You are on page 1of 37

CKV Studie Architectuur

1
2
Inhoudsopgave
Let op!!!!! Door het bewerken van het document, wanneer je de
antwoorden invult, zullen de bladzijden verschuiven.

Leerdoelen Blz. 2
Introductie Blz. 4
Wat is architectuur Blz. 4-6
Vormgeving en bouwstijlen Blz. 6-16
Architectuur in soorten Blz. 17-20
Wat is jouw smaak? Blz. 21
PO’s Blz. 22-31

Leerdoelen:
Aan het eind van deze studie ken je de kenmerken van architectuurstijlen

Kennismaking met de termen:


- Architectuur
- Welstandscommissie
- Unesco
- Gesamtkunstwerk
- Interieur/ Exterieur
- Esthetica en functionaliteit

Onderzoek naar:
- Vormgeving en Functie in Architectuur

3
Introductie - Architectuur in de actualiteit:
Lees het artikel en bekijk het fragment: https://www.trending.nl/videos/dit-is-het-duurste-
huis-ter-wereld/

Vraag 1. Wat vind jij van het duurste huis ter wereld? Vind je het mooi? Vind je het
praktisch?
Ik vind het opzich een mooi gebouw maar niet voor het gebruik van 1 gezin. Het is echt
een flatgebouw. Je hebt in principe natuurlijk alles wat je je maar kan bedenken in je eigen
huis dus je hoeft niet meer de duur uit wat wel leuk is maar het lijkt me ook ongelofelijk

4
ongezellig. Het is namelijk zo groot dat je waarschijnlijk nooit met elkaar bent. Ook leven
er veel meer bedienden in het huis dan het gezin zelf.

Vraag 2. Wat vind je van de plek waarop dit gebouw staat?


Opzich is het uitzicht op de zee leuk maar als je zelf in zo een groot huis woont en
verder alleen maar sloppenwijken om je heen dan zou ik me schuldig voelen
tegenover die mensen.

Vraag 3. Is dit gebouw een voorbeeld van bijzondere architectuur, volgens jou? Geef
argumenten:
Het is geen saai gebouw om te zien door de vorm. Het is natuurlijk wel gewoon een recht
en hoog gebouw maar door de verschillende 'lagen' ziet het er toch heel leuk uit. Ook is er
leuk gebruik gemaakt van planten.

Wat is Architectuur?
Definitie:
Architectuur is de kunst en de wetenschap van het ontwerpen van de gebouwde omgeving.

Klik op de onderstaande fragment


Fragment 1 Bijzondere woningen
https://www.youtube.com/watch?v=X9HzpvydnxE

Architectuur gaat niet alleen over het ontwerpen van gebouwen, maar ook over het
ontwerpen van steden, landschappen en interieurs. Architectuur gaat altijd over ruimte.
Over de ruimte binnen een gebouw, maar ook over de invloed van het bouwwerk op de
omgeving en openbare ruimte. Belangrijk om te onthouden is dat architectuur niet alleen
een esthethische maar ook een functionele kant heeft: architectuur moet niet alleen maar
mooi zijn maar ook bruikbaar en stevig.

5
Vraag 4. Geef een definitie van esthetica.
Leer van de schooheid.

Vraag 5. Geef een definitie van functionaliteit.


Werkzaamheid. Wat iets kan.

Architectuur van Jan Duiker


Vraag 6. Wat is volgens jou, de functie van het
gebouw van Jan Duiker op bladzijde 4?

Het ziet eruit alsof het een appartementengebouw is.

Vraag 7. Probeer er zelf achter te komen of jouw antwoord bij vraag 6 klopt: Ja/nee
….Hoe ben je daar achter gekomen?
Het is een openluchtschool. Mijn eerste gedachte klopt dus niet. Ik ben opzoek gegaan
naar het werk van Duiker en zag bij afbeeldingen een vergelijkbare foto als hierboven.
Toen probeerde ik erachter te komen wat het precies was en vond ik een artikel dat dit de
eerste openluchtschool was voor de vereniging voor openluchtscholen voor het gezonde
kind, gebouwd in 1930

Vraag 8. Waarom maken esthetica en functionaliteit architectuur zo interessant? Licht je


antwoord toe:
9 van de 10 gebouwen wordt natuurlijk gebouwd met een bepaald doel, misschien
is het een kantoorgebouw of juist appartementencomplex. Verschillende doelen
van een gebouw hebben ook verschillende eisen. Daarom is de functionaliteit zo
belangrijk in de architectuur, de functie moet passen bij het doel van het gebouw.
We leven ook liever niet in een betonnen blok. Een gebouw moet er wel mooi
uitzien en een beetje sfeervol zijn. Iedereen heeft hier natuurlijk een andere
definitie van, maar de esthetica is dus ook een belangrijk onderdeel van de
architectuur

6
Vraag 9. Wat doet een welstandscommissie? Vind je het belangrijk wat ze doen? Waarom?
De welstandcommissie is een onafhankelijke commissie die beoordeelt of het
uiterlijk of de plaatsing van een bouwwerk in strijd is met eisen van welstand. Ze
moeten voor het plaatsen van een bouwwerk goedkeuren of het überhaupt
gebouwd mag worden.
Ik vind het best goed dat dit bestaat want anders is er een risico dat alles een heel
onsamenhangend geheel wordt omdat iedereen maar zijn eigen ding doet.
Iedereen heeft een andere smaak maar soms gaat dit niet samen in een gebied. Ik
vind het totaal plaatje wel belangrijk dus het moet wel bij elkaar passen.

Vraag 10. Op de Werelderfgoedlijst van


UNESCO staat cultureel en natuurlijk erfgoed dat
als onvervangbaar en uniek wordt beschouwd. Als
bepaald erfgoed aan de lijst wordt toegevoegd,
betekent dit dat nationale overheden zich
moeten inspannen voor het behoud van het
erfgoed. Voor de monumenten is een plek op de
lijst vaak lucratief, omdat dit leidt tot meer
bezoekers en meer financiële support voor het
behoud. Welke Nederlandse bouwwerken (dus
geen natuurgebieden) staan op de
Werelderfgoedlijst van Unesco?

1. Van Nelle fabriek

2. Amsterdamse grachtengordel

3. Willemstad Curacao

4. Droogmaker de Beemster

5. Molencomplex kinderdijk

6. Schokland

7. Waddenzee

8. Rietveld Schöderhuis

7
9. Ir. D.F Woudagemaal

10. Stelling van Amterdam

Vormgeving en bouwstijlen
Het is je natuurlijk niet ontgaan dat hele oude gebouwen er heel anders uitzien dan
gebouwen die recentelijk zijn gebouwd. Maar kan je ook daadwerkelijk inschatten hoe oud
de verschillende gebouwen zijn? Kan je overeenkomsten zien in de bouwstijl van gebouwen
die uit dezelfde tijd komen? Iedere periode kent wel een paar architecten die dezelfde
ideeën hadden over hoe er gebouwd moest worden, met welke materialen, en dus hoe
gebouwen er uit moesten zien. Die architecten bouwden dan volgens een bepaalde
bouwstijl, waarin ze dezelfde ideeën hadden over esthetica.

Grofweg kun je bouwstijlen in drie periodes onderverdelen. Eerst waren er de klassieke


bouwstijlen. Dit zijn bouwstijlen uit de klassieke oudheid of hierop geïnspireerd. Denk maar
aan de bouwwerken uit de Griekse en de Romeinse oudheid, de Renaissance, Barok en het
Classicisme. Als reactie hierop ontstonden de neostijlen. Deze vierden hoogtij van 1830 tot
1910. De stijlen die daarna ontstonden noemen we moderne bouwkunst. Alle bouwstijlen
hebben eigen kenmerken; je herkent ze aan de vormgeving van de voorgevel en de
gebruikte bouwelementen.

Romaans Gotisch Barok Catalaans Modernisme

Klik op de onderstaande link


Link 2 Tijdlijn van de bouwkunsten
https://nl.wikipedia.org/wiki/Tijdlijn_van_de_bouwkunst

Interieur:

8
Vraag 11. Bekijk link 2. Plak hier 4 afbeeldingen van rondbogen uit de Romaanse
architectuur. Neem voorbeelden uit het interieur en exterieur van gebouwen .

Exterieur:

Vraag 12. Bekijk link 2. Plak hieronder 4 afbeeldingen van spitsbogen uit de Gotische
architectuur. Neem voorbeelden uit het interieur en exterieur van gebouwen.
Interieur:

9
Exterieur:

Vraag 13a. Bekijk link 2. Teken hieronder een glasraam of een roosvenster:

10
Vraag 13b. Heb je een glasraam of een roosvenster getekend? Door welk voorbeeld heb je je
laten inspireren? (In welk(e) gebouw(en) heb je voorbeelden gevonden van glasramen en/of
roosvensters) .

Schrijf hier je antwoord:

Dit is mijn inspiratie geweest.

11
Vraag 14. Bekijk link 2. Kleur de Barokke kenmerken in bovenstaande foto rood (op de
computer of met kleurpotlood).

Vraag 15. Bekijk link 2. Beschrijf de Barokke


kenmerken van de Baldakijn van Bernini in de
afbeelding hiernaast.

Schrijf hier je antwoord:

Gebogen, plastische vormen.

12
De open vormen, die in elkaar overvloeien en
ze zijn beweeglijk.

Vraag 16. Bekijk link 2. Wat hebben de 3 stijlen Catalaans Modernisme, Art-Nouveau en
Jugendstil met elkaar te maken?
Schrijf hier je antwoord:
De Catalaans modernisme is een Catalaanse variant op het jugendstil/art-niveau. Er
werd veel gebruik gemaakt van sierlijke bogen. Beiden geïnspireerd door de
natuur.

Vraag 17. De gebouwen uit bovenstaande 3 stijlen zijn vaak een gesamtkunstwerk. Wat is
een ‘Gesamtkunstwerk’?

Schrijf hier je antwoord:

Kunstwerk waarin verschillende kunstdisciplines samenkomen.

Vraag 18. Bekijk link 2. Noem 4 kenmerken van Catalaans Modernisme:

13
Schrijf hier je antwoord:

1. assymetrie

2. Rijke decoratie

3. Gebogen lijnen

4. Antoni gaudi

Detail Sagrada Familia in Barcelona. Architect; Antoni Gaudi

14
Vraag 19. Hiernaast en hieronder zie je afbeeldingen van
het exterieur van Casa Batlló. Een ontwerp van de
architect Gaudi. Plak zoveel mogelijk afbeeldingen van
het interieur van Casa Batlló in het kader hieronder.

15
Vraag 20. Een beroemde kunstcriticus,
Ruskin genaamd, beweerde dat een
architect ook de schilderkunst en de
beeldhouwkunst moet beheersen. Gaudi liet zich naast architect ook als beeldend

16
kunstenaar zien. Zoek 2 afbeeldingen van beeldende kunst die Gaudi heeft gemaakt. Schrijf
erbij waar deze voorbeelden vandaan komen:

Schrijf hier je antwoord:


Afbeelding 1
Deze afbeelding komt uit Park Guell in Barcelona.

Schrijf hier je antwoord:


Afbeelding 2
Deze afbeelding komt ook uit Park Guell in Barcelona. Deze mozaïk vind je op het plafond
van een door Gaudi ontworpen 'loopgang'

Vraag 21. Ben jij het eens met de stelling dat een architect ook schilder- en beeldhouwkunst
moet kunnen beheersen? Waarom wel/niet?
Schrijf hier je antwoord: ja, want als een architect een gebouw ontwerpt. Vind ik het extra
mooi als de architect zelf ook mooie schilder- en beeldhouwkunst werken kan toevoegen
aan zijn eigen ontworpen gebouw. Zodat het het gebouw extra siert en nog meer opvalt,
denk aan bijvoorbeeld mozaïk of glas in lood.

17
De Stijl is de naam van een tijdschrift dat van 1917
tot 1931 werd uitgegeven. De kunstenaars die hier aan
meewerkten hielden er dezelfde opvattingen over
kunst en de samenleving op na. In 1917 richtte de
beeldend kunstenaar Theo van Doesburg samen met
een aantal andere kunstenaars, waaronder Piet
Mondriaan, het tijdschrift ‘De Stijl’ op. Zij nodigden
verschillende kunstenaars (o.a. schilders, architecten
en beeldhouwers) uit om mee te werken aan dit blad.
In dit tijdschrift konden deze kunstenaars hun ideeën
over kunst kwijt, en dan met name over abstracte
kunst.
Zij schreven in het tijdschrift ‘De Stijl’ over een gehele
nieuwe kunststroming. Alle kunstenaars zouden in
deze zelfde stijl moeten werken, zij zouden dan
abstracte kunstwerken maken die uitgingen van
geometrische vormen. Deze nieuwe stijl moest niet
illustratief of vertellend zijn, zoals de vroegere kunst
dat wel was. Deze kunst moest dus niet iets
herkenbaars uitbeelden maar zou toch begrijpelijk
moeten zijn. De Stijl is te herkennen aan het gebruik
van rechte horizontale of verticale lijnen en de primaire
kleuren rood, geel en blauw. Verder werden de niet-kleuren
zwart, wit en grijs gebruikt. De kunstwerken lijken vaak een
bijna technisch geconstrueerd geheel.

Vraag 22. Wat betekend Abstract?

Schrijf hier je antwoord:


Dat het niet verwijzend is naar iets buiten de
kunst of het kunstwerk en waarbij men er
niet naar streeft om de zichtbare realiteit
weer te geven, maar waarbij vormen, lijnen
en kleuren voor zich spreken.

18
In het exterieur en het interieur van het Rietveld Schröderhuis in Utrecht, zijn
kenmerken van De Stijl te herkennen. De architect Gerrit Rietveld die ook lid was van ‘De
Stijl’, ontwierp dit huis voor de weduwe Truus Schröder en haar drie kinderen, om na het
overlijden van haar man ‘opnieuw te kunnen beginnen’. Ook Truus ontwierp een aantal
praktische details in het huis, zodat deze goed bij haar leefstijl en dat van haar kinderen
zouden passen.

Bekijk onderstaand fragment:


Fragment 3 Even binnenkijken bij Rietveld Schröderhuis
https://www.youtube.com/watch?v=r0tvx6rA1os

Vraag 22. Bekijk fragment 3. Op welke manier heeft Rietveld de ruimte in de entrée groter
doen laten lijken dan hij is?
Schrijf hier je antwoord:
Door de lamp op het plafond te laten weerspiegelen met behulp van een spiegel.
De lamp is twee keer te zien.

Vraag 23. Bekijk fragment 3. Truus Schröder had geen gordijnen. Wat gebruikte zij als
zonwering en tegen inkijk van buiten af? Waarom denk je dat er is gekozen voor deze
oplossing in het ontwerp?
Schrijf hier je antwoord:
Ze had houten luiken aan de binnenkant van het huis.
Ik denk om zo overdag een open keuken te houden, zonder andere dingen die voor of aan
de zijkanten van het raam hingen. Zodat er een ruimtelijk effect gecreëerd werd.

Vraag 24. Bekijk fragment 3. Wat zijn de 3 dimensies van ruimte? Waarin benadrukt Rietveld
deze 3 dimensies in zijn ontwerp in de kantoorruimte?
Schrijf hier je antwoord:
Lengte, hoogte en breedte
De lamp heeft precies de drie buizen die hoogte, lengte en breedte uitstralen.

Vraag 25. Bekijk fragment 3. Noem nog minstens 3 manieren waarop in het Rietveld-
Schröderhuis de ruimtes kunnen worden beïnvloed.
Schrijf hier je antwoord:

1. In de studeerkamer, die relatief klein is, kan je de tafels via scharnieren in- en uitklappen.

19
2. Om naar boven te kunnen moet je via de trap naar binnen, maar hier zit een deur voor.
Deze deur is een schuifdeur in plaats van een scharnierdeur.

3. De ramen kunnen op een bepaalde manier open, waardoor binnen en buiten met elkaar
versmelten.

Vraag 26. Bekijk fragment 3. Zowel in het interieur als in het exterieur zijn de ideeën van De
Stijl terug te vinden. Op welke manier heeft Rietveld dat gedaan?

Schrijf hier je antwoord:

Interieur: van binnen is alles zo efficiënt en ruimtelijk mogelijk ingericht.

Exterieur: van buiten is goed te zien dat er gebruik is gemaakt van heel veel rechte
vormen, zoals vierkanten en rechthoekige vormen.

Vraag 27. Bekijk fragment 3.


Wanneer is het huis
gebouwd?
Schrijf hier je antwoord:

1924

Vraag 28. Bekijk fragment 3.


Hoe komt het dat het er zo
modern uit ziet?
Schrijf hier je antwoord:

Doordat het een strakke stijl is, er wordt bijna alleen maar gebruikt gemaakt van
rechthoekige en vierkante vormen. Ook omdat het zo efficiënt is ingericht op het
gebied van ruimte ziet het er modern uit. Mede door alle inklap en schuif gadgets.

20
Architectuur in soorten (functie)
Veel van de besproken architectuur in de verschillende bouwstijlen ging over kerken of
woningbouw. Natuurlijk bestaan er nog veel meer soorten architectuur. Andere functies van
architectuur zijn onder andere:

- Studeren: scholen, universiteiten, studieruimtes, bibliotheken etc.


- Sporten: voetbalkantine tot stadions, dans- en muziek studio’s, atletiek velden,
kartbanen, skipistest etc.
- Vervoer: treinstations, bushaltes, bruggen, viaducten, tunnels, havens, steigers etc.
- Ontspanning: jongeren centra, cafés, concertzalen, bioscopen, theaters, buurthuizen,
kinderboerderijen, pretparken etc.
- Werken: kantoren, fabrieken etc.

Er zijn ook een heleboel voorbeelden te


geven van multifunctionele
bouwwerken. Complexen of centra die
meerdere functies faciliteren. Je hebt als
voorbeeld al de bibliotheek in Delft
gezien in de collegelessen. Dit gebouw is
duidelijk meer dan een bibliotheek
alleen. Een ander voorbeeld heel dichtbij
is het World Horti Center in Naaldwijk.
Het is het meest actuele kennis- &
innovatie centrum van de internationale glastuinbouw. De initiatiefnemers geloven dat
innovatie sneller gaat wanneer er kennisuitwisseling en samenwerking plaats vindt tussen
alle belanghebbende rond tuinbouw. Zodoende heeft het gebouw meerdere functies, en
ruimtes die speciaal daarvoor zijn vormgegeven. Met de snelle en grootse ontwikkelingen en
producten die hier het resultaat van zijn, zet World Horti Center het Westland op de
wereldkaart.

Bekijk onderstaande link:


Link 4. Horti Center
https://www.worldhorticenter.nl en google afbeeldingen

Vraag 29. Bekijk link 4. Wie zijn de initiatiefnemers voor het bouwen van dit centrum waarin

21
alle aspecten van tuinbouw een plaats kunnen krijgen?
Schrijf hier je antwoord:
MBO Westland, Vertify, WHC Expo bv en Gemeente Westland.

Vraag 30. Bekijk link 4. Wat is er allemaal te doen in het World Horti Center?
Schrijf hier je antwoord:
World Horti Center huisvest een unieke samenwerking tussen bedrijven,
brancheorganisaties, onderwijs en overheden. Het centrum is een ontmoetingsplaats voor
werkgevers en toekomstige werknemers. Hier leggen studenten contacten en daarmee
hun basis voor hun verdere loopbaan.
Je hebt het MBO Westland in het horti centrum zitten, Greenport Food &
Flower Xperience en Demokwekerij Westland.
Je hebt er mogelijkheden om online en hybride events te volgen. Er worden
onderzoeken uitegevoerd op gebied van klimaat, watergift, belichting,
gewasbescherming, teeltsystemen, meststoffen en meer. Ook wordt er gewerkt
aan 'groene' creaties en worden er oplossingen gezocht voor vraagstukken die
spelen in de sector.

Vraag 31. Bekijk link 4. Op welke manier past de vormgeving van het gebouw bij wat er te
doen is? Benoem zowel details van het exterieur als van het interieur:
Schrijf hier je antwoord:
Van de exterieur: je ziet dat er veel gebruik is gemaakt van planten op het gebouw aan de
buitenkant. Dit heeft te maken met wat je kan doen in het gebouw.
Van de interieur: je ziet dat ze ook veel gebruik hebben gemaakt van planten in het
interieur. Dit heeft dus ook weer veel te maken met wat je daar allemaal kan doen.

Vraag 32. Wat vind jij het meest bijzonder aan de vormgeving van het gebouw? Leg uit.
Schrijf hier je antwoord:
Ik vind het meest bijzondere aan de vormgeving is dat ze zoveel gebruik hebben
gemaakt van planten. Vooral ook aan de buitenkant van het gebouw.

22
Een ander voorbeeld van multifunctionele bouw is Hoog Catharijne in Utrecht. Op dit
moment wordt daar de laatste hand gelegd aan een grootscheepse renovatie. Een aantal
functies in het complex is veranderd, maar vooral de vormgeving van het bouwwerk is flink
aangepakt.

Bekijk onderstaande link:


Link 5. Hoog Catharijne
https://nl.wikipedia.org/wiki/Hoog_Catharijne
Bekijk ook de beelden van het polygoonjournaal uit 1973 rondom de opening van het
(toen al spraakmakende!) Hoog Catharijne + Google op afbeeldingen van Hoog Catharijne
Vraag 33. Voor de bouw van het nieuwe complex
in 1973 moesten veel andere gebouwen in het
centrum van Utrecht worden gesloopt. Zo ook
het kantoor gebouw “de Utrecht”. In welke stijl
was dit gebouw gebouwd?
Schrijf hier je antwoord:
Jugendstil

Vraag 34. Ben jij het er mee eens wanneer oudbouw moet wijken voor nieuwbouw?
Waarom wel/niet?
Schrijf hier je antwoord:
Nee, eigenlijk ben ik het daar niet mee eens. Ik vind meestal de oude gebouwen van
vroeger mooier dan nieuwe gebouwen die worden gebouwd. Dat is natuurlijk niet altijd
zo, maar meestal vind ik oude gebouwen met een betekenis wel mooier.

23
Vraag 35.
Welke functies van Hoog Catharijne destijds worden in
het filmpje genoemd?
Schrijf hier je antwoord:
Een belangrijk doel bij de transitie van Hoog
Catherijne was de creatie van een tweede
winkelas tussen het station en het Vredenburg
aangezien de vroegere route veel te druk was
geworden. Andere doelen waren om het
winkelcentrum ruimer en overzichtelijker te
maken, en om de oriëntatiemogelijkheden naar
buiten te vergroten, en daarmee ook de lichtinval.

Hal van Hoog Catherijne met


de lichtkoepel uit 1996 (nu
gesloopt en vervangen door
nieuwbouw Vraag 36. Welke functies worden er in Wikipedia ook
nog genoemd i.v.m. het oude Hoog Catharijne?
Schrijf hier je antwoord: het werd gebruikt als
verbinding tussen de binnenstad en het openbaar
vervoer.

Hoog Catharijne onderscheidde zich van andere winkelcentra doordat het, ook voor het
winkelend publiek, een multifunctioneel complex was, met niet alleen winkels maar ook een
bioscoop, een sporthal, een muziekcentrum en een kapel. Bovendien was het complex
verbonden met het station en een congresgebouw. Het 'stad in een stad'-concept.
Met de renovatie van het complex houden de projectmanagers rekening met nieuwe
behoeften van de maatschappij. Lees hierover de wikiparagraaf ‘Toekomst’ .

24
Vraag 37. In de paragraaf over de toekomst van Hoog Catharijne wordt gesproken over
FMP’s. Wat betekent deze afkorting?
Schrijf hier je antwoord:
Favourite Meeting Places

Vraag 38. Hoe wil het nieuwe Hoog Catharijne tegemoet komen aan de behoefte van
mensen ‘elkaar te ontmoeten’?
Schrijf hier je antwoord:
Door heel veel verschillende dingen in het gebouw te maken zoals: een hotel, winkels, een
station en nog veel meer. Hierdoor kunnen mensen elkaar dus ontmoeten.

Vraag 39. Wanneer jij een FMP zou mogen ontwerpen voor je vrienden en misschien wel
andere jongeren, welke functies zou dit complex dan krijgen en wat voor een uitstraling
heeft het gebouw (hebben de gebouwen)?
Schrijf hier je antwoord:
Ik denk dat de functie van het gebouw wordt, dat je er een feestje kan vieren met
vrienden. Het lijkt dan op een soort van hok, waar je met vrienden bij elkaar kan
komen en een feestje kan vieren. De uitstraling hiervan moet er dus heel gezellig
uitzien. Bijvoorbeeld met disco lampen en een rook machine.

Jouw smaak?!

25
Bekijk onderstaande link:
Link 6. Verschillende bouwstijlen
https://www.kunstbus.nl/architectuur/architectuur.html
en
https://nl.wikipedia.org/wiki/Architectuur#Bouwstijlen
Vraag 40. Welke gebouwen / bouwstijlen vind jij interessant? Benoem 3 bouwstijlen/
gebouwen.
Schrijf hier je antwoord:

1. Romeinse architectuur, pantheon

2. Neogotiek, kathedraal van Saint-Denis

3. Oud - Egyptische architectuur, piramiden van Gizeh

Vraag 41. Benoem minstents 2 kenmerken per gebouw/bouwstijl, die jij bij vraag 40 hebt
beantwoord.
Schrijf hier je antwoord:
Gebouw/bouwstijl: 1. (vorige vraag)

Kenmerk 1: boogconstructies

Kenmerk 2: ze stelde de muur weer centraal

Gebouw/bouwstijl: 2. (vorige vraag)

Kenmerk 1: strakke, koele vormen

Kenmerk 2: hoge torens

Gebouw/bouwstijl: 3. (vorige vraag)

Kenmerk 1: de bouwwerken zijn geconstrueerd voor de eeuwigheid.

Kenmerk 2: de bouwwerken werden gemaakt van kalksteen.

Vraag 42. Maak hieronder een collage met afbeeldingen uit tijdschriften of van internet om
jouw smaak op het gebied van architectuur te laten zien. Wat vind jij mooi/interessant/leuk
om te zien?

26
27
Vraag 42. Welke onderwerpen binnen de architectuur zijn er niet behandeld in deze studie?
Schrijf ze op!
Schrijf hier je antwoord:
Er zijn hele veel gebouwen en verschillende bouwstijlen behandeld in deze studie, maar
niet heel veel over de binnenkant van een gebouw.

Opdrachten horende bij kunstdiscipline

ARCHITECTUUR
A: Maak een waaier of spel
B: Maak je eigen droomhuis
C: Maak een FMP of doe een ingreep in de openbare ruimte
D: Eigen idee

28
CKV - PO - ARCHITECTUUR

Opdracht A: waaier of spel


Je gaat een waaier of spel maken met daarin minimaal 15 verschillende
architecten en één van hun ontwerpen. Of vragen over architectuur en
architecten.

Startfase
Stap 1: Vul deze vragen in:
Naam leerling(en):
Klas:
Thema: (vul hier in met welk thema we bezig zijn)
Studie: (vul hier in welke kunstdiscipline jullie hebben gekozen)
Opdrachtkeuze: A/B/C/D (omcirkel welke opdracht jullie hebben gekozen)
Motivatievragen:
1. Waarom hebben wij voor deze opdracht gekozen?
2. Wat is ons doel van deze opdracht?
3. Hoe laten wij het thema waar we nu mee bezig zijn terug komen
in deze opdracht?
4. Welke beeldende middelen, kunststroming, stijl van een
kunstenaar of inspiratie uit de Studie passen wij dit toe in onze PO?
5. Hoe verwachten wij dat ons eindproduct eruit komt te zien?
Deze vragen en antwoorden verwerk je in de presentatie uit de slotfase.

Divergerende fase
Stap 2: Bedenk wat je allemaal zou kunnen doen met het thema waar je mee
bezig bent. Denk aan de voorbeelden uit de themalessen. Op welke manier zag jij
het thema bij de architectuur terug? Ben je in je studie voorbeelden van
kunstenaars/architecten tegengekomen die je in het thema zou kunnen
plaatsen? Wat wilden zij ‘vertellen’ of wat waren hun ideeën. Maak hierover een mindmap of
een woordweb. Deze laat je in je presentatie zien.

Stap 3: Ga dan brainstormen: welke architecten ken je? Welke bouwstromingen ken je? Denk aan
de thema lessen en de studie die je gemaakt hebt. Zoek daarmee verder op internet. Misschien kom
je nog meer bouwwerken van architecten tegen die jou aanspreken. Verzamel deze werken en maak
van jouw zoektocht een moodboard. Je moodboard laat je in je presentatie zien.

Stap 4: Onderzoek wat je allemaal zou kunnen/ moet gebruiken om deze PO te maken. Maak
een woord-web of lijst van materialen en bedenk waar je deze spullen kunt vinden/ vandaan kan
halen. Dit woord-web of lijstje laat je in je presentatie zien.

Convergerende fase
Stap 5: Kies uit je mindmap of woordweb uit stap 2 welke onderdelen je wil laten terugkomen in
het spel of in de waaier. Beschrijf in 1 zin wat de link is tussen het behandelde thema en jouw
spel/waaier. Laat dit in je presentatie terugkomen.
Stap 6: Maak nu een lijst van architecten/bouwstromingen uit stap 2 die je uiteindelijk gaat
gebruiken in het spel of in de waaier. Laat dit in je presentatie terugkomen.

29
Stap 7: Kies nu met welk materiaal en gereedschap je je PO gaat maken uit de mogelijkheden die je
bij stap 4 hebt onderzocht. Laat dit in je presentatie zien.

Stap 8: Ga met je verzamelde materiaal aan de slag. Je begint met het maken van jouw
spel/waaier. Fotografeer het proces. Eerst alleen het materiaal, dan de eerste opzet etc. Tot aan een
mooie foto van het eindresultaat. Het proces laat je zien in je presentatie.

Stap 9: Vul onderstaande vragen in:


1. Hoeveel tijd heb je nodig gehad om deze PO te maken?
2. Welke stappen heb je moeten zetten om deze PO te maken?
3. Waarom ziet het eindproduct er zo uit zoals het er nu uit ziet?
4. Vul onderstaand schema in bij een samenwerking

wie taken Duur van de taak

Slot fase
Stap 10: Dit is de presentatie van jouw creatie inclusief het proces uit de start fase, de
divergerende fase en de convergerende fase. Voor deze presentatie kies je voor een PowerPoint of
een andere presentatievorm. Inleveren in ELO opdrachten. Zie datum pta CKV.

Beoordelingsschema bij opdracht A:

zonder eigen inbreng = max cijfer een 7


Beoordeling PO * Naam: punten score
Culturele activiteit (ingevuld objectief/subjectief schema) Max. 15 pt.
Ingevuld studie Max. 20 pt
Kwaliteit praktische opdracht Max. 20 pt
Presentatie praktische opdracht Max. 15 pt
Eigen inbreng Max. 30 pt
Totaal Max. 100 pt
Kwaliteit = Goed materiaal/ techniek gebruik, verzorging, begrijpelijk voor de toeschouwer, klopt het
eindproduct met de doelstelling? Voldoet de uitvoering aan alle gevraagde punten uit de opdracht?
Presentatie = Uitleg van motivatie, proces en eindresultaat in minimaal 3 min.
Eigen inbreng = Extra onderdelen toegevoegd die niet beschreven staan in de opdracht. Beschrijf
deze onderdelen bij de motivatievragen in stap 1. Een extra mooie gedetailleerde uitvoering kan ook
een extra punt opleveren.

30
CKV - PO - ARCHITECTUUR

Opdracht B: eigen droomhuis


Bij deze opdracht ga je zelf een droomhuis ontwerpen. Kies
een aantal functies die het droomhuis moet hebben en denk
ontwerp een bijpassende vormgeving van het gebouw.

Startfase
Stap 1: Vul deze vragen in:
Naam leerling(en): Isabel van Holsteijn, Britt van Nierop en
Maud Schrader
Klas: AM5C
Thema: imago of identiteit
Studie: Architectuur
Opdrachtkeuze: A/B/C/D (omcirkel welke opdracht jullie hebben gekozen)
Motivatievragen:
1. Waarom hebben wij voor deze opdracht gekozen?
We vonden het leuk om na te denken over ons toekomstige huis en wat dat allemaal zou
moeten hebben om ons droom huis te kunnen zijn
2. Wat is ons doel van deze opdracht?
Ons eigen droomhuis ontwerpen. Omdat dit van ons drieën natuurlijk wat verschilt moesten we
uiteindelijk met elkaar tot de beste combinatie van eigenschappen/ kenmerken komen
3. Hoe laten wij het thema waar we nu mee bezig zijn terug komen in deze opdracht?
We kunnen onze persoonlijkheid weerspiegelen in het ontwerp van ons huis. Dat heeft dus te
maken met onze identiteit
4. Welke beeldende middelen, kunststroming, stijl van een kunstenaar of inspiratie uit de
Studie passen wij dit toe in onze PO?
We hebben veel inspiratie kunnen doen over wat nou precies een efficiente indeling is om een
ruimte zo goed mogelijk te benutten. Ook hebben we inspiratie gehaald uit kunstwerken
van verschillende kunstenaars
5. Hoe verwachten wij dat ons eindproduct eruit komt te zien?
Modern, luxe, ruim en rustig interieur. Veel planten en hout accenten.

Deze vragen en antwoorden verwerk je in de presentatie uit de slotfase.

Divergerende fase
Stap 2: Bedenk wat je allemaal zou kunnen doen met het thema waar je mee bezig bent. Denk aan
de voorbeelden uit de themalessen. Op welke manier zag jij het thema bij deze architecten in hun
werk terug? Ben je in je studie voorbeelden van bouwstromingen of architecten tegengekomen die
je in het thema zou kunnen plaatsen? Wat wilden zij ‘vertellen’ of wat waren hun ideeën. Maak
een mindmap of woordweb. Deze laat je in je presentatie zien.

Stap 3: Ga dan brainstormen: wat moet er allemaal te


doen zijn in jouw droomhuis? Welke vormen kun je daar
allemaal bij bedenken die je in ruimtes/ gevels kunt
verwerken? Hoe komt je tuin eruit te zien? Denk ook aan
de themalessen en de studie die je gemaakt hebt. Welke
architecten en bouwwerken ben je tegengekomen (zoek
ook op internet naar nieuwe inspiratie)? Verzamel deze

31
werken en ideeën en maak van jouw zoektocht een moodboard. Je moodboard laat je in
je presentatie zien.

Stap 4: Onderzoek wat je allemaal zou kunnen/moeten gebruiken om deze PO te maken. Maak
een woordweb of lijst van materialen en bedenk waar je deze spullen kunt vinden/ vandaan kan
halen. Denk aan 3-d, digitaal, getekend, maquette. Dit woordweb of lijstje laat je in
je presentatie zien.

Convergerende fase
Stap 5: Kies uit je mindmap of woordweb uit stap 2 wat jij wilt laten terugkomen in je droomhuis.
Beschrijf in 1 zin wat de link is tussen het behandelde thema en jouw droomhuis. Laat dit in
de presentatie terugkomen.

Stap 6: Kies uit stap 2 en 3 die onderdelen/stroming(en) die je uiteindelijk gaat gebruiken voor het
ontwerp van jouw droomhuis. Schrijf dit op en beschrijf daarbij de stijlkenmerken van de
architectuurstroming(en) die je gaat toepassen. Laat dit in je presentatie terugkomen.

Stap 7: Kies met welk materiaal en gereedschap je deze PO gaat maken uit de mogelijkheden die je
bij stap 4 hebt onderzocht. Laat dit in je presentatie zien.

Stap 8: Ga met je verzamelde materiaal aan de slag. Je begint met schetsen en bouwt zo het
ontwerp op tot een mooi eindresultaat. Fotografeer het proces. Eerst alleen het materiaal, dan de
eerste opzet etc. Tot aan een mooie foto van het eindresultaat. Het proces laat je zien in
je presentatie.

Stap 9: Vul onderstaande vragen in:


1. Hoeveel tijd heb je nodig gehad om deze PO te maken?
2. Welke stappen heb je moeten zetten om deze PO te maken?
3. Waarom ziet het eindproduct er zo uit zoals het er nu uit ziet?
4. Vul onderstaand schema in bij een samenwerking

wie taken Duur van de taak


Maud - Studie 1 uur
- Ca individuele deel 30 min
- Powepoint 45 min
- Poster 3 uur
- moodboard 30 min
Isabel - Studie 1 uur
- Ca individuele deel 30 min
- Poster 3 uur
- moodboard 20 min
Britt - Studie 1 uur
- Ca individuele deel + 1 uur
algemene deel
- Poster 3 uur
- moodboard 30 min

Slot fase

32
Stap 10: Dit is de presentatie van jouw creatie inclusief het proces uit de start fase, de
divergerende fase en de convergerende fase. Voor deze presentatie kies je voor een PowerPoint of
een andere presentatievorm. Inleveren in ELO opdrachten. Zie datum pta CKV.

Beoordelingsschema bij opdracht B:

zonder eigen inbreng = max cijfer een 8


Beoordeling PO ** Naam: punten score
Culturele activiteit (ingevuld objectief/subjectief schema) Max. 15 pt.
Ingevuld studie Max. 20 pt
Kwaliteit praktische opdracht Max. 30 pt
Presentatie praktische opdracht Max. 15 pt
Eigen inbreng Max. 20 pt
Totaal Max. 100 pt
Kwaliteit = Goed materiaal/ techniek gebruik, verzorging, begrijpelijk voor de toeschouwer, klopt het
eindproduct met de doelstelling? Voldoet de uitvoering aan alle gevraagde punten uit de opdracht?
Presentatie = Uitleg van motivatie, proces en eindresultaat in minimaal 3 min.
Eigen inbreng = Extra onderdelen toegevoegd die niet beschreven staan in de opdracht. Beschrijf
deze onderdelen bij de motivatievragen in stap 1. Een extra mooie gedetailleerde uitvoering kan ook
een extra punt opleveren.

33
CKV - PO – ARCHITECTUUR

Opdracht C: FMP (Ingreep in de openbare ruimte)


Uit een onderzoek uitgevoerd in opdracht van de gemeente Westland is gebleken dat er te weinig
aandacht is voor jongeren in de openbare ruimte van de stad. De meeste pleinen, winkelcentra,
busstations, etc. worden door jongeren ‘saai’ genoemd. Ga vanuit jullie eigen perspectief een
openbare ruimte in Naaldwijk aan passen aan de wensen van de jongeren (jullie eigen wensen dus).
Maak een eigen FMP (favorite meeting place).

Startfase
Stap 1: Vul deze vragen in:
Naam leerling(en):
Klas:
Thema: (vul hier in met welk thema we bezig zijn)
Studie: (vul hier in welke kunstdiscipline jullie hebben gekozen)
Opdrachtkeuze: A/B/C/D (omcirkel welke opdracht jullie hebben gekozen)
Motivatievragen:
1. Waarom hebben wij voor deze opdracht gekozen?
2. Wat is ons doel van deze opdracht?
3. Hoe laten wij het thema waar we nu mee bezig zijn terug komen in deze opdracht?
4. Welke beeldende middelen, kunststroming, stijl van een kunstenaar of inspiratie uit de
Studie passen wij dit toe in onze PO?
5. Hoe verwachten wij dat ons eindproduct eruit komt te zien?
Deze vragen en antwoorden verwerk je in de presentatie uit de slotfase.

Divergerende fase
Stap 2: Bedenk wat je allemaal zou kunnen doen met
het thema waar je mee bezig bent. Denk aan de
voorbeelden uit de themalessen. Op welke manier zag jij
het thema bij deze architecten in hun werk terug? Ben je
in je studie voorbeelden van bouwstromingen of
architecten tegengekomen die je in het thema zou
kunnen plaatsen? Wat wilden zij ‘vertellen’ of wat waren
hun ideeën. Maak een mindmap of woordweb. Deze laat
je in je presentatie zien.

Stap 3: Ga dan brainstormen: wat moet er allemaal te


doen zijn in jouw FMP? Zoek een bestaande openbare ruimte in Naaldwijk of omgeving Westland.
Denk aan een park, een plein, een (bus)station of een winkelcentrum (of een winkelstraat.) Wat mis
je op dit moment in jouw omgeving? Denk ook aan de themalessen en de studie die je gemaakt hebt.
Welke architecten en FMP’s ben je tegengekomen (zoek ook op internet naar nieuwe
inspiratie)? Verzamel deze werken en ideeën en maak van jouw zoektocht een moodboard. Je
moodboard laat je in je presentatie zien.

Stap 4: Onderzoek wat je allemaal zou kunnen/moeten gebruiken om deze PO te maken. Maak
een woordweb of lijst van materialen en bedenk waar je deze spullen kunt vinden/ vandaan kan

34
halen. Denk aan 3-d, digitaal, getekend, maquette. Dit woordweb of lijstje laat je in
je presentatie zien.

Convergerende fase
Stap 5: Kies uit stap 2 wat jij wilt laten terugkomen in je FMP.
Beschrijf in 1 zin wat de link is tussen het behandelde thema en
jouw droomhuis. Laat dit in de presentatie terugkomen.

Stap 6: Kies uit stap 2 en 3 die onderdelen/stroming(en) die


je uiteindelijk gaat gebruiken voor het ontwerp van jouw FMP.
Beschrijf de stijlkenmerken van de architectuurstroming(en)
die je gaat toepassen in het ontwerp. Bepaal wat je wil veranderen aan de openbare ruimte. Laat dit
in je presentatie terugkomen.

Stap 7: Kies met welk materiaal en gereedschap je deze PO gaat maken uit de mogelijkheden die je
bij stap 4 hebt onderzocht. Laat dit in je presentatie zien.

Stap 8: Ga met je verzamelde materiaal aan de slag. Je begint met schetsen en bouwt zo het
ontwerp op tot een mooi eindresultaat. Fotografeer het proces. Eerst alleen het materiaal, dan de
eerste opzet etc. Tot aan een mooie foto van het eindresultaat. Het proces laat je zien in
je presentatie.

Stap 9: Vul onderstaande vragen in:


1. Hoeveel tijd heb je nodig gehad om deze PO te maken?
2. Welke stappen heb je moeten zetten om deze PO te maken?
3. Waarom ziet het eindproduct er zo uit zoals het er nu uit ziet?
4. Vul onderstaand schema in bij een samenwerking

wie taken Duur van de taak

Slot fase
Stap 10: Dit is de presentatie van jouw creatie inclusief het proces uit de start fase, de
divergerende fase en de convergerende fase. Voor deze presentatie kies je voor een PowerPoint of
een andere presentatievorm. Inleveren in ELO opdrachten. Zie datum pta CKV.

Beoordelingsschema bij opdracht C:

Beoordeling: (zonder eigen inbreng = max cijfer een 9)


Beoordeling PO *** Naam: punten score
Culturele activiteit (ingevuld objectief/subjectief schema) Max. 15 pt.
Ingevuld studie Max. 20 pt
Kwaliteit praktische opdracht Max. 40 pt
Presentatie praktische opdracht Max. 15 pt
Eigen inbreng Max. 10 pt
Totaal Max. 100 pt
Kwaliteit = Goed materiaal/ techniek gebruik, verzorging, begrijpelijk voor de toeschouwer, klopt het eindproduct met de
doelstelling? Voldoet de uitvoering aan alle gevraagde punten uit de opdracht?

35
Presentatie = Uitleg van motivatie, proces en eindresultaat in minimaal 3 min.
Eigen inbreng = Extra onderdelen toegevoegd die niet beschreven staan in de opdracht. Beschrijf deze onderdelen bij de
motivatievragen in stap 1. Een extra mooie gedetailleerde uitvoering kan ook een extra punt opleveren.

CKV - PO - ARCHITECTUUR

Opdracht D: Eigen idee!


Bij deze opdracht heb je de ruimte voor jouw eigen creatieve
ideeën. Wat voor PO wil jij doen bij dit thema?

Startfase
Stap 1: Vul deze vragen in:
Naam leerling(en):
Klas:
Thema: (vul hier in met welk thema we bezig zijn)
Studie: (vul hier in welke kunstdiscipline jullie hebben gekozen)
Opdrachtkeuze: A/B/C/D (omcirkel welke opdracht jullie hebben gekozen)
Motivatievragen:
6. Waarom hebben wij voor deze opdracht gekozen?
7. Wat is ons doel van deze opdracht?
8. Hoe laten wij het thema waar we nu mee bezig zijn terug komen in deze opdracht?
9. Welke beeldende middelen, kunststroming, stijl van een kunstenaar of inspiratie uit de
Studie passen wij dit toe in onze PO?
10. Hoe verwachten wij dat ons eindproduct eruit komt te zien?
Deze vragen en antwoorden verwerk je in de presentatie uit de slotfase.

Divergerende fase
Stap 2: Bedenk wat je allemaal zou kunnen doen met het thema waar je mee bezig bent. Denk aan
de voorbeelden uit de themalessen. Op welke manier zag jij het thema bij deze architecten in hun
werk terug? Ben je in je studie voorbeelden van bouwstromingen of architecten tegengekomen die
je in het thema zou kunnen plaatsen? Wat wilden zij ‘vertellen’ of wat waren hun ideeën. Maak
een mindmap of woordweb. Deze laat je in je presentatie zien.

Stap 3: Ga dan brainstormen: wat voor eigen idee heb je? Wat voor PO wil je graag maken? Denk
ook aan de themalessen en de studie die je gemaakt hebt. Wat ben je tegengekomen waar je
inspiratie uit haalt? (zoek ook op internet naar nieuwe inspiratie)? Verzamel deze werken en ideeën
en maak van jouw zoektocht een moodboard. Je moodboard laat je in je presentatie zien.

Stap 4: Onderzoek wat je allemaal zou kunnen/moeten gebruiken om deze PO te maken. Maak
een woordweb of lijst van materialen en bedenk waar je deze spullen kunt vinden/ vandaan kan
halen. Denk aan 3-d, digitaal, getekend, maquette. Dit woordweb of lijstje laat je in
je presentatie zien.

Convergerende fase
Stap 5: Kies uit stap 2 wat jij wilt laten terugkomen in je eigen idee. Beschrijf in 1 zin wat de link is
tussen het behandelde thema en jouw idee. Laat dit in de presentatie terugkomen.

36
Stap 6: Kies uit stap 2 en 3 die onderdelen die je uiteindelijk gaat gebruiken voor jouw idee. Laat dit
in je presentatie terugkomen.
Stap 7: Kies met welk materiaal en gereedschap je deze PO gaat maken uit de mogelijkheden die je
bij stap 4 hebt onderzocht. Laat dit in je presentatie zien.

Stap 8: Ga met je verzamelde materiaal aan de slag. Je begint met het werken richting jouw
eindresultaat. Fotografeer het proces. Eerst alleen het materiaal, dan de eerste opzet etc. Tot aan
een mooie foto van het eindresultaat. Het proces laat je zien in je presentatie.

Stap 9: Vul onderstaande vragen in:


5. Hoeveel tijd heb je nodig gehad om deze PO te maken?
6. Welke stappen heb je moeten zetten om deze PO te maken?
7. Waarom ziet het eindproduct er zo uit zoals het er nu uit ziet?
8. Vul onderstaand schema in bij een samenwerking

wie taken Duur van de taak

Slot fase
Stap 10: Dit is de presentatie van jouw creatie inclusief het proces uit de start fase, de
divergerende fase en de convergerende fase. Voor deze presentatie kies je voor een PowerPoint of
een andere presentatievorm. Inleveren in ELO-opdrachten. Zie datum pta CKV.

Beoordelingsschema bij opdracht D:

zonder eigen inbreng = max cijfer een 10


Beoordeling PO **** Naam: punten score
Culturele activiteit (ingevuld objectief/subjectief schema) Max. 15 pt.
Ingevuld studie Max. 20 pt
Kwaliteit praktische opdracht Max. 50 pt
Presentatie praktische opdracht Max. 15 pt
Eigen inbreng n.v.t.
Totaal Max. 100 pt
Kwaliteit = Goed materiaal/ techniek gebruik, verzorging, begrijpelijk voor de toeschouwer, klopt het
eindproduct met de doelstelling? Voldoet de uitvoering aan alle gevraagde punten uit de opdracht?
Presentatie = Uitleg van motivatie, proces en eindresultaat in minimaal 3 min.
Eigen inbreng = Extra onderdelen toegevoegd die niet beschreven staan in de opdracht. Beschrijf
deze onderdelen bij de motivatievragen in stap 1. Een extra mooie gedetailleerde uitvoering kan ook
een extra punt opleveren.

37

You might also like