Professional Documents
Culture Documents
1: ENGUR
Abstract
De Soemerische beschaving heeft de schrijfkunst uitgevonden, die wellicht als grootste uitvinding
van de mensheid wordt beschouwd. De oudste schrijfkunst wordt op 3000 voor Christus gedateerd.
In de Soemerische taal kan men een groot aantal namen van rivieren en steden als pentagrammen
identificeren, zoals FIRAT voor de Eufraat, Ava MEZIN (voor de Tigris), PASIN en/of KARUN voor
de Gihon en de PISON voor de Wadi al-BATIN ofwel de KUWEIT rivier.
Ook zijn er enkele stedennamen als pentagrammen bekend: de eerste city ter wereld genaamd
ERIDU, de stad ERBIL (Erbil) en eventueel ook NIFFER (Nibru).
De Soemerische taal begint wellicht eenvoudig met het woord “A” voor water, of ook wel sperma: a
[WATER]. Dit concept werd uitgebreid met de woorden adda [VADER] en Adadda – "grootvader".
Tot de complexe “water”-codes behoort de pentagram “ENGUR” (“engur” in de database ePSD2),
wat men kan interpreteren als: IM-GU-RA "(kosmisch) ondergronds water". Dit soort water vindt
men in een regio, waar geologische breuklijnen, die niet alleen in het deltabereik van de Eufraat en
Tigris, maar ook in het zuidelijk deel van Nederland.
Daarnaast kent het Soemerisch “a” voor “water” en het Nederlands voor riviertjes de naam “Aa”.
Ook in Nederland staat er "(kosmisch) ondergronds water" ter beschikking, dat men in het
Soemerisch “ENGUR” (of “Abzu”, waarin ab='water' (of 'zaad') zu='weten' of 'diep') en in het
Nederlands “wijst” noemt.
Motivatie
Dit essay wordt in het Nederlands geschreven, omdat er kennelijk een correlatie tussen twee
rivierdelta's lijkt te zijn ontstaan.
De overeenkomst betreft:
• het oudste centrum van de beschaving aan de monding van de vier rivieren (Eufraat, Tigris,
Pasin en Pison) van het Bijbelse “paradijs” aan de Perzische Golf
• en het veel jongere centrum aan de Rijnmonding met de vier rivieren (Maas, Lek, Waal en
Oude Rijn) bij Rotterdam.
In de omgeving van deze relatief omvangrijke rivierdelta's vindt men geologische breuklijnen en de
wijst, een verschijnsel dat neerkomt op een speciale vorm van kwel onder invloed van de
breuklijnen, die zowel in Limburg en Brabant als in het Babylonische gebied tussen de Eufraat en
Tigris bestaan.
De aanwezigheid van wijstgronden, wijstbronnen en wijstwater viel mij op, omdat men zowel in de
Soemerische als in de Nederlandse taal woorden toepassen,
• die voor een eenvoudige soort water eenvoudige woordjes (“a”, “Aa”) ter beschikking
stellen
• en voor de complexe watersoort een zeldzame naamgeving kiest, zoals (“ENGUR”, of
“Abzu”, waarin ab='water' [of 'zaad'] zu='weten' of 'diep') en in het Nederlands “wijst”.
1 https://tapijt.willibrorduskerkdeurne.nl/onderrand.html#foto9
2 Wijst en het wijstwater - Informatie over de peelrandbreuk Brabant ...
3 'St Wilbersput anno 700-1900' vermeldt het opschrift van de put op de grens van Limburg en Noord-Brabant, van
Meijel en Deurne.
Op globale schaal is het verschijnsel “wijst” zo zeldzaam, dat de wijst zich in vrijwel geen enkele
taal met een eigen woord heeft kunnen handhaven.
De Wijstgronden zijn in 2004 door de provincie Noord-Brabant uitgeroepen tot het
eerste aardkundig monument in de provincie. Anno 2020 is de ambitie er een door
Unesco erkend geopark van te maken4.
De enigste talen, die mijns inziens een eigen woord hebben gereserveerd, zijn het oude Soemerisch
en het Nederlands. Omdat het wijstverschijnsel uniek is, heb ik besloten daaraan een essay te
wijden.
4 Wijst is, althans in zichtbare vorm, een landelijk en zelfs wereldwijd zeldzaam verschijnsel. (Bron: Wijstgronden)
De etymologie van “wijst”5
Wijst is een speciale vorm van zwaar ijzerhoudende kwel onder invloed van een geologische
breuklijn. Wijst is, althans in zichtbare vorm, een landelijk en zelfs wereldwijd bijzonder zeldzaam
verschijnsel.
In de wijstgrond (bij voorbeeld rond het Brabantse dorp Zeeland) komt ijzerhoudend grondwater in
contact met zuurstof. De kleine ijzerhoudende deeltjes roesten en verbinden zich met het dekzand
tot harde en soms omvangrijke IJzeroerbanken.
In Nederland werd ijzer gewonnen uit het oer. Ook in Babylonië werd rond 550 v.C. ijzer toegepast:
Het boek Daniël vertelt dat Daniël onder de ballingen was die Nebukadnezar6
wegvoerde. Daniël diende aan het hof van Nebukadnezar. Toen Nebukadnezar in zijn
tweede regeringsjaar over een groot beeld droomde, dat bestond uit verschillende
metalen (goud, zilver, brons en ijzer) en klei, vertelde Daniël hem Gods interpretatie,
namelijk dat het beeld stond voor de opkomst en val van vier koninkrijken (Daniël 2).
De Brabantse wijstbronnen
Al ruim vóór de invoering van het Christendom werd aan het verse water van de Brabantse
wijstbronnen religieuze, vruchtbaarmakende eigenschappen toegekend. De bevolking wist, dat het
wijstwater ook in de strenge winters en droge zomers steeds even regelmatig zuiver en gezond
water leverden. De sporen van mineralen waren in staat, allerlei ziektes te genezen of te verlichten.
Deze unieke religieuze, vruchtbaarmakende eigenschappen werden (rond 700AD) door
missionarissen aan een nieuwe religie toegeschreven. In Brabant liet de missionaris St. Willibrord
(658–739) bij putten voor het heilzame wijstwater een kerk bouwen, die men bijvoorbeeld in Bakel
nog kan bezoeken13. In Brabant is het aantal Willibrord-kerken aanzienlijk.
Vreemd genoeg zou St.Willibrord geen bezittingen of kerken hebben gehad in Utrecht,
Gelderland en Friesland, waar volgens de traditionalisten toch de kern van zijn
missiebisdom lag14.
Het is geen wonder, dat St. Willibrord geen bezittingen of kerken hebben gehad in Utrecht,
Gelderland en Friesland, omdat er in die provincies geen breuklijnen en wijstbronnen werden
gevonden.
11 Ab anbar
12 The Abzu (also called ENGUR), literally, ab='water' (or 'semen') zu='to know' or 'deep' was the name for fresh
water from underground aquifers that was given a religious fertilizing quality in Sumerian and Akkadian mythology.
Lakes, springs, rivers, wells, and other sources of fresh water were thought to draw their water from the abzu.
Bron: Abzu (Sumerian: abzu; Akkadian: apsû)
13 Bron: Sint-Willibrorduskerk (Bakel)
14 Bron: De kerken en goederen van St.Willibrord in Noord-Brabant
Willibrord was een specialist, die zich op wijstbronnen had gespecialiseerd. Aan de geschiedenis
van de Brabantse stad Deurne kan men aflezen, op welke wijze het wijstwater in Brabant een
beduidende rol gespeeld heeft. Als missionaris heeft Sint Willibrord bestaande heidense
wijstbronnen (Helleputten of Hellegaten) en nieuwe bronnen tot Willibrordusputten verheven.
In het noorden concentreerde Bonifatius zich daarentegen op de kerstening door de inruil van een
locale godheid tegen Siciliaanse martelaar Sint-Vitus. Door deze strategische beslissingen van de
missionarissen vindt men in Noord-Nederland veel Sint-Vituskerken15 en in het zuiden veel
Willibrordbronnen16.
Aan het water uit de put kende men een genezende kracht toe. In 1742 meldde Emanuel
de Croy aan zijn moeder, de Vrouwe van Meijel, dat mensen ervan dronken als
bescherming tegen de moeraskoorts.17
Volgens de hagiograaf Altfridus reisde circa 785 de missionaris Liudger af naar dit eiland en
vernielde daar alles wat met de verering van de god FOSITe te maken had, bouwde er een kerk en
kerstende het eiland inclusief de heidens heilige waterbron. De schatten uit de tempel nam hij in
beslag; een derde daarvan schonk hij ter ere van Willibrord aan het bisdom Utrecht.[6][7]
Het pentagram FOSIT baseert min of meer op dezelfde letters van de hemelgod *Tiwaz (TIWAZ):
De god wordt binnen de Friese context zowel Fosite als Fosete genoemd. Over zijn
precieze plaats binnen de Friese mythologie is weinig bekend. Volgens sommige
theorieën zou hij als god van het recht identiek zijn geweest aan de god "Mars
Thingsus", de god van het Ding, die in een aantal Engelse inscripties van Friese
huursoldaten uit de derde eeuw wordt genoemd. Deze god wordt algemeen
geïdentificeerd met de hemelgod *Tiwaz (TIWAZ) die in de Noordse mythologie
overeenkomt met Týr. Van deze laatste wordt vermoed dat hij in het oorspronkelijke
geloof van de Indo-Europeanen de hoogste plaats innam. ..19
19 Bron: Fosite/Fosete
De rivieren en steden
De historische details baseren op Ivar Lissner's “So habt ihr gelebt20” (1977) en “Sumerer und
Akkader” van de auteur Gebhard J. Selz.
De eerste stad en hoofdstad van het “Aardse Paradijs” was Eridu (ERIDU), aan de
monding van de vier rivieren Tigris, Euphrates, Pis(h)on en Gihon. De hoofdstad Eridu
en de vier rivieren werden wellicht door een naamgeving in de vorm van pentagrammen
geëerd: MEZIN, FIRAT, PISON, PASIN en ERIDU). ERIDU gold als de
zuidelijkste Soemerische stad met tempels in een reeks steden, die zich naar het noorden
uitstrekte.21
Volgens de auteur Gebhard J. Selz verliep de kustlijn oorspronkelijk ca. 200 km landinwaarts. De
steden Oer en Eridu lagen vrij dicht bij de kustlijn. Eventueel mondde een zijrivier van de Karun als
een vijfde, losstaande rivier direct in de zee. Tussen de mondingen van de vier rivieren lagen
enorme afstanden van circa 100 km22.
In de bovenstaande schets van Dora Jane Hamblin werd ervan uitgegaan, dat het zeeniveau in de loop
der tijden gestegen is. Het dichtslibben van de zee wordt gedeeltelijk gecompenseerd door het
stijgen van de zeespiegel.
20 So habt Ihr gelebt. Die großen Kulturen der Menschheit. Neuaufl. Dtv, München 1977, ISBN 3-423-01242-0.
21 The (5) Paradises, their Cities and their Rivers
22 “Sumerer und Akkader” van de auteur Gebhard J. Selz
De Karun en de Pasin (Pasin-Tigris)
In de loop der eeuwen zijn de rivieren in het dichtslibbende deltabereik voortdurend van plaats
veranderd. Daarbij werd ook het patroon van de rivierarmen regelmatig aangepast. Bij deze
veranderingen behoren ook aanpassingen van de naamgeving. Uit de volgende berichtgeving kan
men aflezen hoe de namen konden worden veranderd:
In de klassieke episode werd de rivier Karun PASITIGRIS23 genoemd. Vanaf de
middeleeuwen werd de naam veranderd in KARUN, een verbastering van Kuhrang, die
nog steeds behoort tot een van de twee zijtakken van de Karun. J. G. Lorimer beschrijft
in de Gazetteer of the Persian Gulf, Oman and Central Arabia dat deze rivier "Dujail,"
genoemd werd, dat door de middeleeuwse Arabische en Perzische geografen vertaald
werd als "de Kleine Tigris” 24.
Men kan de naam PASIN dus ook als afkorting “de Kleine” voor de riviermonding van de KARUN
vertalen:
Wellicht werd de oostelijke monding EULAEUS genoemd, Dit is de huidige Karún,
waarvan één arm in de Tigris, en de rest via een tweede arm direct in de Perzische Golf
mondt. Deze rivier werd Pasitigris genoemd (Πασίτιγρις, Strab. xv. p.729), dat wil
zeggen, “de kleine Tigris,” van het Oudperzische pas, met de betekenis “klein;” waarbij
het in modern Perzisch (met dezelfde betekenis) Didjlahi-Kudak heet. Op die manier
kan men begrijpen hoe de gebundelde stroom van de Eufraat en Tigris door sommige
auteurs Pasitigris genoemd werd (Strab. l.c.; Plin l.c.); terwijl de Pasitigris door andere
auteurs als een losstaande rivier werd beschouwd, die ontstaat in het land der Uxii en
uitmondt in de Perzische Golf (Nearch. ap. Strab. l.c.; Arrian, Ind. 42; Diod. 17.67;
Curt. 5.3, init). Deze laatstgenoemde vorm beschrijft de rivier in de vorm van de
huidige Karún (cf. Kinneir, Mem. p. 59; Gosselin, Recherches, &c. ii. p. 86, sqq;
Vincent, Peripl. iii. p. 67, not. &c.). 25
Het Boek Genesis beschrijft de Hof van Eden als een paradijs, waarin de watervoorziening door
vier rivieren wordt verzorgd: Ava MEZIN (Tigris), FIRAT (Eufraat), PISON (Pishon), en PASIN
(Pasitigris, ofwel KARUN Karun). De Hof van Eden behoort tot de beroemde paradijzen, die ook
elders ter wereld door grote rivieren werden verzorgd. Sommige tuinen waren minder vruchtbaar en
onbelangrijker, maar werden toch door water verzorgd.
De naam Gihon (Hebreeuws Giħôn )גיחוןwordt vertaald als "uitgieten, spuien". In het Boek Genesis
wordt deze naam toegekend aan de “Gihon bron” (de “spuier”) in Jeruzalem, die het Bad van
Siloam (SILOAM) van water voorzag. In Genesis 2 wordt een van de vier rivieren Gihon genoemd:
10 En een rivier was voortgaande uit Eden, om dezen hof te bewateren; en werd van daar
verdeeld, en werd tot vier hoofden.
11 De naam der eerste rivier is Pison; deze is het, die het ganse land van Havila omloopt, waar
het goud is.
12 En het goud van dit land is goed; daar is ook bedolah, en de steen sardonix.
13 En de naam der tweede rivier is Gihon; deze is het, die het ganse land Cusch omloopt.
14 En de naam der derde rivier is Hiddekel; deze is gaande naar het oosten van Assur. En de
vierde rivier is Frath.26
Soemerische “Water”-Codes
Volgens de methodes van John A. Halloran's “Proto-Sumerian Language Invention Process”
onderzocht ik de Soemerische “Water”-Codes voor de voortplanting, die kennelijk allemaal baseren
op een simpel woordje “a” (water).
Het eerste ontwerp werkte met een primitieve reeks: “a → aya → ayaya”, afgeleid van: “a” (“zaad-
water”) via “aya” (“vader”) tot “ayaya” (“grootvader”).
De kern was “a” (water), dat ook als “zaad” werd beschouwd. In Europa kan men een reeks relatief
kleine riviertjes, genaamd “Aa”, bijvoorbeeld “Aa (Noord-Brabant)29” in het Nederlands of Aa
(Werre) in Duitsland. In het artikel Aa (| Europese rivieren) gaat de Encyclopedia Britannica ervan
uit, dat de naam afgeleid werd uit OHD (Old High German) aha, overeenkomend met het Latijnse
aqua (“water”). Volgens mij kan het woord ook van het Soemerische woord “A” (water) stammen.
In een aantal essays heb ik de concepten van de herhalingen beschreven: (“a” ← “aya” ← “ayaya”)
en de “spiegeling van de woorden” (zoals abba en Adda'abba), die men ook in de pentagrammen
kan vinden .
27 Fadir - From Old Norse faðir, from Proto-Germanic *fadēr, from Proto-Indo-European *ph₂tḗr.
28 Source: WATIR : Proto-West Germanic (1.1 Etymology) - Middle English: water, watere, WATIR, waterre
Old Dutch: watar, WATIR, uuatar, UUATIR ; Old Frisian: weter, water, WETIR
29 The Aa is a small river in the Netherlands. It rises near Nederweert in the southeastern province of Limburg, in the
Peel region. It flows northwest through the province of North Brabant towards 's-Hertogenbosch, roughly along the
Zuid-Willemsvaart canal.
Deze essays bevinden zich in Scribd onder de titels:
• A New Language is Being Born (In Scribd, uploaded: 23.12.2014)
• Overview of the Sumerian Word-trees for “Grandfather" (In Scribd, uploaded: 11.12.2014)
• The Sumerian “Water”-Codes - (In Scribd, uploaded: 12/10/2014)
• The Backbones of the Alphabets (14.2.2019, 14:16)
In de volgende hoofdstukken concentreer ik mijn beschrijvingen op de pentagrammen, die in een
latere ontwikkelingsfase van de taal zijn vastgelegd:
De eerste fase definieert de eenvoudigste soorten “waters”, zoals :
4. “a" [Water] (~3000 BCE), een standaard soort water,
5. “ab” (“zee”, “zeewater” ?),
6. “diep water” (“abzu”, zoetwater van de onderaardse aquifers), ook wel genoemd: ENGUR.
De watersoort “Abzu”30
4: ENGUR
De Abzu (ook wel genoemd: ENGUR31), letterlijk: ab='water' (of 'zaad') zu='weten' ofwel 'diep' was
de naam voor het zoetwater uit de wateraders (aquifers), waaraan in de Soemrische en Accadische
een religieus voortplantingsprincipe toegekend werd. De abzu gold als bron voor alle
zoetwaterwaterbronnen (van meren, bronnen, rivieren, enz.).
Als god speelde Abzu (apsû) alleen een rol in de Babylonische scheppingslegende, de Enûma Elish,
afkomstig van de bibliotheek van Assurbanipal (c 630 BCE), maar de datering wordt op 500 jaar
ouder geschat. In dit verhaal speelde Abzu een rol als een persoon van zoetwater met een liefde
voor een andere persoon, Tiamat, die uit zoutwater afstamde.
De aquifers, ofwel wateraders, werden wellicht in Mesopotamia gevonden rond de geologische
breuklijnen, die zich vooral ten noordwesten van Bagdad tussen de Eufraat en Tigris uitbreiden32:
De Mesopotamia Foredeep33 is een tektonische zone en bevat diverse onderaardse
structuren zoals vouwen, breuklijnen en doorgestoken structuren34.
Het zou mij niet verwonderen, dat er zich in dit bereik talloze ondergrondse wateraders met
watervoorraden ENGUR35 bevinden.
Ayaya (~2000 BCE) aya [FATHER] (~3000 BCE) a [WATER] (~3000 BCE)
"grootvader" Oud Accadisch, Ur III, (Zeer) aya [CRY] (~2000 BCE)
(3x: Oud Babylonisch) Oud Babylonisch) (Oud Babylonisch)
wr. ayayax(|a.a.a|); a wr. a-a; aya2; a-ia "vader" wr. a; u3 "schreeuw;
Akk. abu schreeuwen, kreun"
Akk. ahulap; nâqu
Pattern * * * * *
Tigris noordoost Tigris Ava MEZIN M E Z I N
Oostzijde Gihon zuidoost Gihon PASIN P A S I N
(kleine Tigris) KARUN K A R U N
Tabel 3 De symmetrische architectuur van de pentagrammen
FIRAT, Ava MEZIN, PISON, PASIN en/of KARUN
#
Pentagram P Informatie Definities Taal
1. P
PISON P Rivieren van het Paradijs: [Pis(h)on] Engels
FYSON P Pis(h)on, Hiddekel (Tigris), Fyson Midl-Engels
Phrath (Euphraat) en Gihon)
2. K
KARUN P Karun is Iran's waterrijke en de enige bevaarbare Karun rivier Engels
PASIN rivier. In de Bijbel: Gihon Rivier, rond de Hof [Gihon
van Eden aan de Perzische Golf, gevoed door de Rivier]
4 rivieren Tigris, Euphrates, Gihon (Karun) and
Pishon (Wadi Al-Batin). De naam is afgeleid van
de bergketen Kuhrang (→ : Karoen)
Oorspronkelijk stond de KARUN bekend als de
PASI(N)-TIGRIS (kleine Tigris)
3. M
Ava MEZIN In Koerdisch, staat de Tigris bekend als Ava Ava Mezin Koerdisch
Mezin, "het Grote Water". [Tigris]
4. F
FIRAT P De naam (Euphraat) is YEPRAT in Armenisch Firat Turks
(Եփրատ), PERAT in Hebreeuws ()פרת, FIRAT [Euphraat] Koerdisch
in Turks en FIRAT in Koerdisch.
Tabel 4 De paradijselijke rivieren Firat, Ava Mezin, Pison en Pasin (of Karun)
James A. Sauer gaat ervan uit, dat de Pishon Rivier overeenkomt met de inmiddels uitgedroogde
Kuweit Rivier37.[9] Met behulp van satellietenfoto's kon Farouk El-Baz het uitgedroogde kanaal
van Koeweit naar de Wadi al-Batin reconstrueren.[5][10][7][6] 38
37 Sauer, James A. (July–August 1996). "The River Runs Dry: Creation Story Preserves Historical Memory". Biblical
Archaeology Review. Vol. 22, no. 4. Biblical Archaeology Society. pp. 52–54, 57, 64. Retrieved 2019-11-17.
38 Bron: Wadi Al-Batin
De steden Erbil, Eridu en Nibru
# P
Pentagram Informatie Definitie Taal
1. E
ERBIL P Erbil. Ook gespeld als HAWLER of Arbela, Erbil (stad) Koerdisch
hoofdstad en dichtstbevolkte stad in Koerdistan
(aan de zijde van Iraq)
2. E
ERIDU P Eridu ("samenloop" van de rivieren) is de eerste Eridu (stad) Soemerisch
stad ter wereld, gelegen in Soemerië
3. N
NIFFER P Nibru gold als originele naam voor de stad Nibru (stad) Soemerisch
NUFFAR - Nippur. Groot complex van ruïnebergen, die de
NIBRU - Arabieren Nuffar noemen, door eerste
onderzoekers Niffer genoemd, in twee delen
opgedeeld door de (uitgedroogde) bedding van de
oude Shatt-en-Nil (Arakhat). Bron: Nibru