You are on page 1of 4

Psychologie

Verschil waan, obsessie, hallucinatie:


Bij hallucinaties hoort, ziet, voelt, proeft of ruikt iemand dingen die er in werkelijkheid niet
zijn. Bij wanen komen de gedachten van iemand niet overeen met de werkelijkheid.
Status mentalis
Cognitief: bewustzijn, aandacht, geheugen, oriëntatie, waarnemen, denken
Affectief: stemming, affect, somatische/vitale kenmerken, suïcidaliteit
Conatief: psychomotoriek, motivatie en gedrag
Pavor nocturnus is de naam voor een aanval tijdens de slaap waarin kinderen gillend
wakker worden en erg angstig zijn. -> nachtangst
Bij motiverende gespreksvoering moet je de weerstand benoemen en de patiënt proberen
uit te dagen tot het gewenste gedrag
Je onderscheidt de volgende persoonlijkheidsstoornissen:
- cluster A: zonderling, excentriek (paranoïde, schizoïde, schizotypisch);
- zijn introvert, trekken zich terug uit sociaal contact, beperkt in emotionele expressie
* bij paranoide: wantrouwen/achterdocht tegenover andere mensen, zien motieven
van andere als kwaadwillend. Gedragen zich gespannen, angstig, onzeker, prikkelbaar,
boos.
* bij schizoide: afstandelijk in relaties, beperkte emoties, kiest voor solitaire
activiteiten, geen vrienden, is kil, ongehecht, passief, geen emoties en vlak affect.
Teruggetrokken.
* bij schizotypisch: onvermogen tot relaties, eigenaardige overtuigingen, magische
denkbeelden, merkwaardige wijze van denken en spreken, inadequaat affect, geen
vrienden, sociale angst, onverzorgd
- cluster B: dramatisch (antisociaal, borderline, histrionisch, narcistisch);
externaliserend
* antisociale: gebrek aan respect voor anderen, schenden van normen & waarden,
onbetrouwbaar, impulsief, prikkelbaar, agressief, onverschillig, onverantwoordelijk.
Misleiding en manipulatie staan centraal, geen spijt, onvermogen tot empathie.
* Borderline: instabiele relaties, instabiel zelfbeeld, impulsief, affectieve instabiliteit,
niet mentaliseren. chronisch gevoel van leegte, intense woede, stressgerelateerde
paranoide ideeen. Suicide of automutilatie. Komt vaak voor met andere
persoonlijkheidsstoornissen. Meest voorkomend.
* Histrionische/ theatraal: excessieve emotionaliteit, aandacht vragen, wil in centrum
belangstelling staan, ongepast gedrag, snel wisselende emoties, hebben moeite met
contact maken met eigen gevoelens, levendige/dramatische mimiek, sterk
modulerende spraak met aparte woordkeuze, geen doorzettingsvermogen.
* Narcistische: behoefte aan bewondering, gebrek aan empathie, exploitatie anderen
voor eigen doel, fantasieen over succes/macht, is vaak afgunstig op anderen en toont
zich arrogant. Overschatten talenten, opschepperig, onder opgeblazen gedrag zit
kwetsbaar persoon.
- cluster C: angstig (vermijdend, afhankelijk, dwangmatig). internaliserend
- vallen niet snel op, vertonen geen excentriek, aandachttrekkend of afstotend gedrag.
* vermijdende: sociale geremdheid, gevoelens van insufficientie, hypersensitief voor
negatieve beoordeling, vermijding van activiteiten, gereserveerdheid binnen relaties.
Overtuiging dat je sociaal onbeholpen, onaantrekkelijk of minderwaardig bent. Bij
afwijzing zijn ze extreem gekwetst, leiden een heel ingeperkt leven. Vaak als kind
onveilige hechting.
* afhankelijke: excessieve behoefte om verzorgd te worden, vrees om in steek gelaten
te worden, moeite met beslissingen nemen, moeite met mening uiten, meteen op
zoek naar intieme relatie als eerdere relatie eindigt. Zijn passief, diep
minderwaardigheidsgevoel, angst voor onafhankelijkheid, functioneren alleen goed
onder supervisie. Vaak in jeugd overkritische ouders, competitie met broer/zus of
negatieve ervaringen school.
* dwangmatige: preoccupatie met ordelijkheid, perfectionisme, excessieve toewijding
aan werk met uitsluiting van ontspanning/vrienden. Rigide, koppig, inflexibel. Als de
dwangmatigheid omslaat, komt er niets meer uit de persoon, twijfelzucht en gepruts.
Ze zijn ongelukkig, negatief, ingeperkt, gunnen zichzelf niks en houden koppig vast
aan patronen. Affectie uiten kost moeite en gebeurt weinig.
Obsessieve-compulsieve stoornis: Mensen met een obsessieve compulsieve stoornis (OCS)
hebben last van dwanggedachten of dwanghandelingen. Dwanggedachten (obsessies) zijn
steeds terugkerende ideeen of voorstellingen die zich aan iemand opdringen en hem of haar
moeilijk loslaten. Zulke gedachten zijn ongewild en onplezierig. Dwanghandelingen
(compulsies) zijn handelingen die steeds op een bepaalde manier moeten worden
uitgevoerd, zogenoemde rituelen. Wanneer de handelingen niet op de vaststaande manier
worden uitgevoerd, dan geeft dat veel spanning of angst.
Ziekteangststoornis = Mensen met hypochondrie (ziektevrees) denken voortdurend een
ernstige aandoening te hebben. Zij zijn continu alert op hun lichaam, voelen van alles en
interpreteren relatief onschuldige symptomen (zoals hoofdpijn of een plekje op de huid) als
een uiting van een ernstige ziekte. Hierdoor raken ze angstig, die niet of nauwelijks
weggenomen kan worden, ook niet door artsen.
Gegeneraliseerde angststoornis= Mensen met een gegeneraliseerde angststoornis, ook wel
piekerstoornis genoemd, zijn continu gespannen en piekeren voortdurend. Objectief
gezienis er geen reden voor, maar ze zijn constant bang dat er iets vreselijks zal gebeuren.
Deze angst kan zich ook lichamelijk uiten: vaak kunnen mensen met deze stoornis moeilijk in
slaap komen en zijn ze schrikachtig. Hoofd- en rugpijn komen veel voor. Ook komen
lichamelijke klachten voor die lijken op die bij een paniekstoornis: hartkloppingen, zweten,
duizelig- en kortademigheid.
PTSS therapy is EMDR (eye movement desensitization and reprocessing)
Morfodysforie = stoornis vd lichaamsbeleving, “ingebeeld lelijkheid”

Het doel van de crisismaatregel is dat er verplichte zorg kan worden verleend, zodat een
crisissituatie kan worden afgewend als deze wordt veroorzaakt door iemand, die
vermoedelijk lijdt aan een psychische stoornis en daardoor onmiddellijk dreigend ernstig
nadeel veroorzaakt of dreigt te veroorzaken voor zichzelf, voor anderen of goederen. In deze
casus is dat aan de orde. Een van de criteria voor een crisismaatregel is dat er geen tijd is om
de procedure voor een zorgmachtiging te volgen om dat het ernstig nadeel onmiddellijk
dreigend is. Indien blijkt dat er na het verstrijken van de termijn van de crisismaatregel nog
zorg nodig is, kan er een aanvraag gedaan worden voor een zorgmachtiging. Een eerste
zorgmachtiging duurt maximaal zes maanden. Het doel van een zorgmachtiging is om
verplichte zorg te kunnen verlenen aan iemand die zich daartegen verzet, maar die de zorg
wel nodig heeft. In een zelfbindingsverklaring geeft de patiënt aan welke vormen van
verplichte zorg hij zichzelf bindt, wanneer het niet goed met hem gaat en hij noodzakelijke
zorg weigert. In deze casus is een dergelijke verklaring (nog) niet opgesteld.

Dementie
Dementie is een achteruitgang van cognitieve wat leidt tot een achteruitgang in de ADL.
Hetbewustzijn en de perceptie blijven in tact. Het denken is wel gestoord.
Primair

- Alzheimer
Meest voorkomende vorm van dementie (2/3). Geleidelijk verlies van hersenfunctie door
veroudering van het hersenweefsel. Verlies van neuronen in meerdere hersengebieden
door het ontstaan van seniele plaques en neurofibrillaire tingels. Het precieze pathologische
mechanisme is onbekend. De aandoening is vooral corticaal.
Secundair
- Vasculaire dementie
Door een ischemisch insult in het voornamelijk subcorticale hersenweefsel. Dit is in
ongeveer 1/3 van de dementie het geval, vooral bij patienten met een bijkomende ziekte. Er
is een hoger risico op een herseninfarct bij bijvoorbeeld hypertensie en diabetes, en een
geschiedenis van TIA's. Vernauwing van hersenvaten (= cerebrale atherosclerose), CVA's.
- Lewy Body dementie
Meestal corticaal via een vast patroon over de hersenen. Begint in de hersenstam, dan
substantia nigra, dan naar cortex. Hallucinaties en waanbeelden met extraperimidaal
verschijnselen, patienten vallen heel vaak.
Lewy bodies zijn eosinofiele intracytoplasmische neuronale inkepingen (Parkinson) waarbij
in 40% van de gevallen ook dementie bij voorkomt. De behandeling gaat in eerste instantie
uit van Parkinson.
- Ziekte van Pick (= FTD frontotemporaalkwab dementie)
De ziekte word vooral gevonden bij mannen en vrouwen van 50-60 jaar. LET OP! Orientatie
in tijd en ruimte, geheugen, visueel ruimtelijk functies zijn nog intact (i.t.t. Alzheimer)
o Gedragsverandering
o verlies initiatief
o veranderd eetpatroon
o verminderde zelfzorg
o verminderde spontane spraak

You might also like