You are on page 1of 59

© Noordhoff Uitgevers bv 243

De el 4
Financial accounting

17_273944_STM BB BE UW_CH17.indd 243 22/06/21 8:31 PM


244 Deel 4 Financial accounting © Noordhoff Uitgevers bv

Samenvatting hoofdstuk 17 Externe verslaggeving

1 Belanghebbenden en publicatieplicht
Belanghebbenden bij externe verslaggeving zijn onder anderen:
• aandeelhouders
• werknemers
• kredietverstrekkers, zoals banken en leveranciers
• de belastingdienst.

Publicatie van een jaarverslag is wettelijk verplicht voor een:


• nv
• bv
• coöperatieve vereniging
• onderlinge waarborgmaatschappij.

Een jaarverslag bestaat uit een:


• jaarrekening
• verslag directie
• accountantsverklaring.

De hoeveelheid informatie die verstrekt moet worden is afhankelijk van de


grootte van de onderneming.

2 Jaarrekening
Beursgenoteerde ondernemingen passen bij het opstellen van de geconsoli-
deerde jaarrekening de International Financial Reporting Standards toe.
Niet-beursgenoteerde ondernemingen volgen de Nederlandse wettelijke re-
gels.

Een jaarrekening moet relevante en betrouwbare informatie verschaffen.

Basisprincipes voor het opstellen van de jaarrekening:


Toerekening van opbrengsten en kosten:
• Opbrengsten
Realisatieprincipe
• Kosten
Matchingprincipe
Productmatching Kosten worden eerst geactiveerd in voorraad
Periodmatching Kosten ten laste van winst in periode van ontstaan

Voorzichtigheid
Verliezen nemen op moment van constatering, niet wachten tot realisatie.

Continuïteit
Aangenomen wordt dat de bedrijfsactiviteiten voortgezet worden.

Vergelijkbaarheid
Van jaar tot jaar dezelfde uitgangspunten; indien toch verandering:
stelselwijziging.

17_273944_STM BB BE UW_CH17.indd 244 22/06/21 8:31 PM


© Noordhoff Uitgevers bv 245

3 Directieverslag
Een directieverslag bevat een:
• uiteenzetting over de gang van zaken in het boekjaar
• toekomstparagraaf: vooruitzichten.

4 Accountantsverklaring
Soorten verklaringen:
• Goedkeurende verklaring
• Verklaring met beperking
• Verklaring van oordeelsonthouding
• Afkeurende verklaring.

Belanghebbenden kunnen bij de Ondernemingskamer een zaak aanspan-


nen, als ze van mening zijn dat de jaarrekening niet aan de regels voldoet.
De Autoriteit Financiële Markten houdt toezicht op de kwaliteit van de
accountantscontrole.

Samenvatting hoofdstuk 18 Balans

1 Activa, eigen vermogen en verplichtingen


Indeling van de balans:
Balans per ...
Vaste activa Eigen vermogen
Immateriële vaste activa Aandelenkapitaal
Materiële vaste activa Agio
Financiële vaste activa
Voorzieningen
Vlottende activa
Voorraden Langlopende schulden
Onderhanden projecten
Vorderingen Kortlopende schulden
Effecten
Liquide middelen

Een bedrijfsmiddel is een activum als aan twee voorwaarden is voldaan:


1 Het is in de beschikkingsmacht van de onderneming.
2 Het levert naar verwachting economische voordelen op.

De verplichtingen van een onderneming bestaan uit de voorzieningen en de


schulden.
Het eigen vermogen is het saldo van de waarde van de activa en de waar-
de van de verplichtingen.

2 Immateriële vaste activa


Onderzoek en ontwikkeling
Onderzoeksuitgaven mogen niet geactiveerd worden. Ontwikkelingsuitga-
ven worden geactiveerd als de technische uitvoerbaarheid is gebleken.

Gekochte concessies, octrooien en merken


Deze worden geactiveerd.

Investeringen in personeel mogen niet worden geactiveerd, omdat de


beschikkingsmacht ontbreekt.

17_273944_STM BB BE UW_CH17.indd 245 22/06/21 8:31 PM


246 Deel 4 Financial accounting © Noordhoff Uitgevers bv

3 Materiële vaste activa


Materiële vaste activa zijn de terreinen, gebouwen, machines en dergelijke.
Ze komen op de balans te staan als ze gekocht zijn, maar ook als ze ver-
kregen zijn door middel van een meerjarig leasecontract.
Bij een leasecontract wordt als actiefpost een gebruiksrecht opgenomen
en als passiefpost een schuld. Elke leasetermijn wordt gesplitst in rente en
aflossing, op basis van de effectieve intrest.

Balans
Materiële vaste activa Schulden
Gebruiksrecht Verplichting jegens
leasemaatschappij

Resultatenrekening
Afschrijvingskosten
Financieringskosten

Op immateriële en materiële vaste activa wordt afgeschreven over de eco-


nomische levensduur.
Lineaire afschrijving Elk jaar een gelijk bedrag.
Degressieve afschrijving In de beginjaren meer dan in de latere jaren.

Als de boekwaarde op basis van de normale afschrijvingen hoger is dan


de realiseerbare waarde, wordt een bijzondere waardevermindering
(impairment) toegepast.
De realiseerbare waarde is de hoogste van:
• directe opbrengstwaarde
• bedrijfswaarde.

4 Voorraden
In de voorraad worden de kosten geactiveerd die gemaakt zijn om de voor-
raad in de huidige staat en op de huidige plaats te brengen.
Voorraden die bestaan uit soortgelijke goederen kunnen worden gewaar-
deerd op basis van:
• FIFO (oudste voorraad wordt geacht het eerst te zijn verkocht)
• Gemiddelde inkoopprijs (GIP)
• LIFO (meest recent ingekochte voorraad wordt geacht het eerst te zijn
verkocht).
Bij LIFO kunnen worden onderscheiden:
− Individueel LIFO (LIFO-principe wordt per transactie toegepast)
− Collectief LIFO (LIFO-principe wordt per periode toegepast).

LIFO wordt door de regelgeving niet toegestaan.

Minimumwaarderingsregel
Als de boekwaarde hoger is dan de verwachte netto-opbrengstwaarde,
vindt er een impairment plaats.

5 Onderhanden projecten
Waarderingsmethoden:
Completed-contract-methode: winst wordt pas genomen als het project
wordt opgeleverd.
Percentage-of-completionmethode: winst wordt geleidelijk genomen tijdens
de projectvoortgang.

17_273944_STM BB BE UW_CH17.indd 246 22/06/21 8:31 PM


© Noordhoff Uitgevers bv 247

Als de kosten op betrouwbare wijze geschat kunnen worden, moet de per-


centage-of-completionmethode gebruikt worden.

6 Effecten
Effecten zijn beleggingen van tijdelijk overtollige liquide middelen.
Waarderingsmethoden:
Aanschafprijs: tijdens de bezitsperiode wordt alleen het dividend in de
winst opgenomen.
Beurswaarde: tijdens de bezitsperiode worden naast het dividend ook de
koersstijgingen in het resultaat opgenomen.

Waardering tegen beurswaarde geeft inzicht in de beleggingsprestaties van


de ondernemingsleiding.

7 Eigen vermogen
Onder het eigen vermogen kan de winst over het boekjaar als aparte post
worden opgenomen (balans vóór winstverdeling) of verdeeld worden over de
reserve en het te betalen dividend (balans na winstverdeling). IFRS staat
alleen het eerste alternatief toe.

Rechtstreekse vermogensmutaties zijn wijzigingen in het eigen vermogen,


die niet via de resultatenrekening lopen, zoals het uitkeren van het divi-
dend en de opbrengst van een aandelenemissie.

8 Verplichtingen
Voorzieningen
Voorzieningen moeten worden gevormd als het waarschijnlijk is dat de be-
drijfsuitoefening in het afgelopen jaar leidt tot een na te komen verplichting
of een verlies in een volgend jaar; de omvang daarvan is niet exact te be-
palen, maar wel globaal te schatten.

De verplichting kan zijn een juridische verplichting (afdwingbaar bij de rech-


ter) of een feitelijke verplichting (niet nakoming leidt tot grote reputatiescha-
de).

Voorzieningen die waardecorrecties zijn op een activum, worden in minde-


ring gebracht op dat activum.

Schulden
Bij schulden is er geen onzekerheid ten aanzien van de betalingsverplich-
ting.
Ze worden opgedeeld in kortlopende en langlopende schulden.
Achtergestelde schulden zijn schulden die pas worden terugbetaald als de
overige schuldeisers voldaan zijn.

Samenvatting hoofdstuk 19 Resultatenrekening

1 Categorale en functionele resultatenrekening


De resultatenrekening kan op twee manieren opgesteld worden:
1 De categorale resultatenrekening splitst de kosten naar soort.
2 De functionele resultatenrekening splitst de kosten naar bedrijfsfunctie.

17_273944_STM BB BE UW_CH17.indd 247 22/06/21 8:31 PM


248 Deel 4 Financial accounting © Noordhoff Uitgevers bv

Categorale resultatenrekening
Omzet ……...
Overige bedrijfsopbrengsten ……... +
Mutatie voorraad ……... +/–
Kosten grond- en hulpstoffen ……... –
Personeelskosten ……... –
Afschrijvingen ……... –
Overige bedrijfskosten ……... –

Bedrijfsresultaat ……...
Financiële lasten ……... –
Financiële baten ……... +

Winst vóór belasting ……...
Belasting over de winst ……... –

Winst ……...

De opbrengsten worden geboekt op basis van de verkochte eenheden, de


kosten op basis van de gefabriceerde eenheden. De post ‘Mutatie voor-
raad’ zorgt voor de aansluiting.

Functionele resultatenrekening
Omzet ……...
Kostprijs verkopen ……... –

Bruto omzetresultaat ……...
Overige bedrijfsopbrengsten ……... +
Verkoopkosten ……... –
Algemene beheerskosten ……... –
Overige bedrijfskosten ……... –

Bedrijfsresultaat ……...
Financiële lasten ……... –
Financiële baten ……... +

Winst vóór belasting ……...
Belasting over de winst ……... –

Winst ……...

Bijzondere resultaten worden apart in de resultatenrekening opgenomen.


Segmentatie is het opsplitsen van omzet of winst naar branches of geogra-
fische gebieden.
Rechtstreekse vermogensmutaties komen niet op de resultatenrekening
voor.

2 Toegevoegde waarde
De toegevoegde waarde is het totale inkomen dat gegenereerd wordt ten
behoeve van alle in de onderneming samenwerkende participanten.
De participanten zijn werknemers, eigenaren, schuldeisers en de overheid.

17_273944_STM BB BE UW_CH17.indd 248 22/06/21 8:31 PM


© Noordhoff Uitgevers bv 249

Netto-omzet ...........
Grondstofkosten ........... –
Afschrijvingskosten ........... –
Overige kosten ........... –

Netto toegevoegde waarde ...........

Verdeling netto toegevoegde waarde:


Personeelskosten ........... (werknemers)
Winst ........... (eigenaren)
Financiële lasten ........... (schuldeisers)
Winstbelasting ........... (overheid)

Bij de berekening van de bruto toegevoegde waarde worden de afschrij-


vingskosten niet in mindering gebracht.

Samenvatting hoofdstuk 20 Kasstroomoverzicht

1 Functie en status
De IFRS schrijven het opnemen van een kasstroomoverzicht voor; de Ne-
derlandse wettelijke regels niet.
Het kasstroomoverzicht biedt meer objectieve informatie dan de resultaten-
rekening: voor de bepaling van de kasmutatie is geen toerekening nodig.

Het kasstroomoverzicht wordt als volgt ingedeeld:


• kasstroom uit operationele activiteiten
• kasstroom uit investeringsactiviteiten
• kasstroom uit financieringsactiviteiten.

Bij de kasstroom uit operationele activiteiten zijn er twee presentatieop-


ties:
1 Bij de directe methode worden de werkelijke geldstromen weergegeven.
2 Bij de indirecte methode is de winst het uitgangspunt en worden daarop
correcties aangebracht om deze te herleiden tot de kasstroom

De kasstroom is de mutatie in de liquide middelen; daaronder vallen con-


tant geld, banktegoeden en op korte termijn in geld omzetbare effecten.

2 Afleiden kasstroomoverzicht uit balans en resultatenrekening


Posten in het kasstroomoverzicht kunnen worden afgeleid uit posten in de
resultatenrekening, in combinatie met mutaties van balansposten.

Ontvangsten van afnemers


Omzet
+/– Mutatie debiteuren

Betaling aan leveranciers


Kostprijs omzet
+/– Mutatie voorraad
+/– Mutatie crediteuren

17_273944_STM BB BE UW_CH17.indd 249 22/06/21 8:31 PM


250 Deel 4 Financial accounting © Noordhoff Uitgevers bv

Investeringen in vaste activa


Mutatie vaste activa
+ Afschrijvingen

Samenvatting hoofdstuk 21 Deelnemingen en consolidatie

1 Deelnemingen
Kapitaalbelangen in andere ondernemingen kunnen zijn:
1 Beleggingen
Aandelen zijn gekocht om dividend te verkrijgen en koerswinst te behalen.
2 Deelnemingen
Aandelen zijn gekocht om voordelen voor de eigen bedrijfsactiviteiten te
behalen. Normaliter worden aandelenbelangen van tenminste 20% als
deelneming aangemerkt.

Deelnemingen worden gewaardeerd op basis nettovermogenswaarde.


De nettovermogenswaarde is de waarde van de achterliggende activa en
passiva van de deelneming. Wat bij de overname meer betaald wordt dan
de nettovermogenswaarde, is goodwill.
De Nederlandse wettelijke regels bepalen dat goodwill apart geboekt wordt
onder de immateriële vaste activa. Bij IFRS wordt de goodwill gecombi-
neerd met de balanspost deelneming.

2 Consolidatie van 100%-deelnemingen


Indien een onderneming meerderheidsdeelnemingen in andere onderne-
mingen heeft, moet zij twee jaarrekeningen publiceren:
1 de vennootschappelijke of enkelvoudige jaarrekening: de jaarrekening van
de onderneming zelf
2 de geconsolideerde jaarrekening of groepsjaarrekening: de jaarrekening
die de positie van het concern als geheel weergeeft.

De geconsolideerde jaarrekening wordt opgesteld door de posten van de


diverse enkelvoudige jaarrekeningen bij elkaar op te tellen en vervolgens
eliminaties uit te voeren:
• Het eigen vermogen van de dochter wordt weggestreept tegen de post
deelneming bij de moeder.
• Als de concernonderdelen aan elkaar geld geleend hebben, worden de
onderlinge vorderingen/schulden tegen elkaar weggestreept.

Omdat deelnemingen op de enkelvoudige balans gewaardeerd worden tegen


nettovermogenswaarde is het eigen vermogen op de geconsolideerde
balans gelijk aan dat op de enkelvoudige balans.

17_273944_STM BB BE UW_CH17.indd 250 22/06/21 8:31 PM


© Noordhoff Uitgevers bv 251

3 Consolidatie van niet 100%-deelnemingen


Bij niet-100%-meerderheidsdeelnemingen zijn er twee consolidatiemethoden:
1 Proportionele consolidatie
De posten van de dochtermaatschappij worden voor een evenredig gedeel-
te op de geconsolideerde jaarrekening overgenomen.
2 Integrale consolidatie
De posten van de dochtermaatschappij worden volledig overgenomen; op
de creditzijde van de geconsolideerde balans verschijnt een post
minderheidsbelang, die het recht weergeeft dat niet-concernaandeelhou-
ders hebben op het eigen vermogen van de dochter. Op de geconsolideerde
resultatenrekening komt de post aandeel van derden voor, die het bedrag
aan winst weergeeft waarop de niet-concernaandeelhouders recht hebben.

17_273944_STM BB BE UW_CH17.indd 251 22/06/21 8:31 PM


17_273944_STM BB BE UW_CH17.indd 252 22/06/21 8:31 PM
© Noordhoff Uitgevers bv 253

17
Externe verslaggeving

17

17_273944_STM BB BE UW_CH17.indd 253 22/06/21 8:31 PM


254 Deel 4 Financial accounting © Noordhoff Uitgevers bv

Kennisvragen

K17.1 • Eigenaren (aandeelhouders).


• Werknemers.
• Fiscus.
• Kredietverschaffers.

K17.2 Van Zanten bv valt in de categorie micro en Boekwaarde nv in de categorie


groot. Van Zanten bv hoeft alleen een eenvoudige balans te publiceren.
Boekwaarde nv heeft de uitgebreidste publicatieverplichting: een gedetail-
leerde balans en resultatenrekening met toelichting, een verslag van de
­directie en de accountantsverklaring.

K17.3 Beursgenoteerde ondernemingen moeten de International Financial Repor-


ting Standards toepassen, niet-beursgenoteerde ondernemingen de Neder-
17 landse wettelijke regels.

K17.4 Het realisatieprincipe (opbrengsten) en het matchingprincipe (kosten).

K17.5 Bij product matching worden kosten eerst toegerekend aan de producten
die dankzij het maken van de kosten vervaardigd zijn, en vervolgens wor-
den ze ten laste van het resultaat gebracht in de periode waarin deze pro-
ducten verkocht worden.
Bij period matching worden kosten direct toegerekend aan de periode
waarop ze betrekking hebben.

K17.6 Winsten mogen pas worden genomen als ze gerealiseerd zijn, verliezen
worden genomen op het moment dat ze geconstateerd worden.

K17.7 Een verslag van de gang van zaken over het boekjaar en een toekomst­
paragraaf.

K17.8 • Goedkeurende verklaring.


• Verklaring met beperking.
• Verklaring van oordeelsonthouding.
• Afkeurende verklaring.

Toepassingsvragen

T17.1 Volgens het realisatieprincipe dient winst genomen te worden als er ver-
kocht en afgeleverd is. Dit is het geval bij de transacties 1 en 2. Bij trans-
actie 2 wordt pas in 2021 betaald, maar toch dient de winst al in 2020 ge-
nomen te worden. Er komt dan een post Debiteuren (tegen verkoopprijs) op
de balans voor.
Bij transactie 3 mag nog geen winst genomen worden, omdat in 2020 nog
niet geleverd is.

T17.2 a Als op alle kosten product matching wordt toegepast, bedraagt de voor-
€7.000.000
raadwaardering per bus kunsthars = €14.
500.000

17_273944_STM BB BE UW_CH17.indd 254 22/06/21 8:31 PM


© Noordhoff Uitgevers bv Externe verslaggeving 255


De winst over 2020 bedraagt dan:

Omzet 350.000 × €20 = €7.000.000


Kostprijs omzet 350.000 × €14 = €4.900.000
Winst €2.100.000

b Als alleen op het materiaal en de lonen product matching wordt toegepast,


€5.000.000
bedraagt de voorraadwaardering = €10.
500.000

De winst over 2020 bedraagt dan:

Omzet 350.000 × €20 = €7.000.000


Kostprijs omzet 350.000 × €10 = €3.500.000
€3.500.000
Period costs €2.000.000 17
Winst €1.500.000

T17.3 Als omzet wordt €300.000 genomen, omdat voor dat bedrag prestaties
zijn verricht. De €10.000 die nog niet is ontvangen, wordt op de balans als
debiteuren geboekt. De aflossing op de banklening komt niet op de resul-
tatenrekening voor, want het eigen vermogen vermindert niet.
Aangezien er geen privéstortingen of -onttrekkingen zijn, is de winst gelijk
aan de toename van het eigen vermogen.

Balans per 31 december 2020 (in euro’s)


Pand 190.000 Begin eigen vermogen 155.000
Inventaris 25.000 5% Lening 80.000
Debiteuren 10.000 Winst 80.000
Bank 100.000 Nog te betalen kosten 10.000
325.000 325.000
Resultatenrekening over 2020 (in euro’s)
Omzet 300.000
Afschrijving pand 10.000
Afschrijving inventaris 25.000
Overige bedrijfskosten 180.000
Intrest 5.000
Winst 80.000

T17.4 1 Het realisatieprincipe schrijft voor dat omzet pas mag worden genomen
als Avanti de prestatie geleverd heeft, ofwel als de economische risico’s
met betrekking tot de transactie zijn overgedragen aan de afnemer. Dat
is pas het geval als de scooters zijn afgeleverd.


2 Voor de externe jaarrekening is rente over het eigen vermogen winst.
Deze mag volgens het realisatieprincipe nog niet genomen worden als
de voorraad nog niet is verkocht en afgeleverd.

17_273944_STM BB BE UW_CH17.indd 255 22/06/21 8:31 PM


256 DEEl 4 FiNANciAl AccOuNtiNg © Noordhoff Uitgevers bv

3 Avanti heeft deze kosten rechtstreeks ten laste van het resultaat geboekt;
het is zeker verdedigbaar (op grond van het matchingprincipe) om deze kos-
ten toe te rekenen aan de periode dat de betreffende scooters verkocht
worden. in dat geval zouden ze geactiveerd dienen te worden en te worden
afgeschreven gedurende de jaren dat de scooters verkocht worden.

4 Het voorzichtigheidsprincipe schrijft voor dat verliezen dienen te worden


genomen zodra ze geconstateerd zijn. De scooters dienen te worden af-
geboekt naar de lagere verwachte opbrengstwaarde.

5 Matching betekent het toerekenen van kosten aan de periodes waarin


de daaruit voortvloeiende opbrengsten ontstaan. Bij lineaire afschrijving
wordt ervan uitgegaan dat het nut dat de productielijn oplevert elk jaar
gelijk is. Bij snelle economische veroudering hoeft dit niet het geval te
zijn en levert een degressieve afschrijvingsmethode een juister beeld op.
17
6 Avanti heeft op de loonkosten van het productiepersoneel period mat-
ching toegepast. Ze zouden toegerekend dienen te worden aan het jaar
dat de door de medewerkers vervaardigde scooters verkocht worden
(product matching).

7 Het bestendigheidsprincipe verbiedt het aanpassen van uitgangspunten


voor het opstellen van de jaarrekening als de reden daarvoor louter het
hoger doen uitkomen van de winst is.

8 Het realisatieprincipe schrijft voor dat omzet genomen dient te worden


als er verkocht en afgeleverd is. Het moment van sturen van de factuur
is niet relevant.

T17.5 a Balans per 31 december 2020 (in euro’s)


Metaalbewerkingsmachine 1.120.000 Aandelenkapitaal 2.000.000
XLS
Voorraad metaal 200.000 Winst 200.000
Voorraad 260.000
Vooruitbetaalde huur 50.000
Debiteuren 200.000
Liquide middelen 370.000
2.200.000 2.200.000

Metaalbewerkingsmachine
Aanschafprijs € 1.280.000
Afschrijving: 18 × €1.280.000 = € 160.000 –
€ 1.120.000

Voorraad metaal
Inkopen € 1.000.000
Verbruik: 80.000 × €10 = € 800.000 –
€ 200.000

Voorraad rekken
Productie 80.000 stuks
Verkocht plus afgeleverd 60.000 stuks
20.000 stuks

17_273944_STM BB BE UW_CH17.indd 256 22/06/21 8:31 PM


© Noordhoff Uitgevers bv Externe verslaggeving 257

Waardering per rek:


Metaalkosten €10
€160.000
Afschrijvingskosten machine: €2
80.000

€80.000
Loonkosten productiepersoneel: €1
80.000
€13


Waardering voorraad: 20.000 × €13 = €260.000.

Vooruitbetaalde huur
Van het betaalde bedrag van €100.000 heeft de helft betrekking op de
huur voor 2021.

Liquide middelen
Uitgifte aandelenkapitaal: 20.000 × €100 = €2.000.000 17
Huur pand €100.000 –
Aankoop machine €1.280.000 –
Loonkosten €150.000 –
Aankoop metaal €1.000.000 –
Overige bedrijfskosten €100.000 –
Verkopen: 50.000 × €20 = €1.000.000 +
€370.000

Aandelenkapitaal
20.000 × €100 = €2.000.000

b Resultatenrekening over 2020 (in euro’s)


Opbrengst verkopen: 60.000 × €20 = 1.200.000
Kostprijs verkopen: 60.000 × €13 = 780.000
420.000
Huurkosten 50.000
Loonkosten directeur 70.000
Overige bedrijfskosten 100.000
220.000
Winst 200.000

T17.6 a Balans per 31 december 2020 (in euro’s)


Machine 575.000 Aandelenkapitaal 50.000
Inventaris 72.500 Algemene reserve 825.000
Voorraad grondstof 36.000 Winst 2020 122.100
Voorraad bakens 99.600 Voorziening 95.000
Debiteuren 125.000 Crediteuren 96.000
Liquide middelen 280.000
1.188.100 1.188.100


Machine

De machine is per 1 januari 2020 twee jaar oud en heeft dus nog zes jaar
te gaan. De afschrijving over 2020 bedraagt 16 × €690.000 = €115.000.
De boekwaarde per 31 december 2020 is €690.000 − €115.000 =
€575.000.

17_273944_STM BB BE UW_CH17.indd 257 22/06/21 8:31 PM


258 Deel 4 Financial accounting © Noordhoff Uitgevers bv

Inventaris
De inventaris is per 1 januari 2020 één jaar oud en heeft dus nog vier jaar
te gaan. In totaal dient te worden afgeschreven €90.000 − €20.000 =
€70.000. Per jaar dus €70.000 / 4 = €17.500. De boekwaarde per
31 december 2020 is €90.000 − €17.500 = €72.500.

Voorraad grondstof
Beginvoorraad in kilo’s 50.000
Inkopen in kilo’s 780.000 +
Verbruik in kilo’s 100.000 × 8 = 800.000 −
Eindvoorraad in kilo’s 30.000


De boekwaarde van de voorraad per 31 december 2020 is 30.000 ×
€1,20 = €36.000.

Voorraad bakens
17 Productie 100.000 stuks
Verkocht en afgeleverd 92.000 stuks
8.000 stuks

Waardering per baken


Grondstofkosten 8 × €1,20 = € 9,60
Afschrijvingskosten machine €115.000 / 100.000 = € 1,15
Loonkosten productiepersoneel €170.000 / 100.000 = € 1,70
€ 12,45


Waardering voorraad: 8.000 × €12,45 = €99.600.

Debiteuren
Tegoed van afnemers per 1 januari 2020 € 75.000
Verkocht in 2020 €1.840.000 +
Ontvangen van afnemers in 2020 € 1.790.000 −
Tegoed van afnemers per 31 december 2020 € 125.000

Liquide middelen
Stand per 1 januari 2020 € 70.000
Inkoop grondstof € 950.000 −
Loonkosten productiepersoneel € 170.000 −
Overige bedrijfskosten € 460.000 −
Ontvangen van afnemers € 1.790.000 +
€ 280.000

Crediteuren
Stand 1 januari 2020 € 110.000
Inkopen in 2020 780.000 × €1,20 = € 936.000 +
Betaald in 2020 € 950.000 −
Schuldig aan leveranciers per 31 december 2020 € 96.000

Voorziening

Het is waarschijnlijk dat het proces verloren gaat worden. Op grond van het
voorzichtigheidsprincipe dient een voorziening gevormd te worden voor het
geschatte bedrag van de te betalen schadevergoeding.

17_273944_STM BB BE UW_CH17.indd 258 22/06/21 8:31 PM


© Noordhoff Uitgevers bv Externe verslaggeving 259

b Resultatenrekening over 2020 (in euro’s)


Opbrengst verkopen 92.000 × €20 = 1.840.000
Kostprijs verkopen 92.000 × €12,45 = 1.145.400
694.600
Afschrijving inventaris 17.500
Overige bedrijfskosten 460.000
Toevoeging voorziening 95.000
572.500
Winst 122.100


Opbrengst verkopen

Op grond van het realisatieprincipe dient omzet genomen te worden over
de 92.000 bakens die in 2020 verkocht en afgeleverd zijn.

Kostprijs verkopen
Deze omvat de kosten waarop product matching is toegepast. 17

T17.7 Balans per 1 januari 2021 (in euro’s)


Inventaris 33.600 Eigen vermogen 40.000
Voorraad 120.000 Agio 60.000
Debiteuren 95.200 Algemene reserve – 611.400
Liquide middelen 7.000 Schuld aan bank 431.200
Schuld aan verhuurder 140.000
Crediteuren 196.000
255.800 255.800


Inventaris

40% van €84.000 = €33.600.

Voorraad
50% van €240.000 = €120.000.

Debiteuren
70% van €136.000 = €95.200.

Schuld aan bank


1,1 × (€380.000 + €12.000) = €431.200.

Schuld aan verhuurder


40% van 5 × €70.000 = €140.000.

Inzichtvragen

I17.1 1 Nog niet voldaan aan realisatieprincipe.

Balans: Nog af te leveren goederen verhogen met €17.850.



Resultatenrekening: Omzet verlagen met €107.100, Inkoopwaarde om-
zet verlagen met €89.250.

17_273944_STM BB BE UW_CH17.indd 259 22/06/21 8:31 PM


260 Deel 4 Financial accounting © Noordhoff Uitgevers bv


2 In strijd met vergelijkbaarheid. Oorspronkelijke afschrijvingsschema
dient gehandhaafd te blijven.

De aanschafprijs van de vrachtauto is 8 / 6,5 × €78.000 = €96.000.


Jaarlijkse afschrijving €96.000 / 8 = €12.000.
Balans: Vrachtauto verlagen met €6.000.
Resultatenrekening: Afschrijvingskosten verhogen met €6.000.


3 In strijd met het voorzichtigheidsprincipe.

Balans: Debiteuren verlagen met €45.000.


Resultatenrekening: Overige bedrijfskosten verhogen met €45.000.


4 Balans: Aandelenkapitaal verlagen met €40.000.
Agio verhogen met €40.000.
17

5 In strijd met matchingprincipe.

Balans: Vooruitbetaalde huur verhogen met €18.000.


Resultatenrekening: Huurkosten verlagen met €18.000.

Balans per 31 december 2020 (in euro’s)


Inventaris 52.000 Aandelenkapitaal 50.000
Vrachtauto 72.000 Agio 40.000
Voorraad 357.000 Winstreserve 328.750
Debiteuren 53.000 Winst 2020 – 14.850
Vooruitbetaalde huur 18.000 Crediteuren 85.000
Liquide middelen 44.000 Nog af te leveren goederen 107.100
596.000 596.000

Resultatenrekening over 2020 (in euro’s)


Omzet 1.773.100
Inkoopwaarde omzet 1.148.350
Afschrijvingskosten 29.000
Huurkosten 172.000
Overige bedrijfskosten 438.600
Winst (14.850)

17_273944_STM BB BE UW_CH17.indd 260 22/06/21 8:31 PM


© Noordhoff Uitgevers bv 261

18
Balans

18

18_273944_STM BB BE UW_CH18.indd 261 22/06/21 8:32 PM


262 Deel 4 Financial accounting © Noordhoff Uitgevers bv

Kennisvragen

K18.1 • In de beschikkingsmacht van de onderneming.


• Levert naar verwachting economische voordelen op.

K18.2 a Voorzieningen en schulden.


b Bij schulden is er een vaststaande betalingsverplichting, bij voorzieningen
bestaat er onzekerheid over (het bedrag) van de betalingsverplichting.

K18.3 1, 3 en 4.

K18.4 Balans: Gebruiksrecht, schuld aan leasemaatschappij.


Resultatenrekening: Afschrijvingskosten, intrestkosten.

K18.5 Bij lineaire afschrijving wordt elk jaar een gelijk bedrag afgeschreven, bij
degressieve afschrijving wordt in de beginjaren meer afgeschreven dan in
de latere jaren.

K18.6 Als de boekwaarde lager is dan de realiseerbare waarde.


18
K18.7 a De eerst ingekochte goederen worden geacht te zijn verkocht.
b De laatst ingekochte goederen worden geacht te zijn verkocht.
c De kostprijs is het gewogen gemiddelde van de inkoopprijzen.

K18.8 Bij individueel LIFO is bij een verkoop de kostprijs die van de voor de ver-
koop als laatste ingekochte eenheden. Bij collectief LIFO is de kostprijs over
een periode die van de in een periode als laatste ingekochte eenheden.

K18.9 Als de boekwaarde van de voorraad hoger is dan de verwachte netto-


opbrengstwaarde, moet afgewaardeerd worden naar de netto-
opbrengstwaarde (impairment).

K18.10 Bij de completed-contractmethode wordt pas winst genomen als het pro-
ject is opgeleverd. Bij de percentage-of-completionmethode wordt tij-
dens de uitvoering winst genomen, op basis van de werkvoortgang.

K18.11 Als er voor het project een betrouwbare kostenschatting mogelijk is, moet
de percentage-of-completionmethode gebruikt worden. Als dat niet het
geval is, moet de completed-contractmethode gebruikt worden.

K18.12 Het geeft geen juist inzicht in de beleggingsprestaties van de bedrijfsleiding;


bovendien kunnen tegenvallende bedrijfswinsten worden gecompenseerd
met beleggingswinsten, door in waarde gestegen effecten te verkopen.
K18.13 Onder de IFRS mag alleen een balans vóór winstverdeling worden opge-
maakt, onder de Nederlandse wet is het ook toegestaan de voorgestelde
winstverdeling in de balans te verwerken.

K18.14 Financiële gebeurtenissen die wel het eigen vermogen veranderen, maar
geen resultaat vormen.

18_273944_STM BB BE UW_CH18.indd 262 22/06/21 8:32 PM


© Noordhoff Uitgevers bv Balans 263

K18.15
1 Een garantievoorziening voldoet aan de voorwaarden voor vorming van
een voorziening.

2 Voor een mogelijke verplichting uit hoofde van misleidende reclame mag
geen voorziening gevormd worden omdat de kans dat er betaald dient te
worden kleiner is dan 50% en er dus geen sprake is van een ‘waar-
schijnlijke’ verplichting.

3 Voor de gift aan Natuurmonumenten mag geen voorziening gevormd
worden, omdat geen sprake is van een verplichting tot het doen van de
bijdrage.

4 Voor de navorderingsaanslag dient een voorziening gevormd te worden;
hij voldoet aan alle voorwaarden.

Toepassingsvragen

T18.1 a Immateriële vaste activa Eigen vermogen


Merkenrechten 2.850.000 Aandelenkapitaal 3.000.000
Ontwikkeling 300.000 Algemene reserve 9.500.000
Winst 2020 465.000
Materiële vaste activa 18
Gebouw 2.300.000 12.965.000
Productielijnen 4.960.000
Schulden
7.260.000 Banklening 810.000
Vlottende activa
Voorraden 1.400.000
Liquide middelen 1.965.000
3.365.000

13.775.000 13.775.000

Merkenrechten
Stand 1/1 €1.800.000
Aankoop €1.200.000

€3.000.000
Afschrijving € 150.000

Stand 31/12 €2.850.000


Pand

Nog af te schrijven €2.400.000 – €1.000.000 = €1.400.000.

Resterende levensduur veertien jaar. Afschrijving per jaar €1.400.000 /
14 = €100.000.

Productielijnen
Nog af te schrijven €6.200.000.
Resterende levensduur vijf jaar. Afschrijving per jaar €6.200.000 / 5 =
€1.240.000.

18_273944_STM BB BE UW_CH18.indd 263 22/06/21 8:32 PM


264 Deel 4 Financial accounting © Noordhoff Uitgevers bv

Liquide middelen
Stand 1/1 € 700.000
Aankoop Persuasion € 1.200.000 –
Opbrengst lening € 900.000 +
Aflossing lening € 90.000 –
Rente lening € 45.000 –
Onderzoek € 400.000 –
Ontwikkeling € 300.000 –
Omzet €32.400.000 +
Kosten €30.000.000 –

€ 1.965.000

b Resultatenrekening over 2020 (in euro’s)


Omzet 32.400.000
Afschrijving
Merken 150.000
Pand 100.000
Productielijn 1.240.000
18
1.490.000
Onderzoekskosten 400.000
Rentekosten 45.000
Overige kosten 30.000.000

Winst 465.000

Balans per 1 januari 2020


T18.2 a 1 Gebruiksrecht €200.000 Schuld leasemaatschappij €200.000

Balans per 31 december 2020



2 Gebruiksrecht € 160.000 Schuld leasemaatschappij € 168.518

b Resultatenrekening
Afschrijvingskosten €40.000
Rentekosten €24.000


Het gebruiksrecht wordt geactiveerd. Bij lineaire afschrijving in vijf jaar naar
nihil wordt per jaar 15 van €200.000 = €40.000 afgeschreven. Aan de
­creditzijde wordt de schuld aan de leasemaatschappij opgenomen. Op
1 ­januari 2020 is die gelijk aan de contante prijs van de vrachtauto. Per
jaar wordt €55.482 betaald; hierin zit zowel een deel rente als een deel af-
lossing. De rente in het eerste jaar is 12% van €200.000 = €24.000. De
rest van de termijn (€31.482) is dus aflossing. Per 31 december resteert
dus een schuld van €200.000 − €31.482 = €168.518.

18_273944_STM BB BE UW_CH18.indd 264 22/06/21 8:32 PM


© Noordhoff Uitgevers bv Balans 265

T18.3 Balans per 31 december 2020 (× €1.000)


Bedrijfsterrein 8.000 Aandelenkapitaal 3.000
Kantoorpand 565,5 Algemene reserve 11.280
Inventaris 24 Winst 2020 2.101,5
Loodsen 1.500
Opslagtanks 2.000
Liquide middelen 4.292
16.381,5 16.381,5


Kantoorpand

Per 31 december 2019: tien jaar in gebruik, nog twintig jaar te gaan.

Jaarlijkse afschrijving = €590.000 – €100.000 / 20 = €24.500.


Boekwaarde per 31 december 2020 = €590.000 – €24.500 = €565.500.

Inventaris
Per 31 december 2019: drie jaar in gebruik, nog twee jaar te gaan. Jaarlijk-
se afschrijving = €48.000 / 2 = €24.000.
18

Boekwaarde per 31 december 2020 = €48.000 – €24.000 = €24.000.

Loodsen
Per 31 december 2019: acht jaar in gebruik, nog twaalf jaar te gaan.
Jaarlijkse afschrijving = €2.000.000 – €200.000 / 12 = €150.000.


Boekwaarde per 31 december 2020 = €2.000.000 – €150.000 =
€1.850.000.


Aangezien de realiseerbare waarde slechts €1.500.000 is, dient een
impairment plaats te vinden en worden de loodsen afgeboekt naar
€1.500.000.

Opslagtanks
Per 31 december 2019: vier jaar in gebruik, nog zes jaar te gaan.
Jaarlijkse afschrijving = €2.350.000 – €250.000 / 6 = €350.000.


Boekwaarde per 31 december 2020 = €2.350.000 – €350.000 =
€2.000.000.


Aangezien de realiseerbare waarde €3.000.000 is, hoeft geen impairment
plaats te vinden.

Liquide middelen
€1.292.000 + €30.000.000 – €27.000.000 = €4.292.000.

18_273944_STM BB BE UW_CH18.indd 265 22/06/21 8:32 PM


266 Deel 4 Financial accounting © Noordhoff Uitgevers bv

Controle op de winst
Omzet 30.000.000
Afschrijvingskosten:
- Pand 24.500
- Inventaris 24.000
- Loodsen 150.000
- Opslagtanks 350.000
- Bijzondere waardevermindering 350.000
Overige bedrijfskosten 27.000.000
2.101.500

Balans per 31 december 2020 (in euro’s)


T18.4 a
Immateriële vaste activa Eigen vermogen
Inspectiesysteem 150.000 Aandelenkapitaal 100.000
Winst 590.000

Materiële vaste activa 690.000


Inventaris 75.000
18 Meetapparatuur 210.000 Vreemd vermogen
Terreinauto 56.250 Verplichting jegens
Autopaleis 59.760
341.250
Vlottende activa
Debiteuren 130.000 Winst 160.750
Liquide middelen 289.260

419.260

910.510 910.510


Inventaris:

0,6 × €125.000 = €75.000.

Meetapparatuur:
0,6 × €350.000 = €210.000.

Terreinauto:
€75.000 × 34 = €56.250.

Debiteuren:
€80.000 + €850.000 – €800.000 = €130.000.

Liquide middelen:
Beginsaldo €  135.000
Ontvangsten €  800.000 +
Leasetermijn € 25.740 –
Onderhoud € 30.000 –
Lonen € 400.000 –
Rioleringsproject €  150.000 –
Huur € 40.000 –
€  289.260

18_273944_STM BB BE UW_CH18.indd 266 22/06/21 8:32 PM


© Noordhoff Uitgevers bv Balans 267

Schuld leasemaatschappij
Termijn € 25.740
Rente 14% van €75.000 = €10.500
Aflossing €15.240


Resterende schuld: €75.000 – €15.240 = €59.760.

b Resultatenrekening over 2020 (in euro’s)


Omzet 850.000
Loonkosten 400.000
Afschrijvingskosten 208.750
Overige kosten 70.000
Intrestkosten 10.500
Winst 160.750

Afschrijvingskosten
Inventaris € 50.000
Meetapparatuur €140.000 18
Terreinauto € 18.750
€208.750

Overige kosten
Onderhoud € 30.000
Huur € 40.000
€ 70.000

T18.5 a Bij FIFO worden de verkopen geacht te bestaan uit de goederen die het
eerst zijn ingekocht.

Opbrengst verkopen 1.500 × €5 = €7.500


Inkoopwaarde verkopen 1.200 (uit partij 1) × €2,60 = €3.120
300 (uit partij 2) × €3 = € 900
€4.020
Winst €3.480

b Bij LIFO worden de verkopen geacht te bestaan uit de goederen die als
laatste zijn ingekocht.

Opbrengst verkopen €7.500


Inkoopwaarde verkopen 1.000 (uit partij 3) × €3,25 = €3.250
500 (uit partij 2) × €3 = €1.500
€4.750
Winst €  2.750

18_273944_STM BB BE UW_CH18.indd 267 22/06/21 8:32 PM


268 Deel 4 Financial accounting © Noordhoff Uitgevers bv

c Bij GIP dient de gemiddelde inkoopprijs van de op het moment van de


verkoop aanwezige voorraad te worden berekend:

1.200 × €2,60 = € 3.120


2.000 × €3 = € 6.000
1.000 × €3,25 = € 3.250
4.200 €12.370
€12.370

De gemiddelde inkoopprijs is dus: = €2,945.
4.200

Opbrengst verkopen 1.500 × €5 = €7.500


Inkoopwaarde verkopen 1.500 × €2,945 = €4.418
Winst €3.082

T18.6 Balans per 31 augustus (in euro’s)


a
Bestelauto 35.000 Begin eigen vermogen 150.000
Voorraad P 17.500 Winst 18.000
18 Liquide middelen 115.500

168.000 168.000


Bestelauto

De bestelauto wordt in 36 maanden tot nihil afgeschreven. Aan het eind van
de eerste maand is de boekwaarde dus nog 35 36 × €36.000 = €35.000.

Voorraad P
De voorraad bestaat per 31 augustus uit 200 + 100 – 250 = 50 stuks.


De FIFO-methode wordt toegepast: de eindvoorraad bestaat dan uit de
laatst ingekochte goederen, daar de langst aanwezige goederen het
eerst worden verkocht (administratief gezien).

De eindvoorraad wordt dus geacht te bestaan uit goederen die op
17 augustus zijn gekocht.

Balanswaarde: 50 × €350 = €17.500.

Liquide middelen
Saldo per 31 juli €150.000
Aankoop bestelauto €   36.000
Inkoop 3 augustus €   60.000 −
Inkoop 17 augustus €   35.000
Verkoop 25 augustus €100.000 +
Benzine, enzovoort € 1.000 −
Huur € 2.500 −
Saldo 31 per augustus €115.500

18_273944_STM BB BE UW_CH18.indd 268 22/06/21 8:32 PM


© Noordhoff Uitgevers bv Balans 269

Resultatenrekening over augustus (in euro’s)


Opbrengst verkopen 100.000
Inkoopwaarde verkopen 77.500
22.500
Afschrijvingskosten 1.000
Overige bedrijfskosten 3.500
4.500
Winst 18.000


Opbrengsten verkopen

250 × €400 = €100.000.

Inkoopwaarde verkopen
Bij FIFO worden de oudste voorraden het eerst verkocht. De verkoop op
25 augustus zal dus worden geacht te bestaan uit alle goederen die op
3 augustus zijn ingekocht (200 stuks) plus een deel van de goederen die
zijn ingekocht op 17 augustus (50 stuks).
18
200 × €300 = €60.000
50 × €350= € 17.500
€ 77.500

Afschrijvingskosten
1

36 × €36.000 = €1.000

b Balans per 31 augustus (in euro’s)

Bestelauto 35.000 Begin eigen vermogen 150.000


Voorraad P 15.000 Winst 15.500
Liquide middelen 115.500

165.500 165.500


Op de balans verandert ten opzichte van a alleen de waardering van de
voorraad en daardoor ook het winstbedrag. Bij LIFO bestaat de voorraad
administratief gezien uit de eerst ingekochte partijen. De eindvoorraad van
vijftig stuks is dan afkomstig uit de partij ingekocht op 3 augustus; de
­balanswaarde is: 50 × €300 = €15.000.

Resultatenrekening over augustus (in euro’s)


Opbrengst verkopen 100.000
Inkoopwaarde verkopen 80.000
20.000
Afschrijvingskosten 1.000
Overige bedrijfskosten 3.500
4.500
Winst 15.500

18_273944_STM BB BE UW_CH18.indd 269 22/06/21 8:32 PM


270 Deel 4 Financial accounting © Noordhoff Uitgevers bv


Op de resultatenrekening verandert ten opzichte van a slechts de post
­Inkoopwaarde verkopen (en dus ook de winst). Bij LIFO worden de laatst
ingekochte partijen administratief gezien het eerst verkocht; de verkoop
van 250 stuks bestaat dus uit de gehele ingekochte partij van 17 augustus
(100 stuks) en uit 150 stuks van de inkoop van 3 augustus.

100 × €350 = €35.000


150 × €300 = €45.000
€80.000

T18.7 a Balans per 31 december (in euro’s)

Voorraad 22.500 Begin eigen vermogen 35.000


Liquide middelen 14.250 Winst 1.750

36.750 36.750

Voorraad schaatsen
De eindvoorraad bestaat uit 200 − 150 + 150 − 20 = 180 paar schaatsen.
18
Volgens de FIFO-methode is de balanswaardering:

30 (uit beginvoorraad) × €175 = € 5.250


150 (uit inkoop oktober) × €225 = €33.750
€39.000


De minimumwaarderingsregel schrijft echter voor dat de balanswaardering
naar beneden toe dient te worden aangepast indien de verwachte op-
brengstwaarde op de balansdatum lager is. De voorraadwaardering wordt
daarom: 180 × €125 = €22.500.

Liquide middelen
Verkopen oktober 150 × €300 = €45.000 +
Inkopen oktober 150 × €225 = € 33.750 −
Verkopen rest jaar 20 × €150 = € 3.000 +

€ 14.250

b Resultatenrekening over vierde kwartaal (in euro’s)


Opbrengst verkopen 48.000
Inkoopwaarde verkopen 29.750
18.250
Bijzondere waardevermindering 16.500
Winst 1.750


Opbrengst verkopen

150 × €300 + 20 × €150 = €48.000.

18_273944_STM BB BE UW_CH18.indd 270 22/06/21 8:32 PM


© Noordhoff Uitgevers bv Balans 271

Inkoopwaarde verkopen
Volgens FIFO worden de verkopen geacht te bestaan uit de oudste voorraden:
170 (uit beginvoorraad) × €175 = €29.750.

Bijzondere waardevermindering
Volgens FIFO zou de voorraad gewaardeerd moeten zijn op €39.000
Waardering op grond van de minimumwaarderingsregel €22.500
Impairment €16.500

T18.8 a Balans per 31 december 2020 FIFO (in euro’s)


Pand 145.000 Eigen vermogen 149.750
Inventaris 25.725 10% lening 100.000
Voorraad A 117.000 Winst 139.475
Debiteuren 47.250
Vooruitbetaalde intrest 2.500
Liquide middelen 51.750

389.225 389.225
18

Pand

Aanschafprijs 100 / 75 × €150.000; Afschrijving €5.000;
­Boekwaarde €145.000.

Inventaris
70% van €36.750 = €25.725.

Voorraad A
60.000 × [(€1,90 + €2) / 2] = €117.000.

Debiteuren
1 1
12 × 2 × 540.000 × €2,10 = €47.250.

Vooruitbetaalde intrest
3
12 × 10% van €100.000 = €2.500.

Liquide middelen
Beginsaldo € 76.500
Debiteuren 1 januari € 3.500
Ontvangsten verkopen 2020 €1.086.750
€1.166.750
Inkopen €900.000
Intrest € 10.000
Aflossing lening € 20.000
Bedrijfskosten €185.000
€1.115.000
Eindsaldo € 51.750

18_273944_STM BB BE UW_CH18.indd 271 22/06/21 8:32 PM


272 Deel 4 Financial accounting © Noordhoff Uitgevers bv

Resultatenrekening 2020 FIFO (in euro’s)


Opbrengst verkopen 1.134.000
Inkoopwaarde verkopen 783.000
351.000
Afschrijvingskosten:
Pand 5.000
Inventaris 11.025
Intrest 10.500
Bedrijfskosten 185.000
211.525
Winst 139.475

Inkoopwaarde verkopen
540.000 x (€1 + €1,90) / 2 = €783.000.

b Balans per 31 december 2020 collectief LIFO (in euro’s)


Pand 145.000 Eigen vermogen 149.750
18
Inventaris 25.725 10% lening 100.000
Voorraad A 63.000 Winst 85.475
Debiteuren 47.250
Vooruitbetaalde intrest 2.500
Liquide middelen 51.750

335.225 335.225


Voorraad A

60.000 × [(€1 + €1,10) / 2] = €63.000.

Resultatenrekening 20120 collectief LIFO (in euro’s)


Opbrengst verkopen 1.134.000
Inkoopwaarde verkopen 837.000
297.000
Afschrijvingskosten:
Pand 5.000
Inventaris 11.025
Intrest 10.500
Bedrijfskosten 185.000
211.525
Winst 85.475


Inkoopwaarde verkopen

540.000 x (€1,10 + €2) / 2 = €837.000.

18_273944_STM BB BE UW_CH18.indd 272 22/06/21 8:32 PM


© Noordhoff Uitgevers bv BalanS 273

T18.9 a Balans per 31 december 2020 (in euro’s)


Voorraad Q 714.000 Begin eigen vermogen 300.000
XLS
Liquide middelen 9.000 Winst 273.000
Vreemd vermogen 150.000

723.000 723.000

Voorraad
De eindvoorraad bedraagt 21.000 stuks en is afkomstig uit de inkoop op
1 november: 21.000 × €34 = €714.000.

Liquide middelen

Beginsaldo € 75.000
Ontvangsten wegens verkopen:
6 × 7.000 × €34 (1e helft jaar) = €1.428.000
6 × 7.000 × €38 (2e helft jaar) = €1.596.000
€3.024.000 +
Uitgaven wegens inkopen:
30.000 × €25 (1 maart) = € 750.000 18
30.000 × €34 (1 juli) = €1.020.000
30.000 × €34 (1 november) = €1.020.000
€2.790.000 −
Uitgaven intrest € 12.000 −
Uitgaven overige bedrijfskosten € 288.000 −
€ 9.000

Resultatenrekening over 2020 (in euro’s)


Opbrengst verkopen 3.024.000
Inkoopwaarde verkopen 2.451.000
573.000
Intrest 12.000
Overige bedrijfskosten 288.000

300.000
Winst 273.000

Opbrengst verkopen
6 × 7.000 × €34 = €1.428.000
6 × 7.000 × €38 = €1.596.000
€3.024.000

Inkoopwaarde verkopen
Uit beginvoorraad 15.000 × €25 = € 375.000
Uit inkoop 1 maart 30.000 × €25 = € 750.000
Uit inkoop 1 juli 30.000 × €34 = €1.020.000
Uit inkoop 1 november 9.000 × €34 = € 306.000
€2.451.000

18_273944_STM BB BE UW_CH18.indd 273 22/06/21 8:32 PM


274 Deel 4 Financial accounting © Noordhoff Uitgevers bv

b Balans per 31 december 2020 (in euro’s)


Voorraad Q 687.000 Begin eigen vermogen 300.000
Liquide middelen 9.000 Winst 246.000
Vreemd vermogen 150.000

696.000 696.000

Voorraad
1.000 (uit beginvoorraad) × €25 = € 25.000
2.000 (uit inkoop 1 maart) × €25 = € 50.000
2.000 (uit inkoop 1 juli) × €34 = € 68.000
16.000 (uit inkoop 1 november) × €34 = €544.000
€ 687.000

Resultatenrekening over 2020 (in euro’s)


Opbrengst verkopen 3.024.000
Inkoopwaarde verkopen 2.478.000

18 546.000
Intrest 12.000
Overige bedrijfskosten 288.000

300.000

Winst 246.000

Inkoopwaarde verkopen
Uit beginvoorraad 14.000 × €25 = € 350.000
Uit inkoop 1 maart 28.000 × €25 = € 700.000
Uit inkoop 1 juli 28.000 × €34 = € 952.000
Uit inkoop 1 november 14.000 × €34 = € 476.000
€2.478.000
T18.10 a De loods is zestien jaar geleden voor €100.000 aangekocht, boekwaarde
€68.000. De totale afschrijving is dus €32.000, dit is €2.000 per jaar. als
de afschrijvingstermijn vanaf het begin op anderhalf keer de nu gebruikte
1
termijn was gesteld, zouden de jaarlijkse afschrijvingen 1,5 = 23 van het hui-
dige jaarbedrag zijn (in totaal moet immers hetzelfde worden afgeschre-
ven). De jaarlijkse afschrijvingen zouden dan 23 × €2.000 = €1.333 hebben
bedragen, dus €667 minder. De winst zou dan €10.000 + €667 = €10.667
zijn geweest.

b Volgens het huidige systeem wordt op de inventaris lineair afgeschreven.


De inventaris is drie jaar in gebruik. aanschafwaarde €30.000, huidige
boekwaarde €15.000. Per jaar wordt dus €5.000 afgeschreven.
als vanaf het begin volgens de boekwaardemethode zou zijn afgeschreven,
had dit het volgende opgeleverd:

18_273944_STM BB BE UW_CH18.indd 274 22/06/21 8:32 PM


© Noordhoff Uitgevers bv Balans 275

1 januari 2018 Aanschafprijs € 30.000


Afschrijving 2018 40% × €30.000 = € 12.000 −
1 januari 2019 Boekwaarde € 18.000
Afschrijving 2019 40% × €18.000 = € 7.200 −
1 januari 2020 Boekwaarde € 10.800
Afschrijving 2020 40% × €10.800 = € 4.320


In 2020 zou de afschrijving volgens de nieuwe methode €680 lager zijn ge-
weest dan volgens de gebruikte methode. De winst zou dan zijn geweest:
€10.000 + €680 = €10.680.

c Het verschil in winst wordt bepaald door de Inkoopwaarde verkopen vol-


gens FIFO en die volgens LIFO. Volgens FIFO is in 2020 de Inkoopwaarde
verkopen:

200 × €30 = € 6.000


500 × €35 = € 17.500
500 × €37,50 = € 18.750
18
€42.250


Volgens individueel LIFO is in 2020 de Inkoopwaarde verkopen:

200 × €40 = € 8.000


700 × €37,50 = €26.250
100 × €35 = € 3.500
200 × €30 = € 6.000

€43.750


Bij individueel LIFO is de Inkoopwaarde verkopen €1.500 hoger. De winst
is dan €1.500 lager, dus €8.500.

d Dit zou geen invloed hebben gehad op de winst over 2020; winst wordt im-
mers genomen op het moment dat is verkocht en afgeleverd. Op het tijdstip
dat op de balans een deel van de voorraad verdwijnt (gewaardeerd tegen
kostprijs) en daarvoor in de plaats een post Debiteuren verschijnt (gewaar-
deerd tegen verkoopprijs), ontstaat de winst.
Als vervolgens de debiteuren worden omgezet in kasmiddelen, heeft dit
geen gevolgen voor de winst.

T18.11 a Bij de completed-contractmethode wordt pas winst genomen als het gehe-
le werk is opgeleverd. Dit betekent dat het onderhanden werk gewaardeerd
wordt op de daaraan bestede kosten:
• Waardering eind 2018: €5.000.000
• Waardering eind 2019: €17.500.000 (€5.000.000 + €12.500.000).

b Bij de percentage-of-completionmethode wordt winst genomen naar rato


van de voortgang van het werk. Als maatstaf voor de voortgang wordt
tot nu toe bestede kosten
­genomen:
totale verwachte kosten

18_273944_STM BB BE UW_CH18.indd 275 22/06/21 8:33 PM


276 Deel 4 Financial accounting © Noordhoff Uitgevers bv

eind 2018 is dit:


€5.000.000
× 100% = 19,6%.
€5.000.000 + €12.500.000 + €8.000.000

De verwachte winst is: €27.500.000 − (€5.000.000 + €12.500.000 +


€8.000.000) = €2.000.000.
eind 2018 dient dus 19,6% van €2.000.000 = €392.000 winst genomen
te zijn. in de balans komt dit tot uiting doordat het onderhanden werk ge-
waardeerd wordt op bestede kosten + de genomen winst: €5.000.000 +
€392.000 = €5.392.000.

Dezelfde uitkomst wordt bereikt door 19,6% van de aanneemsom van


€27.500.000 te nemen.

ultimo 2019 geldt voor de werkvoortgang:


€5.000.000 + €12.500.000
× 100% = 68,6%.
€5.000.000 + €12.500.000 + €8.000.000
18
De tot en met 2019 te nemen winst is dus 68,6% van €2.000.000 =
€1.372.000.

Waardering: €17.500.000 + €1.372.000 = €18.872.000.

Dezelfde uitkomst wordt bereikt door 68,6% van de aanneemsom van


€27.500.000 te nemen.

T18.12 a Balans per 31 december 2019 (× €1.000)


Kantoorpand 960 Aandelenkapitaal 9.000
XLS
Baggervloot 8.100 9% Banklening 9.000
Onderhanden projecten Winst Nihil
40
900 +
3.000 +
810 +

4.750
Liquide middelen
8.000
3.000 -
810 –
4.190
18.000 18.000

18_273944_STM BB BE UW_CH18.indd 276 22/06/21 8:33 PM


© Noordhoff Uitgevers bv Balans 277

Balans per 31 december 2020 (× €1.000)


Kantoorpand 920 Aandelenkapitaal 9.000
Baggervloot 7.200 9% Banklening 9.000
Debiteuren 11.000 Winst 1.500
Liquide middelen
4.190
3.000 -
810 –
380
19.500 19.500

b Balans per 31 december 2019 (× €1.000)


Kantoorpand 960 Aandelenkapitaal 9.000
Baggervloot 8.100 9% Banklening 9.000
Onderhanden projecten Winst 750
4.750
750 +
18
5.500
Liquide middelen 4.190
18.750 18.750

4.750

Per 31 december 2019 is de werkvoortgang: 9.500 = 50%.


De verwachte winst is €11.000.000 – €9.500.000 = €1.500.000.

In 2019 te nemen winst: 50% van €1.500.000 = €750.000.

De waardering van het project is 50% van €11.000.000 = €5.500.000.

Balans per 31 december 2020 (× €1.000)


Kantoorpand 920 Aandelenkapitaal 9.000
Baggervloot 7.200 Winstreserve 750
Debiteuren 11.000 9% Banklening 9.000
Liquide middelen 380 Winst 750
19.500 19.500

T18.13 Traders bezit 10.000 aandelen Rendement. De aandelen worden gewaar-


deerd op 10.000 × €12,40 = €124.000. De waardestijging van €3.000
plus het dividend van €1.000 leveren een beleggingswinst op van €4.000.

T18.14 Waardestijging 10% van €70.000 = € 7.000


Dividend 1% van €400.000 = € 4.000
Beleggingsresultaat €11.000

18_273944_STM BB BE UW_CH18.indd 277 22/06/21 8:33 PM


278 Deel 4 Financial accounting © Noordhoff Uitgevers bv

T18.15 a Balans per 31 december 2020 (in euro’s)


Bestelauto 23.500 Begin eigen vermogen 175.000
Voorraad Z 115.000 Winst 48.500
Effecten 46.000
Liquide middelen 39.000
223.500 223.500


Bestelauto

Jaarlijkse afschrijving = €30.000 – €4.000 / 4 = €6.500.

Boekwaarde = €30.000 – €6.500 = €23.500.

Voorraad Z
Beginvoorraad 150.000 × €0,80 = €120.000
Kostprijs verkopen 120.000 × €0,80 = € 96.000 –
30.000 × €0,80 = € 24.000
Inkoop 140.000 × €0,65 = € 91.000 +
€115.000

18

De daling van de inkoopprijs hoeft niet tot een impairment te leiden, zolang
aannemelijk is dat de netto-opbrengstwaarde van de voorraad ten minste
€115.000 is.

Effecten
1,15 × 5.000 × €8 = €46.000.

Liquide middelen
Saldo 1/1 € 25.000
Verkoop 120.000 × €1,20 = €144.000 +
Inkoop 140.000 × €0,65 = € 91.000 –
Aankoop effecten 5.000 × €8 = € 40.000 –
Dividend 5.000 × €0,20 = € 1.000 +
Saldo 31/1 € 39.000

b Resultatenrekening over 2020 (in euro’s)


Omzet 144.000
Inkoopwaarde omzet 96.000
Afschrijvingskosten 6.500
Beleggingsresultaat 7.000
Winst 48.500

T18.16 a Balans 31 december 2020 (in euro’s)


Opslagterrein 450.000 Aandelenkapitaal 300.000
Vrachtauto’s 495.000 Agio 330.000
Liquide middelen 325.000 Algemene reserve 475.000
Winst 165.000
1.270.000 1.270.000

18_273944_STM BB BE UW_CH18.indd 278 22/06/21 8:33 PM


© Noordhoff Uitgevers bv Balans 279


Vrachtauto’s

De per 31 december 2019 al aanwezige vrachtauto’s hebben een reste-
rende levensduur van vier jaar.

Al aanwezig €450.000 × 34 = € 337.500


Aankoop €180.000 × 78 = € 157.500

€495.000


Liquide middelen

Beginstand €100.000
Ontvangsten door omzet €900.000 +
Uitgaven bedrijfskosten €600.000 –
Dividenduitkering € 75.000 –
Opbrengst emissie €180.000 +
Aankoop vrachtauto’s €180.000 –
€325.000
18

Aandelenkapitaal

€200.000 + €100.000 = €300.000.

Agio
€250.000 + €80.000 = €330.000.

Algemene reserve
€400.000 + €75.000 = €475.000.

b Resultatenrekening over 2020 (in euro’s)


Omzet €900.000
Afschrijving €135.000
Overige kosten €600.000
Winst €165.000

Inzichtvragen

I18.1 a Balans per 31 december 2020 (in euro’s)


Pand 220.000 Aandelenkapitaal 40.000
Auto 52.500 Winstreserve 131.100
Voorraad 15.600 Winst 55.725
Debiteuren 23.280 Garantievoorziening 18.455
Liquide middelen 37.500 Hypothecaire lening 75.000
Crediteuren 28.600
348.880 348.880

18_273944_STM BB BE UW_CH18.indd 279 22/06/21 8:33 PM


280 Deel 4 Financial accounting © Noordhoff Uitgevers bv


Pand

Jaarlijkse afschrijving: €54.000 / 9 = €6.000.

Boekwaarde: €280.000 – €60.000 = €220.000.

Auto
Aanschafwaarde: €60.000.
Afschrijving: 12 × 14 × €60.000 = €7.500.
Boekwaarde: €52.500.

Voorraad (fietsen)
40 × €390 = €15.600.

Debiteuren
1
Nominaal 3 × 120 × €600 = €24.000
Voorziening 3% = € 720
€23.280


Liquide middelen
18
Beginsaldo € 37.000
Ontvangsten uit verkopen:
€40.000 + €409.100 – €24.000 – €12.500 = €412.600 +
Betaalde inkopen:
€7.000 + €231.600 – €28.600 = €210.000 –
Bestelauto € 50.000 –
Garantie € 19.000 –
Schadevergoeding € 70.000 –
Rente € 6.600 –
Aflossing € 7.500 –
Bedrijfskosten € 49.000 –
€ 37.500


Garantievoorziening

€17.000 – €19.000 + 5% van €409.100 = €18.455.

Hypothecaire lening
Aflossing per jaar €82.500 / 11 = €7.500.
Per 31 december 2020: €82.500 – €7.500 = €75.000.

Crediteuren
2
3 × 110 × €390 = €28.600.

18_273944_STM BB BE UW_CH18.indd 280 22/06/21 8:33 PM


© Noordhoff Uitgevers bv Balans 281

b Resultatenrekening over 2020 (in euro’s)


Omzet 409.100
Boekwinst verkoop auto 5.400 +
Inkoopwaarde verkopen 258.000 –
Afschrijvingskosten 18.100 –
Toevoeging voorziening:
• Debiteuren 11.620 –
• Garantie 20.455 –
Vrijval voorziening proces 5.000 +
Rente 6.600 –
Overige kosten 49.000 –
Winst 55.725


Opbrengst verkopen

170 × €550 + 230 × €580 + 190 × €580 + 120 × €600 = €409.100.

Inkoopwaarde verkopen
120 × €350 + 150 × €350 + 200 × €375 + 170 × €360 + 70 × €390 =
18
€258.000.

Afschrijvingskosten
Pand € 6.000
Oude auto (€46.000 / 5) × 12 = € 4.600
Nieuwe auto (€60.000 / 4) × 12 = € 7.500

€18.100


Toevoeging aan voorziening debiteuren

De stand van de voorziening per 31 december 2019 was €38.400 x 4 / 96
= €1.600.

Toevoeging: €720 + €12.500 – €1.600 = €11.620.

Toevoeging aan garantievoorziening


Garantie 5% van €409.100 = €20.455.

Boekwinst bestelauto
€10.000 – €4.600 = €5.400.

I18.2 Balans per 31 december 2020 (in euro’s)


Immateriële vaste activa Eigen vermogen
Ontwikkelingsuitgaven 285.000 Aandelenkapitaal 400.000
Algemene reserve 5.312.777
Materiële vaste activa 400.000 Winst 173.031

Vlottende activa Schulden kort


Onderhanden werk 4.000.000 Te betalen vennootschapsbelasting 34.192
Liquide middelen 1.235.000

5.920.000 5.920.000

18_273944_STM BB BE UW_CH18.indd 281 22/06/21 8:33 PM


282 Deel 4 Financial accounting © Noordhoff Uitgevers bv


Immateriële vaste activa
De boekwaarde is: 19
20 × €300.000 = €285.000.

Materiële vaste activa


De boekwaarde is: 45 × €500.000 = €400.000.

Onderhanden werk
Per eind 2020 is alleen werk B nog onderhanden.
De waardering is als volgt:

Tot nu toe bestede kosten €3.500.000


Totale verwachte winst: €8.000.000 − (€3.500.000 + €3.000.000 +
€500.000) = €1.000.000
Percentage gereed:
Tot nu toe bestede kosten €3.500.000
= = 50%
Totale verwachte kosten €7.000.000
Te nemen winst 50% van €1.000.000 = € 500.000 +
Waardering per eind 2020 €4.000.000
18

Of: 50% van de aanneemsom van €8.000.000 = €4.000.000.

Liquide middelen
Stand 1/1 € 755.000 +
Oplevering werk 1 €5.500.000 +
Kosten werk 1 €1.000.000 –
Kosten werk 2 €3.500.000 –
Bedrijfskosten € 400.000 –
Vennootschapsbelasting € 120.000 –
Stand 31/12 €1.235.000


Er wordt geen voorziening opgenomen omdat de kans kleiner is dan 50%.


Het verschil tussen de activa enerzijds en het aandelenkapitaal en de alge-
mene reserve anderzijds bedraagt €5.920.000 − €5.712.777 = €207.223.

Dit is dus de winst vóór belasting. 16,5% van dit bedrag (€34.192) gaat naar
Te betalen vennootschapsbelasting, de rest (€173.031) is de nettowinst.

I18.3 a Eind 2019 is gereed: €2.000.000 / €8.000.000 × 100% = 25%.


Eind 2020 is gereed: €6.500.000 / €8.000.000 × 100% = 81,25%.
Werkvoortgang in 2020 = 81,25% – 25% = 56,25%.
Winst 2020 = 56,25% van (€8.500.000 – €8.000.000) = €281.250.

b €2.125.000 + €4.500.000 + €281.250 = €6.906.250,


of: 81,5% van €8.500.000 = €6.906.250.

c Winst 2020 = nihil.


Waardering eind 2020 = €2.000.000 + €4.500.000 = €6.500.

18_273944_STM BB BE UW_CH18.indd 282 22/06/21 8:33 PM


© Noordhoff Uitgevers bv Balans 283

d Reguliere afschrijving = €720.000 / 4 = €180.000


Bijzondere waardevermindering
Realiseerbare waarde €350.000
Boekwaarde eind 2020 €540.000
€190.000 +
€370.000

e Boekwaarde eind 2021 = 3 / 4 × €350.000 = €262.500.


Bijzondere waardevermeerdering beperkt tot boekwaarde bij normaal
afschrijven.
Boekwaarde bij normaal afschrijven = 2 / 4 × €720.000 = €360.000.

18

18_273944_STM BB BE UW_CH18.indd 283 22/06/21 8:33 PM


18_273944_STM BB BE UW_CH18.indd 284 22/06/21 8:33 PM
© Noordhoff Uitgevers bv 285

19
Resultatenrekening

19

19_273944_STM BB BE UW_Ch19.indd 285 22/06/21 8:34 PM


286 deel 4 Financial accounting © Noordhoff Uitgevers bv

Kennisvragen

K19.1 Gebeurtenissen 1, 2 en 5.
De gebeurtenissen 3 en 4 zijn rechtstreekse vermogensmutaties die
verband houden met de relatie tussen de onderneming en zijn
aandeelhouders.

K19.2 Werknemers, eigenaren, kredietverschaffers, overheid.

K19.3 Bij de bepaling van de bruto toegevoegde waarde worden de afschrijvingen


niet in mindering gebracht, bij de netto toegevoegde waarde wel.

Toepassingsvragen

T19.1 a Fabricagekostprijs:
Grondstof (€200.000 + €400.000 – €100.000) / 5.000 = €100
Afschrijvingskosten €40.000 / 5.000 = €8
Loonkosten productiepersoneel €240.000 / 5.000 = €48
€156

Omzet 4.000 × €240 = €960.000


19 Voorraadmutatie 1.000 × €156 = €156.000 +
Totaal bedrijfsopbrengsten €1.116.000
Grondstofkosten € 500.000
Loonkosten € 240.000
Afschrijvingskosten € 40.000
Overige bedrijfskosten € 200.000
Totaal bedrijfslasten €980.000
Bedrijfsresultaat €136.000
Financiële lasten €20.000
Winst voor belasting €116.000
Belasting 16,5% €19.140
Winst na belasting €98.860

b Omzet €960.000
Kostprijs omzet 4.000 × €156.000 = €624.000
Bruto omzetresultaat €336.000
Verkoopkosten € 90.000
Algemene beheerskosten €110.000
Bedrijfsresultaat €136.000
Financiële lasten € 20.000
Winst voor belasting €116.000
Belasting 16,5% € 19.140
Winst na belasting € 98.860

19_273944_STM BB BE UW_Ch19.indd 286 22/06/21 8:34 PM


© Noordhoff Uitgevers bv Resultatenrekening 287

T19.2 Omzet €3.150.000


Voorraadmutatie – 5.000 × €64 = €320.000 –
Totaal bedrijfsopbrengsten €2.830.000
Grondstofkosten 40/45 × €450.000 = €400.000
Loonkosten 40/45 × €1.800.000 = €1.600.000
Afschrijvingskosten 40/45 × €630.000 = €560.000
Overige bedrijfskosten €170.000
Totaal bedrijfslasten €2.730.000
Winst voor belasting €100.000
Belasting €16.500
Winst na belasting €83.500

T19.3 a Alle bedragen zijn afgerond in duizenden euro’s.


Resultatenrekening

Netto-omzet 43.500
Overige baten 9
43.509
Kosten
Grond en hulpstoffen 17.106 + 2.958 + 1.520 + 36 + 2 = 21.622
Uitbesteed werk/externe kosten 32
Lonen en salarissen 1.026 + 1.728 + 1.314 + 216 = 4.284 19
Sociale lasten 40% × 4.284 = 1.714
Afschrijvingen 10.059
37.711
Bedrijfsresultaat 5.798
Financiële lasten 1.423

Resultaat gewone bedrijfsuitoefening 4.375


(voor vennootschapsbelasting)
Vennootschapsbelasting: 16,5% van 200 + 25% van 4.175 1.077
Nettowinst 3.298

b Resultatenrekening
Netto-omzet 43.500
Overige baten 9
Kostprijs omzet 17.106 + 9.735 + 2.958 + 1.520 +
(1.728 + 216) × 140% = 34.041
Bruto-omzetresultaat 9.468
Verkoopkosten 1.026 × 140% + 30 + 2 = 1.468
Algemene beheerskosten 1.314 × 140% + 32 + 294 + 36 = 2.202
3.670
Bedrijfsresultaat 5.798


Zie voor het vervolg bij a.

19_273944_STM BB BE UW_Ch19.indd 287 22/06/21 8:34 PM


288 deel 4 Financial accounting © Noordhoff Uitgevers bv

c Netto toegevoegde waarde (in euro’s)

Netto-omzet 43.500 +
Overige baten 9+
Grond- en hulpstoffen 21.622 –
Uitbesteed werk 32 –
Afschrijvingen 10.059 –
11.796

Werknemers 5.998
Aandeelhouders 3.298
Verschaffers van vreemd vermogen 1.423
Overheid (fiscus) 1.077
Netto toegevoegde waarde 11.796

T19.4 a Het is overwegend een categorische resultatenrekening: er is een post


Mutatie onderhanden werk en gereed product en de kosten zijn in hoofd-
zaak gesplitst naar kostensoort, met uitzondering van de post Marketing
en verkoop gerelateerde kosten.

b Netto-omzet 7.820
Mutatie onderhanden werk en gereed product 61 –
19 Inkoop grondstoffen en handelsgoederen 1.189 –
Amortisatie immateriële vaste activa 62 –
Afschrijvingen materiële vaste activa 561 –
Bijzondere waardeverminderingen materiële vaste activa 214 –
Afschrijvingen vastgoedbeleggingen 201 –
Marketing en verkoopgerelateerde kosten 501 –
Exploitatiekosten vastgoedbeleggingen 216 –
Overige bedrijfskosten 952 –
Financiële basten 8+
3.871

Verdeling:
Werknemers
• Lonen en salarissen 2.851
• Sociale lasten 465
• Pensioenbaten 750 –
2.566
Eigenaren
• Nettoresultaat 811
Kredietverschaffers
• Financiële lasten 259
Overheid
• Belastingen 235
3.871

19_273944_STM BB BE UW_Ch19.indd 288 22/06/21 8:34 PM


© Noordhoff Uitgevers bv 289

20
Kasstroomoverzicht

20

20_273944_STM BB BE UW_CH20.indd 289 22/06/21 8:35 PM


290 deel 4 Financial accounting © Noordhoff Uitgevers bv

Kennisvragen

K20.1 a Het betreft een desinvestering, dus kasstroom uit investeringsactiviteiten.


b Het betreft een kasstroom die voortvloeit uit het normale bedrijfsproces,
dus kasstroom uit operationele activiteiten.
c Kasstroom uit financieringsactiviteiten.
d Het betreft een kasstroom die voortvloeit uit het normale bedrijfsproces,
dus kasstroom uit operationele activiteiten.
e Kasstroom uit financieringsactiviteiten.

K20.2 Het verschil heeft betrekking op de presentatie van de kasstroom uit ope-
rationele activiteiten. Bij de directe methode wordt aangegeven welke be-
dragen zijn ontvangen wegens de verkoop van goederen en diensten, en
welke zijn betaald aan leveranciers, werknemers en dergelijke. Bij de indi-
recte methode wordt het resultaat van de onderneming als uitgangspunt
genomen en worden vervolgens correcties aangebracht voor posten die wel
het resultaat beïnvloeden, maar niet de liquide middelen.

K20.3 a Negatieve correctie.


b Positieve correctie.
c Negatieve correctie.
d Positieve correctie.
e Positieve correctie.

Toepassingsvragen
20
T20.1 a In rubriek kasstroom uit operationele activiteiten:

Winst 100.000 −
Correctie
Afschrijving 100.000 +

Kasstroom 0

b In rubriek kasstroom uit operationele activiteiten:

Winst 10.000 +
Correcties
Afname voorraad 40.000 +
Toename debiteuren 50.000 −
Kasstroom 0

c In rubriek kasstroom uit financieringsactiviteiten:

Opbrengst aandelenemissie 1.000.000 +


Kasstroom 1.000.000 +

20_273944_STM BB BE UW_CH20.indd 290 22/06/21 8:35 PM


© Noordhoff Uitgevers bv Kasstroomoverzicht 291

d In rubriek kasstroom uit investeringsactiviteiten:

Investering vrachtauto 75.000 −


Opname lening 75.000 +
Kasstroom 0

e In rubriek kasstroom uit operationele activiteiten:


Betaalde intrest 40.000 −
In rubriek kasstroom uit financieringsactiviteiten:
Betaald dividend 60.000 −
Kasstroom 100.000 −

T20.2 Het volgende geldt:

Winst 280.000
Correcties
Afschrijvingen ?+
Toename debiteuren 20.000 –
Afname voorraden 50.000 +
Afname crediteuren 10.000 –
Operationele kasstroom 360.000


Hieruit volgt dat de afschrijvingen €60.000 bedragen.

T20.3 a Kasstroomoverzicht 2020 volgens directe methode (x €1.000)


20
Operationele activiteiten
Ontvangsten van afnemers 1.830 + 350 – 370 = 1.810 +
Betalingen aan leveranciers en werknemers ((1.020 – 350 + 320) +
210 – 320 + 540) = 1.420 –
Betaalde interest 80 –
Betaalde vennootschapsbelasting 35 –

275 +
Investeringsactiviteiten
Investering machines 200 –
Desinvestering machines 30 +

170 –
Financieringsactiviteiten
Aandelenemissie 60 +
Aflossing banklening 150 –
Betaald dividend 25 –

115 –

Mutatie liquide middelen 10 –

20_273944_STM BB BE UW_CH20.indd 291 22/06/21 8:35 PM


292 deel 4 FINaNcIal accouNtINg © Noordhoff Uitgevers bv

b Kasstroomoverzicht 2020 volgens indirecte methode (x €1.000)

Operationele activiteiten:
Winst 68 +
Aanpassingen voor:
Afschrijvingen 100 +
Afname voorraden 30 +
Toename debiteuren 20 –
Toename crediteuren 110 +
Afname Te betalen belasting 13 –
107 +

275 +

T20.4 a de rest is conform de directe methode.

XLS
Kasstroomoverzicht 2020 volgens directe methode (bedragen x €1.000)

Kasstroom uit operationele activiteiten


Ontvangsten van afnemers 3.850 +
Betalingen aan leveranciers 2.520 −
Betalingen aan werknemers 1.130 −
Betaalde intrest en overige kosten 80 −
Betaalde vennootschapsbelasting 30 −

90 +
20
Kasstroom uit investeringsactiviteiten
Investeringen in duurzame activa 300 −

Kasstroom uit financieringsactiviteiten


Opbrengst aandelenemissie 350 +
Afname banklening 100 –
Betaald dividend 50 −

200 +

Mutatie liquide middelen 10 –

Ontvangsten van afnemers


Beginstand debiteuren € 400.000
Omzet € 3.800.000 +
Eindstand debiteuren € 350.000 −

€ 3.850.000
Betalingen aan leveranciers
Eindvoorraad € 230.000
Inkoopwaarde omzet € 2.090.000 +
Beginvoorraad € 200.000 −
Inkopen € 2.120.000
Beginstand crediteuren € 500.000
Inkopen € 2.120.000 +
Eindstand crediteuren € 100.000 −
Betaald € 2.520.000

20_273944_STM BB BE UW_CH20.indd 292 22/06/21 8:35 PM


© Noordhoff Uitgevers bv Kasstroomoverzicht 293

Opbrengst aandelenemissie
Toename aandelenkapitaal € 100.000
Toename agio € 250.000

€ 350.000
Investeringen in duurzame activa
Toename balanswaarde duurzame activa € 200.000
Afschrijvingen € 100.000 +

€ 300.000

b Kasstroomoverzicht 2020 volgens indirecte methode (bedragen x €1.000)

Kasstroom uit operationele activiteiten


Winst 300 +
Correcties 100 +
Afschrijvingen
Mutaties werkkapitaal
 Toename voorraad 30 −
 Afname debiteuren 50 +
 Afname crediteuren 400 −
 Toename te bet. vennootschapsbelasting 70 +

90 +
Kasstroom uit investeringsactiviteiten
Investeringen in duurzame activa 300 −
20
Kasstroom uit financieringsactiviteiten
Aandelenemissie 300 +
Afname banklening 100 −
Betaald dividend 50 −

200 +

Mutatie liquide middelen 10 −

T20.5 Balans per 31 december 2020 (× €1.000)


Gebouwen 250 – 10 240 Aandelenkapitaal 380
Inventaris 80 – 20 + 75 – 15 120 Hypotheek 180 – 15 165
Voorraad 530 – 50 480 Crediteuren 300 + 20 320
Debiteuren 0 + 70 70 Bank 60 – 30 30
Liquide middelen 60 + 10 70 Te betalen belasting 20
Nettowinst 65

980 980

20_273944_STM BB BE UW_CH20.indd 293 22/06/21 8:35 PM


20_273944_STM BB BE UW_CH20.indd 294 22/06/21 8:35 PM
© Noordhoff Uitgevers bv 295

21
Deelnemingen en
­consolidatie

21

21_273944_STM BB BE UW_CH21.indd 295 22/06/21 8:36 PM


296 deel 4 Financial accounting © Noordhoff Uitgevers bv

Kennisvragen

K21.1 Bij een deelneming gaat het om het verkrijgen van voordelen voor de eigen
bedrijfsactiviteiten en is er dus een relatie tussen de activiteiten van de
deelneming en van de deelnemer. Bij beleggingen gaat het om verwachte
koerswinsten en dividenden, en is er geen sprake van een relatie met de
eigen bedrijfsactiviteiten van de deelnemer.

K21.2 Bij een belang van ten minste 20%.

K21.3 De deelneming wordt gewaardeerd tegen de waarde van het saldo van de
achterliggende activa en passiva.

K21.4 1 De vennootschappelijke jaarrekening van het groepshoofd.


2 De geconsolideerde jaarrekening van de groep.

K21.5 Als in de vennootschappelijke jaarrekening gebruik wordt gemaakt van net-


to vermogenswaarde, is het vennootschappelijke eigen vermogen gelijk aan
het geconsolideerde eigen vermogen, en de vennootschappelijke winst ge-
lijk aan de geconsolideerde winst.

K21.6 Activa, verplichtingen, opbrengsten en kosten van een niet 100%-groeps-


maatschappij worden volledig meegenomen in de geconsolideerde jaarre-
kening. Ter correctie wordt in de balans een creditpost Minderheidsbelang
opgenomen ter grootte van het deel van het eigen vermogen van de
groepsmaatschappij dat niet toekomt aan het groepshoofd. In de resulta-
tenrekening wordt een aftrekpost Winstaandeel derden opgenomen, ter
grootte van het percentage van de winst van de groepsmaatschappij dat
niet toekomt aan het groepshoofd.
21

Toepassingsvragen

T21.1 Bij waardering tegen nettovermogenswaarde wordt de deelneming te boek


gesteld tegen de waarde van haar eigen vermogen, dus €80.000 (aandelen-
kapitaal) + €620.000 (reserves) = €700.000.
Hetgeen betaald wordt boven dit bedrag is goodwill; deze bedraagt dus
€1.000.000 – €700.000 = €300.000.

Balans Groot
Immateriële vaste activa:
Goodwill + € 300.000

Financiële vaste activa:


Deelneming Klein + € 700.000

Vlottende activa:
Liquide middelen − €1.000.000

21_273944_STM BB BE UW_CH21.indd 296 22/06/21 8:36 PM


© Noordhoff Uitgevers bv Deelnemingen en c
­ onsolidatie 297

T21.2 Balans IJssel bv per 31 december 2020 (in euro’s)


Financiële vaste activa Winst (80% van €120.000) €96.000
Deelneming Vecht (80%
van 60% van €120.000) € 57.600 +

Vlottende activa
Te ­vorderen dividend /
­Liquide middelen (80% van
40% van €120.000) €38.400 +
€96.000 €96.000

T21.3 Balans Expansie bv per 31 december 2020 (in euro’s)


Immateriële vaste activa Eigen vermogen
Goodwill 90.000 Aandelenkapitaal 100.000
Winstreserve 850.000
Materiële vaste activa Winst 2020 281.000
Inventaris 90.000

Financiële vaste activa


Deelneming Van Leeuwen 280.000

Vlottende activa
Voorraad 200.000
Effecten 77.000
Liquide middelen 494.000

1.231.000 1.231.000

Goodwill/Deelneming Van Leeuwen


1 januari: 21

Aankoopprijs €356.000
Nettovermogenswaarde
80% van eigen vermogen Van Leeuwen = 80% van (€40.000 +
€250.000 + €30.000) = €256.000

Goodwill €100.000


31 december
9

Goodwill 10 × €100.000 = €90.000.


De nettovermogenswaarde van de deelneming stijgt in 2020 met 80% van
(€50.000 − €20.000) = €24.000.

Waardering per 31 december 2020: €256.000 + €24.000 = €280.000.

Effecten
1,1 × €70.000 = €77.000.

21_273944_STM BB BE UW_CH21.indd 297 22/06/21 8:36 PM


298 deel 4 Financial accounting © Noordhoff Uitgevers bv

Liquide middelen
Stand 1/1 € 600.000
Omzet €5.000.000 +
Bedrijfskosten € 4.700.000 −
Aankoop aandelen Van Leeuwen € 356.000 −
Ontvangst dividend Van Leeuwen € 16.000 +
Aankoop aandelen International € 70.000 −
Ontvangst dividend International € 4.000 +

Stand 31/12 € 494.000

Winstreserve
€730.000 + €120.000 = €850.000.

Controle op de winst
Omzet €5.000.000
Overige kosten €4.700.000 –
Afschrijving inventaris € 60.000 –
Afschrijving goodwill € 10.000 –
Winst uit effecten
Dividend €4.000
Waardestijging €7.000
Winstaandeel in Van Leeuwen € 11.000 +
80% van €50.000 € 40.000 +

€ 281.000

T21.4 Geconsolideerde balans


Activa Bas €1.200.000 Eigen vermogen Bas € 800.000
21 Activa Alt € 700.000 Verplichtingen Bas € 400.000
Verplichtingen Alt € 300.000
€1.900.000
€1.500.000
Eliminaties: Eliminatie:
Deelneming € 400.000 Schuld aan Bas € 100.000
Lening aan Alt € 100.000
Balanstotaal €1.400.000 Balanstotaal €1.400.000

T21.5 a Geconsolideerde balans per 31 december 2020 (in euro’s)


Pand 170.000 Aandelenkapitaal 60.000
XLS
Inventaris 109.000 Reserves 502.000
Vrachtauto 44.000 Winst 160.000
Voorraden 397.000 Crediteuren 180.000
Debiteuren 121.000
Liquide middelen 61.000
902.000 902.000

21_273944_STM BB BE UW_CH21.indd 298 22/06/21 8:36 PM


© Noordhoff Uitgevers bv Deelnemingen en c
­ onsolidatie 299


De balans is tot stand gekomen door de posten van de enkelvoudige balan-
sen op te tellen, met verwerking van de volgende eliminaties:

• De post Deelneming Zuid mag niet op de geconsolideerde balans voor-
komen. Daartegenover wordt aan de creditkant het eigen vermogen van
Zuid geëlimineerd, bestaande uit de posten Aandelenkapitaal, Reserves
en Winst.

• De post 5%-lening Zuid op de balans van Noord is weggestreept tegen
de post Langlopende schuld op de balans van Zuid.

b Geconsolideerde resultatenrekening over 2020 (in euro’s)


Opbrengst verkopen 7.100.000
Inkoopwaarde verkopen 6.010.000 −
Afschrijvingen 43.000 −
Lonen en salarissen 355.000 −
Diverse baten 62.000 +
Diverse lasten 594.000 –
Winst 160.000


Ook hier zijn de posten opgeteld met inachtneming van enige eliminaties:

• Het gebruik door Zuid van het magazijn van Noord heeft bij Zuid geleid
tot Diverse lasten van €25.000 en bij Noord tot Diverse baten van
€25.000. Deze bedragen moeten uit de betreffende posten op de
geconsolideerde resultatenrekening gehaald worden.

• De post Financiële baten bij Noord heeft betrekking op de ontvangen
intrest op de lening aan Zuid en dient geëlimineerd te worden. Hetzelfde
geldt voor de post Financiële lasten bij Zuid.

• Uiteraard komt de winst van Zuid niet meer op de geconsolideerde
resultatenrekening voor.

T21.6 Geconsolideerde balans Zwartsluis/Hasselt Groep per 31 december 2020 (in euro’s) 21
Activa 1.050.000 Eigen vermogen 630.000
Minderheidsbelang 120.000
Schulden 300.000

1.050.000 1.050.000


Het geconsolideerde eigen vermogen is gelijk aan het vennootschappelijke
eigen vermogen van Zwartsluis. Het minderheidsbelang bedraagt 40% van
het eigen vermogen van Hasselt (40% van €300.000 = €120.000).

T21.7 a Winst Goed bv €450.000


Winst Best bv €240.000 +
Winstaandeel derden € 72.000 –
Geconsolideerde winst €618.000

b 30% van €240.000 = €72.000.

21_273944_STM BB BE UW_CH21.indd 299 22/06/21 8:36 PM


300 deel 4 Financial accounting © Noordhoff Uitgevers bv

T21.8 a Enkelvoudige balans Zwart per 1 januari 2021 (× €1.000)


Goodwill 9 Aandelenkapitaal 200
XLS
Grond 320 Agio 80
Pand 368 Winstreserve 379
Machines 256 Hypothecaire lening 220
Deelneming 141 Bank 110
Voorraad 88 Crediteuren 318
Debiteuren 45
Liquide middelen 80
1.307 1.307

b Geconsolideerde balans Zwart per 1 januari 2021 (× €1.000)


Goodwill 9 Aandelenkapitaal 200
Grond 440 Agio 80
Pand 502 Winstreserve 379
Machines 256 Minderheidsbelang 94
Voorraad 112 Hypothecaire lening 344
Debiteuren 99 Bank 110
Liquide middelen 172 Crediteuren 383
1.590 1.590

T21.9 a Nettovermogenswaarde per 1 januari: 60% van (€40.000 + €480.000) = €312.000


Op 1 januari betaalde goodwill: 20 / 19 × €190.000 = €200.000

Aankoopprijs €512.000

b Geconsolideerde balans per 31 december 2020 (× €1.000)


Goodwill 190 Aandelenkapitaal 100
21 Materiële vaste activa 1.200 Winstreserves 1.490
Voorraden 860 Winst 2020 250
Debiteuren 550 Minderheidsbelang 280
Liquide middelen 230 Korte schulden 910
3.030 3.030

Inzichtvragen

I21.1 a Geconsolideerde balans Iep-Wilg groep per 31 december 2020 (in euro’s)
Gebouwen 2.300.000 Eigen vermogen 1.500.000
Voorraden 1.160.000 Minderheidsbelang 160.000
Liquide middelen 300.000
1.660.000
Lange schulden 1.100.000
Korte schulden 1.000.000
3.760.000 3.760.000

21_273944_STM BB BE UW_CH21.indd 300 22/06/21 8:36 PM


© Noordhoff Uitgevers bv Deelnemingen en c
­ onsolidatie 301

Winst €250.000
b 1 
ReV = = = 20%.
eigen vermogen €1.250.000

eV €1.500.000

2  = = 50%.
tV €3.000.000

Vlottende activa €860.000


cR =
3  = = 0,96.
Kortlopende verplichtingen €900.000

Winst €250.000
c 1 
ReV = = = 20%.
eigen vermogen €1.250.000

eV €1.500.000 groepsvermogen €1.660.000



2  = = 39,9% (of = = 44,1%).
tV €3.760.000 tV €3.760.000

Vlottende activa €1.460.000


cR =
3  = = 1,46.
Kortlopende verplichtingen €1.000.000

d De rentabiliteit is enkelvoudig altijd hetzelfde als geconsolideerd. De


solvabiliteit is enkelvoudig altijd beter dan geconsolideerd. De liquiditeit
is enkelvoudig beter dan geconsolideerd als de liquiditeitspositie van de
moedermaatschappij beter is dan die van de dochtermaatschappij, en
in het omgekeerde geval slechter.

21

21_273944_STM BB BE UW_CH21.indd 301 22/06/21 8:36 PM

You might also like