Professional Documents
Culture Documents
6.1. Inleiding
Spiermaasa bedraagt:
- 2/5 van ons lichaamsgewricht
- Alle bewegingen die uitgevoerd worden gevolg van onze circa.
700 spieren
3 typen spierweefsel:
- Gestreepte spieren/skeletspieren
- Glad spierweefsel
- Hartspierweefsel
Skeletspieren:
- Rood, gesteept uiterlijk
- Onder invloed van wil
- Vb.: Been- en armspieren
Glad spierweefsel:
- Wit gekleurd, geen streping
- Niet onder invloed van wil
- Vb.: Spierlaag rond darmen
Hartspierweefsel:
- Rood, hooggespecialiseerd
- Niet onder invloed van wil
- Vb.: Enkel hart
6.2. Anatomie
Opbouw skeletspieren:
- Rode, vlezige spierbuik: spierbundels van evenwijdig naast elkaar
gelegen spiervezels
- Grijze, glistersende pezen: onstaan vanuit bindweefsel van
spierbuik en vergroeien met periost van bot, gewrichtskapsel of
onderhuids bindweefsel
Kenmerken skeletspieren:
- Langgerokken
- Multinucleair
- Sarcolemma
- Sarcoplasma
- Dwarse streping = myofibrillen: opgebouwd uit myofilamenten
(mysosinefilamenten, actinefilamenten)
Overzicht skeletspieren:
1: Musculus masseter = kauwspier
sluiten van de onderkaak
Hamstrings = achterdijbeenspieren
flexie been
Belangrijk:
- 1 spiervezel wordt slechts door 1 neuron bezenuwd
- 1 neuron kan verschillende spiervezels prikkelen