You are on page 1of 84

Gent in beeld(en)

Prehistorie
tot circa 660 v.Chr.
Kunst voor sjamanistische handelingen en
als giften in graven van belangrijke
personen.
Egypte
3000 v.Chr.
Kunst in dienst van goden en doden.
Tempelbeelden en grafsculpturen.
Grieks
1650 v.Chr.
De geïdealiseerde mens. Eerst strak,
symmetrisch en bewegingloos. Later de
naakte atleet, de geklede gestalte, in brons
gegoten of in terracotta.
Romeins
270 v.Chr. – 400
Het realistische portret en het historisch
reliëf. Portretbeeld met machtssymbolen,
uniform, toga. Historisch reliëf op
triomfbogen, gedenkzuilen, monumenten
of sarcofagen.
Gotiek
1240 - 1400
Spitsbogenstijl, genoemd naar Giorgio Vasari
die alle niet-Romeinse kunst "barbaars" of
"van de Goten" noemde.
Renaissance
1400 - 1600
Onder impuls van het humanisme,
teruggrijpen naar de klassieke elementen
van de Griekse en Romeinse kunst.
Maniërisme
1520 - 1590
Overdreven emotionele elementen
Barok
1600 - 1775
Aanbrengen van overdadige versieringen in
beelden vol beweging, in breedsprakige
gebaren, in houding (schroefhoudingen) en
drapering.
Classicisme
1775 - 1840
teruggrijpen naar "rust" en "stilte" als
essentie van het "schone"
Romantiek
1825 - 1870
Rede en klaarheid
In Frankrijk: hartstochtelijke heldenverering
en bijna revolutionaire vrijheidsdrang.
Sociaal Realisme
1860 - 1900
Accentueren van sociale elementen in
houdingen en gebaren.
Impressionisme
1885 - 1920
momentindruk in beeld brengen
Expressionisme
1910 - 1940
Uitdrukken van individuele emotie door
accentueren van houdingen.
Kubisme
1920 - 1940
De dingen in de natuur zijn volgens
geometrische vormen opgebouwd.
Abstracte kunst
1920
Vlakken en lijnen zwakken de directe
figuratie af en trachten het abstracte begrip
te suggereren.
Kinetische kunst
1930
Beeld of gedeelten van het beeld worden in
beweging gehouden door externe factoren.
Surrealisme
1930
Samenbrengen van elementen uit de puur
realistische figuratie tot een imaginair
irreëel gegeven.
Popart
1960
Popular Art. De alledaagsheid van de
consumptiemaatschappij wordt
geaccentueerd.
Hyperrealisme
1960
Realisme weergegeven met fotografische
nauwkeurigheid, veelal in polyester.
Nouveau Realisme
1960
Afwijzing van het conformisme bij de
abstracte kunst. Poging zich te integreren in
de technologische realiteit van de
hedendaagse wereld.
Assemblage kunst
1970
Samenbrengen van heterogene, vaak
afgedankte gebruiksvoorwerpen, of
gedeelten ervan, tot nieuw origineel beeld.

You might also like