You are on page 1of 1

Een rechter van wie wraking is verzocht, kan in de wraking berusten.

Artikel 39

1. Het verzoek tot wraking wordt zo spoedig mogelijk ter terechtzitting behandeld door een
meervoudige kamer waarin de rechter van wie wraking is verzocht, geen zitting heeft.

2. De verzoeker en de rechter van wie wraking is verzocht, worden in de gelegenheid


gesteld te worden gehoord. De meervoudige kamer kan ambtshalve of op verzoek van de
verzoeker of de rechter van wie wraking is verzocht, bepalen dat zij niet in elkaars
aanwezigheid zullen worden gehoord.

3. De meervoudige kamer beslist zo spoedig mogelijk. De beslissing is gemotiveerd en


wordt onverwijld in het openbaar uitgesproken en aan de verzoeker, de andere partijen en
de rechter van wie wraking was verzocht, medegedeeld.

4. In geval van misbruik kan de meervoudige kamer bepalen dat een volgend verzoek niet in
behandeling wordt genomen. Hiervan wordt in de beslissing melding gemaakt.

5. Tegen de beslissing staat geen voorziening open.

Artikel 40

1. Op grond van feiten of omstandigheden als bedoeld in artikel 36 kan elk van de rechters
die een zaak behandelen, verzoeken zich te mogen verschonen.

2. Het verzoek geschiedt schriftelijk en is gemotiveerd. Na de aanvang van een terechtzitting


kan het ook mondeling geschieden.

3. Aanstonds na een verzoek zich te mogen verschonen wordt de behandeling geschorst.

Artikel 41

1. Het verzoek zich te mogen verschonen wordt zo spoedig mogelijk behandeld door een
meervoudige kamer waarin de rechter die dat verzoek heeft gedaan, geen zitting heeft.

2. De meervoudige kamer beslist zo spoedig mogelijk. De beslissing is gemotiveerd en


wordt onverwijld aan partijen en de rechter die het verzoek had gedaan, medegedeeld.

3. Tegen de beslissing staat geen voorziening open.

Vijfde afdeling. Het openbaar ministerie en de procureur-generaal bij de Hoge Raad

Artikel 42

1. Het openbaar ministerie is bevoegd alle op een zaak betrekking hebbende bescheiden in
te zien en op elke terechtzitting tegenwoordig te zijn.

2. Het openbaar ministerie kan op verzoek van de rechter of een partij bescheiden waarover
het beschikt, in de procedure brengen. Indien een zodanig verzoek niet wordt ingewilligd,
wordt dit gemotiveerd.

3. In zaken bij de Hoge Raad zijn het eerste en het tweede lid van toepassing, met dien
verstande dat voor het openbaar ministerie wordt gelezen: de procureur-generaal bij de
Hoge Raad.

Artikel 43

1. Wanneer het openbaar ministerie als partij optreedt, geschieden de inleiding en de

You might also like