of werkelijke verblijf
- Belang: bevoegde rechtbank, fiscaal, internationaal privaatrecht

Familierechtelijke betrekking (art.1:197-199 BW)


- Vader/moeder: eerstegraads
- Grootouders: tweedegraads
- Broer/zus: tweedegraads
Schema p.7 powerpoint

Terminologie (art.1:3 BW)


- Bloedverwanten: door geboorte met elkaar verbonden
- Graad: de afstand tussen twee bloedverwanten (aantal geboorten die twee
personen van elkaar scheidt)
- Onderscheid maken tussen juridische bloedverwant en biologische
bloedverwant
- Aanverwant: relatie tussen echtgenoten en bloedverwanten andere
echtgenoot

Hoe ontstaan familierechtelijke betrekkingen?


Art.1:198 BW (moeder)
a. De moeder uit wie het kind geboren is;
b. De vrouwelijke partner van de moeder op grond van de Wet lesbisch
ouderschap;
c. Erkenning door een vrouw; (als de vader nog niet heeft erkend)
d. Gerechtelijke vaststelling ouderschap;
e. Adoptie

Art.1:199 BW (vader)
a. De man met wie de moeder gehuwd is of geregistreerd partner is;
b. De vader van het kind geboren binnen 306 dagen na ontbinding van het
huwelijk of geregistreerd partnerschap door dood van de man;
c. Erkenning door de man;
d. Gerechtelijke vaststelling van het ouderschap;
e. Adoptie

Ontkenning vaderschap
- Art. 1:200, art. 1:202 a lid 1 BW

Gedownload door: arshanaghurahoo | arshanaghurahoo@gmail.com


Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar.
Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen

- Ontkenning: door vader/ duomoeder mits binnen een jaar na kennisname:


 Geen instemming
 Bij aangaan huwelijk
 Geen kennis van de zwangerschap
- Ontkenning:
 Door moeder (1 jaar)
 Meerderjarig kind (3 jaar later nadat hij minderjarig is verklaard)
Doorslaggevend: het belang van het kind

Terminologie
- Biologische vader: met wiens zaad het kind is geboren
- Verwekker
- Donor:
 Bekende donor
 Niet-bekende donor
- Duomoeder
- Meemoeder

Vaderschap/ Duomoederschap door erkenning


- Zie art. 1:203 BW en 1:204 BW voor vereisten
 Bij notariële akte
 Bij een akte van erkenning, opgemaakt door een ambtenaar van de
burgerlijke stand
- In geval geen erkenning geen terugwerkende kracht (wel mogelijk voor de
geboorte)
- Mogelijkheid vernietiging erkenning art.1:205/205a lid 1 sub a-c BW
- Wie kunnen er erkennen
 Zie art.1:204 BW

Adoptie
- Stel Bram en Ans willen nog en kind, medisch niet meer mogelijk. Dan
adoptie, art.1:227 BW
- Verzoekschriftprocedure bij de rechtbank
- Pas na een jaar verzorging
- Eenouder of tweeouderadoptie
- Juridische band met ‘oude’ ouders verbroken
- Familierechtelijke betrekking met nieuwe ouders (art.1:229 BW)

Ouderlijk gezag art.1:247 BW)


- Plicht om een kind op te voeden en te verzorgen
- Door wie?
- De ouders ( juridische betrekking)
- De ouders, die gehuwd zijn
- De ouders. Die gescheiden zijn
- Samenwonenden ouders mits zij het gezamenlijk gezag hebben
- Geregistreerd partners

Minderjarigheid
- Tot 18 jaar behoudens uitzonderingen in de wet
- Gevolgen:

Gedownload door: arshanaghurahoo | arshanaghurahoo@gmail.com


Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar.
Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen

 Handelingsonbekwaam (art.1:234 BW)


 Gexag bij ouders (art.1:245 BW)
- Uitzonderingen op handelingsonbekwaamheid, bijv.
 Medische behandleingsovereenkomst (art. 7:447 BW)
 Testament maken (art.4:55 BW)
- Ouderlijk gezag en voogdij
 Ouderlijk gezag: ouders en geregistreerde partners
 Voogdij: niet ouders, meestal in geval van het overlijden van de ouders

Gevolgen van gezag


- Persoon
- Vermogen
- Vertegenwoordiging in burgerlijke handelingen
- In casu: oudersd van Jasper
- Soms machtiging kantonrechter nodig (1:345 BW)
- Voorbeeld: geldlening om aandelen te kopen
- Zie ook: 4:193 BW, beneficiair aanvaarden nalatenschap
- Zie ook 6:169 BW risicoaansprakelijkheid
- Zie ook 1:2531 BW ouderlijk vruchtgenot
- Ouders verplicht tot levensonderhoud, zelfs uitsluitend biologische vader

25 april 2036
Jasper wordt 18 jaar= meerderjarig
Jasper gaat rechten studeren in Leiden
Wat kan hij onaantastbaar
- Hij is handelingsonbekwaam
- Testament maken
- Trouwen
- Aansprakelijkheid voor onrechtmatige daad
- Ouderlijk vruchtgenot ouders eindigt
- Beëindigt ouderlijk gezag/voogdij

Jasper gaat samenwonen met Marleen


- Geen juridische consequenties
- Wel gemeenschappelijke goederen titel 3:7
- Wat kunnen regelen?
a. Testament
b. Samenlevingsovereenkomst

Jasper afgestudeerd, advocaat-staigaire bij groot kantoor  kind


- Testament: langstlevende regeling
 Voogdij (Lieke Otto)
 Bewind (Loes Otto)
- Erkenning (want anders geen familierechtelijke betrekking) (art.1:203 BW)
- Gezag: gezagregister aangehouden bij een rechtbank

Er komt een tweede kind


Nu: huwen of geregistreerd partnerschap?
Verschil:

Gedownload door: arshanaghurahoo | arshanaghurahoo@gmail.com


Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar.
Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen

a. Ontbinding via advocaat of notaris mogelijk tenzij gezag over gezamenlijke


kinderen (art.1:253 sa of 1:253t BW)
b. Behandeling in het buitenland
Overeenkomst:
a. Bij geregistreerd partnerschap ook alimentatieverpichtingen
b. Ook overigens gelijke gevolgen

Gevolgen huwelijk
Titel 1.6 geldt voor alle huwelijken
- Elkaar het nodige verschaffen (art.1:81 BW)
- Verdeling kosten van de huishouding en draagplicht (art.1:84 BW)
- Kosten gewone gang van de huishouding (art.1:85 BW): dagelijks dingen die
in een huishouding worden aangeschaft; hoofdelijke aansprakelijkheid
- Vergoedingsrechten bij ontrekkingen aan vermogen andere echtgenoten
(art.1:87 BW) volgens de beleggingsleer
- Toestemming voor bepaalde gezinshandelingen
- Bestuur over eigen goederen (art.1:90 BW)
Afwijken van deze regels: huwelijksvoorwaarden
Wie is aansprakelijk voor de kosten van de huishouding? Gewone gang of andere
kosten dan voor wie die de overeenkomst is aangegaan.

Gevolgen huwelijk
- Elkaar het nodige verschaffen (art.1:81 BW)
- Verdeling kosten van de huishouding en draagplicht (art.1:84 BW)
- Kosten gewone gang van de huishouding (art.1:85 BW)
- Vergoedingsrechten bij ontrekkingen aan vermogen andere echtgenoten
(art.1:87 BW) volgens de beleggingsleer
- Toestemming voor bepaalde gezinshandelingen (art.1:88 BW)
- Bestuur over eigen goederen (art.1:90 BW); gaat over zeggenschap; de
bevoegdheid om over goederen te beschikken

Voorbeeld beleggingsleer (art.1:87 BW)


- Jasper en Marleen, gehuwd in gemeenschap van goederen, hebben een huis,
waard 200.000. Marleen erft onder uitsluitingsclausule 50.000 en investeert
deze in het huis
- Na twee jaar wordt het huwelijk ontbonden door echtscheiding. Het huis is dan
300.000
- Hoeveel bedraagt de vergoedingsvordering van Marleen?
- Nominaal: 50.000 Beleggingsleer: 1/6 van 300.000

Onderscheid
- Wettelijke gemeenschap; gemeenschap die van rechtswege geldt
- Huwelijkse voorwaarden: huwelijkse voorwaarden via een notaris. Huwelijk
voorwaarden is een contract, van alles in te regelen.

Per 1 jan 2018


- Beperkt gemeenschap van goederen (art.1:94 lid 2 BW)
- Buiten de beperkte gemeenschap van goederen blijven:
a. Privégoederen en privéschulden bij aanvang van het huwelijk
b. Hetgeen krachtens erfrecht en schenking verkregen wordt

Gedownload door: arshanaghurahoo | arshanaghurahoo@gmail.com


Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar.
Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen

c. Pensioenrechten en bepaalde erfrechtelijke aanspralen


- Het overige vormt een beperkte gemeenschap van goederen
- Administratie nodig
Huwelijken voor 1 januari 2018 daar blijft de algehele gemeenschap van goederen

Vergoedingsrechten bij gemeenschapsvermogen


- Art.1:95 BW: de gemeenschap betaakt iets voor de echtgenoot of de
echtgenoot iets voor de gemeenschap
- Art.1:96 BW: de gemeenschap moet een schuld van de echtgenoot betalen of
de echtgenoot betaalt een schuld van de gemeenschap
- Gevolg: vergoedingsrechten

Wie heeft het bestuur? Art.1:97 BW


Wat is bestuur: zeggenschap over een goed
- art. 1:97 lid 1 BW
a. Goed op naam: echtgenoot op wiens naam goed staat
b. Goed krachtens erfrecht of schenking verkregen: echtgenoot die geërfd of
geschonken gekregen heeft;
c. Overige: gezamenlijk bestuur

Wie heeft het bestuur (art.1:97 BW)


- Art.1:97 lid 2 BW:
a. Goed met toestemming ene echtgenoot dienstbaar aan beroep of bedrijf
andere echtgenoot: andere echtgenoot bestuur

Huwelijkse voorwaarden
Wanneer:
a. Jasper of Marleen heeft een onderneming
b. Jasper of Marleen (toekomstige) familievermogen
Vereist:
- Notariële akte
- (Voor derdenwerking) inschrijving in de openbare registers
Moment:
a. Voor het huwelijk
b. Tijdens het huwelijk

Soorten huwelijkse voorwaarden


- Uitsluiting wettelijke gemeenschap
- Beperkte gemeenschap
- Wettelijke keuzestelsel:
a. Periodieke verrekenbeding (art.1:132 e.v. BW)
Nadeel: mensen vergeten te verrekenen
b. Finaal verrekenbeding

Ongeluk, zoon Luca verliest deel verstandelijke vermogens


- Juridische maatregelen:
a. Curatele: iemand die deels onbekwaam/ of niet met geld om kan omgaan/
(art.1:378 Bw); handelingsonbekwaam
b. Bewind (art.1:431 BW)
c. Mentorschap (art.1:450 BW)

Gedownload door: arshanaghurahoo | arshanaghurahoo@gmail.com


Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar.
Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen

- Gevolg curatele: handelingsonbekwaam


- Gevolg: bewind: goederen worden onder bewind gesteld, geen
handelingsonbekwaamheid
- Gevolg mentorschap: vertegenwoordiging niet-vermogensrechtelijke belangen

Jasper en Marleen
- Echtscheiding
a. Procedure via rechtbank
b. Mediation
- Wat te regelen bij echtscheiding?
a. Ouderlijk gezag;
b. Ouderschapsplan;
c. Alimentatie;
d. Pensioenverevening (echtscheidingsconvenant)

Alimentatie
- Art.1:157 BW
- Alimentatie afhankelijk van:
a. Behoefte
b. Behoeftigheid
c. Draagkracht
- Wetsvoorstel in de maak limitering alimentatieduur

Ontbinding van de huwelijksgemeenschap (art.1:99 BW)


- Meest voorkomend
a. Eindigen van het huwelijk door overlijden;
b. Indienen van het verzoekschrift tot echtscheiding of scheiding van tafel en
bed
- Gevolgen van de ontbinding van de gemeenschap in titel 3:7 (gemeenschap)
- Beginsel: redelijkheid en billijkheid

Gevolgen ontbinding huwelijksgemeenschap


- Partijen ieder voor de helft gerechtigd in de onverdeeldheid
- Echtgenoot aansprakelijk voor de gemeenschapsschulden waar hij voordien
aansprakelijk voor was. Voor andere gemeenschapsschulden hoofdelijk
verbonden (art.1:102 BW), maar uitwinning niet verder dan verkrijging uit de
gemeenschap
- Mogelijk: afstand van de gemeenschap (art.1:103 t/m 108 BW) ik wil niet
meedelen aan de gemeenschap, niet aansprakelijk  geen schuld maar ook
geen baten
- Alleen diegene die een contract sluit is aansprakleijk
- Vanaf het gemeenschap wegvalt valt de gemeenschappelijke pot weg en de
schuldenaar wordt beschermd door art.1:102 de echtgenoot die het niet heeft
gekoopt is aansprakelijk voor de schuld; gemeenschap schuld
- Schuldeiser mag kiezen wie hij aansprakelijk stelt en die moet dan betalen
art:1:102 voorbehoud: hetgeen hij uit hoofde van verdeling van de
gemeenschap heeft verkregen
- Regresvordering: mag je de helft vragen aan je ex-echtgenoot 50/50

Aansprakelijk, draagkrachtig en

Gedownload door: arshanaghurahoo | arshanaghurahoo@gmail.com


Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar.
Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen

Marleen overlijdt:
- Jasper en Margriet geregistreerd partnerschap
- Partnerschapsvoorwaarden
- Procedure geregistreerde partnerschap als bij huwelijk

Week 10: Erfrecht


Je moet het met elkaar eens worden
Wat is erfrecht
- Overgang van vermogen op erfgenamen
- Volgens de wet
of
- Volgens testament
- Emotioneel stuk recht
- Geregeld in Boek 4

Erven in de eerste plek naar de kinderen dus naar de bloedverwanten


Jasper heeft drie kinderen Robin Luca en Janneke
Jasper is erflater
Robin, Luca en Janneke zijn erfgenamen

Uitgangspunten
- Le mort saisit le vif: ook de rechten en de plichten  opvolging onder
algemene plichten 
- De saisine regel (bijv. art 4:182) : niet alleen rechten maar ook en plichten
- Opvolging onder algemene titel (art.3:80 lid 2 BW)

Onderscheid:
1. Abintesstaaterfrecht (versterferfrecht)
2. Testamentair erfrecht
Testament gaat boven het versterfrecht mits niet in strijd met dwingende
wetsbepalingen
Als in een testament het in een over is geregeld gaat dat voor behalve als het in
strijd is met dwingend recht
De legitieme portie: als kinderen niks krijgen kunnen zij zich hierop beroepen

Wie erft:
1. Is er een testament? CTR: centraal testament register: je krijgt alleen het
bericht of er een testament is gemaakt
2. Neen, dan versterfrecht van toepassing (titel 4.2)
3. Wie zijn de erfgenamen?
Hoofdregels, zie art.4:10 lid 1 BW, 4 parentelen (=groepen)
1. De niet van tafel en bed gescheiden echtgenoten en diens kinderen
2. De ouders tezamen met diens broers en zusters
3. De grootouders
4. De overgrootouders
 dan vervalt de nalatenschap aan de staat

Onderscheid:
1. Erven uit eigen hoofde

Gedownload door: arshanaghurahoo | arshanaghurahoo@gmail.com


Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar.
Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen

2. Bij plaatsvervulling (art.4:12 lid 1) ingeval van:


- Vooroverlijden
- Onwaardigheid 4:3 BW bijv. ouderenmisdrijf
- Verwerping
- Vervallenverklaring

Wie krijgt wat?


Art.4:11 lid 1 BW
- Gelijke delen
- Bij plaatsvervulling: staaksgewijs
- Jasper  kinderen Robin, Luca en Janneke en dan krijgt Robin kinderen als
Robin overlijdt gaat zijn deel naar zijn kinderen  staaksgewijs
plaatsvervulling

Bijzonderheden
- Ouders (art.4:11 lid 3) krijgen de kwart
- Halfbroers en halfzusters (art.4:11 lid 2) krijgen maar de helft

Voorwaarden erfgenaamschap:
- Bestaan op ogenblik van overlijden (art.4:9 BW)
- Niet verworpen hebben
- Niet onwaardig zijn
- Erfgenaamschap niet vervallen verklaard
- Familierechtelijke betrekking
Geef erfgenamen  de Staat (art.4:189 BW)  dienst van domeinen ook voor
registergoeden  na 20 jaar vervallen de eigendom van de staat

Afdeling 4.3.1
De wettelijke verdeling, wijze waarop abintestaat de nalatenschap van echtelieden
wordt verdeeld (art.4:13 BW)
Marleen en Jasper zijn ouders  kinderen Robin, Luca en Janneke
Erfgenaam: Jasper, Robin, Luca, Janneke voor ¼
Verdeling goederen en schulden:
Jasper alles, kinderen een vordering op draaging van hun erfschap  de vordering is
pas opeisbaar bij het overlijden van de Jasper  bescherming langst levende
echtgenoot
Jasper ten bedrage van hun kindsdeel
N.B Huwelijkxgoederenregime bepalend voor omvang nalatenschap
 je kan er van afwijken als er een testament is gemaakt

Kenmerken wettelijke verdeling: geheel vrij in het besteden van het nalatenschap
- Vordering kinderen in beginsel pas opeisbaar bij overlijden langstlevende
- Vordering (beperkte) rentedragend voor zover de wettelijke rente hoger is dan
6%  is het 8% dan 2%
- Ongedaanmakingsmogelijk (art.4:18 BW)
- Stiefkinderen: geen testament dan doen de stiefkinderen niet mee: kan een
bepaling dat de stiefkinderen een vergelijkende positie krijgen als de eigen
kinderen (art.4:27 BW)
- Wilsrechten : eigen kinderen moeten meer beschermd worden bij hertrouwen

Gedownload door: arshanaghurahoo | arshanaghurahoo@gmail.com


Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar.
Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen

Wilsrechten  geldt als er geen testament is gemaakt


Marleen overleden en was getrouwd met Jasper  Jasper hertrouwd met Margriet
- Jasper en margriet geregistreerd partner
- Stieffamiliegevaar
- Kinderen kunnen vordering omzetten in goederenrechtelijke aanspraak
(art.4.19-22 BW)= wilsrecht inroepen
- Jasper kan eigendom geven maar heeft vruchtgebruik de kinderen hebben
bloot eigendomsrecht
- Redenen: affectie, zekerheid
- Wanneer kan je er een beroep op doen? Als Jasper huwelijk treed of
geregistreerd partnerschap dan kan je er een beroep op doen.
- Voorbeeld: vorderingen van haar dochter betaalde ze uit en de andere twee
kinderen werden niet betaald  kinderen gelijk betalen

Afdeling 4.3.2
- Abintestaatregeling
- Met dwingendrechtelijk karakter minimumrechten
- Rechten voor langstlevende (art.4:28-30 BW)
- Rechten voor bepaalde kinderen (sommen ineens= nooit meer dan de helft
van de nalatenschap) (art.4:35 en 4:36)
- Rechten voor de bedrijfsopvolger (art.4:38) ; kinderen, echtgenoot wilt het
bedrijf overnemen  tegen een redelijke vergoeding kunnen zij het bedrijf
overnemen
Let op: korte vervaltermijnen (art.4:31 BW)
- Samenwoners hebben

4:29 krijgt het vruchtgebruik om dak boven haar hoofd te krijgen en kinderen hebben
vorderingen en
4:30 te weinig draagkracht  verzorgingsgrondgebruik

Andere wettelijke rechten kinderen


- Verzorging, opvoeding, levensonderhoud, studie (art.4:35 BW)
- Eerkzaam geweest in huishouding ouder of beroep of bedrijf ouder (art.4:36)
- Nooit meer dan helft nalatenschap
Let op korte vervaltermijnen art.4:37 BW

Overnamerecht in geval van bedrijfsopvolging art.4:38 BW


- Overdracht bedrijfsgoederen
- Tegen een redelijke prijs
- Zwaarwegend belang
- Voortzetting bedrijf
- Kind of stiefkind erflater
- Beslissing kantonrechter

Testamentaire erfrecht
- Formele voorschriften
- Materiële aspecten
- Digitale nalatenschap: niks van te vinden in de wet

Kenmerken uiterste wilsbeschikking (art.4:42 BW)

Gedownload door: arshanaghurahoo | arshanaghurahoo@gmail.com


Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar.
Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen

- Eenzijdige ongerichte rechtshandeling (art.4:42 lid 1)


- Herroepelijk (art.4:42 lid 2)
- Ieder zijn eigen uiterste wilsbeschikking
- Uiterste wil slechts persoonlijk te maken (art.4:42 lid 3)

Uitleg (art.4:46 BW)


Elementen:
- De verhoudingen die de uiterste wil kennelijk wenst te regelen en de
omstandigheden waaronder (lid 1)
- Geen duidelijke zin  daden of verklaringen buiten de uiterste wil om
- Zie HR 8 februari 2013 ECLI: NL: 2013: BY2595, m.n S. Perrick

Codicil: waarom een erflater iets doet

Vorm, 2 hoofdvormen
- Notarirële akte
- Codicil; een eigen handen geschreven gedateerd en ondertekend; mag alleen
maar over inboedelgoederen en sieraden gaan

Inhoud testament
- Erfstelling: wie de erfgenamen zijn als dat er niet staat dan de wettelijke
regeling 4:10 of 4:12
- Legaat: onder bijzondere rechten je hoeft niet in de schulden deel te nemen;
er moeten een handleing voorgaan voordat het bij de legaat komt
- Last (art.4:130 BW); dingen afdwingen
- Executeur (art.142 e.v BW) : die het afwikkelt, de schul afgeven en gaten in
het testament afgeven. Mag niet de nalatenschap verdelen behalve als daar
bevoegdheid voor is gekregen
- Bewind (art.152 e.v BW): dat iemand anders beheert de nalatenschap

Legitieme portie (art4.:63)


Beperking van testeervrijheid ten behoeve van de afstammelingen, die tevens
erfgenaam zijn (art.4:63 lid 2)  erfgenamen in de neerdalende lijn
- Wie kun je onterven
- Welke onterfde erfgenamen kunnen daar tegeningaan?
- Voorbeeld: Man laat 26 euro miljoen na aan goede doelen.: als de legitimaat:
die een legitieme portie moesten krijgen daarmee akkoord gaat

Inhoud legitieme
- Vordering in geld (art.4:63 BW)
- Ten bedrage van de helft van het versterfdeel (art.4:64 BW)
- Vordering wordt bepaald door de omvang van de legitimaire massa (Saldo
nalatenschap min bepaalde schulden plus bepaalde tijdens leven gedane
giften (art.4:65 BW)
- Wat heeft de erflater in zijn leven geschonken en andere persoenen
schenkingen in de laatste 5 jaar
- Vervaltermijn van 5 jaar (art.4:85 BW)

De in aanmerking komende giften (art.4:67 BW)


- Alle giften die binnen 5 jaar voor het overlijden zijn gedaan

Gedownload door: arshanaghurahoo | arshanaghurahoo@gmail.com


Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar.
Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen

Plus bepaalde giften die nog langer geleden zijn gedaan zoals
- Giften kennelijk gedaan en aanvaard om de legitimaris te benadelen (art.4:67
sub a)
- Giften aan legitimairssen (art.4:67 sub d)

Art.4:82 BW  je komt met lege handen te staan


Vader gaat trouwen met jonge vriendin  dan hebben de kinderen een vordering op
de jonge vriendin
Langstlevende echtgenoot/levensgezel- legitieme portie kan je niet inzetten, die
persoon langsteleven echtgenoot en levensgezel moet eerst overlijden.

Afwikkeling nalatenschap
Belangrijke figuren
- Executeur (art.4:142 e.v.)
- Boedelnotaris
- Fase I: wie zijn de erfgenamen?
 Centraal testament register
 GBA
- Fase II
1. Zuiver aanvaarden (art.4:190 BW)
2. Beneficiair aanvaarden : verklaring bij de rechtbank stel je dat bijdrage
hoeft te leveren aan de schulden zolang de baten de schulden overtreffen
3. Verwerpen ; kan niet zomaar
Zie ook Wet BETS: wet die beschermt tegen onverwachte schulden

Week 11: Intellectuele eigendom


Handelsnaamrecht
- Handelsnaamrecht
Merkenrecht
- Beneulex verdrag Intellectuele eigendommen BVIE titel II
Modellenrecht
Benulex Verdrag Intellectuele Eigendom (BVIE), titel III

Volgende week
- Auteursrecht- auteurswet
- Octrooirecht- rijksoctrooiwet
- Aanverwante beschermingsvormen – WNR, Dw. ZPW, Aw, BW, Wbb

10 kennisclips verplichte stof! Maar let op veranderingen sinds 2014. Dus kritisch
kijken

Eigendom
Zaak= stoffelijk 5:1 BW jo. 3:2 BW

Intellectuele eigendom
Niet stoffelijke, niet tastbare voorwerpen
- Gericht op stoffelijke voordeel
- Overdraagbaar
- Dus vermogensrecht: art.3:6 BW

Gedownload door: arshanaghurahoo | arshanaghurahoo@gmail.com


Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar.
Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen

Handelsnaamrecht
- Unilever (N.V)
- Ingecshreven in het handelsregister bij de Kamer van Koophandel;
vergelijkebaar met persoonnaam
- Iedere onderneming heeft een handelsnaam
- Handelsnaamwet (1921)
 NL-Recht

Persoonsnaam
- Visser
- Dirk Johan Gerard
 Ingeschreven in de registers van de burgelijke stand op het gemeentehuis
- Iedere natuurlijke persoon heeft een naam
- Boek 1 BW

Verschil handelsnaam & merk


Margarine heeft Unilever erugezet
- Axe, cif, lipton, andreleon: merknaam

Waarom is verwarring onwenselijk?


- Slecht voor consument
- Oneerlijk voor consument
- Bedrog
- Misleiding
- Productaansprakelijkheid

Handelsnaamrecht
- Handelsnaamwet (Hnw.)
- Naam van de onderneming zelf
- Het recht ontstaat vanzelf
Doordat de naam wordt gevoerd
- Recht alleen overdraagbaar samen met de onderneming (art.2 Hnw)
- Beschermt tegen verwarringsgevaar (art.5 Hnw)
- Je mag niet alleen een naam verkopen dan moet je heel het bedrijf verkopen.
‘Het is verboden een handelsnaam te voeren, die, voordat de onderneming onder die
naam werd gedreven, reeds door een ander rechtmatig gevoerd werd, of die van
diens handelsnaam slechts in geringe mate afwijkt, een en ander voor zover
dientengevolge, in verband met 1) de aard van der beide ondernemingen en 2) de
plaats waar zij gevestigd zijn, bij het publiek verwarring tussen die ondernemingen te
duchten is.

Art.5 Handelsnaamwet
- Verwaringsgevaar
- Aard van de onderneming
- Plaats van vestiging= gebied waar actief)
- De liberije zwolle drie sterren
- Pizzeria Karalis, Leiden

Aard van Onderneming

Gedownload door: arshanaghurahoo | arshanaghurahoo@gmail.com


Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar.
Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen

Allemaal ondernemingen die visser heten, net als de professor  maar ze doen
andere dinegn en daarom mogen ze naast elkaar blijven bestaan

Plaats van vestiging


Pizzeria Roma, Woerden
Pizza Roma, Appeldoorn

Arrest Kooy
- Verwarringsgevaar?
- Beide makelaars
- Regionaal actief?
- Landelijk actief?
- Nieuwkomer in het gebied van de ander moet wijken
- In de jaren 70? Ze adverteren via de krant
- Kooy ziest, Kooy Enschede – de nieuwkomer moet naam veranderen
- Relatieve nieuwheid: in een gebied de nieuwe
- Het gaat niet om de plaats van vestiging maar waar je actief bent dus
verwarringsgevaar.

Merkenrecht
- Geen Nederlands merkenrecht
- Benulex, Verdrag Intellectuele eigendom BVIE, titel II
- Europees geharmonsieerd: door EU merkenrichtlijn
- Hoogste rechter: Hof van justitie van de EU: economische dingen;
merkenrecht

Merken
- Tekens die ‘de waren of diensten van een onderneming kunnen
onderscheiden van die van andere ondernemingen art.2:1 BVIE
- Woordmerken
- Beeldmerken
- Woordbeeldmerken

Merkrecht:
- Een merk is alleen beschermd als het is geregistreerd/ ingeschreven
- R= registererd
- Art.2.2 BVIE en art 2.19 BVIe
- Niet geregisteerd= geen merkenrecht
- Inschrijving begint met aanvraag bij het Benelux Bureau voor de Intellectuele
eigendom (BBIE)
 Art.2.5 BVIE

Merken voor bepaalde waren


- een metk wordt ingeschreven voor ene bepaalde waren of diensten
In een bepaalde klasse
Klasse 2: verf
Klasse 25: kleding
Klasse ….: bier
Naast elkaar bestaan..
- Klasse 35 Reclame en commerciële zaken

Gedownload door: arshanaghurahoo | arshanaghurahoo@gmail.com


Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar.
Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen

- Klasse 28 Spellen speelgoed


- Klasse 12 Rijwielpompen

Merkweigering
Het bureau weigert het merk in te schrijven indien
- Het merk elk vermogen mist
- Art. 2.2 bis sub b BVIE
- Het dient tot aanduiding van een kenmerk van de waar
- Art.2.2 bis sub c BVIE

Geen onderschiedend vermogen


- Puur
- 250 gram
- Biologisch
- Voor kinderen
- Sinterklaas

Inburgering
- Onderscheidend vermogen kan ontstaan en toenemen door instensief gebruik
en reclame: dat mensen iets als een merk gaan herkennen.
- Een beschrijvend woord ka n een geldig merk worden

Vraag: als een merk door inburgering geldig wordt, wat gebeurt er daarvoor? Je keist
een beschrijvende aanwijzing en je mag hem gebruiken. Je mag je eigen merk
gebruiken maar andere kunnen het ook gebruiken en dan kan je het niet inburgeren
omdat het geen onderscheidend vermogen heeft. Pas als het ingeburgerd is kan je
andere verbieden om het te gebruiken.

Merkinbreuk
- De merkhouder kan gebruik van een ander ‘teken’ verbieden wanneer …
- Art.2.20 lid 2 BVIE
- Sub a identiek- qua waren en qua teken;
 Teken=merk
 Voor dezelfde waren of diensten
 ‘in het economisch verkeer’ (dus niet particulier)
 Nep, namaak, piraterij
 Echthiedskenmerken = openbaar = worden gekopieerd
 Als het identiek is mag het niet
- Sub b ‘overeenstemmend’ & verwarrend
 Overeenstemmend teken
 Overeenstemmend waar
 Gevaar voor verwarring vereist ; enkel ‘associatie’ niet voldoende
- Sub c bekende merken
- Extra bescherming voor bekende merken tegen
- Voordeel trekken uit of afbreuk doen aan
- Onderscheid vermogen of reputatie
- Verwarringsgevaar niet vereist
- Zowel voor overeenstemmedne als niet overeenstemmende waren
- Afbreuk doen aan
- Onderscheidend vermogen of reputatie

Gedownload door: arshanaghurahoo | arshanaghurahoo@gmail.com


Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar.
Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen

- ‘verwatering’
- Claeryn/ Klarein zaak
- Voordeeltrekken uit; onderscheid vermogen of reputatie
- Parasiteren, ‘in het kielzog proberen te varen’ Nep-parfumarrest belangrijk:
enkel voordeel te trekken, profiteren van de goodwill van het echte merk
- Sub d ‘ander merken’
- Parodie of gebruik in kunstwerk kan ‘geldige reden’ zijn
- Benlux Gerechtshof 14 okotber 2019
- Dom Pérignon/ Cédric Peers
- Artistieke vrijheid= ‘geldige reden’

Volledige kosten tegenpartij vergoeden bij intellectuele eigendommen

VErwaraingsgevaar
- Auditief: klink hetzelfde
- Visueel: lijkt hetzelfde
- Begripsmatig: betekent hetzelfde
- Lloyd- Loint’s (voor schoenen)
- Enkele auditieve verwaaring kan voldoende zijn
- Hoe bekender, hoe eerder verwarring
- Hoe onderscheidender, hoe eerder de verwarring

Voorbeeld begripsmatige verwarringsgevaar


- EAU CROCO en Lacoste (beeldmerk van Lacoste)
- Ecli:NL:GHDHA;2016:1218

Verwarringsgevaar
- Hof den Haag, 28 februari 2017. IEF 16623
- Biede zijn immers bovennatuurlijke magische vrouwelijke verschijnigen met
negatieve connotatie
- Heksenkaas v. Witte wieven

Lacoste/ Hema
Vzr. Rb. Den Haag, 18 december

Duur van het merkenrecht


- Inschrijving 10 jaar geldig
- Kan onbeperkt worden verlengd
- Geldig mits het merk
1. Normaal wordt gebruikt (als het 5 jaar niet wordt gebruikt)
2. Niet ‘verwordt tot soortnaam’ dan krijg je het tegendeel van inburgering
Art.2.26 lid 2 sub a en b BVIE

Modellenrecht
Modellenrecht BVIE, titel III: Uiterlijk van gebruiksvoorwerpen
Model (3d) of tekening(2D)
- Uiterlijk van een voortbrengsel
 Vortbrengsel =’elk op industriële of ambachtelijke wijze vervaardigd
voorwerp
 Art. 3.1 BVIE

Gedownload door: arshanaghurahoo | arshanaghurahoo@gmail.com


Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar.
Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen

 Niet voor technische bepaalde vormgeving


 Art.3.2 lid 1 BVIE
- Geen weigering wegens niet nieuwheid
 Modellen worden niet geweigerd

Vereisten voor geldigheid


Nieuw en Eigen karakter
- Nieuw= niet eerder openbaar gemaakt
- Eigen karakter = ‘andere algemene indruk’ dan ouder modellen geïnformeerde
gebruiker’.
- Inschrijving vereist binnen 1 jaar na eigen openbaar maken
- De meeste producten worden pas uitgebracht 1 jaar inschrijven en dan
bewaren.

Modelrechtinbreuk
- Modelrechtehebbende kan zich verzetten tegen ieder nieuwer model dat ‘geen
andere algemene indruk’ wekt bij de geïnformeerde gebruiker
 Art.3.16 lid 1 BVIE

Geldigheid (eigen karakter)


- Andere algemene indruk (t.o.v de rest)
Inbreuk
- Geen andere algemene indruk (t.o.v het geregistreerde model)

Bij de geïnformeerde gebruiker


- In hoge mate aandachtig
- Tussen de ‘gemiddelde consument’ (merkenrecht) en de vakman
(octrooirecht) in,
- Ziet snel verschillen: snel beschermd, snel geen inbreuk

Voorbehouden handelingen
- Verzet mogelijk tegen ieder commercieel gebruik
- Maar niet tegen doorverkoop en tweedehands handel (uitputting) art.3.19 lid 4
BVIE

Duur modelrecht
- 5 jaar
- Vier keer te verlengen met steeds 5 jaar
- Maximaal 25 jaar

Apple/Samsung
Ipad/ Galaxy Tab 10.1 v
Vergelijking met vormgevingserfgoed
- Het gerechtshof keek terecht naar alles wat er al was
- IPad modelregistratie van Apple verschilt maar weinig van dat
‘vormgevingserfgoed’
- Galaxy Tab van Samsung verschilt voldoende van de iPad (andere algemene
indruk)

Samenvatting

Gedownload door: arshanaghurahoo | arshanaghurahoo@gmail.com


Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar.
Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen

Intellectuele eigendom
- Niet stoffelijk, dus geen eigendom art. 5:1BW jo. 3:2 BW
- Gericht op stoffelijk voordeel en overdraagbaar dus vermogensrecht art.3:6
BW

Handelsnamen NL Handelsnaamwet
- Naam van de onderneming zelf
- Mag beschrijvend zijn
- Geen registratie nodig voor bescherming
- Beschermt tegen verwarring

Merken Benelux Verdrag IE+ EU regels


- Onderscheidingsteken waren of diensten
- Onderscheidend vermogen vereist
- Wel registratie nodig
- Beschermt tegen verwarring en bekende merken tegen voordeel
trekken/afbreuk doen

Modellen Benelux verdrag IE+EU regels


- Vormgeving
- Nieuwheid van karakter vereist
- Wel registratie nodig
- Beschermt tegen zelfde algemene indruk

Week 12: Intellectuele eigendommen (deel 2)


Kunst
Auteursrecht
- Copyright
- Geeft tijdelijk monopolie op kunstwerken
- Vereiste:Creativiteit : subjectieve ervaring
- Geen inschrijving of formaliteiten

Techniek
Octrooirecht
- Patent
- Geeft tijdelijke monopolie op technische uitvindingen
- Vereiste: Inventiviteit: objectief dat je er wat aan hebt
- Inschrijving en inhoudelijke toetsing (is het wel nieuw/inventief)

Waarom auteursrecht en octrooirecht


- Nuttig
 Als je een kunstenaar of uitvinder beloont met een tijdelijk monopolie, zal
hij meer kunst maken of meer uitvinden en daarin investeren
 Dat is goed voor de vooruitgang en de samenleving
- Eerlijk
 Het is eerlijk als een kunstenaar of uitvinder de vruchten kan plukken van
zijn geestelijke arbeid
 John Locke

Gedownload door: arshanaghurahoo | arshanaghurahoo@gmail.com


Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar.
Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen

Auteursrecht
= copyright
- Auteurswet 1912
- Nederlandse wet, grotendeels EU-geharmoniseerd door verschillende EU-
richtlijnen
- Het recht ontstaat vanzelf
 Doordat het werk wordt geuit
 Geen registratie en geen copyright nodig
 Wel handig om vastteleggen zodat je kan bewijzen dat het van jou is
- De c erachter is niet verplicht

Werk: voorwerp van besvherming


- Werk van letterkunde, wetenschap of kunst
- Rechthebbende: de auteur, de creatieve maker
- Art.1 Auteurswet: Het auteursrecht is het uitsluitend recht van den maker van
een werk van letterkunde, wetenschap of kunst, of van diens
rechtsverkrijgenden, om dit openbaar te maken en te verveelvoudigen,
behoudens de beperkingen, bij de wet gesteld.
- Expolitatierecht; overdraagbaar + akte vereist art.2 Aw
- Persoonlijkheidsrecht: recht op naamsvermelding, recht op verzet tegen
verminking en wijziging art.25 Aw; niet overdraagbaar
- HR verminking: niet schadelijk reputatie van architect

Voorbeeld van overdracht


Bijna alle componisten en songwriters hebben hun auteursrecht overgedragen aan
buma- stemra die vervolgens geld voor muziekgebruik incasseert, en dat aan hen
uitkeert.

Belangrijkste vragen
- Wie is rechthebbende?
- Wat is beschermd ?
 Wat voor soort voorwerpen zijn beschermd?
 Wat si de beschermingsdrempel?
- Wat is inbreuk
 Wat voor soort handelingen zijn verboden?
 Welke mate van gelijkenis is verboden?
 Wanneer lijkt ’t te veel

Maker
- Creatieve persoon
- Dus niet opdrachtgever, besteller, uitvoerder, geldschieter
- Uitzondering: werkgever art.7 Aw: als je in dienst van een ander een
kunstwerk maakt  komen bij de wetgever behalve als er iets anders is
overeengekomen

Werk
- Niet limitatieve-opsomming in art.10 Aw
- Tekst, muziek, beeld, film, bouwwerken, films, toegepaste kunst,
computerprogamma’s

Gedownload door: arshanaghurahoo | arshanaghurahoo@gmail.com


Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar.
Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen

- En in het algemeen ieder voortbrengsel op het gebeid van letterkunde,


wetenschap of kunst, op welke wijze of in welken vorm het ook tot uitdrukking
zij gebracht

Smaak kan geen werk zijn


- Een geur vrijwel zeker ook niet
- Hof van Justitie van de EU 13 november 2018
Een werk vereist een uitdrukkingsvorm van het voorwerp van de auteursrechtelijke
bescherming waardoor dit voorwerp voldoende nauwkeurig en objectief kan worden
geïdentificeerd (ov.40)
- En dat kan niet bij een smaak niet
- Of bij een geur

Ideeën niet beschermd


- Uitgewerkte formats wel
- Kamperen op de middenstip niet

Werk en exemplaar
Onstoffelijk werk en stoffelijk exemplaar
- Roman en boek
- Lied en CD
- Film en DVD
 of digitaal bestand
Auteursrechthebbende en eigenaar

Vereiste voor bescherming


- Creativiteitseis
- EOK & PS
- De endstra-tapes arrest Ednstra/ Nieuw Amsterdam Hoge Raad
- Eigen oorspronkelijk karakter = niet ontleend
- Persoonlijk stempel= zekere mate van creativiteit
- Dat het voortbrengsel het persoonlijk stemperk van de maker moet dragen
betekent dat sprake moet zijn van een vorm die het resultaat is van
scheppende menselijke arbeid en dus van creatieve keuzes, en die aldus
voortbrengsel is van de menselijke geest
- Daarbuiten valt in elk geval al hetgeen een vorm heeft die zo banaal of triviaal
is, dat daarachter geen creatieve arbeid van welk aard ook valt te aan te
wijzen

Hoofdincidatoren
- Niet te banaal/triviaal
- Wel: creativiteit
- Niet: te technisch bepaald
- Wel: vrije vormgeving
- Niet: een abstract idee
- Wel: een uitgewerkt format

Inhoud van het recht


- Openbaar maken (op welke manier dan ook) art.12 Aw
 Verspreiden van exemplaren

Gedownload door: arshanaghurahoo | arshanaghurahoo@gmail.com


Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar.
Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen

 Vertonen of laten horen


 Uitzenden of online zetten
 Vlallen onder art.12 Aw
Uitputting
- Voor verspreidingrecht geldt uitputting:
- Doorverkoop en tweedehandsverkoop mag
- Laten horen of vertonen mag niet
- Uitzonderingen op uitputting in het auteursrecht: verhuursrecht,
leenvergoedingsrecht

Online openbaar maken


- Online zetten t.b.v downloaden of streamen
- Hyperlinken
 Naar legaal aangeboden materiaal
- Geen openbaarmaking volgens HvJ EU
- Want: geen nieuw publiek
 Het gehele internet publiek als ingecalculeerd bij de toestemming voor de
eerste openbaar making

Verveelvoudigen (twee betekenissen)


- Reproduceren/ kopiëren art.14 Aw.
- Bewerken/nabootsen art.13 Aw. = beschermingsomvang
- Verveelvoudiging in gewijzigde vorm art.13 Aw: inbreuk-criterium: te weinig
verschillende totaalindrukken, veroorzaakt door overeenstemmende
auteursrechtelijk beschermde trekken.

Accordo/Tros, TV-formats
- Voor de bedoelde overeenstemmingsvraag of het beweerdelijk
inbreukmakende werk in zodanige mate de auteursrechtelijk beschermde
trekken van het eerdere werk vertoont dat de totaalindrukken die de beide
werken maken te weinig verschillen voor het onderdeel dat het eerstbedoelde
werk als een zelfstandig werk kan worden aangemerkt.

Stokkearresten
HR 23 februari 2013, Stokke/H3 products
Bij vergelijking van de totaalindrukken dienen dus ook onbeschermde elementen in
aanmerking te worden genomen, voor zover de combinatie van al deze elementen in
het beweerdelijk nagebootste werk aan de werktoets beantwoordt

Beperkingen (heel veel)


- Artikelen 15 t/m 24 a Aw
- Citaatrecht art.15 a Aw
- Pivé-kopiëren art.16c Aw
 Mag niet uit illegale bron
- Parodie art.18b Aw

Duur
- Het auteursrecht vervalt door verloop van 70 jaren, te rekenen van de 1 e
januari van het jaar, volgende op het sterfjaar van de maker art.37 lid 1 Aw

Gedownload door: arshanaghurahoo | arshanaghurahoo@gmail.com


Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar.
Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen

Octrooirecht
- Patent= octrooi
- Uivindingen: Rijksoctrooiwet, NL Recht, geharmoniseerd door het Europees
Octrooiverdrag EOV Geen EU-verdrag
- Het recht ontstaat door registratie

Octrooiaanvraag bij
Octrooicentrum NL
- Alleen voor Nederland
- Geen vooronderzoek
 Kan dus later ongeldig blijken
 Registratieoctrooi
Europees Octrooibureau
- Een aanvraag voor meer Europese landen
- Volledige onderzoek op geldigheid
- Valt na verlening uiteen in bundel nationale octrooien
- Vooronderzocht octrooi

Belangrijkste vragen
Wie is rechthebbende
- De aanvrager
- Tenzij hij de inhoud van zijn aanvrage aan een ander (de uitvinder) zonder
diens toestemming ontleend heeft (art.11 ROW)
Of
- De werkgever van de uitvinder (art.12 ROW)
Wat is beschermd
- Wat voor soort voorwerpen zijn beschermd?
- Wat is de beschermingsdrempel
Wat is inbreuk
- Wat voor soort handelingen zijn verboden?
- Welke mate van gelijkenis is verboden?

Tijdelijke monopolie 20 jaar maar je moet het openbaar maken

Octrooieerbaar (wat is beschermd)


- Uitvindingen
- Vatbaar voor octrooi zijn uitvindingen die nieuw zijn, op
uitvinderswerkzaamheid berusten en toegepast kunnen worden op het gebied
van nijverheid
- Art.2 lid 1 ROW
- Voortbrengsel of werkwijze

Niet octrooieerbaar
- Ontdekkingen
- Theorieën
- Esthetische vormgeving art.2 lid 2 ROW
- Strijd met openbare orde of goede zeden
- Menselijk lichaam (klonen van mensen)
- Planten dieren art.3 ROW

Gedownload door: arshanaghurahoo | arshanaghurahoo@gmail.com


Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar.
Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen

Nieuwheid
- Een uitvinding wordt als nieuw beschouwd indien zij geen deel uitmaakt van
de stand van de techniek
- De stand van de techniek wordt gevormd door al hetgeen voor de dag van
indiening van de octrooiaanvrage openbaar toegankelijk (waar ook ter
wereld,ook door de uivinder zelf) is gemaakt door een schriftelijke of
mondelingen beschrijving, door toepassing of op einge andere wijze art.4
ROW
- Ook eigen openbaarmaking is nieuwheidsschadelijk
- Steve Job’s IPhone presentation kills Apple’s photo gallery touch patent

Ook nieuwheidsschadelijk
- Pingpongballetjes in de Donald Duck
- Kennisclip IE nr.7 Octrooi-inschrijving
Inventiviteit
- Een uitvinding wordt als het resultaat van uitvinderswerkzaamheid
aangemerkt, indien zij voor een deskundige niet op een voor de hand liggende
wijze voortvloeit uit de stand van de techniek art.6 ROW
- ‘gemiddelde vakman’

Inventiviteit
- Voor de gem. vakman
- Verassend
- Niet voor de hand ligend
- Onverwacht positief effect
- Overwinnen van een vooroordeel
- Lang gevoelde behoefte
- Oplossing voor een lang bestaand probleem
- Nieuw oplossing
- Surfplank voorbeeld
- Voorbeeld : Inklapbaar WC blok niet inventief: het bekend principe van een
boodschappenkrat
- Voorbeeld: Rook/vlammen wel inventief verbeterde stimulatie van
rook/vlammen

Technische toepasbaarheid
- Een uitvinding wordt als vatbaar voor toepassing op het gebeid van de
nijverheid aangemerkt, indien het onderwerp daarvan kan worden vervaardigd
of toegepast op enig gebied van nijverheid, de landbouw daaronder begrepen
art.7 ROW

Octrooi-inbreuk
- Voorbehouden handelingen:
 Bedrijfsmatig toepassen, vervaardigen of verkopen art.53 lid 1 ROW
Doorverkopen of tweedehands verkopen mag (uitputting) art.53 lid 5 ROW

Beschermingsomvang
- Het uitsluitend recht wordt bepaald door de inhoud van de conclusies van het
octrooischrift, waarbij de beschrijving en de tekeningen dienen tot uitleg van
die conclusies

Gedownload door: arshanaghurahoo | arshanaghurahoo@gmail.com


Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar.
Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen

- Art.53 lid 2 ROW= art.69 Europees Octrooiverdrag


- Niet alleen letterlijke tekst
- Niet alleen als richtlijn
 Niet wat de uitvinder volgens een deskundige willen beschermen
- Het midden tussen
 Redelijke bescherming voor de aanvrager
 Redelijke rechtszekerheid voor derden
- Rekening houden met equivalenten

Epilady
- Remington/Improver
- Draaiend metalen veer
- Rubberen staaf met inkepingen
- Equivalent? En dus octrooi-inbreuk. Ja, volgens Hof den Haag

Duur
- Maximaal 20 jaar vanaf de aanvraag art.36 lid 6 ROW
- Jaarlijkse verleningen en betaling jaartaks noodzakelijk, anders verval
- Aanvullend BeschermingsCertificaat (ABC) mogelijk
 Voor medicijnen en gewasbescherming
 Maximaal 5 jaar art.90-98 ROW

Kwekersrecht ZPW
Zaaizaad- en plantgoedwet 2005
- Niet in de wettenbundels
- Soort octrooienrecht voor plantenrassen
- Die nieuw, onderscheidbaar, homogeen en bestendig zijn (art.49 lid 1 ZPW)
- Duurt 25 jaar (art 72 ZPW)
- Registratievereist

Bedrijfsgeheimen
- Wet bescherming bedrijfsgeheimen (wbb) 2018 (nieuwe dan kennisclip IE
nr.9)
- Informatie die niet algemeen bekend of gemakkelijk toegankelijk is, die
handelswaarde bezit omdat zij geheim is en die onderworpen is aan redelijke
maatreglen, gezien de omstandigheden, om deze geheim te houden
- Gebruik ervan zonder toestemming van de rechtmatige houder is
onrechtmatig
- Geen IE recht! Ontstaat door geheimhouding

Samenvatting
Ontstaat vanzelf
- Handelsnaamrecht: door het voeren van de naam
- Auteursrecht: door het uiten van het werk

Registratie vereist:
- Merkenrecht: weigering bij gebrek aan onderscheidend vermogen
- Modellenrecht: als het nog nieuw is +12M
- Octrooirecht: als het nog nieuw is, vooronderzocht/ niet-vooronderzocht

Gedownload door: arshanaghurahoo | arshanaghurahoo@gmail.com


Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar.
Stuvia - Koop en Verkoop de Beste Samenvattingen

Van wie is het recht


- Handelsnaamrecht: van de onderneming die de naam voert
- Merkenrecht: van de inschrijver
- Modellenrecht: van de inschrijver, maar de ontwerper kan t op eisen
- Auteursrecht: van de creatieve maker of van zijn werkgever
- Octrooirecht: van de aanvrager, maar de uitvinder kan t opeisen of van de
werkgever van de uitvinder

Wat is het voorwerp van bescherming


- Handelsnaamrecht: naam van de onderneming
- Merkenrecht: onderscheidingsteken voor waren of diensten
- Modellenrecht: uiterlijk van een een voortbrengsel
- Auteursrecht werk van letterkunde wetenschap of kunst
- Octrooirecht: technische uitvinding

Wat is het beschermingsvereiste


- Handelsnaamrecht: geen onderscheidend vermogen vereist
- Merkenrecht: onderscheidend vermogen
- Modellenrecht: nieuwheid en eigen karakter= ander algemene indruk dan wat
er al is
- Auteursrecht: Eigen oorspronkelijk karakter en persoonlijk stempel= niet-
ontleend en creatief
- Octrooirecht: nieuw en inventief= niet voor de hand liggende voor de
gemiddelde vakman

Wat is het inbreukcriterium


- Handelsnaamrecht: gevaar voor verwarring bij het publiek
- Merkenrecht: gevaar voor verwarring voordeel trekken, afbreuk
doen/reputatie, onderscheidend vermogen
- Auteursrecht: Zelfde totaalindrukken door overgenomen beschermde trekken
- Octrooirecht: wordt bepaald door de inhoud van de conclusies van het
octrooischrift

Wat is de beschermingsduur:
- Handelsnaamrecht: (Onbeperkt) zolang de naam wordt gevoerd
- Merkenrecht: 10 jaar, onbeperkt te verlengen
- Modellenrecht: 5 jaar, 4 x met 5 jaar te verlengen tot 25 jaar
- Auteursrecht: 70 jaar na de dood van de auteur
- Octrooirecht: 20 jaar, maximaal, per jaar te verlengen. Voor medicijnen een
ABC mogelijk van 5 jaar.

Gedownload door: arshanaghurahoo | arshanaghurahoo@gmail.com


Dit document is auteursrechtelijk beschermd, het verspreiden van dit document is strafbaar.
Powered by TCPDF (www.tcpdf.org)

You might also like