You are on page 1of 112

Stralingsbescherming – Master

[Internationale, Europese en Federale regelgeving]


Stralingsbescherming regelgeving
1. IAEA-Basic Safety Standards

2. Euratom-Basic Safety Standard

3. Belgische wetgeving stralingsbescherming


Stralingsbescherming regelgeving
1. IAEA-Basic Safety Standards
International and European Regulation
• IAEA Basic Safety Standards (IAEA-BSS)-2011

• European (Euratom) Basic Safety Standards


EU-BSS-december 2013
International Atomic Energy Agency (IAEA)
 Instelling van Verenigde Naties
 Opgericht in 1956
 Oorspronkelijke doelen:
 Promotie van kernenergie (technologie transfer)
 Verspreiding van splijtbaar materiaal voor militair gebruik
tegengaan (non-proliferatie). Instellen “safeguards”:
geheel van controlemaatregelen.

 Werkzaamheden:
 Wetenschappelijke rapporten
 Organisaties conferenties
IAEA Safety Standards

Basis
stralingsbescherming

Vereisten voor
stralingsbescherming

Praktische gidsen voor


stralingsbescherming

NORM workshop- Hasselti,


6
Nov29,2011
Algemene basis

Fundamental Safety Principles


(2006)

‒De conceptuele basis voor de


IAEA safety standards

NORM workshop- Hasselti,


7
Nov29,2011
Unscear  ICRP  IAEA
*

Fundamental Safety
Principles Essentiele
* principes
(morele obligatie)
Safety Fundamentals
No. SF-1

103

The 2007 Recommendations of the


International Commission on Radiological
Protection

Essentiele
Requirements for vereisten
Effects of Recommendations Radiation Safety
(wettelijke
radiation for protection (Basic Safety Standards)
obligatie)
Safety Requirements
No. GSR Part 3

NORM workshop- Hasselti, Nov29,2011


8

*indicative covers only


Structuur

NORM workshop- Hassel,


9
Nov29,2011
Internationale Safety Standards
 IAEA Safety Standards reflecteren:
internationale consensus

 Deze consensus is nodig om te komen tot


een gezamenlijke aanpak om
stralingsbescherming te realiseren

NORM workshop- Hasselti,


10
Nov29,2011
IAEA-BSS
Structuur herziene IAEA-BSS volgt
aanbevelingen ICRP 103
 Drie blootstellingssituaties:
 Gepland
 Nood
 Bestaande

 Drie categoriën van blootstelling:


 Beroepshalve
 Publiek
 Medisch
IAEA-BSS
 ‘Practice’ / bepaalde ‘praktijk’:
 Elk type activiteit die de operatie of introductie
van stralingsbronnen vereist of die bepaalde
blootstellingswegen verandert en die beheerd
wordt als een geplande blootstellingssituatie
Wettelijke controle

• Graduele aanpak [“Graded approach”]


– Wat is nodig en afdoende voor een optimaal niveau
van stralingsbescherming voor bepaalde
‘praktijk/practice’?
Toestemming/vergunning gegeven op
Licensing basis van voorwaarden bepaald door
de regelgever
Vereenvoudigde *vergunnings*
Registration
kBq/kg procedure

Notification Verplichting om informatie te


verschaffen

Exempted Beslissing om niet te


reguleren…
Stralingsbescherming regelgeving
1. IAEA-Basic Safety Standards

2. Euratom-Basic Safety Standard


Nieuwe Euratom BSS (EU-BSS-december 2013)

 Samenvoegen directives:

 Basic Safety Standards (workers, general public): 1996


 Patients/Medical Exposure Directive: 1997
 Informing the public on measures in the event of a
radiological emergency: 1989
 Outside Workers: 1990
 High Activity Sealed Sources (HASS): 2003
 (Radon Recommendation 90/143/Euratom)
Gereguleerde stalingsbronnen

Stralingsgeneratoren Radioactief materiaal inbegrepen


radioactieve stoffen
Radioactieve bronnen

Verzegelde (Sealed) bronnen

Hoog actieve
verzegelde
bronnen
Weesbronnen

Radioactief afval Naturally occurring


radioactive material

Based on a presentation of Augustin Janssens EC DG ENER D4 16


Gereguleerde stalingsbronnen

Stralingsgeneratoren Radioactief materiaal inbegrepen


radioactieve stoffen
Radioactieve bronnen

Verzegelde (Sealed) bronnen

Hoog actieve
verzegelde
bronnen
Weesbronnen

Radioactief afval Naturally occurring


radioactive material

Based on a presentation of Augustin Janssens EC DG ENER D4 17


Korte inhoud: herziene EU-BSS
 Implementatie ICRP 103
Preamble
Chapter I Subject Matter and Scope
Chapter II Definitions
Chapter III System of Protection
Chapter IV Requirements for Education, Training and Information
Chapter V Justification and Regulatory Control of practices
Chapter VI Protection of Workers, Apprentices and Students
Chapter VII Protection of Patients and other Individuals
submitted to Medical Exposure
Chapter VIII Protection of Members of the Public
Chapter IX Protection of the Environment
Chapter X Requirements for Regulatory Control
Chapter XI Final provisions
Herziene EU-BSS
 Betere bescherming werkers
 medisch personeel, noodwerkers en werkers in werkplaatsen met
natuurlijke stralingsbronnen)

 Betere bescherming publiek


 in het bijzonder van radon in woningen, van blootstelling aan NORM en
bouwmaterialen en bewuste blootstelling voor niet-medische
doeleinden

 Betere bescherming patiënten


 in het bijzonder bij voorkomen incidenten en accidenten bij
radiodiagnose en radiotherapie

 Betere voorbereiding voor noodsituaties


 gezien geleerde lessen uit Fukushima ongeval.
Bescherming van werkers voorgaande BSS
(96/29/Euratom)
 Dosis limitatie

 Maatregelen voor beperken blootstelling:


 Classificatie en afbakenen van area's
 Classificatie van blootgestelde werkers
 Evaluatie van implementatie praktische stralingsbescherming werkers

 Evaluatie van blootstelling:


 Monitoring van werkplaatsen
 Individuele monitoring
 Monitoring bij ongevallen of noodsituaties
 Bijhouden en rapporteren resultaten monitoring

 Medische supervisie van blootgestelde werkers

 Informatie en training
Verbeterde bescherming werkers (nieuwe EU-BSS)
 Dosis limit voor beroepshalve blootstelling is nu 20 mSv in
één enkel jaar
 Dosis limit voor ooglens verlaagt naar 20 mSv per jaar

 Directieve voor buitenwerkers nu bijkomend geïntegreerd:


 Duidelijkere afbakening van verantwoordelijkheden voor
onderneming/operator, werkgever en buitenwerkers

 Beroepshalve blootstelling meer consistent toegepast voor:


 Werkers in activiteiten met NORM
 Werkers in werkplaatsen met radon
 Bemanning voor luchtvaart en ruimtevaart
 Noodwerkers

 Instellen system voor registratie en bijhouden data beroepshalve


blootstelling.
Noodwerkers (nieuwe EU-BSS)
 Informatie en training
 Voor & wanneer noodsituatie plaatsgrijpt

 Bescherming van de noodwerkers:


 Voorzien geschikte radiologische monitoring tools en
beschermingsmaterialen
 Beroepshalve blootstelling in noodsituaties blijft onder
dosislimieten
 Voorzien bijzondere medische supervisie

 Als de dosislimieten niet kunnen gerespecteerd worden:


 Instellen specifieke referentieniveaus ≤ 100 mSv
 Werkers informeren over de geassocieerde
gezondheidsrisico’s en beschikbare
beschermingsmaatregels
 Er op toezien dat werkers deze acties vrijwillig ondernemen
Regulatory Control - Graded
Approach
Licensing:
- Nuclear fuel cycle
- Production of consumer goods
Licensing
- High-activity sealed sources
Notification

Authorization
- Worker exposure liable to exceed 6 mSv/y
Registration
- Discharge of significant amounts of airborne
or liquid effluent to the environment
- ..... Specific Exemption

Generic (explicit) Exemption

Outside Scope of EU-BSS

Based on a presentation of Augustin Janssens EC DG ENER D4 24


Regulatory Control - Graded
Approach

Registration (or licensing):


Licensing
- Administration of radioactive substances to
Notification

Authorization
persons
Registration
- Industrial radiography, accelerators
- Radiations generators or radioactive sources
for medical exposures
Specific Exemption
- Worker exposure liable to exceed 1 mSv/y
- .....
Generic (explicit) Exemption

Outside Scope of EU-BSS

Based on a presentation of Augustin Janssens EC DG ENER D4 25


Stralingsbescherming regelgeving
1. IAEA-Basic Safety Standards

2. Euratom-Basic Safety Standard

3. Belgische wetgeving stralingsbescherming


Belgische wetgeving voor stralingsbescherming

a) Inleiding
Belgische wetgeving
 1958: Wet ter bescherming van de de
bevolking tegen gevaren ioniserende
straling
 1963: implementatie van wet ’58 door
koninklijk besluit (Algemene regelgeving)
Regulations)
 ARBIS
Belgische wetgeving
 1994: Herwerkte wet van ’58, en instelling
van FANC als wetgevend orgaan
 1996: EU Directive basic safety standards (96/29/Euratom)
 1997: EU Directive medical exposure (97/43/Euratom)

 2001: Implementatie van EU directives,


transfer van competentie naar FANC
FANC
 Gemachtigde autoriteit in België voor nucleaire
veiligheid en stralingsbescherming

 Missie : “Bescherming van bevolking, werkers en


de omgeving tegen gevaren verbonden aan
ioniserende straling”
 Oprichtingsdatum (15 april 1994)
 Operationeel sinds 1ste september 2001 door het
koninklijk besluit van 20th July 2001 (ARBIS)
FANC
 Belast met:
 Nucleaire veiligheid: nucleaire installaties
controleren

 Stralingsbescherming: toezicht op veilig


gebruik ioniserende straling

 Non-proliferatie: begeleiding van IAEA en


Euratom inspecteurs in België
FANC
 Status:
 Federaal Overheidsdienst (FOD) Binnenlandse zaken
heeft voogdij over het FANC

 Publiek instituut
 Geen administratieve dienst maar instelling van openbaar nut
(zoals NIRAS)

 Inkomsten: retributies en belastingen


 Retributies bij elke vraag tot autorisatie
(vergunningsaanvragen)
 Jaarlijkse belasting (heffingen)

 Bel V is filiaal van FANC voor uitvoeren systematische


controles nucleaire installaties
FOD Economie
 Verantwoordelijk voor onderzoeksinstituten:
 SCK-CEN:
 onderzoek naar veiligheid van nucleaire reactoren,
stratlingsbescherming, opslag van nucleair afval, medische
toepassingen,…

 IRE:
 productie van radionucliden voor medische toepassingen
(Sterigenics –op site IRE-: sterilisatie en bewaren van
voedsel)
FOD Economie
 In opdracht van FANC staan SCK-CEN in voor toezicht
van Belgische territorium:
 Controle natuurlijke en artificiele radioactiviteit
 lucht, water, bodem
 Voedselketen (gras, melk, …)
 Bio-indicators (mossen, algen, zeevoedsel…)
FANC - bevoegdheden
 Controles en inspecties (ARBIS)

 Vergunningsaanvragen (uitzondering van klasse 1)

 Erkenning deskundigen, artsen, (hospitaal)fysici

 Controle en erkenning van medische toestellen en


medische toepassing van radioactieve stoffen

 Radiologisch toezicht over het grondgebied.


FANC - bevoegdheden
 Erkenning van persoonlijke dosimeter

 Erkenning van dosimetrische dienst die ze uitleest

 Binnenlandse zaken bijstaan in kader nucleair


noodplan

 Coördinatie wetenschappelijk onderzoek in


samenwerking onderzoeksinstituten

 Bevolking informeren over stralingsbescherming


en nucleaire veiligheid
FOD Economie
 Verantwoordelijk voor NIRAS/ONDRAF
 Beheer van afval, inventarisatie van al de
gecontamineerde sites

 Verantwoordelijk voor Belgoprocess:


 Behandeling en conditionering van nucleair afval
Belgische wetgeving voor stralingsbescherming

a) Inleiding
b) ARBIS - structuur
ARBIS
 Koninklijk besluit dat de algemene regelgeving met
betrekking tot de bescherming van het publiek en
werkers tegen gevaren van ioniserende straling
vastlegd.

 KB 20 juli 2001

 http://www.jurion.fanc.fgov.be
ARBIS (Royal Decree 20 July 2001) : inhoud
 Hoofdstuk I Algemene bepalingen
 Hoofdstuk II Classificatie van de ingedeelde
inrichtingen
 Hoofdstuk III Algemene bescherming
 Hoofdstuk IV Import, export, transport, transit
en distributie van bronnen
 Hoofdstuk V niet-afgeschermde bronnen in
(dier) geneeskunde
 Hoofdstuk VI Medische Toepassingen
 Hoofdstuk VII Transport van radioactieve
materialen
ARBIS (Royal Decree 20 July 2001) : inhoud
 Hoofdstuk VIII Nucleaire propulsie
 Hoofdstuk IX Verbodsbepalingen en
vergunningen
 Hoofdstuk X Uitzonderlijke maatregelen
 Hoofdstuk XI Toezicht van het grondgebied
en noodplanning
 Hoofdstuk XII Erkenning van deskundigen,
instellingen en geneesheren
 Hoofdstuk XIII Slotbepalingen
Update Arbis i.f.v. nieuwe EU-BSS
 KB 19/08/2020  update ARBIS
 Implementatie richtlijn 2013/59/Euratom
Update Arbis i.f.v. nieuwe EU-BSS
 Artikel 1 Toepassingsgebied
 Dit reglement is van toepassing op alle geplande of
bestaande blootstellingssituaties of blootstelling in
noodsituaties waarbij een risico van blootstelling aan
ioniserende straling bestaat dat niet kan worden
verwaarloosd vanuit het oogpunt van de
stralingsbescherming of vanuit het oogpunt van de
bescherming van het leefmilieu met het oog op de
menselijke gezondheidsbescherming op lange termijn.
Update Arbis i.f.v. nieuwe EU-BSSe
 Artikel 1 Toepassingsgebied
 Meer specifiek:
 de vervaardiging, de productie, de bewerking, de
hantering, de verkoop, de overdracht tegen vergoeding
of gratis, de berging, het gebruik, de opslag, het
voorhanden hebben, het vervoer, de transit, de invoer,
de uitvoer, de verwijdering en de recyclage van
radioactieve stoffen of van toestellen of
installaties die er bevatten;

 de vervaardiging, de verkoop en de overdracht tegen


vergoeding of gratis, het bezit en het gebruik van
elektrische apparatuur die ioniserende straling
kan uitzenden en waarvan de onderdelen met een
potentiaalverschil van meer dan 5 kilovolt (kV)
kunnen werken;
Update Arbis i.f.v. nieuwe EU-BSS
 “radioactieve stof :
 =iedere stof die een of meer radionucliden
bevat, waarvan de activiteit of
activiteitsconcentratie, voor zover het de
stralingsbescherming betreft, niet mag
worden verwaarloosd;”;
Update Arbis i.f.v. nieuwe EU-BSS
 Het gebruik van dosisbeperkingen als
onderdeel van het optimalisatieproces en
controle werkplaats

 Een nationaal dosisregister voor


beroepshalve blootgestelde personen
uitbouwen en onderhouden.
Belgische wetgeving voor stralingsbescherming

a) Inleiding
b) ARBIS – structuur
c) Vergunningsstelsel
Facilities and authorizations
  Classificatie van faciliteiten volgens risico:

 Klasse I > Klasse II > Klasse III > Klasse IV


Update Arbis i.f.v. nieuwe EU-BSS
 De mobiele installaties (bv. gammagrafie
en verplaatsbare toestellen die
röntgenstraling kunnen uitzenden) en
tijdelijke installaties worden aan een
gelijkaardige “graded approach”
onderworpen.
Klasse I (hoogste risico)
 Kernreactoren
 Splijtstoffen aanwenden of in bezit houden
 Uitgezonderd natuurlijk en verarmd uraan en natuurlijk thorium
 Opwerken van al dan niet verrijkte bestraalde kernbrandstof
 Beheer + berging radioactief afval (verzamelen, verwerken,
conditioneren, opslaan, bergingsplaatsen)

 e.g.
 Reactoren Doel & Tihange
 SCK•CEN
 Belgoprocess
 JRC-Geel
 IRE-Fleurus
 In ontmanteling:
 Belgonucleair & FBFC: productie kernbrandstof
Klasse I (hoogste risico)
 Splijtstoffen binnen Klasse I:
 Som van de verhoudingen tussen de massa van de hierna
vermelde splijtstoffen en hun referentiemassa groter is dan de
eenheid.

 De referentiemassa:
 200 g voor plutonium 239,
 200 g voor uranium 233
 350 g voor uranium 235

 Hoogste risico en meestal een criticaliteitsrisico


Klasse II (groot risico)
 Grote hoeveelheden radioactieve stoffen
aangewend

 Waar hoge blootstellingsniveaus aanwezig zijn.

 Gebruikmaken van hoogactieve ingekapselde


bronnen (HAIB's)

 Meeste installaties voor wetenschappelijk


onderzoek.
Klasse II (hoog risico)
 Inrichtingen waar:
 [in zoverre dat ze niet klasse 1 zijn]

 Radioactieve stoffen gewonnen uit bestraalde


splijtstoffen en waar deze worden geconditioneerd
voor de verkoop;

 Installaties waar splijtstoffen worden gebruikt of in


bezit gehouden
 Natuurlijk en verarmd uraan en natuurlijk thorium uitgezonderd;

 Beperkte hoeveelheden splijtbaar materiaal


(< helft van kritische massa)
Klasse II (groot risico)
 Deeltjesversnellers (met uitzondering van de elektronenmicroscopen)

 Intentionele toediening van radioactieve producten in patiënten


of dieren

 Gebruik maken van X-ray equipment (nominale piekspanning


>200 keV): geneeskundige behandeling of industriële radiografie,
behandeling producten/personen
 Medische of niet-medische beeldvorming

 Vervaardiging van consumptieproducten of geneesmiddelen,


waarbij gebruik wordt gemaakt van de intentionele toevoeging van
radioactieve stoffen;

 Niet-ingekapselde of ingekapselde bronnen gebruikt


Inrichtingen worden bij klasse II ingedeeld als:
 Open bronnen: activiteit > 500 x vrijstellingsniveau
 Uitzonderingen: jodiumisotopen: activiteit 50 x vrijstellingsniveau

 Ingekapselde bronnen: activiteit > 50000 x vrijstellingsniveau


 Sr-90, Kr-85 en Cs-137: activiteit 500000 x vrijstellingsniveau

 3H > 5 GBq

 Gemotiveerde beslissing van het agentschap

 Verschillende radionucliden aanwezig:


som van verhoudingen  1
Klasse II
Subklasse IIA
 Kans op potentieel gevaar hoger ligt,
Cyclotron
 Deeltjesversnellers
 Röntgenstralers > 1 MeV: industriële sterilisatie of
polymerisatie
 Bestralingsinstallaties met bron > 100 TBq
 Uitzondering: voor (dier)geneeskundige behandelingen of
bronnen die altijd in afscherming blijven
 Bepaalde installaties die (hoog)radioactieve stoffen of
bronnen produceren
 Uitzondering Kr-85

 Vb: Ugent, Universitaire ziekenhuizen Gent, Leuven


& Antwerpen, IBA, Stérigenics…
Klasse III – Beduidend risico
 X-ray equipment (< 200 keV): industriële röntgenapparaten
gebruikt voor dikte- of dichtheidsmetingen

 vb. radiologiediensten, tandartsen, metaalonderzoek labo’s,


veeartsen, luchthavenveiligheid…
Klasse III
 Totale activiteit en activiteitsconcentratie:
hoger dan de vrijstellingniveaus maar lager
dan klasse II
 (meeste bronnen uit niet-nucleaire industrie)
Klasse IV – klein risico, niet vergunde inrichting
 Vrijgesteld van aangifte en vergunning

 Totale activiteit of activiteitsconcentratie < vrijstellingsniveaus

 Studie blootstellingscenario’s: effectieve dosis voor


bevolking per jaar ≤ 10 Sv/jaar

 Kathodestraalbuizen met potentiaalverschil van maximaal 30


kV indien dosistempo op 10 cm <1 Sv/h

 Typegoedkeuringen door agentschap van ingekapselde bronnen of


toestellen die ioniserende straling uitzenden;
dosistempo op 0,1 m (bereikbare buitenzijde) <1 Sv/h
(vb ionisatie rookmelders)
Klasse III inrichtingen: tussen klasse II en
klasse IV
Faciliteiten en autorisatie
 Creatie en uitbaten van een faciliteit is
onderhevig aan voorwaardelijke goedkeuring

 Elke vraag tot goedkeuring is onderhevig aan een


retributie

 Geldigheid: 15 jaar
 Te bekomen bij afdeling gezondheid en omgeving
 Standard informatiedocumenten beschikbaar via email
(info@fanc.fgov.be)
Belgische wetgeving voor stralingsbescherming

a) Inleiding
b) ARBIS – structuur
c) Vergunningsstelsel
d) Regelgeving met betrekking tot gebruik
van radionucliden
Regulatie met betrekking gebruik radionucliden
 Artikel 54.8
 Radionucliden mogen enkel gehouden worden in
de ruimte/kamer voor beoogd gebruik
 De ruimte voorziet afdoende bescherming
tegen niet intentionele blootstelling,
contaminatie en bevat maatregelen tegen
diefstal

 Klasse II:
 Muren, vloer en werk area/werkbanken mogen geen
imperfecties vertonen in oppervlakte (moeten glad,
niet penetreerbaar en gemakkelijk te reinigen en
decontamineren zijn)
Regulatie met betrekking gebruik radionucliden
 Artikel 54.8
 Bij gebruik van open bron, de ruimte
voorziet:
 Geschikte middelen om snel isotopen te vangen
in geval van contaminatie
 Middelen om afval (in elke vorm) efficiënt te
vangen, zo lang als nodig

 Middelen om air contaminatie te


vermijden.
 Als het onvermijdbaar is, dan moeten middelen
voorzien worden om de verder contaminatie van
faciliteit en omgeving te voorkomen
Regulatie met betrekking gebruik radionucliden
 Artikel 30
 Beperkte toegang tot area onder bewaking
 In een controleerde area, het is verboden te
 Roken
 Eten
 Cosmetica te gebruiken
 Voeding, drinken, tabac, cosmetica, … te introduceren
Regulatie met betrekking gebruik radionucliden
 Implicaties voor personeel –praktische
procedures:
 Ontvangst van radioactieve materialmen
(correcte inhoud, schade, contaminatie, registratie)

 Kleding: labojas, handschoenen (overschoenen)

 Contaminatie monitoring en beheer


(werkoppervlakte, deurklinken, afvalvaten,
reinigingsprocedures, registratie,…)
Regulatie met betrekking gebruik radionucliden
 Implicaties voor personeel – praktische
procedure:
 Bereiding van radioactieve stoffen

 Intern transport van radioactief materiaal

 Applicatie-injectie van radioactieve stoffen


Hoogactieve ingekapselde bron (HAIB)
 HAIB: ingekapselde bron waarvan de
activiteit van de erin vervatte radionuclide
≥ Bijlage VI nieuwe KB
 Vb H-3: 400 GBq
 Vb Co-60: 4 GBq

 FANC: houdt van elke HAIB een


levensloopfiche bij

 Exploitant meldt elke wijziging aan het


FANC: indien er geen wijzigingen zijn
volstaat een jaarlijkse melding.
Persoonlijke dosimetrie - dosimetriedienst
 Dragen erkende dosimeter op
borsthoogte is verplicht
 behalve voor laagenergetische betastralers (3H
en 14C)

 Bijkomende dosimeter:
 Als een lichaamsdeel 3/10 van een
equivalente dosislimiet kan overschrijden
 Ring of polsdosimeter
Dosimeters bij loodschort
 Loodschort:
 2 dosimeters zijn verplicht:
 Effectieve dosis = dosis onder loodschort +
fractie dosis boven de loodschort
Meest gebruikte dosimeters
 TLD (Thermoluminescente dosimeters):
 uitlezing door opwarming

 OSL (Optisch gestimuleerde luminescentie dosimeters)


 Uitlezing door licht

 Filmdosimeters
 Zwarting van een fotografische film

 Elektronische dosimeters (operationele dosimeters)


 Verplicht indien men > 500 Sv/ week kan oploppen
 Ogenblikkelijke afleesbaar met alarm bij hoge stralingsvelden
Dosisevaluatie personeel
 Berekening van de effectieve dosis (E)

 Eextern: dosis vanwege uitwendige bestraling

 H(g)j,ingestie en h(g)j,inhalatie zijn effectieve volgdosis per


eenheid van ingestie of inhalatie van het radionuclide j
 = dosiscoëfficiënten (Europese richtlijn) in Sv/Bq

 Jj,ingestie en Jj,inhalatie zijn de ingenomen activiteiten van


het radionuclide j via ingestie of inhalatie (Bq)
Voorwaarden voor vrijgave van vaste radioactieve afvalstoffen
(update KB Aug 2020 t.o.v ARBIS)
a) De conformiteit met de vrijgaveniveaus die
Tabel A Vrijgaveniveaus
vermeld zijn in tabel A moet worden geverifieerd
door metingen,
Nuclide Vrijgaveniveaus
b) Mengsels van radionucliden:
[kBq/kg] Σj Cj / Cj,L ≤ 1
H-3 100
Be-7 10 waarbij:
C-14 1 Cj de specifieke activiteit is van de radionuclide j
in de afvalstoffen
Na-22 0.1
P-32 1000 Cj,L het vrijgaveniveau uit tabel A is voor
… … radionuclide j.

*In geval van een mengsel van radionucliden met


hun vervalproducten: moeten vervalproducten
hier niet beschouwen indien ze de activiteit bij
evenwicht niet overschrijden.
Vrijgaveniveaus voor vaste afvalstoffen
 Vrijgave uit een vergunde inrichting
 vb ontmantelingsafval

 Het agentschap kan afwijkingen toestaan indien aan de


basiscriteria voldaan is (10 µSv/j)

 Enkele voorbeelden vrijgaveniveaus (1 à 4 grootteorden lager


dan de vrijstellingsniveaus)
 3H: 100 Bq/g; 14C: 10 Bq/g; 60Co: 0,1 Bq/g; 90Sr: 1 Bq/g
 226Ra: 0,01 Bq/g; 232Th 0 01 Bq/g
 (*) Niet voor beroepsactiviteiten (voor radium 226 en thorium 232 zijn de waarden lager dan de
gemiddelde concentraties van de aardkorst)

 Niet van toepassing:


 Halveringstijd < 6 maanden  gecontroleerde vervalopslag
 Besmet voedsel na een nucleair ongeval
Lozingslimieten voor vloeibare radioactieve
afvalstoffen
 In de bodem: in alle omstandigheden verboden

 In oppervlaktewater of in de riolering verboden indien de


concentratie in Bq/l het duizendste overschrijdt van de jaarlimiet
voor ingestie voor volwassen leden van de bevolking

 Enkele voorbeelden: 3H:55000 Bq/l; 99mTc: 45000 Bq/l; 131I: 45 Bq/l; 226Ra: 3,6 Bq/l
 Rekenvoorbeeld lozingslimiet voor 226Ra: 10-3 / (0,28 10-6x 103) Bq/l = 3,6 Bq/l

 Voor een mengsel moet de som van de verhoudingen van de


activiteit van elk radionuclide gedeeld door de lozingslimieten ≤ 1

 Nota: deze lozingslimieten houden geen rekening met belangrijke


blootstellingsweg:
 Ophoping van afgezette activiteit in riolen en op de waterbodem van kleine rivieren
Lozingslimieten voor atmosferische lozingen
 De lozing in de vorm van gas, stof, rook of damp is verboden
indien:
 Concentratie in Bq/m³ (lozingspunt) groter dan de afgeleide limiet voor de
luchtconcentratie voor volwassen leden van de bevolking bij continue
blootstelling (8000 m³ per jaar)

 ALARA toepassen op (vloeibare en atmosferische) lozingen

 De lozingslimieten zijn afhankelijk van het longabsorptietype

 Ter illustratie, de lozingslimieten voor radium-226 bedragen


 F(ast): 1 / (0,36 10-6 x 103 x 8000) Bq/m³ = 0,35 Bq/m³
 M(oderate): 1 / (3,5 10-6 x 103x 8000) Bq/m³ = 0,036 Bq/m³
 S(low):1 / (9,5 10-6x 103x 8000) Bq/m³ = 0,013 Bq/m³

 Voor een mengsel moet de som van de verhoudingen van de


activiteit van elk radionuclide gedeeld door de lozingslimieten
≤1
Belgische wetgeving voor stralingsbescherming

a) Inleiding
b) ARBIS – struktuur
c) Vergunningsstelsel
d) Regelgeving met betrekking tot gebruik
van radionucliden
e) Klassificatie afvalmanagement
Waste management
 Classification according to:
 Physical status: solid, liquid or airborne (gas)
 Processing capacity: inflammable or not?
 Mechanical risk: risk of cut- and stain-injury?

 Biological risk

 Half life (decay), for example:


 long (>180 d) e.g. 57Co, 3H, 14C, 68Ge, 54Mn
 medium (14d<T½<180d) e.g. 32P,51Cr,89Sr,125I
 short (<14d) e.g. 67Ga,111In, 131I,201Tl,177Lu,89Zr,99Mo, 90Y

 very short (< 12h) e.g. 11C, 18F, 99mTc,


Waste management
 Categorie A: laag or middelactief, short living waste
  Mainly bèta and gamma-emittors
  T1/2 < 30 years and low intensity irradiation

 Category B: long living waste (>30 years)


 Mostly alfa with concentrations > Category A
  Also bèta and gamma-emittors

 Category C: high radioactive


 High concentrations, heating problem
 More than 20 Watt/m³
  Used fuel rods, conditioned nuclear waste
Afval beheer
Berging Categorie A-afval
Waste management
 Collect and treat seperately !

 Measure before release (proportional or


spectrometric) !

 Registrate all releases !

 Shield if necessary !

  Gets detected at a safeguard


Belgische wetgeving voor stralingsbescherming

a) Inleiding
b) ARBIS – struktuur
c) Vergunningsstelsel
d) Regelgeving met betrekking tot gebruik
van radionucliden
e) Klassificatie afvalmanagement
f) Basisprincipes stralingsbescherming
Basisprincipes stralingsbescherming
 Blootstelling aan ioniserende straling zoveel mogelijk
vermijden

 3 basisprincipes van het ICRP:


 Rechtvaardiging
 Optimalisatie
 Individuele dosislimieten

 Het ALARA principe: de dosissen moeten zo laag


gehouden worden als redelijkerwijze mogelijk,
rekening houdende met economische en sociale
factoren.
 Wettelijk kader: KB 20 juli 2001

auteur: W. Schroeyers 84
Algemene bescherming en dosislimieten
 Publiek: 1 mSv per jaar
 Bovenop de dosis afkomstig van natuurlijke
achtergrondstraling
 Bovenop de dosis afkomstig van medische onderzoeken

 Beroepsmatig blootgestelde personen: 20 mSv


per jaar
 Bovenop de dosis afkomstig van natuurlijke
achtergrondstraling
 Bovenop de dosis afkomstig van medische onderzoeken

 Indien men werkt met ioniserende straling is het


dragen van een dosimeter verplicht

auteur: W. Schroeyers 85
Wettelijke dosislimieten – beroepsmatige blootstelling

Geplande blootstellingsituaties Individuele dosis limieten


Beroepsmatige blootstelling 20 mSv
(leerlingen en studenten van 18 jaar en ouder inbegrepen) (per 12 opeenvolgende glijdende maanden)

(effectieve dosis)

Ooglensdosis (equivalente dosis) 20 mSv


(per 12 opeenvolgende glijdende maanden)

Huid (equivalente dosis) 500 mSv


(gemiddelde dosis over elke oppervlakte van 1 cm2) (per 12 opeenvolgende glijdende maanden)
Handen, voorarmen, voeten en enkels 500 mSv
(equivalente dosis) (per 12 opeenvolgende glijdende maanden)

Individuele organen en weefsels 500 mSv


(equivalente dosis) (per 12 opeenvolgende glijdende maanden)

auteur: W. Schroeyers 86
Wettelijke dosislimieten – beroepsmatige blootstelling

Geplande blootstellingsituaties Individuele dosis limieten


Beroepsmatige blootstelling 6 mSv / jaar
(Leerlingen en studenten van 16 tot 18 jaar)

(effectieve dosis)

Ooglensdosis (equivalente dosis) 15 mSv / jaar

Huid (equivalente dosis) 150 mSv / jaar


(gemiddelde dosis over elke oppervlakte van 1 cm2)

Handen, voorarmen, voeten en enkels 150 mSv / jaar


(equivalente dosis)

auteur: W. Schroeyers 87
Wettelijke dosislimieten – publieke blootstelling

Geplande blootstellingsituaties Individuele dosis limieten


Publieke blootstelling 1 mSv / jaar
(effectieve dosis)

Ooglens dosis 15 mSv/jaar


(equivalente dosis)

Huid 50 mSv/jaar
(equivalente dosis)

auteur: W. Schroeyers 88
Wettelijke dosislimieten – ongeboren kind

Geplande blootstellingsituaties Individuele dosis limieten


Ongeboren kind 1 mSv
(effectieve dosis)

over de duur van de zwangerschap

auteur: W. Schroeyers 89
Beschermingsmiddelen – praktische organisatie

 Bescherming tegen uitwendige en


inwendige bronnen
 Afstand houden
 Afscherming bron (maximaal 20 Sv/h aan het
oppervlak)
 Afscherming lokaal
 Besmettingen voorkomen
 Bescherming blootstellingstijd
Beschermingsmiddelen – praktische organisatie

 Aangepaste uitrusting (bij ingangssas van


een gecontroleerde zone)
 Beschermkledij voor werken met open bronnen
 Ondoordringbare handschoenen bij
besmettingsgevaar
 Medische toelating is vereist voor personen
met huidletsel aan handen
Beroepshalve blootgestelde personen:
Zwangerschap en borstvoeding
 Na melding zwangerschap:
bescherming van het ongeboren kind zoals
een lid van de bevolking
 KB moederschapsbescherming: SCK verbiedt
zwangere vrouwen om in gecontroleerde of
bewaakte zones te werken

 Bij zwangerschap of borstvoeding:


risico op besmetting vermijden
Blootstelling waarvoor speciale vergunning vereist is

 Hoger dan de dosislimiet voor werknemers

 ICRP60: maximale blootstellingsniveaus


geval per geval vastgesteld
 België beperkt de blootstelling met speciale
vergunning tot 40 mSv/jaar en 100 mSv over
de hele carrière

 Nieuwe EU-BSS: speciale vergunning voor


ruimtevaarders die de dosislimieten
overschrijden
Belgische wetgeving voor stralingsbescherming

a) Inleiding
b) ARBIS – struktuur
c) Vergunningsstelsel
d) Regelgeving met betrekking tot gebruik
van radionucliden
e) Klassificatie afvalmanagement
f) Basisprincipes stralingsbescherming
g) Controle – afbakening zones
Bewaakte en gecontroleerde zone
 Gecontroleerde zone:
  Elke zone waar 3/10 van de jaarlijkse dosislimieten
voor de beroepshalve blootgestelde personen kan
worden overschreden

 Bewaakte zone
  Elke zone waarbinnen een dosis kan opgelopen
worden die aanleiding geeft tot overschrijden
dosislimieten voor publiek
(als het niet als gecontroleerde zone wordt beschouwd)
Waarschuwingsteken voor ioniserende straling
 Bij elke toegang tot gecontroleerde zone
 Op toegangsdeuren van lokalen met radioactieve
stoffen
 Op recipiënten van radioactieve stoffen (naast
aanvullende informatie)
 Op elk toestel dat ioniserende straling uitzendt
(behalve klasse IV)

 Onder waarschuwingsteken, vermelding:


 > 1 mSv/h: zeer hoge stralingsintensiteit (automatisch
geluids- of visueel signaal verplicht)
 > 0,2 mSv/h: hoge stralingsintensiteit
 > 20 Sv/h: Ioniserende stralingen
 Open bronnen: gevaar voor radioactieve besmetting
Dienst fysische controle: voor elke vergunde instelling

 Dienst Fysische controle


 Afbakening signalisatie (gecontroleerde
zones)
 Bepalen + controle benodigde
beschermingsmiddelen
 Ingebruikname nieuwe installaties
 Toezicht werking meetinstrumenten
 Meten dosisniveaus + besmettingen
 Opvolgen persoonsdosimetrie
 …
Fysische controle
Elke exploitant dient te
Exploitant beschikken over een interne
Dienst voor Fysische Contrôle
Hoofd DFC (DFC)
Ag. SB 1 Ag. SB 3
Ag. SB 2
Missie = alle maatregelen om
fysische controle te verzekeren

Inrichting/ Inrichting / adequate maatregelen ~ risico


Installatie 1 Installatie 3
Inrichting /
Installatie 2
 Link met Deskundige erkend in de
fysische controle
 Mogelijkheid om gemeenschappelijke
dienst op te richten voor verschillende
exploitanten

Erkenning deskundigen = beperkt in tijd, klasse gespecificeerd


Dienst Fysische Controle (DFC)

Inrichting Rol erkend deskundige Agenten


stralingsbescherming
Klasse I *Interne erkend deskundige *Aanduiding agenten
*Hoofd DFC = interne deskundige fysische stralingsbescherming
controle
*Toezicht DFC door FANC en BelV
Klasse II *Erkend deskundige: intern of extern (Erkende *Aanduiding agenten
instelling) stralingsbescherming
*Hoofd DFC = interne deskundige of
medewerker met vorming Agent
stralingsbescherming
*Assistentie van deskundige in kader dringende
interventie
Dienst Fysische Controle (DFC)
 3 types taken
 1. Systematisch uitvoeren van taken stralingsbescherming op
de werkvloer: agent voor de stralingsbescherming
 2. Specifieke taken waarvoor interventie vereist is van
deskundige erkend in de fysische controle
 3. Taken specifiek voor klasse I inrichtingen

 → gedocumenteerd in register voor fysische controle

 Hoofd van DFC:


 coördinatie en organisatie van de uitvoering van deze taken
 geniet van bescherming (cfr. preventie-adviseur)
Agent voor de stralingsbescherming
 Rol: de systematische uitvoering van taken
gelinkt aan stralingsbescherming op de
werkplaats
 → dagelijkse taken
 → conform procedures goedgekeurd door de
deskundige fysische controle
 → maakt deel uit van dienst voor fysische controle

 Vorming:
 Gelinkt aan het type handeling/installatie +
goedgekeurd door deskundige fysische controle
 Permanente vorming!
Agent voor stralingsbescherming
(lokale ‘voelsprieten’ dienst fysische controle)

 Voor elke gecontroleerde zone: adjunct van de


fysische controle
 Moet toezicht houden (veiligheidsmaatregels, goede
staat van de beschermingsmiddelen)

 Ongeval: dringende beschermingsmaatregels nemen


(verspreiding besmetting verhinderen, lokaal afsluiten),
PBW, dienst fysische en medische controle verwittigen

 Abnormale toestanden melden aan dienst fysische en


medische controle
Vorming agent voor de stralingsbescherming
1. Vorming voor aanvang :
 Theoretische vorming :
= basismodule + aanvullende module
 Praktische ervaring

 goedkeuring van vormingsprogramma :


deskundige erkend in de fysische controle

2. Tijdens uitvoering taken :


 Permanente vorming
Vorming voor de ingedeelde inrichtingen: theorie

Basisopleiding Aanvullende opleiding

Toestellen Ingekapselde Toestellen Toestellen die Ingekapseld Toestelle


die IS of niet en IS uitzenden e of niet n en
uitzenden ingekapselde bronnen (versnellers, ingekapseld bronnen
(versnellers, bronnen RX,..) e bronnen
RX,..)

Kl. II

8 uur 8 uur 12 uur


8 uur 8 uur 12 uur

Kl. III
- - -
Permanente vorming
 Betreft ondermeer :
 Het vergezellen van de erkend deskundige tijdens bezoeken
van de installatie ;
 Reglementaire waakzaamheid ;
 Deelnemen aan de evolutie van de interne praktijken en
procedures ;
 ervaringsfeedback.

 Duur
 Klasse III: 1u/jaar ; Klasse II: 4u/jaar
 Transport Kl 7 (andere dan splijtstoffen en corrosief) : 3u/jaar
 Transport Kl 7 (splijtstoffen en corrosief) : 5u/jaar
Erkende instelling voor fysische controle
 Multidisciplinaire associatie van Desk fysische
controle
 Dienstverleners (fysische controle taken)
betaald door en onder de verantwoordelijkheid
van de exploitant/transport organisatie
 Niet langer taken gedelegeerd door FANC
 Duidelijke procedures en criteria om een
erkenning aan te vragen
 Technisch reglement met meer specifieke
vereisten
Rol van Bel V
 ARBIS: expliciete rol van Bel V in kader van
 Vergunningsaanvragen klasse I en IIA:
‘onafhankelijke veiligheidsevaluatie’
 Oplevering klasse I en IIA
 Goedkeuring van beslissing van fysische
controle

 Wijziging KB 30/11/11:
 Expliciete rol van Bel V voor
veiligheidsevaluaties/goedkeuring
Medische controle
 Geneesheren in bezit van erkenning

 Jaarlijks (bestralingstabel met de maandelijks


ontvangen stralingsdosis opmaken en opsturen
naar FANC)

 Taken:
 Evalueren en interpreteren dosis – besmettingen
 Nagaan of beroepshalve blootgestelde werknemer uit
medisch oogpunt geschikt is voor hun werk
 Gezondheidseffecten bij radiologische noodsituaties
beperken
Belgische wetgeving voor stralingsbescherming

a) Inleiding
b) ARBIS – struktuur
c) Vergunningsstelsel
d) Regelgeving met betrekking tot gebruik
van radionucliden
e) Klassificatie afvalmanagement
f) Basisprincipes stralingsbescherming
g) Controle – afbakening zones
h) Rechten en plichten werknemers
Rechten en plichten van de werknemer
 Rechten
 Krijgt informatie over
 arbeidsrisico’s,
 basisnormen stralingsbescherming,
 regels der goede praktijk,
 betekenis signalisatie,
 noodplannen,…
 risico’s zwangerschap.

 Informatie jaarlijks herhalen (nodige scholing)

 Plichten
 Naleven reglement, aangeleerde richtlijnen
 Zich niet nodeloos aan straling blootstellen
 Correct omgaan met beschermingsmiddelen
Rechten en plichten van de werknemer

 Verbodsbepalingen
 Gecontroleerde zone (met besmettingsgevaar):
 Niet eten, drinken, roken of kosmetische producten
gebruiken

 Of voedsel, drank, tabak, handtassen, kosmetische


producten,… in dergelijke zone brengen
Belgische wetgeving voor stralingsbescherming

a) Inleiding
b) ARBIS – struktuur
c) Vergunningsstelsel
d) Regelgeving met betrekking tot gebruik
van radionucliden
e) Klassificatie afvalmanagement
f) Basisprincipes stralingsbescherming
g) Controle – afbakening zones
h) Rechten en plichten werknemers
i) Belgisch noodplan
Optimaliserings-intervallen ICPR 40 (1984)
en Belgische noodplan (2003)

You might also like