Professional Documents
Culture Documents
Lesplan Striptekenen
WAT HEB JE NODIG
Stripboeken/Donald Ducks
of een stripverhaal uit een tijd-
schrift
Blad met lijntjes of een schrift
Striptekenen
Potloden Doelgroep: groep 5 en 6 (7 en 8)
Gum
Pen INLEIDING
Blad met vakjes, of een leeg Bekijk een stripverhaaltje (van 1 pagina, een stripverhaal
tekenvel en een lineaal van meerdere bladzijden of een stripboek).
Beantwoord de volgende vragen:
Optioneel • Hoe begint het verhaal? (wat zie je op het eerste plaatje?)
Schaar • Wie is de hoofdpersoon van het stripverhaal?
Lijm • Wat gebeurt er in het verhaal?
Dunne zwarte stift • Hoe eindigt het verhaal? (laatste plaatje?)
Sjablonen (zie bijlage) • Wat heeft de hoofdpersoon gedaan of geleerd?
Dit ga je maken!
van stripfiguren, leren kinderen
om verschillende houdingen en
gezichtsuitdrukkingen te tekenen
OPBOUW VAN DE LES
DE STRIPFIGUREN
2
Knip verschillende tekstballonnen
Wie komen er in het verhaal voor?
Welke kenmerken hebben de stripfiguren? Hoe heten de uit en plak deze in de vakjes.
stripfiguren? Welke kleur haar hebben ze? Zijn ze klein, Houd 2 stripfiguren per vakje aan,
groot, jongen, meisje een man, vrouw of een dier? anders wordt het misschien te
Maak een grote tekening van de hoofdpersoon. veel.
Gebruik potlood en gum
STRIPTEKENING IN VAKJES Kleur je hele strip in en omlijn
3 Maak een begin met het verhaaltje te tekenen in de vakjes. alles helemaal op het einde met
Teken eerst de stripfiguren in de vakjes. Later kun je de ach- een fijn zwart stiftje
tergrond in de vakjes afmaken.
Als je geen printer hebt, kun je op een vel papier zelf vakjes
tekenen met behulp van een lineaal. Zorg dat de vakjes recht
zijn. Denk goed na over hoeveel vakjes je nodig hebt om het
hele ver-haaltje te vertellen.
TEKSTBALLONNEN
ACHTERGROND
www.dynamicactivities.nl
Bijlagen