Professional Documents
Culture Documents
LES 2
Vertrekpunt
Toen de psychologie zich losmaakte van de filosofie (die reeds lang bezig was
met wijsgerig antropologische vragen = flilofische vragen naar de mens),
omarmde ze eerst de experimenteel-kwantitatieve methode.
Dit lukte bijv. binnen de functieleer, maar het is de vraag of dit ook
geldt voor andere sub-disciplines van de psychologie, zoals bij de
studie van psychopathologie.
1
Voor fenomenen als waarneming en geheugen beschreef men
patronen in termen van normaliteit en abnormaliteit, termen die wijzen
op het afwijken van wat gemiddeld wordt waargenomen.
2
ging gepaard met een adaptieve benadering van abnormaliteit:
iedereen moét aan de norm gehoorzamen. Afwijken is
‘problematisch’ ( voor wie?). Deze adaptieve aanpak werd breed
geïmplementeerd in GGZ, scholen, arbeidsplek, gezinsleven…
(=iemand die afwijkt moet terug conformeren naar wat de groep doet, verplichting om zo normaal
mogelijk te zijn) want afwijkend gedrag is hinderlijk, maar voor wie is het hinderlijk? De persoon
zelf of voor omstaanders die zich dan wat ongemakkelijk voelen?
3
Diagnostische criteria zijn sociaal geconstrueerd. (ook historisch vb. Maria
gezien
Typische interventies:
disciplinering werkt best wanneer individuen zelf geloven in wat hen wordt
toegeschreven. (zelfdisciplinering) Omgekeerd: hoe sterker ze dat weigeren,
hoe sterker de disciplinering en uitsluiting zal worden.
5
Afwijking ten aanzien van de norm heeft daarbij 3 invullingen die al dan
niet gecombineerd kunnen worden:
dit levert een groot voordeel op voor de groep die het gewenste gedrag
stelt: zij zijn ‘normaal’! geeft een narcistische boost aan het zelfbeeld (…
ten koste van anderen). Hoe vreemder, zotter, abnormaler ik de ander maak,
hoe beter en normaler ik zelf word.
het negatief beoordelen van individuen laat toe om blind te blijven voor
blinde vlekken in het systeem. Bijv. In hoeverre onderzoeken we of ADHD
ook iets zegt over de klas- en schoolcontexten waar het zo moeilijk loopt?
Ideologisch voordeel: blind blijven voor neveneffecten van waardebeladen keuzes
6
Verzet is niet hetzelfde als protesteren. Verzet is het installeren van andere
praktijken en omgangsvormen.
4 terugkerende spanningsvelden:
- subject/object
- structuur/proces
- natuur/cultuur
- simpliciteit/complexiteit
7
Bijv. welke rol dichten we toe aan de community van personen die
worstelen / worstelden met een problematiek? Hoe situeren we deze
t.a.v gediplomeerde experten?
Psychologie
vertrekt inherent van deze vragen:
o Wie is de ‘Ander’? zie Lévinas
o Hoe worden waarheden geconstueerd over de Ander?
o Hoe moet/mag de Ander participeren in de maatschappij en de
wetenschap?
o Waar wordt de stem van de Ander gehoord? En kiezen we voor
dialoog, participatie en empowerment of voor dwingend
conformeren en segregatie?