Met de lesbrief
aan de slag...
Lesbrief | Woning – Vloer
INLEIDING BIJ DE LESBRIEF
Tijdens je opleiding BOUW en INFRA ben je regelmatig
op zoek naar informatie.
Het opzoeken van informatie is je niet onbekend, je
doet dat regelmatig via internet met een zoekmachine
zoals Google. Daarvan weet je dat je soms iets snel en
goed kunt vinden, maar pas op! Je zoekt op het hele
internet, met misschien wel miljoenen hits/thema’s.
Het is dan niet altijd duidelijk wat op Nederland van
toepassing is en wat juiste informatie is.
Voor opleidingen in de sector Bouw en Infra is NU
TECHNIEK Bouw en Infra samengesteld. Deze methode
omvat ruim 340 leereenheden. Elke leereenheid bevat
informatie en kennis die je nodig hebt voor je opleiding.
De reeks lesbrieven stelt de
student in staat om
efficiënt met NU Techniek
Bouw en Infra te werken
tijdens de opleiding.
NU TECHNIEK Bouw en Infra heeft alleen Bouwkundige
en Infra-onderwerpen. Minder dan op internet, maar
toch genoeg om de weg kwijt te raken. Daarom is een
reeks van lesbrieven bij NU TECHNIEK Bouw en Infra
samengesteld.
Via deze lesbrieven ga je op zoek naar allerlei
vakinhoudelijke onderwerpen en ontdek je de structuur
van NU TECHNIEK Bouw en Infra. En als je de structuur
kent, zoek je steeds sneller en effectiever.
Om dat zoeken en vinden te trainen, is het advies van
de makers om bij de lesbrief geen gebruik te maken van
de mogelijkheid om in NU TECHNIEK Bouw en Infra op
trefwoord te zoeken, tenzij dat expliciet is aangegeven.
Succes met de opdrachten!
De lesbrief bestaat uit drie delen:
Deel A
Als je NU TECHNIEK Bouw en Infra opent, kies je Bouw
of Infra om naar het menu te gaan. Bovenin de
menupagina staan de Introductie-leereenheden. Met
behulp van de vragen in deel A verken je deze.
Deel B
In de lesbrief vindt je aanwijzingen om naar een
verdiepings-leereenheid te gaan. Met de vragen in deel
B verken je deze.
Deel C
Om je actief in de leerstof te verdiepen, vind je in deel C
van de lesbrief toepassingsvragen en opdrachten.
2018 © Noordhoff Uitgevers bv
 Lesbrief | Woning – Vloer

Deel A | Verkenning

→→ Zorg dat je bent ingelogd in NU Techniek Bouw en Infra (volgens de uitleg van je docent).
Ga naar Bouwwerken: introductie en kies Woning, klik op de leereenheid Vloeren.
1. Welke drie functies hebben vloeren?

dragende, scheidende en stabiliserende

2. Waarvan is de keuze voor een bepaalde vloer afhankelijk?

kost
de overspanning, verwerking en bouwfysische aspecten.

3. Bekijk de afbeelding. Welke vloer wordt er op de funderingsbalk gelegd?

Het leggen van een systeemvloer op de begane

grond van een woning

4. Wat wordt bedoeld met vrijdragende systeemvloeren?

Het is een vrijdragende systeemvloer waarbij voorgespannen betonnen liggers worden opgevuld met
isolerende vulelementen

2
 Lesbrief | Woning – Vloer

Deel A | Vervolg

5. In welke twee hoofdgroepen kunnen systeemvloeren worden verdeeld?

in het werk gestort als massieve (monolithische) plaatvloer, of

als systeemvloer (halffabricaat) op het werk geleverd en gesteld

6. Bekijk de afbeelding. Welk type vloer zie je hier?

Massieve verdiepingsvloer met stalen en houten randstrook vòòr het storten van beton

7. Wat moet er op de vloer worden aangebracht voordat er gestort kan worden?

wapening

8. Wat moet er onder de breedplaatvloer worden aangebracht voordat er gestort kan worden?

stempels, palen

3
 Lesbrief | Woning – Vloer

Deel A | Vervolg

9. Wat is het voordeel van het aanbrengen van kanalen in een systeemvloer? Hoe heet zo’n type vloer?

Een combinatievloer (zie afbeelding 4a) is makkelijk aan te brengen op de begane grond en
heeft als voordeel dat je tijdens de uitvoering flexibel bent met sparingen en doorvoeringen.

10. Bekijk de afbeelding. Wat zijn de voordelen van een PS-isolatievloer?

4
 Lesbrief | Woning – Vloer

Deel B | Verdieping

→ → Ga nu naar vakgebied Bouwkennis. Klik op het thema Vloeren en kies de leereenheid Betonvloer.
1. Bekijk de afbeelding. Hoe worden de buizen genoemd die uit de ribcassettevloer steken?

onder leidingen

2. Noem drie constructieve aandachtspunten die een rol spelen bij de keuze van een vloer.

belastingen
kosten
grond soort

3. Waarom moet de beganegrondvloer geïsoleerd worden?

daarom

want bg vloer is eerste vloer van een gebouw het moet geisoleerd zijn tegen koud en vocht.

4. Waarin zijn de eisen aan vloeren vastgelegd?

bestek, bestek tekenen en teknicheomschrijfing

5
 Lesbrief | Woning – Vloer

Deel B | Verdieping

5. Noem twee bouwfysische eisen voor een vloer.

Stevigheid

Wapening

Dilataties

→→ Klik op de leereenheid Houten vloer.

6. Noem drie constructieve eisen voor een vloer.

geluidsisolatie en brandwerendheid

7. Wat is een afwerkvloer?

bovenste deel van de vloer laminaat of tapijt.

8. Wat is de functie van de dekvloer bij houten en betonnen vloeren?

Op de dekvloer kun je weer een afwerkvloer aanbrengen van bijvoorbeeld laminaat of tapijt.

→ → Klik op de leereenheid Houten vloer.

9. Waarom moet de beganegrondvloer luchtdicht worden uitgevoerd?

om beter te isoleren

6
 Lesbrief | Woning – Vloer

Deel B | Vervolg

10. Wat is contactgeluid? Verduidelijk je antwoord met schetsen. Hoe kun je contactgeluid isoleren?

Geluid verplaatst zich via de lucht en via de trilling door het materiaal waarmee het in contact komt.

11. Wat is luchtgeluid? Verduidelijk je antwoord met schetsen. Wat heeft een gunstige werking op luchtgeluid?

. Om een vloer te isoleren, gebruik je daarom luchtgeluidisolatie en contactgeluidisolatie.

12. Zoek in het Bouwbesluit de minimale eis op voor de thermische isolatie van een uitwendige scheidingsconstructie.

waarde van 3,5 m2 K/W. Zie ook de leereenheid EPG.

7
 Lesbrief | Woning – Vloer

Deel C | Opdracht
Je gaat op zoek naar vloertypen op de volgende sites:

• www.dycore.nl;
• www.vbi.nl;
• www.betonson.nl.

Maak in Excel een overzicht van de verschillende vloertypen die je op de sites tegenkomt.
Vermeld in het overzicht de volgende onderdelen:

- toepassing (begane grond of verdieping);

- maximale overspanning met bijbehorende dikte;
- standaardbreedte.

Verzamel de standaard details als pdf en dwg bestanden.

Lever een verslag van de opdracht in bij je docent.