You are on page 1of 9

Banden

Banden: Onstaan

Fragment
Banden: ventielen

Fietsen worden meestal geleverd met één van drie soorten ventielen:

Schrader: Breder dan een Presta-ventiel. Heeft meestal over de gehele lengte dezelfde omtrek. Vaak
omwikkeld met rubber. De buitenwand heeft schroefdraad om een ​ventieldopje of kop van een
pomp mee vast te draaien. De pin in het midden is een terugslagklep die door middel van een veer
de luchtstroom in en uit de band regelt. Terugslagkleppen zijn bedoeld om de luchtstroom in slechts
één richting mogelijk te maken; het Schrader-ventiel vereist druk op deze binnenpen om lucht naar
binnen te laten.

Presta: ongeveer half zo breed als een Schrader-ventiel en volledig gemaakt van metaal.
Ze lopen iets taps naar boven toe en sommigen hebben schroefdraad helemaal naar beneden.
Het ventiel gaat open door bovenaan een gekarteld moertje los te draaien. In tegenstelling tot een
Schrader-ventiel heeft de Presta geen terugslagklep - hij sluit volledig af op basis van druk in de
binnenband of tubeless band. Veel Presta-ventielen, inclusief die voor gebruik in tubeless banden,
kan je de hele kern van verwijderen. Wees voorzichtig bij het losschroeven van de kartelmoer, zodat
je niet per ongeluk de hele kern los draait. Hierdoor zal alle lucht in één keer uit de band komen.
Banden: ventielen
Banden: ventielen

Dunlop: in Nederland zien we ook vaak het Dunlop-ventiel op stadsfietsen. Ze zien er een beetje uit
als een dik Presta-ventiel. Op sportieve fietsen kom je ze eigenlijk nooit tegen.
Banden: maten

Al vanuit de prille historie van de fiets wordt de inch als maateenheid voor fietsbanden gehanteerd.
We praten in het fietsvak dan ook over 24, 26, 27 en 28 inch wielen en banden. Die hoofdmaat geeft
de diameter van de buitenband in gemonteerde, opgepompte toestand aan (28 x 1 5/8 x 1 1/8.) In
het Nederlands / Engelse taalgebied wordt vervolgens de hoogte boven de draadzitting van de velg
genoemd, ook in inches. Het eerste cijfer (28) geeft de buitendiameter van de band aan, het
middelste cijfer (1 5/8) is de hoogte van de band boven de velg en het laatste cijfer (1 1/8) geeft de
breedte aan, gemeten over de zijvlakken van de buitenband.
Banden: maten

Duitse benadering
In het Duitse taalgebied wordt een iets afwijkende aanduiding gebruikt: dezelfde 28 x 1 5/8 x 1 1/8
band heet dan 28 x 1 1/8 x 1 5/8. Ook hier geeft het eerste cijfer de buitendiameter aan, het tweede
cijfer is nu echter de breedte en het derde cijfer de hoogte.

Franse maatsysteem
Deze maataanduiding is te herkennen aan de buitendiameter in millimeters en breedte van de band.
Zo wordt de hiervoor genoemde 28 x 1 5/8 x 1 1/8 band aangeduid als 700 x 28C. Incidenteel wordt
soms ook de breedte weggelaten en vervangen door een naam b.v. Comfort, Ballon, Carrera of
Course. Duidelijk is het dat bij deze methode van maataanduiding grote afrondingen worden
gepleegd. Er is dan ook geen absolute zekerheid over het al dan niet passen van een band met een
Engelse of Duitse maataanduiding op een velg met Franse aanduiding.
Banden: maten

ETRTO aanduiding
Gelukkig zijn de verschillende maatsystemen (die vaak ook niet consequent
worden gehanteerd) zo langzamerhand overvleugeld door een universele
en eenduidige maatcodering. Fabrikanten van velgen en banden zijn er
hand in hand in geslaagd een genormeerd maatsysteem met vaste
afspraken in te voeren. De European Tyre and Rim Technical Organization
(ETRTO) hanteert in haar norm de breedte van de band in mm en diameter
van de velg (de draadzitting van de velg, de plek waar de hieldraad van de
band op komt te rusten) in mm. Daardoor heeft een 28 x 1 5/8 x 1 1/8
band de ETRTO-maat 28-622. 28 mm is daarbij de breedte van de band in
opgepompte toestand, 622 mm de diameter van de draadzitting van de
genormeerde velg, die daarmee ook bepalend is voor de hieldraad van de
band. Uiteraard met toepassing van enige
Banden: Samenvatting

You might also like