WARME DAGEN IN WZC 'T HOGE

Zorg dragen
voor onze
bewoners
Hoe bereiden we ons voor op warme dagen?
 oor op warm
je v e
id d

ag
re
Be

en
OPTIMALISEER DE VOCHTINNAME VAN DE BEWONERS

ZORG VOOR KOELE VERBLIJFSRUIMTEN

ZORG VOOR VOLDOENDE VERKOELING BIJ DE BEWONERS

STIMULEER BIJ IEDEREEN ALERTHEID VOOR

HITTEGERELATEERDE SYMPTONEN
OPTIMALISEER DE VOCHTINNAME VAN DE BEWONERS

1 Elk glaasje telt.

Idealiter drinkt een bewoner op een warme dag minstens anderhalve liter water.
Een goede indicator voor de hydratatietoestand is de frequentie van het
toiletbezoek en de kleur van de urine. Kleurt die donker of plast de bewoner
minder dan gewoonlijk? Dan moet de bewoner meer drinken.
Wacht ook niet tot er een dorstgevoel optreedt. Overleg met de arts hoeveel
een bewoner met vochtrestrictie of bij medicijnengebruik moet drinken.

2 Water krijgt de voorkeur, maar biedt ook alternatieven aan.

Ideeën alternatieven:
koude thee, limonade, water afwisselend met ijsjes. Liefst water of ijgekoelde thee,
gefruit water, …Ook warme koffie of thee vullen de vochtreserves aan. Vermijd
alcohol!

3 Aangepaste voeding met hoog vochtgehalte.

Bied op warme dagen een maaltijd met hoog vochtgehalte aan.
Kies om een lichtere en kleinere hoofdmaaltijd in combinatie met een (groter)
vieruurtje.
Kies voor rauwe groenten want die bevatten veel vocht.
Kies voor pudding, yoghurt, verse fruitsla of fruit, smoothies, plattekaas,
milkshake of (water)ijsje als dessert of vieruurtje.

4 Motiveer bewoner om meer te drinken.

Voer een gestructureerd hydratatieronde uit.
Zorg dat water steeds binnen handbereik staat in een fles, glas of beker die
gemakkelijk hanteerbaar is voor de bewoners.
Zorg dat lege flessen, glazen of bekers regelmatig bijgevuld worden.
Zorg dat de bewoners niet alleen voldoende drinken bij de maaltijden maar ook
tussen de maaltijden in.
Laat de bewoners extra drinken bij verzorgende handelingen: zoals
tandenpoetsen, of als ze medicijnen innemen, bij het slapen gaan en wanneer de
bewoner wakker wordt.
Vraag bij het binnentreden van de kamers om een glas water aan te bieden.
 HOE CONTROLEREN DAT DE BEWONERS
VOLDOENDE DRINKEN?

Noteer hoeveel de bewoner

drinkt via de drankkaart.

Hou toiletbezoeken bij.

Check op geregelde tijdstippen

de kwaliteit van de urine.

Noteer alles in het zorgdossier:

CareSolutions.
 ZORG VOOR KOELE VERBLIJFSRUIMTEN OF EEN
GEKLIMATISEERDE RUIMTE.

1 Zet de ramen open als het buiten koeler is.

In leefgroepen: ramen staan open van 6u tot 8u.
In kamers: ’s morgens wordt vanaf ontwaken raam opengezet zolang
buitentemperatuur lager ligt dan binnen. En ’s avonds wordt vanaf dat buiten
temperatuur lager ligt dan binnen de ramen opengezet. Om 21 uur worden de
ramen door het verzorgend personeel gesloten.
In de gang: ramen staan open van 6u tot 8u en van 20u tot 22u.
Temperatuurfiche: dagelijks worden de leefruimten opgemeten a.d.h.v. een
temperatuurfiche. Het opmeten gebeurt op 3 tijdsstippen: het ontbijt, het
middagmaal en het avondmaal. Noteer wat gedaan als temperatuur hoger ligt
dan 26°C.

In alle verblijfsruimten bedraagt de temperatuur overdag minstens 22°C en

maximaal 26°C.

Let op:
Vermijd tocht.
Gebruik zo weinig mogelijk apparaten die warmte produceren.
Sluit ruimten die onvermijdelijk opwarmen af voor bewoners.
Vermijd directe zonnestralen en creëer schaduw.

2 Benut de zonnewering optimaal.

Benut zonnewering maximaal zodra de zon opkomt.

3 Voorzie een geklimatiseerde ruimte.

Voor de bewoners van wie de verblijfsruimten niet voldoende gekoeld kunnen
worden, moet er volgens de erkenningsvoorwaarden een geklimatiseerde ruimte
beschikbaar zijn die voldoende groot is om alle bewoners te groeperen.
Breng de bewoners op de hoogte van die ruimten en begeleid afhankelijk
bewoners ernaartoe.
ZORG VOOR VOLDOENDE VERKOELING BIJ DE BEWONERS.

1 Zorg voor middelen die de bewoners verkoeling bieden.

Verfris het gezicht, de hals en de polsen met een nat washandje, handdoekje of
ijszakje.
Deel regelmatig koude en natte washandjes uit en/of verkoelende vernevelaars.
Zet de bewoners met de voeten in een zwembadje of voetbadje.
Gebruik eventueel mobiele airco of koelvesten.
Bij bedlegerige bewoners die erg transpireren kan je het best het hele lichaam
wassen en het bed verschonen.
LET OP:
Vermijd absoluut sterkte temperatuurwisselingen.

2 Zorg dat de bewoners lichte kledij dragen.

Voorzie lichte, katoenen kledij met korte louwen en pijpen.
Informeer bezoekers en familieleden.
Voorzie fris en licht beddengoed.
Voorzie regelmatig propere lakens en kussenslopen voor de bedlegerige
bewoners.

3 Vermijd verhoogde inspanningen, voornamelijk op de

warmste dagen.
Pas kinesitherapieschema’s, douchemomenten en inspannende activiteiten aan.
Gebruik de ochtenduren voor activiteiten.
Bied tijdens de activiteiten water aan.
Voorzie activiteiten op een koele locatie.
Zorg dat inspannende activiteiten op een koeler moment plaatsvinden.

4 Bescherm de bewoners tegen directe zon.

Bescherm het hoofd met een zonnehoed of zonneklep.
Doe een zonnebril aan bij de bewoners.
Let erop dat bewoners lichte, loszittende en lichtgekleurde kleding dragen.
Smeer de bewoners in met zonnecrème met een hoge beschermingsfactor.
Voorzie voldoende schaduw.
Breng de bewoners naar koelere plekken buiten het WZC.
 STIMULEER BIJ IEDEREEN ALERTHEID VOOR
HITTEGERELATEERDE SYMPTONEN.

1 Herken de symptomen bij uitdroging:

Klagen over warmte
Klagen over dorst
Hoofdpijn
Verminderde aandacht
Plasproblemen en donkergekleurde urine
Droge tong en slijmvliezen

2 Herken de symptomen bij hittestress:

Hittekrampen: spierkrampen, buik, armen en been
Huidproblemen: uitslag
Hitte-uitputting = zonnesteek: duizeligheid, flauwte, vermoeidheid, hoofdpijn
Hitteberoerte = hitteslag: verhoogde lichaamstemperatuur en hartritme, warme
droge huid, hoofdpijn, braken, stuipen, bewustzijnsverlies, coma

3 Herken gezondheidsklachten door ozon:

Luchtwegenklachten zoals droge hoest, piepende ademhaling, kortademigheid
en een gevoel van ademnood
Oog-, neus-, en keelirritaties
Pijn in de borstkas
Hoofdpijn
Astma-aanvallen
 WELKE ACTIE ONDERNEMEN BIJ
HITTEGERELATEERDE AANDOENINGEN?

Bij zeer warme omgevingstemperaturen kunnen zich een aantal plotse

probleemsituaties voordoen.

We denken aan uitdroging, zwelling door warmte (warmte-oedeem),

warmtekrampen, uitputting door hitte, hitteslag of zelfs hitteberoerte.

Hitte kan dus schadelijk zijn voor de gezondheid. Een hitteberoerte kan zelfs
dodelijk zijn.

Vooral bij een hoge vochtigheidsgraad kan de lichaamstemperatuur snel

stijgen, ook al is de omgevingstemperatuur niet extreem hoog.