Professional Documents
Culture Documents
• Juridisch is een woord dat aangeeft dat er gekeken wordt of iets wel of niet klopt met
datgene dat in de verschillende wetboeken staat beschreven. 'Juridisch correct'
betekent dus dat het klopt volgens het wetboek.
Hier volgen een aantal van deze wetten op volgorde in het kort uitgewerkt:
Het is niet geoorloofd mij als minister/priester van Jezus/ ַ יְהֹוׁשּוע/ yᵊhôšûaʿ tol,
schatting/belasting of gewoontes op te leggen en ik zal de rijkdommen van de
Goyim/heidenen eten (Isaiah 61:6; Ezra 7:24; Matthew 23:23; Mark 2:16-17; Luke 18:11-13;
Luke 23:2; Leviticus 18:3). Nergens in de Thora staat dat je geld moet betalen uit werk of
giften aan een mens. (Malachi 3:8-9: Leviticus 27:1-34)
Totdat de hemel en de aarde voorbijgaan, zal er niet een jota noch een tittel van de wet
voorbijgaan, totdat het alles zal zijn geschied. (Ezekiel 44:24; Jeremiah 31:33; 1 Samuel
12:14; Matthew 5:18; Luke 16:17; Revelation 22:19; Hebrews 13:20) Deze wet van י ְָֹהוָֹהlaat
zien dat alle menselijke wetten niet rechtsgeldig zijn, dus geen jurisdictie hebben. En
ongehoorzaamheid aan ְ ָֹהוָֹהZIJN wetten wordt gestraft (Exodus 14:14; Deuteronomy 3:22;
Hebrews 9:27; Revelation 20:11-12)
Het Woord zegt dat Jezus de Macht van de Hemel en de Aarde heeft teruggekregen (Matthew
28:18-20) en dat Hij, de Mensenzoon, een verre reis maakt (Mark 13:34) en dat ik tijdens
ZIJN afwezigheid autoriteit heb gekregen en Zijn Koninkrijk vertegenwoordig als ZIJN
minister om mijn werk te doen als een wachter, om alles te bewaken. (Mark 13:34; 2 Timothy
4:2-5) יְהוָֹה
ָֹ zal ZIJN ( ּתו ָָֹֹרהThora/wet) in mijn binnenste/jurisdictie plaatsen en het in mijn hart
schrijven; en Hij zal mijn God zijn, en ik zal tot ZIJN volk behoren. (Hebrews 8:9-10) Ook
mag ik geen PERSONEN/FICTIE/BSN (Burger Slaven Nummer) aannemen want dan pleeg
ik zonden. (Deuteronomy 1:17-18; James 2:9)
God hoort ALLES, God weet ALLES, God ziet ALLES en God straft voor jouw eigen
ZONDEN.
(Romans 12:19; Isaiah 63:4; Exodus 14:14; Deuteronomy 1:30; Deuteronomy 3:22;
Deuteronomy 20:4; Psalm 34:17; John 9:31, Hebrews 9:27; Revelation 20:11-12)
• Wij allen moeten zich aan י ְָֹהוָֹהZIJN wetten houden of u het daar mee eens bent of niet
dat is aan u de keus. Bovendien mag ik mij niet aan mensen hun wetten houden want
dan pleeg ik zonde en dan krijg ik vloeken over mij heen. (Exodus 16:28;
Deuteronomy 28:15-37)
• יְהוָֹה
ָֹ heeft gezegd dat er voor de weduwen, wezen, vrouwen, kinderen, zieken en
ouderen moeten gezorgd worden. (1 Timothy 5; Deuteronomy 14:29) En daar horen
geen consequenties en regels aan verbonden te worden. Ik word gedwongen om
contracten met instanties aan te gaan want anders zijn er financiële gevolgen. Dat
noem ik geen vrijheid maar dwang.
Dwang is strafbaar: Art.3:44 BW;
Dwang
Artikel 1 Burgerlijk wetboek
1 Allen die zich in Nederland bevinden, zijn vrij en bevoegd tot het genot van de
burgerlijke rechten.
2 Persoonlijke dienstbaarheden, van welke aard of onder welke benaming ook, worden
niet geduld.
(persoonlijke dienstbaarheid: mensenrechten: bij wet en verdragen verboden vorm van
onderdanigheid.)
Art.365 Sr. en Art.284 Sr. Dwang:
De ambtenaar/privépersoon die door misbruik van gezag iemand dwingt iets te doen, niet te
doen of te dulden, wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste twee jaren of geldboete
van de vierde categorie (Ambtelijk: Art 365 Sr./privépersoon: Art 284 Sr.)
Rijksambtenaar, wet normalisering: Jullie zijn nu gewoon burgers die vallen onder
privaatrecht en arbeidsrecht
Privaatrecht of civiel recht omvat het geheel van regels die betrekking hebben op de
verhouding tussen burgers onderling of tussen burgers en bedrijven. Deze regels beschrijven
de rechten van burgers en bedrijven, maar ook de plichten. De basis van het privaatrecht
wordt gevormd door wetten.
2 Uitbuiting omvat ten minste uitbuiting van een ander in de prostitutie, andere vormen van
seksuele uitbuiting, gedwongen of verplichte arbeid of diensten, slavernij en met slavernij
of dienstbaarheid te vergelijken praktijken.
3 De schuldige wordt gestraft met gevangenisstraf van ten hoogste acht jaren of geldboete van
de vijfde categorie, indien:
1 de feiten, omschreven in het eerste lid, worden gepleegd door twee of meer
verenigde personen;
2 de persoon ten aanzien van wie de in het eerste lid omschreven feiten worden
gepleegd, de leeftijd van zestien jaren nog niet heeft bereikt.
4 De feiten, omschreven in het eerste lid, gepleegd door twee of meer verenigde personen
onder de omstandigheid, bedoeld in het derde lid, onder 2°, worden gestraft met
gevangenisstraf van ten hoogste tien jaren of geldboete van de vijfde categorie.
5 Indien een van de in het eerste lid omschreven feiten zwaar lichamelijk letsel ten gevolge
heeft of daarvan levensgevaar voor een ander te duchten is, wordt gevangenisstraf van ten
hoogste twaalf jaren of geldboete van de vijfde categorie opgelegd.
6 Indien een van de in het eerste lid omschreven feiten de dood ten gevolge heeft, wordt
gevangenisstraf van ten hoogste vijftien jaren of geldboete van de vijfde categorie opgelegd.