Professional Documents
Culture Documents
NN7 1hv TEKST LZ 04 01
NN7 1hv TEKST LZ 04 01
Tekst 1
(2) Als je geen enig kind bent, hóór je bijna ruzie te hebben met je broers en zussen. Waarom ontstaan er zo
vaak conflicten tussen hen? En is dat erg, of is een robbertje vechten met je broer of zus nog niet zo slecht
voor je ontwikkeling?
(3) Veel lijkt er niet nodig om een knallende ruzie te laten ontstaan: een zeurende broer, een bemoeizuchtige
zus, de een die weigert met de ander te spelen. De stoppen slaan inderdaad makkelijk door bij kinderen,
vertelt pedagoge Susan Branje (Universiteit Utrecht). Voor het project RADAR volgt zij al sinds 2005 de
ontwikkeling van ongeveer 800 Nederlandse kinderen.
(4) Zo’n twee keer per week breekt er wel een serieuze ruzie uit tussen zussen en broers, blijkt uit het
RADAR-onderzoek. Op het oog draait het dan om kleine zaken, zoals klieren of vinden dat de ander net iets
meer krijgt, maar dat geeft een vertekend beeld, volgens Branje: ‘Vaak ligt er iets onder.’ Een grote broer die
altijd de baas speelt, bijvoorbeeld. Of een onderdeurtje dat wegkomt met iets wat de oudere broer of zus niet
mag. Ongelijke behandeling dus.
conflictueus zijn: met veel ruzies en een slechte verstandhouding. Maar de meest voorkomende variant blijkt
een tussenvorm: liefdevol én intens. Een warme onderlinge band gaat dan gepaard met regelmatige ruzies.
(9) Waarom kinderen in de ene of de andere vorm belanden, is nog niet goed onderzocht. Wel is het zo dat
zussen onderling vaker een harmonieuze relatie hebben dan broers. De Utrechtse studie toont dat kinderen
met zo’n stabiele band het best in hun vel zitten: ze voelen zich prettiger en zeggen het beter te doen op
school dan ruziënde broers en zussen.
(10) Ruziërs scoren minder goed, maar zolang de onderlinge band goed is, lijkt de schade voor de
ontwikkeling niet groot. Vriendschappelijke ruziezoekers ontwikkelen hun sociale vermogens bijvoorbeeld net
zo goed als kinderen met een harmonieuze verhouding.
Naar: Pepijn van der Gulden, quest.nl