Professional Documents
Culture Documents
2. Kruiswoordraadsel
4. Naar de bioscoop...
5. Lege gaatjes!
Ik vond het leuke opdracht. Ik vond de opdracht gewoon. Ik vond de opdracht niet leuk.
Ik vond het een gemakkelijke Ik vond de opdracht niet moeilijk en Ik vond de opdracht te moelijk.
opdracht. niet gemakkelijk.
• Ik ben zeer groot, zeker tot 6,5 meter lang. Het voedsel komt me tegen bijna
op het einde van de weg. Wat ben ik?
.............................................................................................................
• Ik vermeng het eten met sappen die van de lever en de alvleesklier komen.
Wat ben ik?
............................................................................................................
• Wij geven vocht aan het eten in de mond zodat je het makkelijker kan
doorslikken. Wie zijn wij?
...........................................................................................................
• Ik ben de beweging die ervoor zorgt dat het eten naar beneden zakt. Ik ben
een zeer moeilijke naam. Welke beweging ben ik?
...........................................................................................................
• Door ons komt het dat je maag precies knorrende geluiden maakt. Wat zijn
we?
.............................................................................................................
• Ik zit tussen de maag en de mond en ik ben een soort van buis. Wat ben ik?
.............................................................................................................
1 2
3 4
5 6
7 8
Horziontaal
1. Het aantal liter dat onze speekselklieren per dag afscheiden.
3. Deze zitten in onze mond en scheiden speeksel af.
5. Dit meet 1,5 meter.
9. Ze zitten overvloedig in onze dikke darm.
Verticiaal
2. Het zorgt voor sappen als het eten in onze maag zit.
4. Ik ben de ritmische beweging.
5. De voedingsstoffen gaan door deze wand en komen terecht in het bloed.
6. Hierin wordt het eten nog kleiner gemaakt door allerlei sappen.
7. Hier eindigt de weg van het voedsel.
8. Hier begint de weg van het voedsel.
Opdracht 3: Vul de passende namen in.
Nummer op de Passende naam
tekening
1
2
3
4
5
6
7
8
9
10
11
12
Opdracht 4: Kijk naar het filmpje en los de vragen op.
....................................................................................................................................................
....................................................................................................................................................
• Waar blijft het voedsel een tijdje zitten?
....................................................................................................................................................
• Leg de weg verder uit die het eten aflegt nadat het de maag verlaat.
...................................................................................................................................................
Ons lichaam heeft energie nodig en dit komt van voedsel. Maar het voedsel moet
eerst door ons ..................................................................... gaan. Als we voedsel in onze
mond steken, dan kauwen we het met onze .................................... totdat het een
brij is. Het is dan ook vermengd met speeksel zodat we het makkelijk kunnen
..................................... . Daarna gaat het naar onze .......................................... tenzij we
ons verslikken. Als we ons verslikken, wilt het eigenlijk zeggen dat er een beetje
voedsel in onze ......................................................... terecht is gekomen. Het komt dan
terecht in onze ...................... . Hier wordt de brij verder afgebroken door sappen
die van de ................................... en de ................................... komen. Deze sappen
noemen eigenlijk ............................ en ............................... . Hierna komt het in de
............................................................. waardoor het wordt opgenomen door ons bloed.
Dan gaat wat er overblijft van het voedsel door naar de dikke darm, naar de
endeldarm en dan uiteindelijk naar de anus, zo het toilet in. Doorheen heel het
proces van de vertering is er sprake van de ...................................................................
............................................................. . Dat is een ritmische beweging die het voedsel
naar beneden krijgt.
Opdracht 6: Kleef de organen op de juiste plaats.
Speekselklieren slokdarm
endeldarm
Dikke darm