You are on page 1of 2

OMOKVAR Model De griezelige tovenaar

Ad 1. Ontwerp
Beginsituatie:
De kinderen weten wat een tovenaar is en wat hij/zij doet. Ook weten de kinderen wat het woord
toveren betekend. De kinderen kunnen zingen en teksten onthouden.
Materialen en ruimte:
- Potloden als toverstokken
- Digitaal schoolbord
- Een klaslokaal
- Muziekblaadjes voor de kinderen
- Extra; prenten zoals: een tovenaar, olifant, muis, neus, boom, dwerg en of reus.
Lesdoelen:
- Vertellen wat voor gedachtes het muziekfragment bij hen oproept
- Gebaren bedenken die bij het lied passen en die kunnen uitvoeren tijdens het zingen
- Het lied ritmisch en melodisch goed zingen uit het hoofd
Ad 2. Opening en inleiding
- Blaadjes uitdelen met de tekst
- Vragen wat een tovenaar doet als hij gaat toveren
- Vragen hoe de kinderen zouden zwaaien met de toverstok
- Lied voorzingen
- Luisteren naar de opname en enkele leerlingen aanwijzen die hun toverzwaai laten zien.
Ad 3. Kern
- De leerlingen zingen het eerste gedeelte mee met de leerkracht In het bos hotsikee. De
rest wordt nog gezongen door de leerkracht. Tijdens het zingen maken de leerlingen bij het
stuk: hokus, pilatus, hotsikee de toverzwaai.
- De leerlingen zingen het tweede gedeelte samen met de leerkracht.
- De leerlingen zingen twee keer het hele lied samen met de leerkracht. (met de toverzwaai)
- De groep wordt ingedeeld in twee groepen. Groep 1 zingt het eerste gedeelte (met de
toverzwaai) en groep 2 maakt het lied af door het tweede gedeelte te zingen. Dit wordt 2
keer herhaald.
- Nu wisselen de groepen om, dus groep 2 begint met het eerste gedeelte en groep 1 maakt
het lied af.



Ad 4. Verwerking
- Het lied wordt nu twee keer achter elkaar gezongen door alle leerlingen tegelijk, zonder
leerkracht. (met de toverzwaai)
- De leerlingen bedenken gebaren bij de volgende woorden: mus & olifant, boom & neus en
dwerg en reus.
- Groep 1 zingt als eerst het hele lied en beeld de drie gebaren uit. Groep 2 kijkt aandachtig
naar groep 1. Vervolgens krijgt groep 1 feedback van groep 2. Daarna zingt groep 2 en krijgt
groep 2 feedback van groep 1.
Ad 5. Afsluiting
- De leerlingen zingen nu op hun allerbest het lied met zn allen en beelden dezelfde drie
gebaren uit. Dus bij: mus & olifant, boom & neus en dwerg en reus. Hiermee wordt de
activiteit afgesloten.
Ad 6. Reflectie
- De leerkracht vraagt aan de leerlingen wat ze goed deden en wat de volgende keer beter
kan.
- De leerkracht geeft feedback aan de leerlingen. Wat ging volgens de leerkracht goed en wat
kan de volgende keer beter?
- De leerkracht vraagt aan de leerlingen of ze de begeleiding prettig vonden en of hier iets aan
verbeterd kan worden. (feedback vanuit leerlingen)


De griezelige tovenaar
In het bos woont een griezelige tovenaar,
die maakt daar vreemde drankjes klaar,
daar doet hij rare dingen mee:
hokus pilatus hotsikee.

Hij maakt van een mug een olifant,
en van een boom een neus.
En als hij erg zijn best doet,
maakt hij van een dwerg een reus.

In het bos woont een griezelige tovenaar,
die maakt daar vreemde drankjes klaar,
daar doet hij rare dingen mee:
hokus pilatus hotsikee

You might also like