Lesvoorbereidingsformulier Fontys Hogeschool Kind en Educatie, Pabo Eindhoven

Bron: Didactisch model van Gelder

Student(e)
Klas
Stageschool
Plaats

Joy, Lisanne en Laura

H1Ehv15A
Basisschool de driestam
Eindhoven

Mentor
Datum
Groep
Aantal lln

22 oktober 2015
Groep 2-3
+/- 25 leerlingen

Vak- vormingsgebied: bewegingsonderwijs

Speelwerkthema / onderwerp: spelletjes met het thema herfst
Persoonlijk leerdoel:
Tijdens deze les willen wij leren hoe we kinderen van deze leeftijd kunnen motiveren om te bewegen. Dit doen wij door ons thema aan te laten sluiten aan de leef en
belevingswereld. Verder willen wij leren hoe we het rouleren soepel kunnen laten verlopen. Wij willen leren hoe we opdrachten concreet aan de leerlingen uit kunnen
leggen, op een manier dat ze het begrijpen en kunnen uitvoeren.
Lesdoel(en):
Evaluatie van lesdoelen:
Kerndoel 57
Leerlijn: tikspellen.
- De leerlingen leren op een verantwoorde manier deelnemen aan de
omringende bewegingscultuur en leren de hoofdbeginselen van de
belangrijkste bewegings- en spelvormen ervaren en uitvoeren.
Procesdoel:
- De leerlingen ervaren om bewegingen uit te voeren die aansluiten
bij een bepaald thema.
Productdoel
- Aan het eind van de les kunnen alle kinderen deelnemen aan
spellen zoals boompje verwisselen en vosje wakker worden.
Beginsituatie:
Deze gymles is voor groep 2-3. De oudste kleuter dus. Een kind van deze leeftijd heeft een korte concentratie op het verbale. De oudste kleuter beheerst meer
ruimtelijke begrippen en kan dus ingewikkeldere organisatievormen aan. Hij/zij speelt graag met andere kinderen en heeft een groter uithoudingsvermogen.
De les duurt 50 minuten en vindt plaats in de speelzaal zonder grote materialen.

Lesverloop
Tijd

Leerinhoud Didactische handelingen

Leraar

Leeractiviteit
leergedrag leerling(en)

Introductie
les

Introductie: de leerlingen zijn niet bezig met het

thema herfst. We introduceren dit thema dus
kort.

De kinderen horen het thema van deze les en activeren hun

voorkennis.

Start spel
(loopspel)

We hebben vier mandjes in de zaal gezet. En

voor de gele, n voor de rode, n voor de
groene en n voor de bruine. We hebben de
blaadjes verspreid door de zaal gelegd.
Wanneer we op de trom slaan kijken de
kinderen naar ons. We houden een gekleurd
blaadje omhoog. De kinderen zoeken nu een
blaadje van die kleur en doen de blaadjes in de
mand.

De kinderen lopen verspreid rond in de speelzaal wanneer

ze de trommel horen kijken ze naar ons en zoeken ze een
blaadje van de kleur die wij omhoog houden.

We leggen het spel uit. En kind mag op de mat

gaan liggen en slapen. De andere kinderen
lopen op hem/haar af en roepen zachtjes:
vosje, wakker worden! Wanneer dit kind wakker
is geworden mag hij de andere kinderen tikken.

(De zaal is in tween gedeeld. Aan de ene kant

wordt dit spel gespeeld, aan de andere kant
wordt boompje verwisselen gespeeld.)
Kern
(tikspel)

Materialen / Organisatie

Trom en een
stokje
Vier mandjes of
hoepels
Gele blaadjes
Rode blaadjes
Groene blaadjes
Bruine blaadjes

Helft van de groep, daarna

wisselen.
En kind is het vosje. Dit kind ligt in de speelzaal op een
mat te slapen. De andere kinderen lopen van achter een
lijn / pion naar het vosje en proberen hem wakker te maken
door zachtjes te roepen vosje, wakker worden! Wanneer
het vosje plotseling wakker wordt, probeert hij de kinderen
te tikken.

Mat
pionnen

(De zaal is in tween gedeeld. Aan de ene kant

wordt dit spel gespeeld, aan de andere kant
wordt het tikspel gespeeld.)

Helft van de groep, daarna

wisselen.

Kern
We hebben een aantal pionnen(bomen) in een
(boompje
kring gezet. Er is n pion minder dan het
verwisselen) aantal kinderen. En leerling staat in het
midden van de kring, de rest van de leerlingen
staat bij een pion(boom). De kinderen moeten
nu van boom gaan wisselen met elkaar. De
leerlingen in het midden moet proberen een
boom te bemachtigen.

En leerling staat in het midden van de kring, de rest van de

leerlingen staat bij een pion(boom). De kinderen moeten nu
van boom gaan wisselen met elkaar. De leerlingen in het
midden moet proberen een boom te bemachtigen.

Pionnen
Leerlingen in de
kring bij een pion.

Afsluiting

De kinderen zitten in de kring. En leerling speelt voor boom

en mag in het midden van de kring gaan zitten. Om de beurt
gaan er een paar kinderen die door de leerkracht worden
aangewezen achter de boom zitten, zij spelen voor
bladeren. De boom moet nu raden hoeveel bladeren er
achter hem liggen.

Leerlingen in de
kring.

(Hoeveel
bladeren
liggen
achter je)

Dit is een rustig spel om een spel les mee af te

sluiten. De kinderen zitten in de kring. En kind
mag in het midden van de kring gaan zitten en
speelt voor boom. Om de beurt gaan een paar
kinderen die door ons worden aangewezen heel
stil achter de boom zitten, zij spelen voor
bladeren. Hoeveel bladeren liggen achter de
boom? De boom moet raden.

Persoonlijke reflectie

Feedback
Datum:
Algemene feedback leerkracht driestam:
Inleiding:
- Duidelijk leiding gegeven
- Prima dat jullie zelf meedoen
Boompje verwisselen uitleg:
- Leg eerst doel van het spel uit en verdeel de rollen
- Kennen de kinderen het spel?
- Goed om het voor te doen!
Vos kom uit je hol uitleg:
- Kinderen kennen het spel, maar toch is voordoen belangrijk.
Boompje verwisselen spel spelen:
- Probeer zelf meer leiding te geven meedoen is leuk, maar kan je ook beperken in stimuleren van leerlingen.
Vos kom uit je hol:
- Duidelijk leiding genomen.

Tip: doe vos een lintje om zo is hij beter zichtbaar voor de kinderen.

Algemeen:
- Positieve benadering
- Taalgebruik goed op niveau van de kinderen.
- Goed overzicht
Wisselmoment:
- In deze kleine groep kun je wisselen op de manier zoals jullie deden, maar het verdient de voorkeur om dit meer gestructureerd te
doen.
Kinderen laten stoppen met activiteit
Groepje op bank laten zitten
Evt. aandachtspunten bespreken
Op signaal naar volgende activiteit
Nog even navragen of ze nog weten wat de bedoeling is.
Spel spelen
feedback leerkracht pabo Tineke Meens
Inhoud les:
- Leuk spel boompje verwisselen leerlingen blijven dit spel leuk vinden
- Vosje kom uit je hol is een leuk spel, maar leerlingen die af zijn laten zitten is wel jammer. Laat ze een beweging aan de kant doen.
- Iedereen is actief bezig maar jullie hadden ook voor drie vakken kunnen kiezen. Dan was er meer afwisseling geweest.
- Bij het spelletje hoeveel kinderen zitten er achter mij is vrij weinig beweging. Probeer hier de volgende keer een actiever spel van te
maken. Welke beweging maken de kinderen achter mij. Of met welk lichaamsdeel maken ze geluid.