Betoog GELUK

De afgelopen lessen hebben we het thema geluk vanuit verschillende invalshoeken

benaderd. Tijdens deze eindopdracht gaan jullie dieper in op dit thema om de eigen visie, en
de visie van elkaar, verder te verkennen en uit te diepen. Jullie schrijven een individueel
betoog waarin de eigen, theoretisch onderbouwde visie op geluk wordt besproken en
beargumenteerd.

Doelen
 Bewust worden en ontwikkelen van de eigen visie op geluk.
 Bewust worden van de visie op geluk van anderen.
 Het beoordelen, bestuderen en verwerken van bronnen.
 Ontwikkelen in redeneren en beargumenteren.
 Ontwikkelen in schrijven.

De opdracht:
Schrijf een betoog over jouw visie op geluk. Bespreek net als de besproken filosofen en
psychater jouw ideeën over geluk en voorzie die van een theoretische argumentatie.
Ga hierbij in op de volgende punten:
 Jouw definitie van geluk.
 De maakbaarheid van geluk.
 De theorie van Aristoteles, Epicurus en/of Dirk de Wachter (minimaal 2)
 2 nieuwe (filosofische/psychologische) bronnen.
 Duidelijke eigen argumenten (gebaseerd en onderbouwd a.d.h.v. de theorie).
 Een heldere inleiding, middenstuk met argumenten en weerlegging en conclusie.
Jullie geven feedback op elkaars betoog (maak daarvoor een tweetal). Ga bij de feedback in
op vorm én inhoud (zie beoordelingsformulier).
Het betoog wordt in week 47 via learnbeat geschreven en bevat 400 tot 600 woorden. Zorg
dat je dan geschikte bronnen en feedback geprint bij je hebt.
Beoordeling:

Onderdeel Punten
De definitie van geluk is helder geformuleerd en laat zien dat er een
inhoudelijke visie is die verder gaat dan een ‘woordenboek-definitie’. 5
De stelling en het standpunt zijn duidelijk en worden in de inleiding helder
weergegeven. 5
De eerste theorie wordt duidelijk uiteengezet en is juist verwerkt in de
argumentatie voor de eigen visie (Aristoteles, Epicurus, Schopenhauer en/of
Dirk de Wachter) 10
De tweede theorie wordt duidelijk uiteengezet en is juist verwerkt in de
argumentatie voor de eigen visie (Aristoteles, Epicurus, Schopenhauer en/of
Dirk de Wachter) 10
De eerste nieuwe bron wordt duidelijk uiteengezet en is juist verwerkt in de
argumentatie voor de eigen visie. De bron wordt juist vermeld. 10
De tweede nieuwe bron wordt duidelijk uiteengezet en is juist verwerkt in de
argumentatie voor de eigen visie. De bron wordt juist vermeld. 10
Er is sprake van een duidelijke eigen visie, analyse redenering op basis van de
theorie. 10
De opbouw is helder en consistent. De lezer wordt meegenomen in het betoog
en de argumenten leiden naar een logische conclusie. 10
De feedback op het betoog van de ander is concreet en betreft zowel de vorm
als de inhoud. 10

Dossieropdrachten. (Goed, voldoende, matig, onvoldoende). 20

Totaal 100