You are on page 1of 2

De stichting als ondernemingsvorm

Veel mensen zijn de mening toegedaan dat de stichting uitsluitend bedoeld is voor liefdadigheidsinstellingen of
organisaties werkzaam op het terrein van sociale en andere idieële doelstellingen. De stichting is in Nederland
eigenlijk een van de belangrijkste vormen om in te ondernemen. Als u goed om u heen kijkt ,zult u opmerken
dat tientallen diensten in ons leven totstand komen door middel van een stichting. Wij brengen onze kinderen
naar stichting kinderdagverblijf X we huren onze woning van woningstichting Y en als we overlijden wordt de
uitvaart verzorgd door stichting Z .

Zoals de stichting als een soort katalisator door een mens zijn leven loopt zo komen we de stichting ook tegen
in het bedrijfsleven zeker hier en daar zien we ondernemers rechtstreeks via een stichting deelnemen aan het
proces van ondernemen. Veelal zien we van de stichting die in de bedrijfscluster zit waarmee we zaken doen,
niet . Meestal opereert de stichting op de achtergrond zo zien we stichtingen die zorgen voor het bestuur in
ondernemingen. Vaak zijn ze houdster van de aandelen in BV's en NV's (bijvoorbeeld heineken ). Als u een huis
koopt zal de notaris u in de regel uitnodigen om de koopsom te storten op de rekening van de stichting
"derdengelden" .

De stichtingen die wij voor onze cliénten oprichten zijn in de regel zogenaamde beheersstichtingen die
optreden als bestuurders in andere vennootschapen. De doelstelling is dan ook nooit het maken van winst . Via
deze stichting wordt bepaald hoe de zeggenschap binnen de onderliggende vennootschap(pen) is geregeld of
via de stichting wordt rechtspersoonlijkheid verkregen bij CV's..

De oprichting en statuten

Voor de oprichting van een stichting is een notariële akte vereist. In de oprichtingsakte moeten de statuten
opgenomen worden. Hierin moet onder andere vermeld staan: de naam van de stichting; het doel van de
stichting; de wijze van benoeming en ontslag van de bestuurders; de vestigingsplaats; een regeling voor de
wijze waarop en door wie de stichting kan worden beëindigd.

Enkele kenmerken van de stichting: de stichting moet worden ingeschreven bij de Kamer van Koophandel; er
moet in ieder geval een bestuur (directie) aangesteld worden; Desgewenst kan u daarnaast een raad van
toezicht (vergelijkbaar met Raad van Commissarissen) in het leven roepen. In tegenstelling tot de Besloten
Vennootschap kent de stichting geen aandeelhouders.

Een stichting kan gewoon werknemers in dienst hebben die een salaris voor hun werkzaamheden ontvangen.

Het doel van een stichting mag niet bestaan uit het doen van uitkeringen aan haar oprichters of bestuurders.
Het betalen aan oprichters of bestuurders van door hen gemaakte onkosten of het vergoeden van ter
beschikking gestelde tijd is wel toegestaan.

Wanneer u uzelf als bestuurder op de loonlijst van de stichting zet, geeft de Belastingdienst u niet al te veel
ruimte. Uw beloning moet marktconform zijn.

Tel hier het feit bij op dat u ook al moeilijkheden kunt krijgen bij het doen van uitkeringen aan uzelf, en u
begrijpt dat het eenvoudiger is om uw beloning bij een van de onderliggende rechtsvormen te genieten .

Beperkt belastingplichtig

De stichting is in tegenstelling tot de BV en de NV beperkt belastingplichtig. Dit houdt in dat zij slechts aan
vennootschapsbelasting is onderworpen voorzover zij een onderneming drijft, en dan nog alleen maar voor het
ondernemingsgedeelte.

Een stichting zonder 'ondernemingsactiviteiten' hoeft geen vennootschapsbelasting te betalen.


Het drijven van een onderneming

Voorzover de stichting een onderneming drijft, is deze net zo goed belastingplichtig als ieder ander bedrijf. Of
dit het geval is, hangt af van de vraag ,is er sprake van een organisatie van kapitaal en arbeid (Dat is al gauw het
geval, zonder kapitaal kan je niets en zonder arbeid gebeurt er niets);neemt de de organisatie aan het
maatschappelijk verkeerdeel?

Dit is niet het geval als er sprake is van een gesloten kring van afnemers; de organisatie naar winst streeft. Ook
zonder winststreven kan sprake zijn van een 'onderneming'

De fiscus gaat er al gauw van uit dat er een winststreven aanwezig is: een stichting die met haar
werkzaamheden concurreert met belastingplichtige marktpartijen wordt door de fiscus als onderneming
aangemerkt, ook al ontbreekt het winststreven.

Als u een gedeelte van uw ondernemingsactiviteiten onderbrengt in een stichting, moet u voor de stichting
gewoon belasting betalen. Liggen de werkzaamheden in het verlengstuk van de aangesloten of
belanghebbende onderneming of oprichter, dan wordt het winststreven van deze onderneming toegerekend
aan de stichting.

Bepalend is de vraag of de stichting voldoende zelfstandigheid bezit.

De persoonlijke stichting

Kijk uit als u een stichting voor uw eigen werkzaamheden opricht. De fiscus kan behoorlijk dwarsliggen.
Meestal gebeurt dit als u al lang en breed activiteiten onderneemt in naam van de stichting.

De fiscus kan van mening zijn dat de stichting niet meer is dan een verkapte truc om te ontkomen aan uw
belastingplicht De belastinginspecteur kan van mening zijn dat het geen verschil uitmaakt of u de activiteiten
via uw stichting of als prive-persoon of -onderneming onderneemt.

Een voorbeeld : Meneer X is oprichter en enige bestuurder van een stichting. De beloningen voor zijn
dienstverlening worden rechtstreeks naar de stichting overgemaakt. De stichting neemt de autokosten en
andere uitgaven van meneer X voor haar rekening. De stichting is niet belastingplichtig. De belastinginspecteur
meende dat de stichting kon worden vereenzelvigd met meneer X: meneer X heeft de bevoegdheid om de
statuten te wijzigen en de stichting te liquideren.
Na beëindiging kan hij de bestemming van de overgebleven bezittingen van de stichting bepalen. De
belastingrechter stelde de belastinginspecteur in het gelijk
De stichting bezit niet genoeg zelfstandigheid om de inkomsten aan haar toe te rekenen. Meneer X zou op
dezelfde manier over de gelden van de stichting kunnen beschikken als ze tot zijn eigen vermogen behoren.
Een beter voorbeeld Meneer Y is accountant. Hij j laat een derde een stichting oprichten n.l de stichting Z die
ten doel heeft werkzaamheden te verrichten die kenmerkend zijn voor een accountants- en
administratiekantoor. De statuten bepalen onder andere dat er een een raad van toezicht in het leven kan
worden roepen. Gedurende het korte bestaan van stichting Z staan meerdere directeuren aan het roer. Het
geval wil dat na de liquidatie van de stichting een schuld voor loonbelasting blijft openstaan. De fiscus klopt
voor de inning van de schuld aan bij meneer Y omdat hij meent dat niet de stichting, maar meneer Y
belastingplichtig is. De rechter verwerpt de redenering van de belastinginspecteur. Stichting Z kan niet met
meneer Y worden vereenzelvigd omdat de stichting een afzonderlijke, van meneer Y te onderscheiden
rechtspersoon is, die werknemers in dienst heeft. Voor de inning van de belastingschuld van de stichting zal de
fiscus meneer Y als bestuurder aansprakelijk moeten stellen .

Bron: http://www.bedrijfsbehoud.nl/stichting.html

You might also like