You are on page 1of 6

Titrimetrische bepaling van CO2 met fenolftaleine

Het bepalen van koolstofdioxide (CO2) door middel van titrimetrie kan worden gedaan met
behulp van een geschikte indicator, zoals fenolftaleïne. Hier is een algemeen overzicht van hoe
het proces werkt:

 Bereid de CO2-houdende oplossing die moet worden getitreerd. Dit kan bijvoorbeeld
een waterige oplossing zijn van natriumbicarbonaat (NaHCO3), dat CO2 afgeeft wanneer
het wordt behandeld met een zuur.
 Voeg enkele druppels fenolftaleïne toe aan de oplossing. Fenolftaleïne is een
kleurindicator die van kleur verandert afhankelijk van de pH van de oplossing.
 Voeg een zuur, zoals zoutzuur (HCl), toe aan de oplossing om de CO2 vrij te maken en
het mengsel zuurder te maken. Dit zal de fenolftaleïne indicator doen veranderen van
kleurloos naar roze.
 Voeg een natriumhydroxide (NaOH) oplossing druppelsgewijs toe aan de oplossing
totdat de kleur van de fenolftaleïne verandert van roze naar kleurloos. Dit betekent dat
alle zure componenten in de oplossing zijn geneutraliseerd, inclusief het CO2 dat is
vrijgegeven.
 Meet de hoeveelheid NaOH die nodig was om de oplossing te neutraliseren en bereken
de hoeveelheid CO2 die aanwezig was in de oorspronkelijke oplossing.
Het is belangrijk om te onthouden dat dit slechts een algemene beschrijving is van het proces.
De specifieke omstandigheden en vereisten kunnen verschillen afhankelijk van het monster en
het exacte doel van de analyse. Het wordt aanbevolen om een betrouwbare bron van
instructies te raadplegen en de nodige voorzorgsmaatregelen te nemen bij het werken met
chemicaliën.

1) Het principe van een koolstofbepaling met fenolftaleïne door middel van titrimetrie is
gebaseerd op de reactie van carbonaten (CO3 2-) en bicarbonaten (HCO3-) met zuur.
Wanneer een zuur aanwezig is, worden carbonaten en bicarbonaten omgezet in
kooldioxide (CO2) gas en water (H2O) volgens de volgende reacties:
CO3 2- + 2H+ → CO2 + H2O
HCO3- + H+ → CO2 + H2O
Om de hoeveelheid koolstof in een monster te bepalen, wordt de monsteroplossing behandeld
met een bekende hoeveelheid zuur en de vrijgekomen CO2 wordt getitreerd met een
natriumhydroxide (NaOH) oplossing van bekende concentratie. Fenolftaleïne wordt gebruikt als
indicator om het eindpunt van de titratie aan te geven.
Fenolftaleïne is een kleurloze indicator in zure oplossingen en roze in basische oplossingen. De
reactie van NaOH met CO2 leidt tot de vorming van natriumcarbonaat (Na2CO3) en water
(H2O), waardoor de oplossing basisch wordt:
NaOH + CO2 → Na2CO3 + H2O
Wanneer alle CO2 is geneutraliseerd door de toevoeging van NaOH, zal de oplossing het punt
bereiken waarop de pH stijgt tot het punt waarop fenolftaleïne van kleurloos naar roze
verandert, waarmee het eindpunt van de titratie wordt aangegeven.
De hoeveelheid koolstof kan worden berekend door de hoeveelheid NaOH die nodig was voor
de titratie te vermenigvuldigen met de molaire concentratie van NaOH en de molaire
verhouding tussen NaOH en CO2.
Het is belangrijk om op te merken dat dit slechts een algemeen principe is voor het bepalen van
koolstof met fenolftaleïne door middel van titrimetrie en dat de specifieke omstandigheden en
vereisten kunnen variëren afhankelijk van het monster en het exacte doel van de analyse.

2) Het principe van deze proef is gebaseerd op zuur-base titratie van carbonaten of
bicarbonaten met behulp van een standaardoplossing van zoutzuur (HCl). Carbonaten en
bicarbonaten zijn in staat om zuur te neutraliseren en CO2 gas vrij te geven. Wanneer zoutzuur
wordt toegevoegd aan de monsteroplossing, reageert het met de carbonaten en bicarbonaten
om water en kooldioxide te vormen. Het vrijgekomen kooldioxide zorgt voor een verandering in
de pH van de oplossing, waardoor de kleur van de fenolftaleine indicator van roze naar
kleurloos verandert.
De toevoeging van zoutzuur gaat door totdat alle carbonaten en bicarbonaten in de oplossing
zijn geneutraliseerd en er geen CO2 meer wordt gevormd. Bij dit punt bereikt de fenolftaleine
indicator zijn eindpunt en verandert de kleur van kleurloos terug naar roze. Door het volume
van de zoutzuur-oplossing te meten dat nodig is om het eindpunt te bereiken, kan de
hoeveelheid carbonaten en bicarbonaten in het monster worden bepaald. Met behulp van de
molaire concentratie van de zoutzuur-oplossing en de molaire verhouding tussen HCl en CO2,
kan de hoeveelheid CO2 in het monster worden berekend.
Conclusie principe:
Er is eigenlijk maar één principe voor de koolstofbepaling met fenolftaleine door middel van
titrimetrie. Dit principe is de zuur-base reactie tussen koolstofdioxide en een sterke base, zoals
natriumhydroxide (NaOH). Bij deze reactie wordt bicarbonaat (HCO3-) gevormd, dat vervolgens
verder reageert met de base om carbonaat (CO32-) te vormen. Door de hoeveelheid base die
nodig is om alle bicarbonaat en carbonaat in het monster te neutraliseren te meten, kan de
hoeveelheid koolstofdioxide worden berekend.
De fenolftaleine wordt gebruikt als indicator om het einde van de titratie te detecteren, maar
dit is geen afzonderlijk principe. Het is slechts een hulpmiddel om te bepalen wanneer het
equivalentiepunt is bereikt en er geen zuur meer over is in de oplossing.

Hier is een stapsgewijze werkwijze voor het bepalen van koolstof met fenolftaleïne door middel
van titrimetrie:
Benodigdheden:

 Monsteroplossing met carbonaten of bicarbonaten


 Natriumhydroxide (NaOH) oplossing van bekende concentratie
 Zoutzuur (HCl)
 Fenolftaleïne indicator
 Buretten en pipetten
 Bekerglazen en Erlenmeyer-kolven
Stappen:

 Meet een nauwkeurige hoeveelheid van het monster (bijvoorbeeld een waterige
oplossing van natriumbicarbonaat) af in een bekerglas.
 Voeg enkele druppels fenolftaleïne indicator toe aan het bekerglas en schud goed om te
mengen.
 Vul een buret met de NaOH-oplossing van bekende concentratie.
 Voeg langzaam zoutzuur (HCl) toe aan het bekerglas om alle carbonaten en
bicarbonaten in het monster te neutraliseren en CO2 gas vrij te geven. Tijdens deze stap
verandert de kleur van de fenolftaleïne indicator van kleurloos naar roze.
 Voeg zoutzuur toe totdat de kleur van de fenolftaleïne indicator bijna verdwijnt, wat
aangeeft dat alle carbonaten en bicarbonaten zijn geneutraliseerd.
 Zet het bekerglas op een roerplaat en begin met het toevoegen van de NaOH-oplossing
van bekende concentratie aan de monsteroplossing, terwijl u continu blijft roeren.
 Ga door met het toevoegen van de NaOH-oplossing totdat de kleur van de fenolftaleïne
indicator verandert van roze naar kleurloos. Dit geeft het eindpunt van de titratie aan.
 Lees de hoeveelheid NaOH-oplossing af die nodig was om het eindpunt te bereiken van
de buret.
 Herhaal de titratie minstens driemaal en bereken het gemiddelde volume van de NaOH-
oplossing dat nodig was om het eindpunt te bereiken.
 Bereken de hoeveelheid CO2 die aanwezig was in het monster, gebruikmakend van de
molaire concentratie van de NaOH-oplossing en de molaire verhouding tussen NaOH en
CO2.
Het is belangrijk om nauwkeurig te werken bij het afmeten van alle chemicaliën en om
voorzichtigheid in acht te nemen bij het werken met zuren en basen. Zorg er ook voor dat de
buretten en pipetten goed zijn gekalibreerd voordat u begint met de titratie.
OF
Ja, er is nog een andere werkwijze om koolstofdioxide te bepalen met fenolftaleine door middel
van titrimetrie. Hieronder vindt u een beschrijving van deze werkwijze:
Benodigdheden:
 Monsteroplossing met carbonaten of bicarbonaten
 Zoutzuur (HCl)
 Fenolftaleine indicator
 Buretten en pipetten
 Bekerglazen en Erlenmeyer-kolven
Stappen:
1. Meet een nauwkeurige hoeveelheid van het monster (bijvoorbeeld een waterige
oplossing van natriumbicarbonaat) af in een bekerglas.
2. Voeg enkele druppels fenolftaleine indicator toe aan het bekerglas en schud goed om te
mengen.
3. Vul een buret met een standaardoplossing van zoutzuur (HCl) van bekende
concentratie.
4. Voeg langzaam zoutzuur (HCl) toe aan het bekerglas om alle carbonaten en
bicarbonaten in het monster te neutraliseren en CO2 gas vrij te geven. Tijdens deze stap
verandert de kleur van de fenolftaleine indicator van roze naar kleurloos.
5. Blijf zoutzuur toevoegen totdat de kleur van de fenolftaleine indicator stabiel kleurloos
is, wat aangeeft dat alle carbonaten en bicarbonaten zijn geneutraliseerd.
6. Zet het bekerglas op een roerplaat en begin met het toevoegen van de
standaardoplossing van zoutzuur aan de monsteroplossing, terwijl u continu blijft
roeren.
7. Ga door met het toevoegen van de zoutzuur-oplossing totdat de kleur van de
fenolftaleine indicator verandert van roze naar kleurloos. Dit geeft het eindpunt van de
titratie aan.
8. Lees de hoeveelheid zoutzuur-oplossing af die nodig was om het eindpunt te bereiken
van de buret.
9. Herhaal de titratie minstens driemaal en bereken het gemiddelde volume van de
zoutzuur-oplossing dat nodig was om het eindpunt te bereiken.
10. Bereken de hoeveelheid CO2 die aanwezig was in het monster, gebruikmakend van de
molaire concentratie van de zoutzuur-oplossing en de molaire verhouding tussen HCl en
CO2.
Net als bij de vorige werkwijze is het belangrijk om nauwkeurig te werken bij het afmeten van
alle chemicaliën en om voorzichtigheid in acht te nemen bij het werken met zuren en basen.
Zorg er ook voor dat de buretten en pipetten goed zijn gekalibreerd voordat u begint met de
titratie

Er zijn verschillende werkwijzen om koolstofdioxide te bepalen met behulp van titrimetrie. Hier
is een andere werkwijze die gebruik maakt van een andere indicator:
Benodigdheden:
 Monsteroplossing met carbonaten of bicarbonaten
 Natriumhydroxide (NaOH) oplossing van bekende concentratie
 Zoutzuur (HCl)
 Methyloranje indicator
 Buretten en pipetten
 Bekerglazen en Erlenmeyer-kolven
Stappen:
1. Meet een nauwkeurige hoeveelheid van het monster (bijvoorbeeld een waterige
oplossing van natriumbicarbonaat) af in een bekerglas.
2. Voeg enkele druppels methyloranje indicator toe aan het bekerglas en schud goed om
te mengen.
3. Vul een buret met de NaOH-oplossing van bekende concentratie.
4. Voeg langzaam zoutzuur (HCl) toe aan het bekerglas om alle carbonaten en
bicarbonaten in het monster te neutraliseren en CO2 gas vrij te geven. Tijdens deze stap
verandert de kleur van de methyloranje indicator van geel naar rood.
5. Voeg zoutzuur toe totdat de kleur van de methyloranje indicator bijna geel is, wat
aangeeft dat alle carbonaten en bicarbonaten zijn geneutraliseerd.
6. Zet het bekerglas op een roerplaat en begin met het toevoegen van de NaOH-oplossing
van bekende concentratie aan de monsteroplossing, terwijl u continu blijft roeren.
7. Ga door met het toevoegen van de NaOH-oplossing totdat de kleur van de methyloranje
indicator verandert van rood naar geel. Dit geeft het eindpunt van de titratie aan.
8. Lees de hoeveelheid NaOH-oplossing af die nodig was om het eindpunt te bereiken van
de buret.
9. Herhaal de titratie minstens driemaal en bereken het gemiddelde volume van de NaOH-
oplossing dat nodig was om het eindpunt te bereiken.
10. Bereken de hoeveelheid CO2 die aanwezig was in het monster, gebruikmakend van de
molaire concentratie van de NaOH-oplossing en de molaire verhouding tussen NaOH en
CO2.
Het is belangrijk om nauwkeurig te werken bij het afmeten van alle chemicaliën en om
voorzichtigheid in acht te nemen bij het werken met zuren en basen. Zorg er ook voor dat de
buretten en pipetten goed zijn gekalibreerd voordat u begint met de titratie.

You might also like