You are on page 1of 27

2021

Fast Fashion

Wagenvoort Marit, Dommerholt Karlijn &


Hankel Lotte
Waerdenborch
10-5-2021
Inhoudsopgave

Inhoudsopgave.......................................................................................................................................1
Inleiding..................................................................................................................................................2
Onderzoeksvragen..............................................................................................................................2
Onderzoeksmethode..............................................................................................................................3
Planning..............................................................................................................................................3
Oriëntatie: documentaires.....................................................................................................................4
Genaaid..............................................................................................................................................4
De slag om de klerewereld.................................................................................................................7
The positive chain of change............................................................................................................10
Literair: op onderzoek uit.....................................................................................................................11
Fast fashion en slow fashion.............................................................................................................11
Vervuilende kledingindustrie............................................................................................................11
Consument tegen een miljoenenbedrijf...........................................................................................12
Beïnvloeding van trends op de consument......................................................................................13
Modetrends, problematisch?.......................................................................................................14
Kleding in het dagelijks leven...........................................................................................................15
Mini-onderzoek: Hoelang doen mensen met hun kleding?..........................................................16
Eisen kwalitatief goed kledingstuk...................................................................................................17
Recyclen van oude kleding...............................................................................................................19
De rol van influencers.......................................................................................................................19
Praktijk: Kledingstuk ‘pimpen’..............................................................................................................21
Praktijk: prototype app.........................................................................................................................22
Conclusie..............................................................................................................................................23
Bibliografie...........................................................................................................................................24

Bron afbeelding voorblad: [ CITATION red19 \l 1043 ]


Inleiding
We zaten met z’n drieën een beetje na te denken over wat we wilden onderzoeken, maar we hadden
allemaal een ander idee. Toen hebben we besloten dat we er een week over na zouden denken en
dan zouden beslissen. Uiteindelijk kwam Marit met het idee over fast fashion, dit komt voornamelijk
doordat ze ooit al een documentaire erover had gezien en ze het een interessant onderwerp vindt.
Karlijn en Lotte vonden het beide ook een goed idee en toen hadden we het besloten: we doen het
over de vervuilende kledingindustrie. Hierdoor zijn we direct op onderzoek uitgegaan en hebben we
gekeken naar de donkere kant van onze goedkope kleding. Door ons goed te oriënteren zijn we
uitgekomen op één hoofdvraag met verschillende deelvragen, deze kan u hieronder bekijken.

Onderzoeksvragen
Wat kan de consument doen tegen fast fashion?
 Wat is fast fashion en wat is het verschil met slow fashion?
 Hoe vervuilend is de kledingindustrie?
 Kan je als consument wel tegen een miljoenenbedrijf op?
 Hoe kun je je als consument niet te veel laten beïnvloeden door trends die continu
veranderen?
 Wat voor rol speelt kleding in het dagelijkse leven?
 Waar voldoet een kwalitatief goed kledingstuk aan?
 Wat doe je met je oude kleding?
 Welke rol spelen influencers?
Onderzoeksmethode
Als onderzoeksmethode gebruiken we een literatuuronderzoek en een deel praktijkonderzoek. We
gaan als eerst een documentaire bekijken om ons te oriënteren en daarna beginnen we met het
literaire deel van ons onderzoek. Omdat dit nogal veel concentratie vereist wisselen we dit af met
een deel praktijk, dit om met een heldere blik te blijven kijken op de kledingindustrie. We hebben de
deelvragen opgedeeld in verschillende categorieën en deze ingedeeld per persoon. Dit omdat het
moeilijk is om alles samen te doen, omdat we elkaar niet altijd zien, dit in verband met covid-19.

Planning
Datum Opdracht Personen
15-02-2021 - Onderzoeksvraag bedenken + deelvragen Lotte, Karlijn, Marit
08-03-2021 Documentaire gekeken:
- Slag om de klerewereld Karlijn
- Genaaid Marit
22-03-2021 Onderzoeksvragen verdiepen:
- Wat is fast fashion en wat is het verschil met slow Marit
fashion?
- Hoe vervuilend is de kledingindustrie? Marit
- Waar voldoet een kwalitatief goed kledingstuk aan? Karlijn
- Welke rol spelen influencers? Lotte
29-03-2021 Wat moet af:
- De vragen van de vorige les moeten uitgewerkt zijn. Lotte, Karlijn, Marit
Wat gaan we doen:
- App ontwikkelen in de les. Lotte & Karlijn
- Bezig met het ‘pimpen’ van een kledingstuk. Marit

Einde van de week af:


- Documentaire gekeken (The positive chain of change) Lotte
- Kledingstuk bleken en scheuren maken Marit
12-04-2021 Onderzoeksvragen verdiepen:
- Kan je als consument wel tegen een miljoenenbedrijf Marit
op?
- Hoe kun je je als consument niet te veel laten Karlijn
beïnvloeden door trends die continu veranderen?
- Wat voor rol speelt kleding in het dagelijkse leven? Karlijn
- Wat doe je met je oude kleding? Lotte

Eind van de week af:


- App ontwikkeld Lotte & Karlijn
- Kledingstuk ‘gepimpt’ Marit
10-05-2021 Onderzoek moet af zijn:
- De hoofdvraag met z’n allen beantwoorden. Lotte, Karlijn, Marit
- Laatste aanpassingen doen en alles één keer goed Lotte, Karlijn, Marit
doorlezen, aan de eind van de les klaar.
Oriëntatie: documentaires
Genaaid
Aflevering 1. Fast fashion
5 fashionista’s gaan 10 sets maken voor een modeshow. Wel moeten dit stukken zijn die geheel
duurzaam zijn. Dit doen ze onder leiding van iemand die er verstand van heeft, Claes Iversen. Maar
om te weten waarom we veel meer zouden moeten geven om duurzaamheid, gaan ze naar
Myanmar, hier komt enorm veel van onze kleding vandaan. Fast fashion noemen we dat: goedkope
kleding dat ze snel mogelijk en zoveel mogelijk wordt geproduceerd. Dit is heel wat anders dan wat je
ziet op een modeshow, hier zie je voornamelijk slow fashion: kleding waar veel tijd in is gestoken.
Na olie is de kledingindustrie de meest vervuilende industrie op de wereld. Denk aan
milieuvervuiling, watervervuiling, de CO2 uitstoot bij de productie van de kleding. Maar vergeet ook
niet de afvalberg van de kleding, alles wat niet wordt verkocht wordt gewoon vernietigd. Maar ook
de productie is niet de beste die je kan hebben. Deze wordt verplaatst naar lagelonenlanden en
bestaat voornamelijk uit lange uren en kinderarbeid. Door het verbod op vakbonden kunnen de
arbeiders er ook maar weinig aan doen, anders zijn ze zo werkloos.
De deelnemers gaan leven als de arbeiders dat doen in Myanmar. De eerste dag komen ze
achter dat ze ook moeten slapen zoals dat daar gebeurd, dit valt tegen, ze slapen op een matje van 2
centimeter. Maar na de nachtrust moeten ze werken op de katoenplantages. Het is vermoeiend werk
in de bloedhete zon, maar zouden er geen hulpmiddelen voor bestaan? Jawel zegt een arbeider, met
machines zou het zo veel sneller gaan.
Maar de katoenproductie is ook erg vervuilend, de akkers worden niet goed onderhouden
waardoor er veel watertekorten zijn ontstaan. En alle chemicaliën worden in het overgebleven water
gegooid, dit zorgt voor 1 miljoen doden door pesticide vergiftiging per jaar.

Aflevering 2. Spijkerbroeken en T-shirts


In de tweede aflevering gaan de deelnemers verder met het bewerken van katoen. Maar eerst
moeten ze nog katoen plukken, ze vragen hoeveel loon de mensen krijgen. De vrouw zegt dat ze €3,-
verdient per dag en €75,- per maand, hier moet ze haar moeder van verzorgen. Doordat ze weinig
verdienen eten ze ook 3x per dag rijst.
De deelnemers gaan hierna naar een katoenfabriek en worden direct aan het werk gezet. De
meiden moeten de katoenbollen omgooien, zo drogen ze sneller in de zon. En de jongens moeten
het katoen in machines doen waardoor het in elkaar wordt geperst. Ze krijgen direct last van hun
ogen, alle pluisjes komen hierin en het irriteert. De mensen hier horen ze niet klagen, die zijn het
gewend en gaan gewoon als machines te werk.
En dan, de ververij, hier wordt het katoen geverfd in alle kleuren die je kan vinden in je
kledingkast. Dit is een van de meest vervuilendste processen ter wereld. Zo is de fashionindustrie
20% oorzaak van het vervuilende water ter wereld. Dat kan je zien in hoeveel water er nodig is voor
één spijkerbroek = 7500 L (verbouwen katoen) + 500L (afwerken). Er zitten veel chemicaliën in het
water waar het katoen wordt geverfd, hierdoor kan je als mens giftige stoffen in ademen en soms
zelfs ziektes, zoals kanker, krijgen. De mensen die hier werken zitten lange dagen in de stank van de
chemicaliën en moeten oppassen dat ze het kokendhete water niet over zich heen krijgen.
In Myanmar, en veel andere landen met een kledingindustrie, zie je veel blauwe rivieren,
bijna tot het zwarte toe. Dit komt omdat al het afvalwater van de industrie hier terecht komt, met
alle chemicaliën er nog in, vandaar dat hier ook geen dieren in het water leven.
En dan het duurzame proces. De deelnemers gaan naar een kleine katoenververij die alleen
met natuurlijke producten het katoen een kleur geeft. Ook de arbeiders zijn hier veel gelukkiger en
genieten van het werk wat ze uitvoeren, maar helaas is dit de enige duurzame fabriek in Myanmar,
hoe dit komt? Het proces is hier 10x zo duur als het niet-duurzame alternatief.
Aflevering 3. Modeaccessoires
In deze aflevering gaan de deelnemers naar Mandalay, de leerhoofdstad van Myanmar. 1/3 van de
bevolking leeft hier onder de armoedegrens. Een deel van de deelnemers gaan naar een
tassenmakerij, hier worden 200 tassen per dag gemaakt. De deelnemers moeten direct aan het werk
met de ouderwetse naaimachines. Iets verderop gaan de andere deelnemers naar een
schoenmakerij. Hier word je betaald per paar schoenen dat je maakt, je krijgt €0,60 per gemaakt
paar. Hier is het nog strenger dan de tassenmakerij, ze moeten stil zijn, vooruitkijken en doorwerken.
Nadat ze hun loon hebben gekregen moeten de deelnemers eten halen en een slaapplek
vinden voor zichzelf. Ze kunnen maar weinig halen en moeten erg afdingen op het eten en de
slaapplek, maar uiteindelijk krijgen ze het voor elkaar. Maar de slaapplek is niet echt luxe, ze moeten
zich wassen buiten met een emmer en hun behoefte? Die mogen ze staand doen in de grond.
De dag hierna gaan ze naar leerlooierijen, als ze dachten dat ze het ergste al gehad hadden,
hadden ze het mis. Er worden jaarlijks één miljard dieren gedood voor de kledingindustrie. Er worden
ook hier weer veel chemicaliën gebruikt voor het proces van het leer. Het afvalwater wordt gedumpt
in rivieren en velden, dit zorgt voor ernstige water- en bodemverontreiniging.
In de fabriek is het al gauw 35°C en het kan nog hoger oplopen. De arbeiders mogen hier dan
iets meer dan het gemiddelde inkomen verdienen, namelijk €5,- per dag, maar ze moeten wel
dagenlang in de chemische stoffen werken. Ze krijgen dan ook vaak huidaandoeningen of
luchtwegproblemen. Leer moet ook veel ondergaan voordat het naar het volgende station kan: eerst
moeten ze het met zout insmeren, de staart afhakken, hierna weekt het enkele weken in een
chemisch bad, het haar wordt afgeschraapt, het wordt platgewalst en het is klaar om een product te
worden. De arbeiders moeten soms ook werken in kalkbaden, dit is te vergelijken met zoutzuur, als
de arbeiders hier te lang in blijven, worden ze gewoon opgelost.
Maar dan het duurzame alternatief, het sociale project ‘Chu Chu’. Hier gebruiken ze
natuurlijke materialen zoals bananenbomen, paddenstoelen, planten, kurk om producten te maken.
Ook wordt hier gerecycled, dit is het meeste CO 2 besparende proces ter wereld. Ook worden oude
binnenbanden gebruikt, dit lijkt bijna op echt leer.

Aflevering 4. Kleding voor een prikkie


De keerzijde van Fast fashion is hier duidelijk te zien. Bijvoorbeeld een ongeval, een paar jaar
geleden. Een gebouw van 8 verdiepingen is ingestort, 1134 mensen zijn overleden en meer dan 2500
mensen waren gewond. Dit was nieuw voor de Westerse wereld, de eerste keer dat ze de slechte
arbeidsomstandigheden te zien krijgen en de levensgevaarlijke fabrieken.
De deelnemers gaan voor het eerst werken in een naaiatelier. Hier werken voornamelijk
vrouwen onder slechte omstandigheden. Zo moeten ze 60 uur per week werken onder een hoge
werkdruk. Ze verdienen €0,35 per uur. Ze werken 8 uur per dag + standaard 2 uur overwerken. Zo is
er een meisje die werkt om haar gezin te onderhouden, ze werkt er al 3 jaar en is nog maar net 18
jaar. Ze werkt 6 dagen in de week, 11 uur per dag om een magere €75,- per maand te ontvangen.
Maar de overheid doet zijn best, zo hebben ze een minimumloon ingevoerd. Alleen zorgde
dit niet voor verbeteringen, maar juist voor verslechtering. Dit hield in dat de winst voor de bedrijven
daalde en dus moesten de arbeiders de gevolgen hiervan zien, de arbeidsproductiviteit zou stijgen.
En dan de seksuele intimidatie op de werkvloer en de gedwongen zwangerschapstesten. Je
moet namelijk kunnen bewijzen dat je niet zwanger bent, anders word je niet aangenomen. Maar
wat kunnen wij er als consument aan doen? Eigenlijk is dat nog niet duidelijk, we kunnen wel minder
fast fashion kopen, maar verliezen de mensen dan niet hun baan? Je kan wel kijken naar wat de
werkgevers kunnen doen, zoals de lonen verhogen en betere omstandigheden regelen. De Westerse
bedrijven kunnen meer transparantie geven en de overheid kan wetten opstellen.
2016, Nederland zet een contract op waar merken zich kunnen neerzetten. Dit contract
houdt in dat de omstandigheden moeten verbeteren, er minder dierenleed bij komt kijken en dat er
minder milieuvervuiling moet komen. Meer dan 80 bedrijven in Nederland hebben dit ondertekend,
maar dit is nog lang niet genoeg. In Myanmar is er ook een gratis opleiding voor meiden die geen
middelbare school hebben afgemaakt, dit om ze toch op weg te helpen.
Aflevering 5. Kinderarbeid
In deze aflevering komt de zwartste kant van de kledingindustrie naar voren. Ongeveer 10% van de
kinderen in Myanmar, ongeveer 1,3 miljoen kinderen, moeten werken. Hiervan werkt 17% in de
textielindustrie. De meeste mensen wonen in townships. De Westerse wereld wordt steeds vaker
gecontroleerd, hierdoor vallen veel bedrijven weg en komen er meer illegale bedrijfjes op in de
achterbuurten. Je krijgt hier een nog lager loon en er is een nog hogere werkdruk.
De deelnemers gaat werken in een kleine sweatshop. Ze moeten 20 T-shirts maken per
persoon per dag. Dit betekent maar één ding: doorwerken. Er zijn ook veel kinderen die hier werken.
Er zijn lage lonen en de kinderen moeten slapen op de grond. Myanmar staat 7 e op de wereldranglijst
met de meeste kinderarbeid. Al moeten de kinderen verplicht naar school tot hun elfde en mogen ze
pas werken vanaf hun 15e, toch werken de meeste al vanaf hun 10 e. de voornaamste reden is de
armoede van de ouders, ze gaan dan ook vaak illegaal werken.
Dit is slecht voor hun gezondheid, morele en sociale ontwikkeling. Het kan namelijk lijden tot
kanker en zelfs de dood. Daarom zijn er veel inspecties bezig, al bereiken ze hier maar weinig mee.
De kinderen zoeken ander werk en dit is vaak nog veel erger, denk aan: kinderprostitutie,
kindersmokkel en dwangarbeid. De lonen zijn dus enorm laag, de mensen krijgen €0,10 per blouse en
krijgen er maximaal 20 per dag af, dit zorgt dus voor een dag inkomen van €3,- en een
maandinkomen van €75,-. Er wordt dan ook vaak gesproken over slavernij.
En dan het duurzame alternatief, dat is er niet zo zeer. Wel is er een project dat zorgt voor
meer scholing onder de kinderen. Zo rijden er elke dag 4 bussen door Yangon om de kinderarbeiders
bij te scholen in de pauzes. Dit komt omdat ze vaak 12 uur op een dag moeten werken en dus alleen
in de pauzes tijd hebben om te leren.
Wat nog wel het meest schokkende is, is de omgang om kinderen. Ouders verkopen of
verhuren hun kind vaak aan fabrieken of tussenpersonen. Zo moet het kind 6 maanden in de fabriek
werken en krijgen de ouders het loon. Er wordt ook op deze manier over kinderen gepraat terwijl ze
er zelf bij staan, je kan wel praten over slaven. De kledingindustrie heeft ook nog een gigantische
berg afval, deze is bijna groter dan de plastic soep.

Aflevering 6. Het eerlijke alternatief


In de laatste aflevering van de documentaire gaan de deelnemers de collectie maken, maar aan de
stof van Myanmar hebben ze niet genoeg, ze moeten opzoek naar andere duurzame acties. Zo gaan
ze naar een winkel waar ze allemaal stoffen verkopen die niet meer ‘in’ zijn. Ze komen van
modeshows vandaan maar niet zijn verkocht.
Daarnaast gaan ze ook naar een andere winkel, hier zien ze het proces van recycling. Zo
worden er allemaal kleren ingezameld en op kleur gesorteerd. Hierna worden er garen van gemaakt
waar uiteindelijk truien van kunnen worden gemaakt.
Wat kan je doen als consument aan de kledingindustrie? Dat is moeilijk om te zeggen, maar
het belangrijkste is: durf te vragen. Door te vragen aan de kledingwinkels waar de kleding vandaan
komt krijg je als consument een beeld en zorg je ervoor dat de winkels ook meer kennis moeten
hebben.
Maar de grootste vraag is toch wel: kan de slow fashion en de duurzame kleding wel tegen
de fast fashionindustrie op? Dat zal altijd de vraag zijn, maar het is bewezen dat consumenten 10%
meer over hebben voor duurzame kleding. Ook kan je duurzame kleding zien als een goede
investering, vaak is dit namelijk van betere kwaliteit en kan je er dus langer mee rondlopen dan de
fast fashion. Maar ook kan je gewoon merkkleding kopen tweedehands, hierdoor heb je toch je
merk, maar is het goedkoper en beter voor de wereld.
Maar het allerbelangrijkste is toch wel, meer transparantie als we het hebben over de
kledingbedrijven. Alleen zo kunnen we de kledingindustrie verduurzamen.
De slag om de klerewereld
Aflevering 1. Het wonder van de wegwerpmode
‘De echte prijs van kleding wordt elders op de wereld betaald ’.
Mensen kopen 2x zo veel kleding kopen als 15 jaar geleden. Wanneer mensen genoeg hebben van
hun kleding kopen ze gewoon weer wat nieuws.
Teun van de Keuken spreekt in de Kalverstraat af met Dai Forterre, een textielconsultant. Dai
is een van de weinigen die open over de kledingindustrie wil praten. Ze lopen langs een etalage waar
een short voor €9,95 wordt aangeboden, naar Dai’s schatting is deze in Bangladesh afgenaaid voor
€1,50.
Na de Rana Plaza ramp in Bangladesh beloven alle grote kledingmerken beterschap.
Opvallend is dat geen van de kledingmerken met de journalisten van het programma in gesprek wil.
Teun besluit hierop een undercover textielondernemer te worden. Samen met Dai bekijkt hij een trui
van €165 en €30 euro, ondanks de verschillende verkoopprijs waren ze waarschijnlijk allebei even
duur om te produceren. Het doel van Teun wordt om de sweatshirts in te kopen voor ± €4. Als klein
bedrijf begint hij klein met 3000 sweatshirts. Wanneer hij fabrikanten belt, willen ze hem wel helpen,
maar niet over de telefoon.
Teun bezoekt een beurs in Parijs. Na bijna weggestuurd te zijn omdat hij verdacht werd van
journalistieke praktijken, mag hij de beurs op. Hij bezoekt verschillende landen: Vietnam wil hem wel
een lage prijs bieden, maar enkel bij meer stuks; de Bengalen willen de beperkte oplage wel maken
voor $5 per stuk; Bangladesh gaat akkoord met €3,40 per stuk. De man zegt: ‘goedkope arbeid, maar
de kwaliteit is goed!’ Ook vindt hij het goed als Teun de fabriek komt bezoeken. Opvallend is dat
China een veel hogere prijs vraagt (€10), dit komt omdat de cao lonen hier hoger liggen, wat de
kledingproductie automatisch duurder maakt. De vrouw vertelt wel dat er fabrieken zijn in China die
minder hogere lonen betalen. Zo zie je maar dat zakendoen met textiellanden niet moeilijk is, er valt
altijd wel wat te regelen.
De fabriek van Arafat ziet er keurig uit, het is zelfs beveiligd. Maar door binnenkomst worden
ze dankzij de camera een kantoortje ingeloodst. Het blijkt dat dit niet de fabriek is van meneer
Arafat. Het komt vaker voor dat verkopers naar mooiere fabrieken worden meegenomen om de
schijn op te houden.
In 1971 werd Bangladesh zelfstandig. Het rijke westen zou Bangladesh op weg helpen d.m.v.
handelsafspraken (kortingen of belastingvrij) + spotgoedkope arbeidskrachten exploderen van de
kledingindustrie. In de jaren 80 had het land 30 kledingfabrieken, nu 5600. Dhaka, de hoofdstad van
het land, is het centrum voor het maken van de kleding. Opvallend is dat de westerse inkopers
(Europa is de grootste klant) vaak geen stap buiten hun hotel zetten. De omzet van de
kledingindustrie is €17 miljard, wat 1/3 van het Bengaalse bbp is, dit aandeel blijft groeien.
Roland Duong gaat naar Milaan, het Mekka van de mode; hier worden de trends bepaald. Op
modeshows wordt de nieuwste kleding van dure merken getoond die wordt ontworpen en gemaakts
is in het atelier. De mensen op straat (‘fashionistas’) dragen een mix van dure en goedkope kleding.
Ricardo Grassi maakt in zijn showroom vaak kleine merken groot. Voorheen deed hij vier
collecties per jaar, nu zijn dat er zes. De kleding die er hangt wordt vaak een paar weken laten
gekopieerd door goedkopere merken.
Renzo Rosso is eigenaar van het succesvolle kledingmerk Diesel. Ondanks dat het een
duurder merk is wordt (maar) 40% in Italië zelf geproduceerd. Als je winst wilt maken is het normaal
dat je de kleding niet in het eigen land produceert. Ronald kan Roberto Cavalli nog snel wat vragen.
Aflevering 2. Prijzenslag in Bangladesh
‘Sommige kledingstukken in de winkel zijn goedkoop dat je bijna wel zeker weet dat het niet op een
duurzame manier geproduceerd is. Maar aan de andere kant is een duur kledingstuk geen garantie is
voor een goede productie’.
Meneer Arafat neemt Teun dit keer wel mee naar een van zijn eigen fabriek. Deze fabriek is
wat kleiner en ouder. Het is een feit dat jonge werknemers goedkoper zijn en als Teun Arafat moet
geloven gebruikt hij geen kinderarbeid. Hij verteld dat zijn werknemers een salaris van €53 krijgen,
wat ver boven het minimumloon ligt. Ook benadrukt hij dat inkopers hem klemzetten met hun
prijzen en dat zijn gebouw aan alle voorwaarden voldoet. Klanten van Arafat zijn o.a. Wibra en
Zeeman. Hij vertelt dat ze veel bestellen en weinig betalen. ‘Verteld hij de waarheid of is hij slim aan
het onderhandelen?’
Na de Rana Plaza ramp willen inkomers niet alleen de laagste prijs (VOC-mentaliteit; als het
te duur wordt gaan we naar de volgende producent) maar ook dat de producent voldoet aan de
arbeids- en veiligheidseisen. Dit is problematisch voor een land dat alleen kan concurreren op prijs.
Een oplossing hiervoor is subcontracting: een fabriek laat zijn bestellingen weer ergens anders
produceren waar akkoorden en afspraken geen rol spelen. Kledingmerken gebruiken dit als reden dat
ze niet weten waar hun kleding is geproduceerd. Logisch dat de door Arafat getoonde fabriek deels
leeg staat, anders zouden de kosten te hoog oplopen.
Teun bezoekt een subcontract-fabriek. Kinderarbeid, slechte brand- en bouwveiligheid: de
fabriek voldoet niet aan de regels. Aan de drukt (in tegenstelling tot Arafats fabriek) hebben
kledingmerken wel vertrouwen in het bedrijf. O.a. Pull & Bear en Zara, een van de belangrijkste
ondertekenaars van het akkoord, laten hier kleding maken. Ook het Hollandse Mexx, wie het akkoord
nooit heeft ondertekend, laat hier kleding maken.
Deze merken hebben onbewuste onbekendheid. ‘Wat niet weet, wat niet deert’. Teun komt
het bedrijf makkelijk in, inkopers daarentegen verlaten nauwelijks hun hotel.
Teun spreekt een jongen van tien jaar, hij maakt labels voor grote merken. Door een stof waar hij
mee werkt, heeft hij veel last van hoofdpijn. Hij krijgt slechts €40 per maand en gaat niet naar school.
Grote merken hebben hier geen problemen mee, de kans is groot dat ze hier zelf niet eens vanaf
weten, want hun fabrikanten of textielagenten (die de hele productie regelen) hebben dit voor hen
geregeld. Abraham Lincoln is zo’n textielagent. De broeken (o.a. Diesel, Galliano en Ralp Lauren) die
hij verkoopt zijn allemaal even duur om te maken ($8-$12), ongeacht het een luxer of goedkoper
merk is.
Het Bangladesh akkoord is een overeenkomst tussen kledingmerken en vakbonden om
brand- en bouwveiligheid in fabrieken te waarborgen. Bengaalse ondernemers zeggen openlijk dat ze
steun nodig hebben om dit te kunnen bekostigen, maar aangesloten kledingmerken willen hier niet
aan meebetalen. Op lage lonen, rechten van de arbeiders en kinderarbeid wordt niet gecontroleerd,
want dat is moelijker controleerbaar.
Sinds de Rana Plaze ramp erkent de regering van Bangladesh ook de vakbonden. Er zijn ± 6000
fabrieken, hiervan hebben er maar 300 vakbonden. De man waarmee Ronald spreekt zegt dat als
inkopers alleen bereid zijn te kopen van fabrieken met vakbonden, er wellicht meer vakbonden
komen.
Teun bezoekt een fabriek die op een betere manier produceert, maar hierdoor liggen de
productiekosten een paar cent hoger. Om die paar cent draait het voor inkopers.
Teun heeft ook onderhandelingen in de lobby van zijn hotel. In een halfuur weet hij de prijs van €5,70
naar €4,58 te krijgen. De concurrentie is zo moordend dat alles tot de kostprijs uit wordt
onderhandeld.
Teun bezoekt een fabriek die onder het akkoord valt. De baas verteld zelf dat op papier alles
in orde kan lijken, maar het toch mogelijk is om de regels te ontduiken.
Een jongen die bij een ondertekende fabriek van het akkoord werkt spreekt anoniem met Teun. Hij
zegt dat vrouwelijke medewerkers worden mishandeld, de opzichter de neef is van de baas en er met
gevaarlijke chemicaliën wordt gewerkt. De maskers van stof waren hiertegen niet beschermend met
als gevolg veel mensen die er ziek van zijn geworden. Daarnaast krijgt hij slechts €0,30 per uur.
Aflevering 3. Katoenknallers
Commodity trade= handel in grondstoffen.
Teun bezoek een kledingfabriek die aan geen enkele regel voldoet: kinderarbeid, slechte
arbeidsomstandigheden, trap bepakt met veel dozen. De manager van de fabriek stuurt hem met
een smoesje weg. Eenmaal buiten spreekt de manager hem boos toe, vervolgens nemen twee
gewapende mannen Teun mee naar het directeur-moederbedrijf. Hij leert twee lessen: 1) Steek je
neus niet zomaar in de Bengaalse kledingindustrie en 2) Nike Nederland doet zaken met dit bedrijf.
Vijf jaar geleden waren er ±600 kledingmakers in Milaan, nu nog ±100. Paradox: kledingmakers van
60 jaar worden gezien als jong. Hier een pak kopen kost ±€2000, veel duurder dan een H&M of Zara,
dit is niet democratisch want alleen rijke mensen zouden dan een pak kunnen kopen. De kwaliteit is
wel vele malen beter: niet aan elkaar gelijmd en vorm behoudend.
Arun Ambatipudi begon in India een BT-katoen project. Deze katoen is biologisch en niet met
bewerkt met allerlei stoffen die schadelijk zijn voor de gezondheid (ook voor boeren!) en wordt er
koeienmest en compost i.p.v. kunstmest gebruikt. Feit: 30% van alle gebruikte pesticiden worden bij
de katoenteelt gebruikt. Met reclames zijn de mensen zich bewuster geworden van de problemen,
hierom eisen ze nu nieuwe agrarische methodes. Gewone katoen is ±50 cent per kilo, bio katoen is
±60-70 cent. Bio katoen kost dus niet veel meer, toch heeft het maar een klein aandeel in de markt.
De man op de bio katoenvelden heeft zelf een niet-biologisch katoenhemd aan, hij kan dat niet
betalen.
Een kledingfabriek in Calcutta is de meest verantwoordelijke kledingfabriek van India:
arbeiders krijgen een redelijk loon en er zijn voorzieningen (o.a. ziektekostenverzekering en
pensioen). Het bedrijf is gebaseerd op de principes van Gandhi: ‘De mensen die aan verdwazing
leiden krijgen steeds meer behoeften. Ze denken dat ze belangrijker worden en kennis opdoen. Maar
op een dag zullen ze roepen: ‘waar zijn we mee bezig geweest?’ Voor 1 à 2 euro meer inkoopkosten
koop je een verantwoord overhemd. Helaas zijn er twee soorten inkopers 1) let alleen op de prijs
(±90%) en 2) geven wel om de omstandigheden (vaak kleine ondernemers).
Grote bedrijven wekken met reclame de indruk dat boeren rijk worden van de teelt. Veel boeren zijn
analfabeet en doen daarom grote investeringen. Wanneer de oogst tegenvalt plegen velen
zelfmoord.
In Turkije zijn ook veel katoenvelden. Voornamelijk mensen die niks te verliezen hebben
plukken katoen (Koerdische Turken en Syrische vluchtelingen (ook kinderen!)). Van plukken word je
niet rijk, de plukkers wonen in kampen. Ze werken 7 dagen in de week en 12 uur per dag (1 persoon
verdient ±€9 per dag), het werk is zwaar en in de brandende zon. Gen Tec katoen is in Turkije
verboden. Door landbouwsubsidies in de VS en China wordt de prijs van katoen kunstmatig laag
gehouden, producenten worden zo gedwongen prijzen laag te houden. In Turkije wordt van veel
katoen stof gemaakt. Bij katoen kun je nooit zeker weten of er wel of geen kinderarbeid is gebruikt.
We hebben dus nog een lange weg te gaan voordat de kledingwereld wat eerlijker wordt. De
genadeloze race tot he bottom moet stoppen. Ook consumenten moeten hun gedrag aanpassen:
Waarom niet iets goeds kopen wat lang meegaat en maar 2 keer per jaar wat nieuws kopen?
Consumenten moeten ook om verandering eisen, maar willen alle consumenten dit wel?
The positive chain of change
Chanel Trapman wilde aan haar zoontje laten zien dat de keuzes die je maakt grote invloed kan
hebben. Ze nam hiervoor de fashion als voorbeeld. Kleding is heel vervuilend voor het milieu, maar
door goede keuzes te maken, kun je bijdragen aan een beter milieu. Chanel is hiervoor bij veel
initiatiefnemers geweest om te kijken hoe zij de kledingindustrie aan het veranderen zijn. Al deze
initiatiefnemers werken op een ander niveau in de kledingindustrie. De een zorgt dat er vanuit de
overheid acties worden ondernomen, de ander bij de bedrijven en natuurlijk ook bij de burgers.

Er zou beter moeten aangegeven worden waar een product vandaan komt. Zo kan een koper weten
of het eigenlijk wel milieuvriendelijk is. Vaak als iets goedkoop is, zijn er geen goede omstandigheden
voor de mensen die het gemaakt hebben. Deze omstandigheden zouden meer in het licht moeten
komen.

Als je een kledingstuk koopt van een bepaald merk, zeg je eigenlijk dat ze goed bezig zijn en zo door
moeten gaan. Dit geldt hetzelfde voor de industrie waar je liever niet achter wilt staan, maar
waarvan je het niet weet. Door betere keuzen te maken waar je je geld echt aan uit geeft, kun je zo
zorgen dat de vervuilende kledingindustrie kleiner wordt. Veel mensen denken dan ‘maar als ik dat
alleen doe, heeft dat geen nut’. Dat Is ook zo, maar als iedereen die dat denkt het wel gaat doen, heb
je al snel een grote groep bij elkaar en kun je al snel veranderingen zien.
Literair: op onderzoek uit
Om veel te weten te komen over de kledingindustrie zijn we dus begonnen met het kijken van
verschillende documentaires. Om een nog breder beeld te krijgen van kledingindustrie zijn we ook op
het web op onderzoek gegaan. Zo hebben we inspiratie op gedaan van wat we precies willen
onderzoeken, ook zijn we dingen te weten gekomen waar van we het bestaan niet eens wisten. Ook
hebben we gekeken of er al eerder onderzoeken zijn gedaan over de kledingindustrie, zo zijn we
verschillende wetenschappelijke artikelen tegen het lijf gelopen.

Fast fashion en slow fashion


Fast fashion vertaald is letterlijk ‘snelle mode’.
Denk hierbij aan goedkope, snelle en
veelvoudige kleding die je overal in de Westerse
wereld kan kopen. Denk aan grote winkels die
goedkope kleding verkopen, zoals: primark,
H&M, C&A, Zara, en ga zo maar door. Elk
seizoen hangt hier andere kleding, maar denk
ook aan de collecties, die veranderen wekelijks
en soms zelfs dagelijks. Handig en leuk, die
continue veranderde modetrends! Maar gebruik
je het wel zo, dat het het waard was? Hoe vaak Figuur 1 [ CITATION Sar21 \l 1043 ]
komen die goedkope kledingstukken wel niet achterin de kast te liggen, om er daarna nooit meer
naar om te kijken? En stel je voor, je doet het kledingstuk wel vaak aan? Hoe snel heb je dan wel niet
een nieuw shirt nodig, omdat het oude alweer versleten is? Ook dit is iets belangrijks waar niet naar
wordt omgekeken als het gaat om fast fashion, goedkope kleding die kwalitatief vergelijkbaar is met
de prijs die je ervoor betaald. Maar is er wel een andere optie?

Het antwoord op die vraag is: natuurlijk er zijn tal van andere opties die je kan kiezen als je echt niet
wil vallen voor de verleidingen van fast fashion, maar hier zitten vaak veel nadelen aan voor de
consument. Zo heb je slow fashion, het tegenovergestelde van fast fashion. Ook wel de haut couture
genoemd, de kleding die wordt gedragen op de internationale modeshows. Dit is kleding waar een
hoog prijskaartje aan hangt, maar ook velen malen beter is voor het milieu en de mensen die het
moeten produceren. Maar vaak is dit de kleding die niet te betalen zijn voor de meeste consumenten
en het is het vaak ook niet waard. Hierdoor wordt de fast fashion industrie alleen maar gestimuleerd
door onwetende mensen die alleen maar kijken naar het prijskaartje [ CITATION Eli20 \l 1043 ].

De kenmerken van fast fashion:


- Kleding is zo goedkoop mogelijk geproduceerd
- Een hoge omloopsnelheid: meerdere modetrends per seizoen
- Productie in lage lonen landen
- Vaak milieuonvriendelijke productie
- Ook dure kleding kan fast fashion zijn [ CITATION Vij19 \l 1043 ]!

Vervuilende kledingindustrie
Van veel dingen is het duidelijk te zien dat het niet erg milieuvriendelijk is. Denk bijvoorbeeld aan een
kwartier onder de douche staan of naar de andere kant van de wereld vliegen voor een vakantie.
Maar bij de kledingindustrie is dit niet duidelijk te zien. Daarom vroegen we ons af: je hoort vaak
mensen zeggen dat de kledingindustrie erg vervuilend is, maar hoe vervuilend is die nou echt?
De kledingindustrie is de op één na vervuilendste industrie ter
wereld, alleen de olie-industrie staat er nog voor. Als je beseft
hoeveel producten je nodig hebt voor kleding, ga je dit ook
goed begrijpen. De kledingindustrie is niet alleen vervuilend
voor het milieu, maar ook gebeuren en niet-menselijke dingen,
zo ook met mensen. Zo kan je als eerst kijken naar de producten
die er nodig zijn om één spijkerbroek te maken: hier is zo’n
7000 liter water voor nodig. Dit om het goed te wassen en om
het te verven naar de goede kleur. Al dit water gaat niet naar
het riool hoe dat in Nederland zou gaan, nee dit wordt gewoon
in de rivier gekieperd alsof het de normaalste zaak van de
wereld is [ CITATION Gen18 \l 1043 ].
Figuur 2 [ CITATION Dei20 \l 1043 ]
Dit komt allemaal omdat we als consument alles zo goedkoop mogelijk willen hebben en zo vaak
mogelijk. Hierdoor groeit de fast-fashionindustrie enorm snel. Hierdoor groeit ook de milieu-impact
die het met zich mee brengt. Zoals net al te lezen was komt dit mede door het proces om de kleding
te maken. Maar de fout ligt ook deels bij de consument. In 2014 gooide een gemiddelde consument
85% van zijn of haar kleding weg, terwijl dit nog prima te recyclen is. Ook is dit 60% meer dan in het
jaar 2000.

Al deze processen bij elkaar zorgt ervoor dat de kledingindustrie voor 10% verantwoordelijk is van de
CO2-uitstoot ter wereld. Dit is meer dan alle internationale luchtvaart én het transport over zee bij
elkaar. Zo is er ook al meerdere keren gezegd dat het proces veel water kost. Dit zorgt ervoor dat de
rivieren vervuild raken in derde wereldlanden, hierdoor ontstaat er ook een tekort aan water, want
het water uit de rivier zit vol chemicaliën. Daarnaast zorgt de kledingindustrie er ook voor dat er veel
plastic soep in de oceanen zit [ CITATION Mor19 \l 1043 ].

Consument tegen een miljoenenbedrijf


Maar als de kledingindustrie zo vervuilend is, moeten we er wat aan doen toch? Maar wat kan je
doen als consument, als alles eigenlijk ligt bij de miljoenenbedrijven? Hiervoor hebben we een
onderzoek gelezen, dit onderzoek ging erover wat de verhouding is tussen de consument en de
miljoenenbedrijven en wat de consument kan doen voor een milieuvriendelijkere kledingindustrie.

Uit het onderzoek is gebleken dat bedrijven enorm snel moeten reageren op de vraag van de
consument. Dit komt omdat de markt van de kledingindustrie gebaseerd is op de wet van vraag en
aanbod. Doordat er zo snel mogelijk veranderingen moeten worden doorgebracht, denk bijvoorbeeld
aan de vraag en de concurrentie, kunnen de bedrijven moeilijk de factor levenskwaliteit van de
werknemers ook nog meerekenen, dit kost ze simpel weg te veel tijd en tijd is geld. Maar grote
bedrijven proberen de consument tevreden te stellen, dus als we met z’n allen duidelijk maken dat
we het milieu belangrijk vinden en het duurzame proces voor de werknemers, dan zullen ze hier op
reageren. Dit zullen ze doen door duurzamere producten te maken en te zorgen dat er minder
dwangarbeid aanwezig is in de kledingindustrie. Ook wordt het steeds populairder om gerecyclede of
milieuvriendelijke kleding te produceren, waardoor bedrijven haast gedwongen worden om dus
ethisch verantwoorde en milieuvriendelijke kleding te maken [ CITATION Bru06 \l 1043 ].

Maar de consument zelf is ook deels fout als het gaat om fast fashion. Zo kan je namelijk ook minder
kleren kopen en anders naar de kringloop gaan bijvoorbeeld om daar tweedehands kleren te kopen.
Dit wordt natuurlijk vaker verteld, maar is dat wel zo makkelijk als erover gesproken wordt? Om deze
vraag te beantwoorden is er een enquête afgenomen onder kinderen waaruit blijkt dat de helft van
de respondenten het moeilijk vindt
om minder vaak nieuwe kleren te
kopen. Maar hoe los je dit probleem op? Er zijn veel manieren om dit op te lossen. Zo kunnen we het
aantrekkelijker maken om gerecyclede kleding te kopen. Als we hier net zo veel reclame hiervoor
maken als voor fast-fashion zullen veel meer mensen dit overwegen. Ook kunnen hier workshops
over worden gegeven, dit zorgt ervoor dat je als consument er meer over weet en dat je het
misschien eerder zou overwegen [ CITATION Hoe19 \l 1043 ].

Beïnvloeding van trends op de consument


Door de toenemende populariteit van sociale media, consumenten die graag interessant willen
blijven en snellere productiemogelijkheden zijn trends steeds belangrijker geworden. ‘On trend’ zijn
voelt goed en geeft zelfverzekerdheid. Maar trends hebben ook nadelen: consumenten kopen
overbodige spullen, meer onzekerheid bij consumenten en de groei van de fast fashion industrie.
Vooral de groei van de fast fashion industrie is problematisch omdat deze de oorzaak is van
uitputting en vervuiling van bodems, groeiende afvalbergen en de uitbuiting van kledingwerkers.
Mensen zien zichzelf vaak als een onafhankelijk individu, maar van nature zijn mensen
groepsdieren. Om bij de groep te blijven horen zijn consumenten geneigd dezelfde keuzes als de rest
van de groep te maken. Daarnaast vergelijken consumenten zich veel met elkaar. Een makkelijke
manier waarop consumenten zich met elkaar vergelijken is door middel van geld - hét symbool voor
status – wat tot uiting komt in de kleding die consumenten dragen. Het dragen van trend- en
statusgerichte kleding laat zien dat een consument lid is van een succesvolle groep. Hierbij valt op
dat trendvolgers en consumenten die bang zijn voor afwijzingen sneller mee gaan met de trends dan
mensen die er veelal voor kiezen hun eigen weg te gaan.
‘De kracht van herkenning’ zorgt er ook voor dat mensen trendgevoelig zijn. Hoe vaker een
consument een item ziet, hoe meer de hersenen aan het beeld wennen, en hoe positiever het item
gezien wordt. Anders gezegd: doordat consumenten trends veel voorbij zien komen (bijvoorbeeld op
Instagram of in winkeletalages), zijn consumenten sneller
geneigd deze trends mooi te vinden. [ CITATION Sar20 \l 1043 ].
Minimalisme= een levensstijl, of een poging daartoe,
waarbij iemand het eigen leven wil vereenvoudigen. De focus
wordt hierbij gelegd op de essentie van minder en bewuster
spullen bezitten. Het is ontstaan als reactie op de
consumptiemaatschappij en kan hiermee gezien worden als een
tegenreactie op het kapitalisme [ CITATION Cas19 \l 1043 ].
Minimalist worden is voor veel mensen een stap te ver, maar
consumenten kunnen het wel toepassen bij het shoppen.
Waarom kopen we eigenlijk een kledingstuk? Voegt het waarde
toe aan ons leven? Maakt het ons blij? En wellicht de
belangrijkste vraag: Hebben we het echt nodig? Soms moeten
consumenten zichzelf een schop onder de kont geven en zich iets Figuur 4 [ CITATION Mat16 \l 1043 ]
meer als een minimalist gedragen. Het is hard om te zeggen,
maar consumenten moeten ook bereid zijn om te veranderen.
Soms is een kledingitem leuk, maar simpelweg overbodig. Als consumenten zich minder door trends
willen laten beïnvloeden moeten ze ook bereid zijn leuk kledingitems te laten hangen en in plaats
daarvan de kledingitems die ze al bezitten dragen. Netflix heeft hierover een documentaire op hun
site staan ‘Minimalism: A Documentry About the Important Things’. De documentaire biedt kijkers
een interessant ander perspectief op de spullen die ze bezitten. [ CITATION Mat15 \l 1043 ].
Modetrends, problematisch?
Door de snelle afwisseling van trends worden regelmatig miskopen gedaan. Miskopen zijn nadelig
voor de innerlijke rust van consumenten (items worden eerst gekocht, vervolgen opgeborgen en
daarna weer verkocht), slecht voor de portemonnee (de doorkoopprijs is vaak lager dan de
aanschafprijs) en slecht voor het milieu. Om miskopen te voorkomen moeten consumenten hun
individuele miskopen en valkuilen kennen. Pas wanneer een consument zijn/haar individuele zwakke
punten kent kan er rekening mee gehouden worden. Valkuilen zijn bijvoorbeeld sale miskopen,
tijdelijke trend-items [‘kracht van herkenning’], ‘op-zich-wel-leuk-voor-erbij-aankopen’,
impulsaankopen, kortingscodes, ‘als-ik-er-toch-ben-aankopen’ en aankopen om een emotioneel gat
te vullen. Hieronder staat ‘Stappenplan: miskopen’ die consumenten helpt bij het ontdekken en
voorkomen van miskopen [ CITATION Sar20 \l 1043 ].
Een ander gevolg van de snel afwisselende trens is overproductie. Overproductie zorgt voor
Stappenplan: miskopen
1) Welke soorten miskopen heb je allemaal gedaan?
- Schrijf ze op of benoem ze.
2) Kun je daar patronen in herkennen?
- Maak verbindingen in je lijst met soorten miskopen. Noteer waar je vanaf nu op kunt
letten.
3) Hoe kun je die patronen doorbreken?
- Soort miskoop/patroon 1  ik kan dit doorbreken door…
- Soort miskoop/patroon 2  ik kan dit doorbreken door…
Figuur 5 [ CITATION Sar20 \l 1043 ].

bodemprijzen omdat het volgende seizoen geen enkele consumenten de items nog wil hebben.
Kledingmerken zijn winstgericht, ze zullen dus gaan besparen op de productie ten koste van het
milieu en de arbeiders. De bodemprijzen die tijdens de sale tot stand komen zijn voor consumenten
erg verleidelijk want ze geven het gevoel van een goede deal. Deze verleiding zorgt ervoor dat er veel
overbodige kledingstukken aangeschaft worden. Het is noodzakelijk tijdens het saleshoppen kritisch
te nadenken over de kledingstukken die aangeschaft worden. In het algemeen geldt Hoe
trendgevoeliger een item, hoe groter de kans dat het uit de mode raakt, hoe eerder het in de sale
komt, hoe groter de kans dat jij het snel weer zat bent. De onderstaande 7 vragen helpen bij het
maken van een kritische consumeerkeuze [ CITATION Sar18 \l 1043 ].
7 vragen voor een kritischere consumeerkeuze:
1) Heb ik het echt nodig?
2) Is het echt een waardevolle toevoeging op mijn huidige garderobe?
3) Ga ik dit minimaal 30 keer dragen
 Kan ik het anders lenen?
4) Is het van hoge kwaliteit, gaat het lang mee?
5) Wil ik het al meteen aan (met andere woorden: “ik ben verliefd!”)
6) Had ik het item net zo leuk gevonden als het níet in de sale was?
7) Is het gemakkelijk te onderhouden / te wassen?
Figuur 6 [ CITATION Sar18 \l 1043 ]
Het ziet er naar uit dat er nog veel trends zullen komen en gaan met de negatieve gevolgen van dien.
Het is noodzakelijk dat consumenten pleiten voor een schoner productieproces en voor het
omvormen van afval tot nieuwe grondstoffen. Wanneer consumenten verandering eisen zullen
kledingmerken wel moeten veranderen [ CITATION Sar20 \l 1043 ].
Kleding in het dagelijks leven
Kleding speelt al er lang een belangrijke rol in het dagelijkse leven, zo gaf kleding bij de Romeinen
aan bij welke stand iemand hoorde en wilden christenen lange tijd enkel eenvoudige kleding dragen
omdat elk mens voor God gelijk is. Het woord mode is uit het Latijn afgeleid en betekent nu. Maar
welke rol speelt kleding in onze huidige maatschappij? [ CITATION mod20 \l 1043 ].
Bij veel gelegenheden hoort een bepaalde soort kleding. Zo wordt er feestelijke kleding
gedragen op een bruiloft en draagt de bruid een bruidsjurk. Andere voorbeelden zijn kleding die
gedragen wordt tijdens het sporten, uitgaan, werk, begrafenis, sollicitatiegesprek en ga zo maar
door. Vaak is het dragen van een bepaalde soort kleding naar een bepaalde gelegenheid een vorm
van respect. Op een Nederlandse begrafenis gaan consumenten in het zwart gekleed uit respect voor
de overledene. Stewardessen en piloten dragen ook nette werkkleding tijdens de vlucht uit
klantvriendelijkheid richting de passagiers. Sommige kleding wordt ook gedragen omdat het nou
eenmaal bij de gelegenheid hoort. Zo sport je comfortabeler in sportkleding dan in een spijkerbroek.
Dit zie je ook terug bij het uitgaan, mocht je een leuk iemand tegen het lijf lopen dan wil je wel graag
indruk maken in een leuk jurkje of een leuk T-Shirt.
Aan de hand van de kleding die consumenten dragen kun je vaak afleiden bij welke groep ze
horen. Dit zie je in veel vriendengroepen terug, consumenten in dezelfde vriendengroep dragen
veelal soortgelijke kleding. Het kan natuurlijk zijn dat ze allemaal dezelfde kledingsmaak hebben,
maar vaak gebeurt dit omdat consumenten door hun vrienden aardig en leuk gevonden willen
worden.
Het feit dat consumenten bepaalde kleding op bepaalde gelegenheden dragen of dat ze
dezelfde kleding dragen als andere consumenten uit de groep waar ze toe behoren is niet per
definitie negatief. Zo lang consumenten maar onthouden dat de kleding die iemand draagt niets zegt
over de persoon zelf. Iedereen hoort gelijk en met respect behandeld te worden. Consumenten in
een tuinbroek en consumenten die strak in pak zijn horen op gelijkwaardige manier behandeld te
worden. Iemand met een tuinbroek hoort op dezelfde manier behandeld te worden als iemand strak
in pak, maar ook iemand die liever donkere kleding draagt zoals Nina Satana moet hetzelfde
behandeld worden als iemand in kleurrijke rokjes.
In de film ‘One Night Stand: Nina Satana’ volg je Nina Satana (15-jaar) wie na de dood van
haar moeder ‘de aanbidder van Satan’ is geworden. Veel van haar klasgenoten vinden Apart en
behandelen haar respectloos. Als er een nieuwe jongen in de klas komt, Mo, vindt Mo Nina eerst ook
afschrikwekkend. Mo geeft dan ook aan Nina’s hulp niet te willen wanneer andere klasgenoten hem
ook pesten. Toch worden Mo en Nina vrienden en later krijgen ze zelfs een liefdesrelatie. Wanneer
Nina hoort dat haar vader kanker heeft en binnenkort gaat overlijden kleedt ze zich weer ‘gewoon’
(=volgens het normaalbeeld).
De film brengt de rol van kleding in het dagelijkse leven duidelijk
naar voren. Voor Nina is haar kleding een manier om met haar moeders
dood om te gaan. Doordat Nina zich helemaal in het zwart kleed vinden
veel andere mensen dat ze het recht hebben haar respectloos te
behandelen. Ook Mo vindt Nina eerst apart, maar wanneer hij haar leert
kennen wordt hij verliefd op haar en komt hij erachter dat het innerlijk,
en niet de kleding belangrijk is. Figuur 7 [ CITATION Jas \l
1043 ].
Het is makkelijk om het gedrag van de klasgenoten van Nina te
veroordelen, maar wat had jij gedaan? Iedereen vormt onbewust een mening over de mensen die ze
tegenkomen op straat op basis van hun uiterlijk. Kleding speelt een grote rol bij de eerste indruk,
maar we moeten niet vergeten dat we aan de hand van kleding niet kunnen zien hoe iemand van
binnen is. [ CITATION Bra11 \l 1043 ].
Mini-onderzoek: Hoelang doen mensen met hun kleding?
Op forums zoals scholieren.com kunnen willekeurige mensen vragen stellen waar de medemens
antwoord op kan geven. In het topic dat wij hebben gebruikt werd de vraag ‘Hoelang gaat je kleding
mee?’ gesteld, een belangrijk vraagstuk waarbij de kwaliteit van kleding en modetrens een rol spelen.

Sommige mensen (we spreken van mensen omdat mensen op forums zoals dit anoniem, met soms
ietwat rare namen antwoorden geven (zoals Snuitermans) en omdat niet altijd af te leiden is om het
om een vrouw of man gaat) geven aan erg lang met hun kleding te doen. De ene doet lang met zijn
kleding omdat hij een hekel heeft aan shoppen, de andere gebruikt de oudere kleding bijvoorbeeld
voor kluswerk of als sportkleding.
Verschillende mensen geven aan dat ze de kledingstukken pas wegdoen wanneer ze
kapotgaan. Hieruit kunnen we concluderen dat de kwaliteit dus wel degelijk een rol speelt als het
gaat om de levensduur van een kledingstuk.
Er zijn ook mensen die kleding wegdoen wanneer ze erop uitgekeken zijn. Zo is er iemand die
verteld zijn T-shirts en broeken maar drie keer te dragen voordat hij ze weer wegdoet. Een andere
iemand antwoord een half jaar met kleding te doen. Weer iemand anders geeft aan dat wanneer er
nieuwe collecties kleding uitkomen zijn/haar kledingkast ook vernieuwd wordt. Deze mensen worden
voornamelijk door trends beïnvloed en doen weinig op de kwaliteit van de kleding uit.
Dat iemand kleding wegdoet betekent niet per definitie dat het in de prullenbak beland. Veel
mensen geven aan hun kleding in kledingbakken te doen, te verkopen of nog wel thuis maar niet
naar openbare gelegenheden te dragen [ CITATION Hoe04 \l 1043 ].
Eisen kwalitatief goed kledingstuk
Het is van belang kleding te kopen van goede kwaliteit, omdat de consument dan minder snel nieuwe
kleding hoeft te kopen. Dit betekent dat er minder water en kostbare grondstoffen gebruikt worden
en dat er minder CO2 wordt uitgestoten.
Omdat het voor consumenten lastig kan zijn de kwaliteit van diverse kledingstukken te
beoordelen hebben wij ‘Stappenplan: Kwaliteit is onze Mentaliteit!’ gemaakt. Dit stappenplan moet
ervoor zorgen dat consumenten kwaliteitskledingstukken gemakkelijk herkennen. Als de consument
bij stap 1 t/m stap 3 eindigt met een en ook stap 4 succesvol doorloopt is het desbetreffende
kledingstuk van goede kwaliteit [ CITATION Zoh \l 1043 ].
Kwaliteitsspijkerbroeken herkennen is wat complexer. Kwalitatieve spijkerbroeken zijn
gemaakt van 100% katoen en hebben meerdere stiksels op de zwakke punten (zoals onderaan de
broekspijp). Als een spijkerbroek elastaan bevat, dan mag dit niet meer dan 5% zijn, anders zal de
spijkerbroek snel zijn vorm verliezen en gaan lubberen. Een stretchende skinny jeans kan het beste in
één maat kleiner aangeschaft worden, omdat deze broeken na een paar keer dragen automatisch
uitrekken. Wanneer de consument op zoek is naar een spijkerbroek met een versleten broek kan de
consument er het beste voor kiezen een oude spijkerbroek net zo lang te dragen totdat deze
versleten look bij een oude spijkerbroek bereikt wordt. De ‘versleten’ spijkerbroeken die
kledingwinkels verkopen zijn slecht voor het milieu en de arbeiders omdat er tijdens de productie
gewerkt wordt met chemicaliën en zandstralen [ CITATION jou19 \l 1043 ].
Niet alle kwaliteitsrisico’s op het eerste gezicht op te merken, zo kan een kledingstuk na een
wasbeurt vervagen of krimpen. Het is ook van belang dat consumenten kledingstukken aanschaffen
die ze mooi vinden en regelmatig gaan dragen. Wanneer een kwalitatief goed kledingstuk gekocht
worden zal de consument zichzelf dus ook de vraag ‘Ben ik verliefd op dit kledingstuk en ga ik het
regelmatig dragen?’ [ CITATION Zoh \l 1043 ].
Door zorgvuldig met kleding om te gaan kan de kwaliteit worden gewaarborgd. Alle
kledingstukken bevatten een label die aan de hand van symbolen aangeeft hoe het kledingstuk
gewassen en onderhouden moet worden. Naast het volgen van dit label is het van belang dat kleding
op kleur gescheden wordt, zo kunnen een witte blouse en roze T-shirt niet gelijktijdig gewassen
worden (want de witte blouse zal dan een roze blouse worden). Daarnaast kunnen bepaalde
kledingstukken beter binnenstebuiten gewassen. Zelfs wanneer consumenten het label zorgvuldig
volgen blijft het voor kledingstukken het beste ze niet te vaak te wassen, een spijkerbroek kan zo een
nachtje buiten gelucht worden zodat hij vaker gedragen wordt voordat hij in de wasmachine beland.

Figuur 8 [ CITATION Uit \l 1043 ].


Stappenplan: Kwaliteit is onze Mentaliteit!
Stap 1: Naden Stap 2: Details
(1) De naden liggen plat op de stof / steken uit (1) Knopen zitten stevig / losjes vast

Ga naar (2) X Ga naar (2) X

(2) De naden zitten dicht op elkaar / er zitten gaten tussen (2) De rits is van metaal / van plastic

Ga naar (3) X Ga naar (3) X

(3) De binnenkant heeft geen / wel losse draadjes (3) De rits ligt, de zijkant bedekt met stof / ‘staat’ in de stof

Ga naar (4) X
X
(4) De zoom is wel bedekt / niet bedekt met stof

In geval van een spijkerbroek:


Er zit wel / geen dubbele platte naad op het binnenbeen

Stap 3: Stof Stap 4: Pasvorm


(1) Bij verfrommeling in mijn hand kreukt de stof wel / niet
De beste test is het zelf aanpassen!
Ga naar (2) X
Bovenstukken:
(2) Er zijn veel / weinig draden per cm Let extra op de schouders, mouwen, hals en de bovenkant
van de rug.
Ga naar (3) X
Onderstukken:
(3) In het licht kan ik wel / niet door de stof kijken. Let extra op de lengte, billen, heupen en het kuis.

Ga naar (4) X

(4) Bij trekken aan het rekbare deel behoud het wel / niet zijn
vorm. • Vermijd stoffen die een speciale behandeling nodig
hebben. (bijv. zijde)
• Broeken >5% elastaan (lycra) lubberen snel.
X • Strijkvrije overhemden lijken ideaal, maar bij de productie
worden vaak chemische middelen gebruikt die schadelijk zijn
Bij gebreide kledingstukken: voor de werknemers en het milieu.
Tussen de draden zitten kleine / grote afstanden


 Tweede hands kleding is vaak van goede kwaliteit (slechte kwaliteit komt namelijk niet in de
kringloopwinkel terecht) en is goed voor het milieu!

Figuur 9 [ CITATION REP \l 1043 ].


Recyclen van oude kleding
De consument kan zelf ook wat doen tegen fast
fashion. Hieronder noemen we een paar
voorbeelden:
 Pimpen, hierbij zorg je ervoor dat je oude
kledingstukken weer leuk worden. Dit is
een van de makkelijkste oplossingen, en
ook een van de leukste. Dit is dan ook de
reden dat wij dit hebben gedaan. Het
resultaat hiervan ziet u hier beneden.
 Kleding recyclen, je kan je oude kleding ook
een nieuw leven geven. Zo zijn er genoeg
inzamelpunten in Nederland waar je je
oude kleding kwijt kan. Denk bijvoorbeeld
aan het Leger des Heils en Emmaus, dit zijn Figuur 10 [ CITATION Kle \l 1043 ]
organisaties die zorgen dat jouw kleding bij mensen terechtkomt die het echt nodig hebben.
 Aan je jongere broertje/zusje geven, vaak hebben zij nieuwe kleding nodig.
 Verkopen, misschien wel de makkelijkste en goedkoopste optie. Je verdient hierdoor ook nog
een leuk zakcentje. Daarnaast komt je kleding ook bij een persoon terecht die er heel blij
mee is.

Maar het belangrijkste wat de consument kan doen tegen fast fashion is toch wel het koopgedrag
aanpassen, want je kan wel allemaal dingen doen met je oude kleding, maar je kan ook ervoor
zorgen dat je minder kleding gaat kopen. Als je bijvoorbeeld gaat shoppen, kun je het best een paar
dingen aan jezelf vragen:
 Heb ik het echt nodig?
 Hoe vaak ga ik het dragen? / ga ik dit echt dragen?
 Is het duurzaam geproduceerd [ CITATION Kle \l 1043 ]?

De rol van influencers


Influencers zijn content producenten. Ze
houden zich bezig met verschillende
onderwerpen, en delen hiervan Posts op social
media. Meestal promoten ze dan een specifiek
dienst of product. Hier worden de influencers
vaak voor betaald.

Veel jongeren worden veel door influencers


beïnvloed. (57% van de jongeren tussen 6 en 16
jaar) 40% van de 13-20-jarige heeft meer
interesse in een merk dat een influencer
promoot. Figuur 11 [ CITATION Fem20 \l 1043 ]

Velen merken gebruiken influencers op een bepaalde doelgroep te gebruiken. Vaak kunnen
bedrijven beter 5 kleine influencers inzetten dan 1 grote. Kleine influencers hebben namelijk vaker
een betere band met hun volgers. Volgers kunnen zijn dan sneller beïnvloed en zullen eerder het
product kopen.
Sinds 2014 bestaat er de Reclamecode Social Media. Hiermee geven influencers aan of iets
gesponsord of aangeboden is. Zo kunnen de volgers wel weten dat de influencer ervoor betaald
wordt om dat product te promoten.

Echter heeft dit dus niet veel invloed over het koopgedrag van de volgers. Als een volger wat ziet,
willen de meesten het nog steeds kopen.

Zo werkt het dus ook met de fashion. Influencers krijgen kleding van een merk, en gaan deze
promoten. De volgers worden hierdoor beïnvloed en gaan ook die kleren van dat merk kopen, omdat
dat nu in de mode is. Na een tijdje promoten de influencers weer nieuwe kledingmerken. En dat gaan
de volgers dan weer kopen. En ga zo maar door. Zo verandert er continu wat er in de mode is.
Influencers hebben dus een grote rol op fast fashion [ CITATION Mel19 \l 1043 ].
Praktijk: Kledingstuk ‘pimpen’
Er zijn vele manieren waarop je zelf een steentje kan bijdragen bij het verminderen van verspilling
van kleding. Zo dus ook het ‘pimpen’ ervan, dit dan ook precies wat we hebben gedaan. Dit kan je op
vele manieren doen, je kan je T-shirt, broek en nog veel meer pimpen. Het is een leuke bezigheid en
je hebt er ook nog wat aan.

Zo hebben we uiteindelijk gekozen om een spijkerbroek te pimpen. Zo was het eerst een simpele
normale spijkerbroek en lag het al jaren in de kast. Daarom hebben we gekeken op het internet wat
er op dit moment ‘hip’ is als je kijkt naar de jeugd, dit is wat er naar voren kwam:
 Je ziet het overal waar je kijkt, broeken met scheuren en gaten. Dit was wel iets wat zeker
niet kon ontbreken als we het kledingstuk gingen pimpen. Het is ook niet heel moeilijk om te
doen maar het maakt je broek wel direct een stuk ‘hipper’.
 Iets wat je de laatste jaren ook veel voorbij ziet komen is het ‘pimpen’ van kleding door
middel van bleken. Zo kan je je hele broek in een paar uur tijd een hele andere, lichtere kleur
geven. Je herkent je broek niet meer en lichte broeken zie je overal.
o Maar naast dat je je hele broek gaat bleken, kan je ook spetters aanbrengen of het
met een kwast doen waarmee je als het ware dingen schildert op de broek. Dit geeft
natuurlijk een hartstikke leuk effect en je kan je helemaal uitleven.
o Wat je ook veel voorbij ziet komen is dat een broek voor de helft donker is en de
andere helft is licht, zelf vonden we dit een gaaf effect hebben en daarom hebben
we ook deze optie gekozen. Het kost wel veel moeite omdat we de zakken dan juist
weer het tegenovergestelde wilden doen. Maar het was zeker de moeite waard.

Het ‘pimpen’ van kleding hoeft ook helemaal niet duur te zijn. Zo hebben we bleekmiddel gebruikt,
wat iedereen waarschijnlijk wel in huis heeft, daarnaast moet je dit mengen met water en dat heeft
ook iedereen wel. Als je met bleek gaat werken moet je wel oppassen met je huid, deze kan er
namelijk geïrriteerd door raken en dat wil je niet, dus kan je goedkope handschoenen halen in de
supermarkt. Voor de gaten heb je nog minder nodig, in principe kan je ze gewoon knippen met een
schaar. Maar wil je dat gerafelde effect hebben? Probeer dan eens met schuurpapier te werken, dit is
bijna overal te kopen in de bouwmarkt en als je geluk hebt heb je het thuis, of je kan even naar de
buren gaan. Dit zijn dan ook de enige benodigdheden die je nodig hebt om je kleding op te leuken.
Het heeft dus alleen maar voordelen:
 Het is goed voor het milieu, je verspilt namelijk veel minder kleding.
 Je hebt een leuke middag, want je kan je helemaal uitleven.
 Je hebt een uniek kledingstuk, dit zal niemand anders in de kast hebben hangen.

Praktijk: prototype app


Één ding wat duidelijk uit ons onderzoek naar voren kwam is dat consumenten minder moeten gaan
consumeren. Hierbij dachten we meteen aan tweedehandskleding en de apps die er al zijn voor de
verkoop van de tweedehandskleding zoals vinted [ CITATION vin \l 1043 ]. Maar we ontdekten ook
‘een gat in de markt’, want waar is de tweedehandskleding app die een goed en overzichtelijk
aanbod heeft van feestkleding? Kerst en oud en nieuw zijn precies dé gelegenheden waarop
consumenten er op hun best uit willen zien. En eerlijk, elk jaar op de kerstfoto in hetzelfde jurkje is
niet leuk.
Tijdens de feestdagen maken fast fashion winkels uitgebreid reclame voor hun gloednieuw
feestcollectie wat natuurlijk de drang van consumenten om een leuke feestoutfit aan te schaffen
aanwakkert. Tel hier het beperkte en onoverzichtelijke aanbod van goede tweedehandsfeestkleding
bij op en de verleiding om iets nieuws voor de feestdagen aan te schaffen wordt groot.
Dat consumenten elk jaar opnieuw feestoutfits aanschaffen die slechts enkele keren
gedragen worden vinden we jammer. Naast het feit dat de productie ervan schadelijk is voor het
milieu is het zonde dat chique kledingitems liggen te verfstoffen in kledingkasten. En met die leuke
outfit van vorig jaar komen consumenten voor een dilemma te staan: een nieuwe feestoutfit kopen
of de feestoutfit van vorig jaar nog een keer dragen. Onze app ‘santa’s fashion’ maakt een einde aan
dit dilemma. Doordat consumenten hun oude feestoutfits verkopen krijgen de kledingstukken
opnieuw de kans om te shinen. En de consumenten die een tweedehandsfeestkleding kopen hebben
een nieuwe speciale outfit waarmee ze op de kerstfoto kunnen zonder schade toe te brengen aan
het milieu.
De feestdagen zijn naast een gezellige periode ook een stressvolle periode waarin veel
voorbereidingen getroffen moeten worden, veel tijd om kleding te shoppen is er dus niet. Het is dus
belangrijk dat ‘santa’s fashion’ overzichtelijk en makkelijk te gebruiken is. De app zal er qua lay-out
hetzelfde uitzien als bijvoorbeeld de H&M of Terstal app. Met behulp van zoekfilters (kledingstuk,
maat, kleur, materiaal, etc.) kunnen consumenten snel en efficiënt zoeken naar een kledingitem. Ook
zal er gecontroleerd moeten worden of de verkopers en kopers betrouwbaar zijn.
De concurrentie van online tweedehandskledingplatformen is groot, maar door ons op een
specifieke categorie te richten hopen we toch consumenten aan te trekken. [ CITATION Han20 \l
1043 ].
We verwachten dat de meeste consumenten enkel
voorafgaand aan de feestdagen de app zullen gebruiken.
Omdat hier telkens een jaar tussen zit is het belangrijk dat
‘santa’s fashion’ voorafgaand aan de feestdagen begint met
reclame maken. Zo kunnen influeners betaald worden om
over de app te praten of kunnen posters opgehangen
worden in bushokjes. Met de reclame worden consumenten eraan herinnerd dat ze bij onze app
moeten zijn voor leuke en verantwoorde feestkleding.
Onze idee voor ‘santa’s fashion’, een tweedehandsfeestkleding app is niet af, maar we
vonden het wel belangrijk dit in ons verslag te vermelden omdat het noodzakelijk is dat we
duurzamer gaan consumeren. Om dit te kunnen doen is het nodig dat we met zijn allen nadenken
over hoe we op een verantwoorde manier kunnen consumeren, ‘santa’s fashion’ is hier een goed
voorbeeld bij.
Conclusie
Met al deze informatie kunnen we de hoofdvraag beantwoorden, dit was: ‘Wat kan de consument
doen tegen fast fashion?’. Als we naar de verschillende aspecten kijken, krijgen we veel verschillende
antwoorden op deze vraag. Zo kijken we eerst of een consument wel eigenlijk tegen een
miljoenenbedrijf op kunnen, want één consument tegen zo’n groot bedrijf, kan dat wel? Het
antwoord is ja, als je maar als één consument tegen een bedrijf opgaat is het lastig, maar er zijn zo
veel consumenten op de wereld en als we er met z’n allen tegenin gaan, dan stellen we wel degelijk
wat voor. Dit komt omdat de kledingmarkt werkt met de wet van vraag en aanbod, als de
consumenten geen fast fashion meer kopen, reageren de bedrijven hierop met het verminderen van
fast fashion. Maar hoe weet je wat goed is en wat niet? Hiervoor moet de consument kritische
vragen stellen aan bedrijven, want wanneer je dat doet creëer je transpiratie in het bedrijf en zorg je
voor opheldering. Hierdoor zal de hele wereld anders kijken naar de kledingindustrie en zorg je
ervoor dat er meer mensen in opstand komen voor de kledingindustrie.

Ook worden we als consument constant beïnvloed door allerlei bronnen. Eén van die bronnen zijn
influencers, denk bijvoorbeeld aan Enzo Knol en Meisjedjamila. Dit zijn beide youtubers met meer
dan een miljoen volgers, dan kan je nagaan dat dit soort mensen enorm veel invloed hebben op
jongeren. Dus als zij bijvoorbeeld reclame maken voor fast fashion en de duistere kant niet laten
zien, zullen de volgers dit ook niet zien en deze willen de producten kopen. Hierdoor wordt de
consument dus duidelijk beïnvloed, dus er zou een wet moeten komen waarin duidelijk wordt
gemaakt wat wel en niet mag op sociale media. In deze wet zou moeten staan dat influencers
misschien wel ‘slechte merken’ mogen promoten, maar dat je ook de duistere kant van deze merken
moet kunnen opmaken uit de reclame.

Als laatste is het ook belangrijk dat een betere wereld begint bij jezelf. Zo lijkt het alsof je weinig kan
betekenen voor al die mensen en het milieu, maar niks is minder waar. Zo kan je je kleding recyclen
en ervoor zorgen dat het een tweede leven krijgt. Zo komt het bijvoorbeeld bij de kringloop of bij de
kledingbank. Maar daarnaast kan je wat met oude kleding doen. Denk bijvoorbeeld aan pimpen van
kleding zoals we hebben gedaan voor dit onderzoek, het is niet heel moeilijk en je bespaart er veel
geld mee. Ook kan je het verkopen op marktplaats en vinted, zoals bij ons prototype app ‘santa’s
fashion’. Hierop kan je je kleding verkopen, dit zorgt ervoor dat het een tweede leven krijgt en je kan
zelf een zakcentje verdienen.

Het komt er dus op neer dat je als consument zeker wel wat kan doen tegen fast fashion. Zo kan je je
kleding verkopen en er zelf beter van worden. Daarnaast kan je ook eens naar de bedrijven kijken en
onderzoeken waar je het beste je kleding kan kopen. Met deze stappen zorgen we er samen voor om
een betere wereld te creëren voor zowel mens als milieu.
Bibliografie
(sd). Opgehaald van vinted: https://www.vinted.nl/

Bruce, M. &. (2006). Buyer behaviour for fast fashion. Journal of Fashion Marketing and
Management: An International Journal.

D'Avella, M. (Regisseur). (2015). Minimalism: A Documentary about the Important Things [Film].
Opgehaald van https://www.netflix.com/watch/80114460?
trackId=13752289&tctx=0%2C0%2C13a6abfe375f93dbccff548004b3a76aab5ce4e3%3Ac07b
7da62c7f5edbfc6b58582066d9a958aaf0c9%2C13a6abfe375f93dbccff548004b3a76aab5ce4e
3%3Ac07b7da62c7f5edbfc6b58582066d9a958aaf0c9%2C%2C

D'Avella, M. (Regisseur). (2016). Minimalism: A Documentary About the Important Things [Film].
Opgehaald van https://www.netflix.com/nl/title/80114460

De impact van textielproductie en -afval op het milieu. (2020, 12 29). Opgehaald van Nieuws
Europees parlement:
https://www.europarl.europa.eu/news/nl/headlines/society/20201208STO93327/de-
impact-van-textielproductie-en-afval-op-het-milieu-infografiek

Dubbeldam, S. (2018, november 22). over losgaan op black friday en wat korting en saleshopping
met je doet. Opgehaald van whensarasmile: http://whensarasmiles.nl/over-losgaan-op-black-
friday-en-wat-korting-en-saleshopping-met-je-doet/)

Dubbeldam, S. (2020, maart 15). Waarom we verslaafd zijn aan modetrends – en écht moeten
afkicken. Opgehaald van whensarasmiles: http://whensarasmiles.nl/verslaafd-trends-
afkicken-duurzame-kleding/

Femke (20), Gabriela (20) en Martine (26) zijn Instagram-influencers met duizenden volgers. (2020, 3
15). Opgehaald van AD: https://www.ad.nl/dordrecht/femke-20-gabriela-20-en-martine-26-
zijn-instagram-influencers-met-duizenden-volgers~a48581a1/166867410/

Genaaid. (2018, 11 14). Opgehaald van npo3: https://www.npo3.nl/genaaid/VPWON_1295027

George, S. (2021, 2 8). Opgehaald van https://www.edie.net/news/7/Fast-fashion--Polyester-


production-has-doubled-since-2000--with-huge-climate-implications/

Hoe vervuilend is nieuwe kleding? (2019, 10 17). Opgehaald van Jeugdjournaal:


https://jeugdjournaal.nl/artikel/2306496-hoe-vervuilend-is-nieuwe-kleding.html?
ext=html#:~:text=De%20kledingindustrie%20is%20namelijk
%20%C3%A9%C3%A9n,vervuilende%20industrie%C3%ABn%20die%20er%20is.&text=Dat
%20komt%20omdat%20het%20maken,al%207000%20liter%2

Hoelang gaat je kleding mee? (2004, juli 10). Opgehaald van forum.scholieren.com:
https://forum.scholieren.com/showthread.php?t=897208#:~:text=
%40%2019%3A57%20%3A-,de%20meeste%20kleren%20draag%20ik%20na
%203%20maanden%20niet%20meer,ik%20het%20meestal%20sowieso
%20weg.&text=broeken%20gaan%20bij%20mij%20door,mee%2C%20shirtjes%20meestal
%20n

Jeronimus, C. (2019, mei 24). minimalisme (levenswijze). Opgehaald van wikipedia:


https://nl.wikipedia.org/wiki/Minimalisme_(levenswijze)
jouw ideale jeans kooptips voor spijkerbroeken. (2019). Opgehaald van milieucentraal:
https://www.milieucentraal.nl/media/lq5hblai/jouw-ideale-jeans-kooptips-voor-
spijkerbroeken-2019.pdf

Kleding, textiel en schoenen. (sd). Opgehaald van milieucentraal:


https://www.milieucentraal.nl/minder-afval/afval-scheiden/kleding-textiel-en-
schoenen/#:~:text=In%20de%20meeste%20gemeenten%20staan,huis%2Daan%2Dhuis%20in

McFall-Johnsen, M. (2019, 10 21). kleding industrie milieu impact co2. Opgehaald van
businessinsider: https://www.businessinsider.nl/kleding-industrie-milieu-impact-c02/

mode en religie zijn meer met elkaar verbonden dan we vaak denken. (2020, september 27).
Opgehaald van frieschdagblad.: https://frieschdagblad.nl/2020/9/27/mode-en-religie-zijn-
meer-met-elkaar-verbonden-dan-we-vaak-denken

redactie. (2019, 12 16). Betaalbaarheid en transparantie cruciaal voor succes duurzame spijkerbroek.
Opgehaald van duurzaam nieuws: https://www.duurzaamnieuws.nl/betaalbaarheid-en-
transparantie-cruciaal-voor-succes-duurzame-spijkerbroek/

Reijn, G., & Narnix, C. (2020, oktober 27). Handel in tweedehands kleding groeit: kledingapp Vinted is
meer dan een miljard waard. Opgehaald van Volkskrant: https://www.volkskrant.nl/nieuws-
achtergrond/handel-in-tweedehands-kleding-groeit-kledingapp-vinted-is-meer-dan-een-
miljard-waard~b9056c1c/?referrer=https%3A%2F%2Fwww.google.com%2F

Rey, E. (2020, 11 1). hoe herken je een fast fashion merk. Opgehaald van Eline Rey:
https://www.elinerey.be/hoe-herken-je-een-fast-fashion-merk/

Schouw, B. (Regisseur). (2011). Nina Satana [Film]. Opgehaald van https://www.npostart.nl/nina-


satana/27-01-2012/NPS_1195266

Vijf schokkende kenmerken van de fast fashion industrie. (2019). Opgehaald van puresportswear:
https://puresportswear.nl/vijf-schokkende-kenmerken-fast-fashion-industrie/#:~:text=Een
%20hoge%20omloopsnelheid%3A%20meerdere%20mode,kleding%20kan%20fast
%20fashion%20zijn

Wijngaarden, M. (2019, 5 1). Wat is fast fashion eigenlijk? Opgehaald van projectcece:
https://www.projectcece.nl/blog/143/wat-is-fast-fashion-eigenlijk/

Zo herken je kwaliteit. (sd). Opgehaald van milieucentraal: https://www.milieucentraal.nl/bewust-


winkelen/kleding/zo-herken-je-kwaliteit/

You might also like