You are on page 1of 3

Studiegebied onderwijs

Bachelor in Kleuteronderwijs

Naam student: Sarah Montero Gonzalez Klas: 1EBAKO

BC: moederdag /mama kwijt Kleuterklas: 3KK

Aanbod: drama Datum: 27/04

Verantwoording (waarom ga je dit doen)


Beginsituatie De kleuters hebben doorheen het schooljaar al redelijk wat in
contact gekomen met drama. Ze vinden het leuk om zelf iets met
drama te mogen doen maar de meerderheid is wat verlegen om
iets alleen te komen doen vooraan de klas. Deze activiteit vindt
plaats na het voorbrengen van mijn tafelpoppenspel. De activiteit
is ook een deel gelinkt aan mijn spel. De dieren die aan bod zijn
gekomen zitten in deze drama activiteit.
(beer,eekhoorn,uil,konijn).
Andere bosdieren zoals een hert en wasbeer kennen ze ook al
goed.
Doelstellingen Muzische vorming – Drama:
OD 3.2 De kleuters kunnen zich inleven in personages en dingen uit de omgeving
en deze uitbeelden.
 De kleuters kunnen bepaalde dieren uitbeelden.
Woordenschat Beer, eekhoorn, uil, konijn, hert, wasbeer en uitbeelden

Werkwijze en middelen (hoe ga je dit doen)


Leerinhoud / bouwsteen / Drama activiteit : ROL
component / STEM-tabel

Werkvorm ☐ vertellen ☒ klassikaal


(vink aan) ☐ instructie / demonstreren ☐ in kleine groep / SWP: ……. kls
☐ samenwerken ☐ individueel
☒ spel / opdracht
☐ experimenteren / onderzoeken /
beschouwen
☐ plannen / ontwerpen / creëren
Media Prenten van dieren

Organisatie Plaats & duur 13 minuten, na de bespreking van het tafelpoppenspel in de klas
Afspraken We verklappen het dier dat we uitbeelden niet aan onze vriendjes.
Wanneer je een dier probeert uit te beelden, maak je geen geluid maar alleen
bewegingen.
Opruimen Niet van toepassing

Informatie en vakkennis
Geraadpleegde bronnen Crul, K., & O.(2018). De kleine zeppelin(1ste ed.). Pelckmans Pro. P. 114 - 165

CONCEPT Drama
Studiegebied onderwijs
Bachelor in Kleuteronderwijs

ONDERWERP  WERKVORM BOUWSTEEN  


 
Mama kwijt        Mime Rol

Algemeen doel: 
Muzische vorming –
OD 3.2 De kleuters kunnen zich inleven in personages en dingen uit de omgeving en deze uitbeelden.
Concreet doel:  
De kleuters kunnen bepaalde dieren uitbeelden.

Verloop
Timin Inleiding
g
2min Het tafelpoppenspel is afgelopen en de nabespreking begint. Als laatste vraag in de
nabespreking vraag ik: “ kunnen jullie allemaal eens vliegen als een uil?”. Ik laat de
kinderen allemaal samen vliegen als een uil. Hierna vraag ik: “Willen jullie een spel spelen
waar je de verschillende dieren mag nadoen?”.
Timin Kern
g
5min Verkenning
Ik leg uit dat twee kleuters bij mij mogen komen en dat ik een dier in hun oren ga
fluisteren. Wanneer ik het dier vertelt heb mogen de kinderen die bij mij staan het dier
niet vertellen aan de andere kinderen maar mogen ze het dier proberen uit te beelden.
De kleuters die het uitbeelden mogen geen geluid maken.
Ik laat nu twee kleuters in het echt naar voren komen en fluister een beer in hun oren. Ik
maak nog eens duidelijk dat ze het dier niet mogen verklappen en dat ze ook geen geluid
mogen maken. De kleuters mogen een beer proberen uit te beelden. Wanneer dit niet
lukt grijp ik in en probeer ik ook een beer na te doen.

Voor elk dier dat ze kunnen nabootsen heb ik een afbeelding mee. Deze afbeeldingen
bespreken we eerst één voor één.

De beer  ik toon de afbeelding van een beer en vraag de kleuters wat ze erop zien. Ik
laat hun zelf raden welk dier dat ze zien. Ik vertel dat een beer groot is en wanneer ze
hun boos maken ze rechtstaan met hun voorpoten hoog in de lucht.(de ko toont de
beweging voor )

Dit doe ik bij alle dieren.

5min Verdieping
Om de beurt roep ik twee kleuters bij mij, zodanig dat ze niet alleen voor de klas moeten staan aangezien ik
al gemerkt heb dat ze dan niet zoveel durven te doen. Ik fluister het dier in hun oor en laat hun de afbeelding
bekijken.
Elk paar kleuters mag een dier komen nadoen, sommige dieren kunnen twee keer herhaald worden.
Hieronder staan alle dieren die ik in hun oor kan fluisteren, ook de bewegingen die ze erbij kunnen doen
staan erbij uitgeschreven. Ik laat hun zoveel mogelijk zelf nadenken hoe ze het dier kunnen nadoen maar als
Studiegebied onderwijs
Bachelor in Kleuteronderwijs

dit niet lukt spring ik in met de beschreven bewegingen.


Differentiatie
Ik kan de activiteit moelijker maken door de kleuters een moeilijk dier te laten nadoen zoals een everzwijn.
Ik kan de activiteit makkelijker laten worden door de moeilijkere dieren er van tussen te halen.

Timin Slot
g
1min Wanneer elke kleuter eens aan de beurt is geweest vertel ik dat het spel afgelopen is. Ik vraag aan de kleuters
welk dier ze het leukste vonden om uit te beelden en welke ze het moeilijkste vonden om uit te beelden.

Waar zitten eventuele kansen / moeilijkheden en wat doe ik ermee?


Eventuele kansen:
De kleuters leren nieuwe dieren kennen

Eventuele moeilijkheden:
De kleuters weten niet hoe ze een bepaald dier kunnen uitbeelden  op voorhand alle dieren overlopen en de kleuters
desnoods helpen om het uit te beelden.

De kleuters hebben schrik om alleen iets te komen uitbeelden.  de kleuters mogen met een vriendje naar voor komen
om iets samen uit te beelden.

You might also like