Professional Documents
Culture Documents
Hybride en
elektrische wagens
Matthias Bekaert
Hybride en
elektrische wagens
Is dit de toekomst?
Matthias Bekaert
2012-2013
6e technische Industrile Wetenschappen
M. De Wilde, M. Van Vlaenderen, M. Desmyter
Voorwoord
Beste lezer,
Ik heb als onderwerp van mijn Gentegreerde Proef (GIP) elektrische en hybride wagens gekozen.
Omdat de huidige milieuproblemen mij erg interesseren en ik er iets aan wil veranderen. Iets anders
wat mijn interesse altijd opwekt zijn mooie autos. Daarom wou ik deze twee zaken combineren.
Ik zou graag mijn mentoren, meneer Desmyter en meneer Van Vlaenderen bedanken, omdat ze mij
hebben bijgestaan met raad en daad bij het maken van dit werk. Verder wil ik alle mensen bedanken
die mij hebben geholpen met het verzamelen van informatie.
Ook meneer De Wilde zou ik graag bedanken voor het controleren van mijn Franse PowerPoint
presentatie. Tenslotte zou ik graag mijn ouders en mevrouw Nimmegeers bedanken, die zich hebben
opgeofferd als proeflezers.
Matthias Bekaert
6TIW, VTS
Inhoud
Voorwoord .............................................................................................................................................. 4
Inleiding. Elektrisch of hybride: wat wordt de toekomst? ...................................................................... 9
1. De geschiedenis ................................................................................................................................. 10
1. a. De geschiedenis van de elektrische wagen ............................................................................... 10
1. b. De geschiedenis van de hybride wagen .................................................................................... 13
2. Verschil tussen een hybride en een elektrische wagen .................................................................... 14
3. Wat is een elektrische wagen? .......................................................................................................... 15
3. a. Werking van een elektrische wagen. ......................................................................................... 15
3. a. 1. Wat is het verschil tussen elektrische wagens en andere wagens. ................................... 15
3. a. 2. Oplaadmanieren van elektrische wagens. ......................................................................... 15
3. a. 3. Oplaadtijden ...................................................................................................................... 16
3. a. 4. Soorten accus.................................................................................................................... 16
3. a. 5. Vergelijking van de accus .................................................................................................. 16
3. a. 6. Werking van de elektromotor ........................................................................................... 17
3. a. 7. Verschillende elektromotoren ........................................................................................... 17
3.a.8. Overzicht elektromotoren per model ................................................................................. 21
3. b. Voordelen van elektrische wagens............................................................................................ 23
3. b. 1. Milieu ................................................................................................................................. 23
3. b. 2. Onuitputbaar ..................................................................................................................... 24
3. b. 3. Goedkope brandstof........................................................................................................ 25
3.c. Nadelen van elektrische wagens ................................................................................................ 26
3.c.1. Kostprijs batterij .................................................................................................................. 26
3.c.2. Oplaadtijd ............................................................................................................................ 26
3.c.3. Beperkte actieradius ............................................................................................................ 27
3.d. Kosten elektrische wagen .......................................................................................................... 28
3.d.1. Aanschafprijs ....................................................................................................................... 28
3.d.2. Kostprijs verbruik ................................................................................................................ 28
3.d.3. Subsidies .............................................................................................................................. 29
3.d.4. Onderhoud en herstellingswerken ...................................................................................... 30
3.d.5. Verzekering.......................................................................................................................... 30
3.d.6. Conclusie ............................................................................................................................. 31
4. Wat is een hybride wagen? ............................................................................................................... 33
4.a. Hoe werkt een hybride wagen? ................................................................................................. 33
5
1. De geschiedenis
1. a. De geschiedenis van de elektrische wagen
10
Figuur 3: EV1 kende zijn absoluut hoogtepunt in 1996, vandaag is hij helemaal verdwenen.
Vandaag de dag groeit de belangstelling voor elektrische wagens echter opnieuw. De voornaamste
redenen hiervoor zijn te zoeken in de stijgende prijs van de aardolie en het groeiende besef dat de
CO2-uitstoot van verbrandingsmotoren bijdraagt tot de opwarming van de aarde. Al Gore schudde in
2005 met zijn documentaire An Inconvenient Truth de wereld wakker.
Op verschillende vlakken gebeurt onderzoek naar alternatieven voor de huidige personenwagens:
batterijgevoede elektrische voertuigen, plug-in hybride wagens en brandstofcelvoertuigen (FCV: Fuel
Cell Vehicles). Begin 21e eeuw maakte het Witte Huis, na veel lobbywerk van de autoconstructeurs,
geld vrij voor onderzoek naar FCV. Het is echter nog wachten op grootschalige productie hiervan.
Van de batterijgevoede elektrische voertuigen (BEV) zijn daarentegen reeds verschillende modellen
op de markt. De eerste echte bekende was de Tesla Roadster in 2006. Dit is een elektrische
11
12
Figuur 6: De Toyota Prius zorgde voor een doorbraak van hybride wagens.
De hybride auto kende pas in 1997 een grote doorbraak. Dit omdat Toyota de Prius op de markt
bracht. 2 jaar later volgde Honda met zijn Insight. De laatste tijd neemt de verkoop van hybride
autos sterk toe, terwijl er in de rest van de auto-industrie een ware recessie is. In 2007 bijvoorbeeld
ging de Prius 1 miljoen keer over de toonbank, terwijl dat in 2009 er al ruim 2 miljoen waren. Dit is
voornamelijk te verklaren door de stijgende olieprijzen.
13
Oplaadmethode
CO2 uitstoot
Hybride wagen
Verbrandingsmotor
Elektromotor + accu met redelijke
capaciteit
Verbrandingsmotor door te tanken
Accu door de verbrandingsmotor/remmen
Laag
14
Elektrische wagen
Elektromotor + accu met grote
capaciteit
Accu
aansluiten
elektriciteitsnet
Remmen
Geen
op
15
3. a. 3. Oplaadtijden
Er zijn grote oplaadtijdverschillen tussen de verschillende oplaadmethodes, maar ook tussen de
merken onderling.
Hieronder ziet u een overzichtje van verschillende oplaadtijden met de bijhorende methode en het
bijhorende model. Natuurlijk zijn deze oplaadtijden afhankelijk van het aantal Ampre dat er naar de
accu vloeit.
Model
Peugeot ION
Mitsubishi i-Miev
Mitsubishi i-Miev
Volvo C30
Tesla Roadster, Model S
Tesla Roadster, Model S
BMW i3
Renault Fluence Z.E.
Methode
Elektriciteitsnet
Elektriciteitsnet
Snellader
Elektriciteitsnet
Superlader
Elektriciteitsnet
Elektriciteitsnet
Elektriciteitsnet
Oplaadtijd
6 tot 9 uur
6 tot 8 uur
Ongeveer 30 minuten (80%)
12u (bij 10A)
30 minuten
6 tot 8 uur
6 uur
6 tot 8 uur
3. a. 4. Soorten accus1
Alle accus die op het moment van schrijven in elektrische wagens worden gebruikt, zijn lithium-ion
batterijen. Ze verschillen dus enkel in hun voltage en in hun batterij energie (kWh). Dit laatste maakt
vooral het verschil in kostprijs van de batterij.
Accu type
34B19L(S)
Lithium ion 400V
Lithium ion 400V
Lithium ion 380V
Lithium ion 400V
Lithium ion 400V
kWh
16
23,1
85
42,6
22
Tabel 3: Overzicht van verschillende accu's met bijhorende kostprijs en hun kWh.
Bijlage 3 geeft meer informatie over de werking van de accus en specifiek lithium ion batterijen.
16
3. a. 7. Verschillende elektromotoren
Permanent magneet gelijkstroommotor
De permanent magneet gelijkstroommotor (PMDC) werd eind 19e eeuw het meest gebruikt in
elektrische wagens. De werking wordt op de afbeelding hieronder voorgesteld. De PMDC bestaat uit
een stator en een rotor. De stator is het niet bewegende deel van de motor, en de rotor, ook wel
anker genaamd, het bewegende of roterende deel. De stator is een koker met een magneet (1) met
noord- en zuidpool. De rotor moet rond kunnen draaien in de stator waarbij op de afbeelding de
bronzen staaf de wikkelingen, of de spoel (2) voorstelt. (Hier is er maar n wikkeling getekend voor
de duidelijkheid, maar in echte motoren gebruikt men veel meer wikkelingen.) Spoelen zijn
uitstulpsels van de rotor, bestaande uit koperdraad, waardoor deze magnetisch worden als er stroom
door de koperdraad gaat lopen.
In figuur 3.1 stelt (3) het sleepcontact voor, dat de stroomkabels van de stroombron (4) verbindt met
de spoel.
17
18
Synchroonmotor (AC)
Dit type motor lijkt op de borstelloze permanent magneet gelijkstroommotor, ook hier bevat de
rotor permanente magneten en de stator spoelen. Het verschil is echter dat deze motor alleen werkt
op wisselspanning waardoor de synchroonmotor ook geen sensor/transistor of borstels nodig heeft.
De stroomrichting draait namelijk automatisch al om. Omdat de stator de wisselende richting van het
magneetveld precies volgt, loopt de motor synchroon met de frequentie van de wisselspanning.
Vandaar de naam.
Als de motor te zwaar belast wordt, kan de rotor de wisselingen van de wisselspanning niet meer
aan, raakt als het ware 'de tel kwijt' en zal stil blijven staan.
Het voordeel van de synchroonmotor is dat die compacter is dan de PMDC, maar vermits batterijen
gelijkstroom produceren, heeft men bij het gebruik van een synchroonmotor ook een omvormer
nodig die de gelijkstroom omzet naar wisselstroom. Maar deze motor is zoveel compacter dan de
PMDC dat men tegenwoordig enkel nog maar deze motoren gebruikt in elektrische wagens.
Men gebruikt in elektrische wagens wel nog verschillende types synchroonmotoren. Met dit type
bedoelt men hoeveel synchroonmotoren er worden gebruikt en om welke as aan te drijven.
19
20
Figuur 10: Principeschema van een elektrische wagen met vier synchroonmotoren
Maximumkoppel
180 Nm
226 Nm
Tabel 4: Overzicht van enkele modellen met het maximumkoppel van hun elektromotor.
In de bovenstaande tabel vindt u het maximum koppel van enkele elektrische motoren. Het
maximum koppel wordt als volgt uitgerekend.
Het maximumkoppel is een kracht die inwerkt op een punt, vermenigvuldigd met de afstand van
deze kracht tot het punt.
We krijgen dus:
MPF=Fr
Waarbij:
21
Waarbij :
22
a. CO2
Autos met verbrandingsmotoren stoten veel CO2 uit. Een gezinswagen zoals een Opel Astra die
20 000 km rijdt, stoot meer dan 3 ton CO2 uit. Dit terwijl een elektrische wagen geen CO2- uitstoot
heeft. CO2 is mee verantwoordelijk voor de opwarming van de aarde.
We onderscheiden 3 verschillende classificaties in wagens met een verbrandingsmotor, om aan te
duiden hoeveel gram CO2 ze uitstoten.
Klasse A
tot 150 gram/km
Klasse B
tot 175 gram/km
Klasse C
tot 250 gram/km
b. Roet
Dieselmotoren stoten heel veel roet uit. Daarom dat ze in Belgi ook verplicht een roetfilter moeten
hebben. Deze roetfilter houdt een deel roet tegen, en zorgt ervoor dat het roet dat de roetfilter
passeert aanzienlijk kleinere deeltjes zijn. En het roet dat toch in de atmosfeer terechtkomt
vermindert de luchtkwaliteit aanzienlijk.
23
3. b. 2. Onuitputbaar
Eenmaal de elektriciteit die op het net zit 100% groen is, zal elektriciteit onuitputbaar zijn. Dit in
tegenstelling met de olievoorraden die steeds krimpen.
Figuur 12: Overzicht van het krimpen van de olievoorraden met een voorspelling tot 2050.
De verticale as duidt het aantal miljoen kubieke meter olie aan dat er (vermoedelijk) in de bodem zit.
De horizontale as duidt het jaartal aan van de schatting, dit met een prognose tot 2050.
24
3. b. 3. Goedkope brandstof
In vergelijking met benzine en diesel is elektriciteit spotgoedkoop. Een gezinswagen zoals de Opel
Astra gebruikt al vlug 5 6 liter benzine of diesel per 100 km. En dat kost dus al vlug 8 9 euro. Dat
terwijl 100 km elektrisch rijden nog geen 2 euro kost. Een elektrische auto die dus 20 000 km per jaar
rijdt, bespaart dus gemakkelijk 1200 euro per jaar.
Een dieselwagen heeft een energiewaarde van 10 290 kcal.
Een elektrische wagen heeft daarentegen een energiewaarde van ongeveer 15 kW.
En vermits 1 kcal/kg = 0,0012 kW heeft een dieselwagen een energiewaarde van 12,348 kW. Dus
eigenlijk is de energiewaarde van een elektrische wagen hoger dan die van een dieselwagen.
25
3.c.2. Oplaadtijd
Probleem
Batterijen hebben veel tijd nodig om te herladen, terwijl de tank van een wagen met een
verbrandingsmotor op minder dan een kwartier gevuld is.
Mogelijke oplossingen
De beste oplossing is ongetwijfeld het Click and Drive System van Renault. Dit systeem houdt in dat
eigenaars van een elektrische Renault het batterijpakket van hun wagen niet kopen, maar huren.
Buiten de gewone oplaadmethodes, zoals opladen via het net, bestaat er nog een andere manier.
Hierbij laadt men de batterij in de wagen niet op, maar klikt men de lege batterij uit het voertuig en
stopt men er een volle batterij voor in de plaats. Op vijf minuten worden de batterijen gewisseld en
kan de eigenaar verder rijden. Dit heeft drie grote voordelen. Ten eerste betaalt men niet voor de
batterij, men huurt ze slechts. Het tweede voordeel is dat de eigenaar geen last heeft van de lange
oplaadtijden van de batterijen. En het derde voordeel is misschien wel het belangrijkste, de
actieradius wordt hierdoor niet verlengd, maar het wordt wel mogelijk om op n dag meer dan 800
km af te leggen. Wat de aantrekkelijkheid van elektrische wagens verhoogt, omdat mensen er nu ook
mee op reis kunnen gaan.
Maar zoals bij alle vernieuwingen moeten er eerst wagens gekocht worden vooraleer er zwaar wordt
genvesteerd in de oplaadmethoden. Maar de consumenten gaan pas tot kopen overgaan indien er
makkelijk met een wagen gereden kan worden. Wat wilt zeggen dat er eerst Click and Drive stations
zouden moeten komen.
26
Figuur 13: Click and Drive station aan de luchthaven van Schiphol.
27
Ons gevoel zegt dat we over vijf jaar waarschijnlijk meer dan 2 euro per liter diesel gaan
moeten betalen. Maar zelfs als we slechts met de inflatie rekening houden, zal de kloof
tussen olie en elektriciteit enkel nog maar vergroten. Bij een inflatie van 2 % stijgt de prijs
van elektriciteit met 0,05 euro per 100 km, en de dieselprijs zal met 0,15 euro per 100 km
stijgen.
Grote bedrijven kunnen kortingen krijgen op elektriciteit, maar niet op olie. Dit wordt ook
steeds meer mogelijk voor kleine bedrijven en particulieren door middel van bepaalde
groepsaankopen.
Men kan voor elektriciteit een vast tarief laten bepalen voor 1 tot 3 jaar, dat is niet mogelijk
voor brandstof.
De gegevens die in dit hoofdstuk gebruikt zijn, zijn degene die eind 2012 geldig waren. Sommigen hiervan zijn
ondertussen al veranderd, waardoor elektrisch rijden fiscaal al een stuk minder interessant is tegen over 2012.
28
3.d.3. Subsidies
3.d.3.1. Ondernemingen
De fiscale aftrekbaarheid van wagens wordt bepaald door hun CO2-uitstoot. Elektrische
wagens zijn 120% fiscaal aftrekbaar. Plug-in hybriden zijn maximaal 100% aftrekbaar en de
milieuvriendelijkste brandstofwagens zijn maximaal 90% aftrekbaar.
Voor zelfstandigen is een extra subsidie mogelijk bij aankoop van een elektrische wagen.
Men voorziet voor elektrische wagens een verhoogde investeringsaftrek van 13,5% van de
aankoopprijs.
3.d.3.2. Bedrijfswagens
Wanneer een werknemer een bedrijfswagen ter beschikking krijgt, betaalt hij hierop een belasting
omdat hij gebruik maakt van extra legale voordelen. Deze belasting wordt bepaald op basis van de
forfaitair geraamde waarde. Dit wordt bepaald door de CO2-uitstoot en de nieuwwaarde van het
voertuig. De eigenaar van een elektrische wagen die 20 000 kost betaalt ongeveer 1200 euro per
jaar. Een werknemer met een wagen van 20 000 die 130 g CO2 per km uitstoot betaalt 1543,80
euro.
3.d.3.3. Particuliere wagens
Als natuurlijk rechtspersoon kan men 30% van de aankoopprijs van de belastingen aftrekken,
met een maximum van 9190 euro. Deze maatregel geldt voor personen wagens en wagens
voor dubbel gebruik (bv. Kangoo Maxi Z.E.). Deze maatregel gold wel slechts tot 31 december
2012.
Personen die in Walloni wonen maken aanspraak op een extra Ecobonus van 3500 euro.
Deze subsidie is cumuleerbaar met de bovengenoemde belastingsvermindering.
Als particulier ontvangt men een belastingsvermindering van 40% op de installatie van een
laadstation in de buitenlucht. Met een maximum van 250 euro.
29
3.d.5. Verzekering
De kosten voor de autoverzekering zijn even duur voor zowel elektrische wagens als hybriden als
wagens met een verbrandingsmotor. De kostprijs van de verzekering wordt namelijk bepaald door
een hele hoop andere factoren: het profiel van de bestuurder, het aantal schadevrije jaren (de
bonus/malus), de aanschafprijs van de wagen, de dekking voor inzittenden en de geografische
dekking. Vermits de aanschafprijs van de wagen wel van de belang is, is het goedkoper om de batterij
van de wagen te leasen, daardoor gaat de kostprijs naar beneden.
30
3.d.6. Conclusie
Voor de conclusie werd onderstaand scenario gebruikt. Hieronder vergelijkt men 2 bestelwagens en
2 personenautos.
Investering: Aankoop en verkoop, zonder lening, met een inflatie van 2%.
31
32
33
Voordelen
Vereenvoudigde aandrijving.
Vloer kan lager liggen, handig voor bussen.
34
35
36
37
38
39
1497 cm
57 kW / 78 pk
50 kW / 68 pk
80 kW / 110 pk
170 km / h
10,9 s
4,3 l / 100 km
104 gr / km
40
5.b. HV ECU
De HV ECU detecteert de kracht die wordt toegepast op het gaspedaal met behulp van de 'gaspedaal
stand sensor'. De HV ECU ontvangt van de snelheidssensor (resolver) in de MG 1 (generator) en MG 2
(elektromotor)4 signalen om de voertuigsnelheid te bepalen en verder te regelen. Verder detecteert
dit systeem ook de stand van de schakelbak. De HV ECU bepaalt de rijomstandigheden van het
voertuig in overeenstemming met deze stukjes informatie, en regelt de drijfkrachten van de
generator, de elektromotor en de verbrandingsmotor voor een zo optimaal mogelijk verbruik en
gebruik.
Hier worden de namen MG1 en MG2 gebruikt. MG1 treedt over het algemeen op als generator, en wordt dus
soms ook zo vernoemd. MG2 treedt voornamelijk op als elektromotor en wordt dus vaak zo vernoemd. Indien
ze een andere functie krijgen dan hun gewone functie wordt dit duidelijk vermeld.
41
42
5.b.1. Systeembewaking
De 'Battery ECU' controleert voortdurend de SOC (state of charge) van de accu, en stuurt de SOC
naar de HV ECU. Wanneer de SOC lager is dan het onderste niveau, de HV ECU verhoogt de HV ECU
het vermogen van de generator (MG1), waarbij de batterij opgeladen wordt.
Als de SOC laag is, of de temperatuur van de accu, MG1, of MG2 hoger is dan de opgegeven waarde,
beperkt de HV-ECU de drijvende kracht die toegepast wordt op de aangedreven wielen totdat de
temperatuur of de SOC weer op normale waarde is gekomen. Een temperatuursensor die is
ingebouwd in MG2 (elektromotor) detecteert direct de temperatuur van MG2. De HV ECU berekent
de temperatuur van MG1 (generator).
43
Figuur 22: Snelheidsgedrag van aangedreven wiel bij het opstarten op besneeuwde weg.
44
45
46
Vermogen is 'ON'
SMR1 en SMR3 zijn ingeschakeld wanneer het circuit wordt aangesloten, vervolgens gaat SMR2 aan
en SMR1 uit. De gecontroleerde stroom wordt eerst door een voorschakel weerstand gestuurd, op
deze wijze wordt het contactpunt in de schakeling beschermd tegen schade die kan worden
veroorzaakt door een inschakelstroom.
47
48
49
5.d. De accus
Achter in de Prius bevindt zich een accupakket. In dit accupakket wordt de elektrische energie
opgeslagen. Deze energie is bedoeld om de elektromotor aan te drijven. In de Prius maakt men
gebruik van temperatuursensoren om de temperatuur nauwlettend in de gaten te houden.
In de Prius is het gebruikte accu pakket een NiMH-accupakket dat boven de achteras is geplaatst.
NiMH staat voor Nikkel Metaal Hybride. Het accupakket van de Prius bestaat uit 28 modules. Iedere
module bevat zes NiMH cellen die ieder 1,2 Volt leveren. Dit komt neer op een totale spanning van
201,6 Volt. Het vermogen van het accupakket bedraagt 27 kW. Het accupakket weegt 39 kg, dit is
inclusief de behuizing en toebehoren. Het laadniveau van het accupakket wordt elektronisch
geregeld door de HV-ECU. Het laadniveau wordt door het computersysteem tussen de 40% en de
80% gehouden. Volgens Toyota gaat het accupakket tussen deze waarden het langst mee. Bij het
accupakket zit verder nog een ventilator geplaatst. De ventilator is bedoeld om het accupakket te
koelen.
50
51
5.e.2. De inverter
De inverter die zich in de regeleenheid bevindt zorgt ervoor dat de 500 V gelijkspanning die uit de
spanningsverhoging converter komt, wordt omgezet in een driefase 500 V wisselspanning. Deze
wisselspanning is nodig omdat de elektromotor werkt om wisselstroom. De inverter kan ook
andersom werken, wanneer de elektromotor als generator begint te werken zal de wisselspanning
die uit de generator komt moeten worden omgezet in een gelijkspanning voor de hybrideaccu. Er is
nog een tweede inverter die 201,6 V gelijkstroom omzet naar 201,6 V wisselstroom voor de
wisselstroom motor compressor van de airco.
52
53
5.f. De benzinemotor
54
55
56
57
58
1 2
=1
1
2
1
Waarbij: 1 = warmte energie die bij de verbranding wordt toegevoegd aan de brandstof in [J].
2 = warmte energie die bij de arbeid is omgezet en dus wordt afgevoerd [J].
= thermisch rendement [%]
Compressieverhouding:
De compressieverhouding van een motor is de verhouding tussen het volume boven de zuiger
wanneer deze in het onderste dode punt (ODP) staat ten opzichte van het volume boven de zuiger
wanneer deze in het bovenste dode punt (BDP) staat.
De compressieverhouding van een motor kan als volgt worden berekend:
Waarbij:
= 1+
Als de compressieverhouding groter is, dan zal de motor een beter rendement, een hoger vermogen
en een lager verbruik hebben. Dit wordt toegepast in de Toyota Prius. Er zijn wel grenzen aan de
compressieverhouding, want als deze te hoog is, dan zal de benzine zelf ontbranden en dat kan tot
ernstige schade aan de motor leiden. Het zelfontbranden is een gevolg van de druk en
temperatuursstijging bij compressie. De maximale compressieverhouding is 11/1.
60
1
2
3= 2
4= 1
2
1
1=
2=
! "3 "2
! "4 "1
"4
"1 "1 1
"4 "1
= 1
=1
"3
"3 "2
"2 "2 1
Voor de adiabaten geldt dat:
"1
=
"2
2
1
#$%
61
'(
')
Meestal wordt & gelijkgesteld aan 1,4. Zie onderstaande tabel voor de verschillende k-waarden.
Helium (He)
&, .
*[
]
&/
5,236
&, .
![
]
&/
3,16
Waterstof (H2)
14,38
10,26
1,4
Stikstof (N2)
1,039
0,743
1,4
Zuurstof (O2)
0,908
0,649
1,4
Koolstofdioxide (CO2)
0,821
0,632
1,3
&=
*
!
1,66
2
1
#$%
3= 2
4= 1
2 #$%
"1
=1
= 1 %$#
1
"2
Dus de verhouding tussen het rendement en de compressieverhouding is:
=1
=1
%$#
62
63
%$#
& = 1,4
= 10,5
= 1 10,5%$%,4 = 0,609
= 61 %
64
65
66
67
68
69
Lange levensduur
Weinig draailawaai
Hoog rendement
Hoog toerentalbereik
Goed, dynamisch regelgedrag
Hoog specifiek vermogen6
5.g.4. Werking
Wanneer er door de drie fasewindingen van de statorspoel een drie fasige wisselstroom wordt
gestuurd, ontstaat er in de elektromotor een magnetisch veld. Als men nu het wisselende
magnetische veld weet te regelen overeenkomstig met de positie en het toerental van de rotor,
worden de magneten in de rotor aangetrokken. Daardoor wekt men een koppel op.
Soort
Functie
Maximale output
[kW/tpm]
Maximaal koppel
Stroom tijdens maximaal
koppel
Maximum tpm
Koeling
Generator
3 fasige PMSM
Generator
37,8 / 9500
Elektromotor
3 fasige PMSM
Tractie en generator
50 / 1200 tot 50 / 1540
45
73 A
400
230 A
10 000
Water gekoeld
6700
Water gekoeld
70
6.a.1. Niveau 1.
Deze opleiding informeert over de potentile gevaren en de te volgen veiligheidsprocedures met
betrekking tot elektrische en hybride wagens.
6.a.1.1. Certificaat
Het certificaat dat men verkrijgt na het slagen voor de theorieproef over dit niveau, bewijst dat de
houder:
6.a.1.2. Doelstellingen
71
6.a.2. Niveau 2
De opleiding behandelt de werking en de opbouw van de elektrische aandrijving. De potentile
gevaren en de te volgen veiligheidsprocedures komen uitgebreid aan bod.
6.a.2.1. Certificaat
Het certificaat dat men verkrijgt na het slagen voor de theorieproef over dit niveau, bewijst dat de
houder:
6.a.2.2. Doelstellingen
72
6.a.3. Niveau 3
De opleiding is praktisch gericht, men zal een dag of langer (afhankelijk van de persoonlijke noden)
metingen en herstellingen moeten uitvoeren.
6.a.3.1. Certificaat
Het certificaat dat men verkrijgt na het slagen voor de theorieproef over dit niveau, bewijst dat de
houder:
6.a.3.2. Doelstellingen
73
7. SWOT-analyse
SWOT-analyse is een analyse systeem dat wordt toegepast in de bedrijfswereld om de sterke
(Strength) en zwakke (Weakness) punten binnen het bedrijf te analyseren en de opportuniteiten
(Opportunities) en bedreigingen (Threats) die buiten het bedrijf liggen in kaart te brengen. De
bedoeling van deze analyse is een zo goed mogelijk beeld krijgen van waar het bedrijf toe in staat is,
wat het groeipotentieel is en waarop het moet letten. Zon analyse wordt de laatste tijd echter ook
steeds vaker gebruikt door bijvoorbeeld individuen om hun voor te bereiden op een
sollicitatiegesprek. Maar in deze paragraaf wordt de SWOT-analyse toegepast op de sector van de
elektrische en hybride wagens.
intern
milieu
vriendelijk,
kostprijs
elektriciteit
nadelen
subsidies
extern
bedrijven
voordelen
accuduur,
kostprijs
batterij
ontwikkeling
infrastructuur
noodzakelijk
74
Het Isralisch-Amerikaanse bedrijf Better Place, dat het 'click and drive' systeem heeft uitgedokterd, heeft het
faillissement aangevraagd. Het bedrijf werkte al sinds 2008 met Renault samen.
http://www.tijd.be/nieuws/ondernemingen_auto/Renault_verliest_partner_in_elektrische_wagens.93503763100.art?ckc=1 Renault verliest partner in elektrische wagens, Koen Lambrecht, 27 mei 2013
75
intern
milieu
vriendelijk,
zuinig
nadelen
kostprijs
batterij
subsidies
extern
bedrijven
voordelen
W
opleidingen
voor technici
76
77
Besluit
Het maken van dit werkstuk was voor mij echt een leerrijke ervaring. Tijdens de eerste trimester van
dit schooljaar heb ik mij vooral gefocust op elektrische wagens. Daardoor heb ik veel bijgeleerd over
de werking van een elektrische wagen, de huidige milieuproblematiek en de geschiedenis van
elektrische en hybride wagens. Ik vond het leren over de elektrische motor voor mezelf het
interessantst. Elektriciteit is voor mij veel interessanter geworden door het maken van dit eindwerk.
De tweede trimester heb ik de hybride wagen in detail besproken. Als voorbeeld voor een hybride
wagen heb ik de Toyota Prius besproken. Hiervan heb ik verschillende componenten besproken, van
het besturingsysteem over de verbrandingsmotor tot het planetair tandwielstelsel. Ik had op
voorhand niet verwacht dat een hybride wagen zo een complex systeem zou zijn.
De laatste trimester heb ik vooral de haalbaarheid, de kostprijs van elektrische en hybride wagens
besproken. Zo heb ik een conclusie kunnen maken over hoe haalbaar elektrisch en hybridisch rijden
nu effectief is en wat hun toekomstperspectieven zijn.
78
Bijlagen
Bijlage 1: Eerste praktische proef
Als eerste praktische proef heb ik er voor gekozen om een simpele elektromotor te bouwen.
Benodigdheden
Houten plankje
Vijzen
Koperdraad
Elektriciteitsdraad
Een magneet
Plakband
Transformator (230V/12V AC, 50 Hz, 30VA)
Spijker
Hamer
Wasspeld
2 Duimspijkers
Figuur 53: Praktische proef 1.
Boormachine
Bouwplan
1) Buig twee stukjes koperdraad in de vorm van een staf. Deze twee stukjes koperdraad worden
de houders voor de spoel.
2) Maak een spoel van koperdraad met genoeg wikkelingen, zo is de spoel goed
uitgebalanceerd. Zorg ervoor dat er aan weerskanten van de spoel een stuk draad uitsteekt:
daarmee komt de spoel straks in de houders te liggen. Wikkel wat plakband om de spoel
heen om deze bij elkaar te houden. Neem nu een scherp voorwerp of wat schuurpapier en
schraap daarmee wat van de uitstekende draad weg.
79
80
Werking
Hier gebeurt hetzelfde als bij een echte elektromotor. Er gaat een kracht werken op een draad waar
stroom doorheen loopt als er ook een magnetisch veld op werkt. Daardoor duwt de magneet de
spoel weg als je de stroom aanzet. Als dat hard genoeg gaat, komt even later de andere kant van de
spoel aan de magneet voorbij, en die wordt dan ook weer verder geduwd. Zo blijft de spoel draaien.
En dat is een vereenvoudigde vorm van hoe een elektromotor in de elektrische wagens werkt.
81
82
83
91
:2
=
92
:1
Waarbij
Situatie 2
8=
91
+:2
=
92
:1
Waarbij
Hierboven is te zien dat er in situatie 1 een minteken moet worden geplaatst om het juiste teken te
bekomen voor de overbrengingsverhouding. Dit komt omdat het teken van de hoeksnelheid omkeert
wanneer de tandwielen uitwendig ingrijpen.
Uit bovenstaande formule blijkt dat de verhouding van de hoeksnelheden omgekeerd evenredig is
met de verhouding van het aantal tanden. Dit valt ook af te leiden uit volgende redenering. Wanneer
84
:1 1
:2
2 :2 = 1 :1
92 :2 = 91 :1
;<
;%
Waarbij:
=%
=<
= 8
85
Drager
Output
Output
Input
Input
Vast
Vast
Ring
Vast
Input
Vast
Output
Output
Input
Snelheid
Maximum reductie
Minimum reductie
Maximale vermeerdering
Minimale vermeerdering
Reductie
Vermeerdering
Koppel
Vermeerdering
Vermeerdering
Reductie
Reductie
Vermeerdering
Reductie
86
(1)
87
)EF)G
<
Waarbij:
(2)
vdr = snelheid van de drager [m/s]
vr = snelheid van het ringwiel [m/s]
vs = snelheid van het zonnewiel [m/s]
88
(3)
;E GEF ;G GG
<
(4)
9D? 2? =
Bovenstaande vergelijking
omwentelingssnelheden.
wordt
(5)
beschouwd
als
de
algemene
vergelijking
van
:?
78
=
= 2,6
:>
30
Waarbij:
8=
30
:>
=
= 1,25
:D?
24
Waarbij:
89
K = 0
K> + KD? + Pr = 0
9> J> + 9D? JD? + 9? J? = 0
Waarbij:
Met andere woorden: de som van alle koppels is gelijk aan nul of dat n ingaand koppel gelijk is aan
twee uitgaande koppels.
90
2F
91
92
Verband tussen Mr en Mz
9> J> + 9D? JD? + 9? J? = 0
Wanneer men nu (5) invult, verkrijgt men:
H;EF;G
JD? + 9? J? = 0
4
H;EF;G
9> J> +
J> J? + 9? J? = 0
4
H;EF;G
H;EF;G
J> N9>
O + J? N9?
O =0
4
4
H
%
H
%
J> N9> 4 9? 4 9>O + J? N9? 4 9? 4 9>O =
H
H
%
%
J> N4 9> 4 9?O = J? N 4 9? + 4 9>O
H ;G$;E
J> ;G$;E = J?
9> J> +
J? = 3J>
(6)
4;QE$ ;G
H
=0
4;QE$ ;G
9> J> + 9D? JD? J> + JD?
=0
H
$4;QEF;G
$4;QEF ;G
J> N9> +
O=0
O + JD? N9D? +
H
H
4
4
%
%
J> NH 9> H 9D?O + JD? N H 9D? + H 9>O = 0
4 ;G$;QE
J> ;G$;QE = JD?
4J> = JD?
(7)
4J> = JD?
J? = 3J>
RE
4 N H O = JD?
4J? = 3JD?
(8)
93
(9)
(10)
(11)
(6)
(7)
(8)
94
95
Bijlage 3: De batterij
Inleiding
De batterij wordt gebruikt als leverancier van gelijkstroom waarbij chemische energie wordt omgezet
in elektrische energie. Twee chemische reacties, een oxidatie en een reductie, gebeuren in
gescheiden compartimenten. De elektronen die tijdens deze reactie worden uitgewisseld, vloeien
van het ene compartiment naar het andere compartiment via een elektrische geleider. Bij een niet
herlaadbare batterij is deze omzetting onomkeerbaar. Bij een herlaadbare batterij wordt bij het
opladen elektrische energie terug omgezet in chemische energie.
Redoxreacties en elektrochemie
In de chemie kan men een onderscheid maken tussen de volgende reacties.
Zuur base reacties
Bij dit soort reactie, in de eenvoudigste vorm, wordt een proton overgedragen van het ene reactant
naar het andere. Een typisch voorbeeld is de reactie tussen zoutzuur (HCl) en natriumhydroxide
(NaOH). HCl geeft een proton af aan NaOH waarbij water ontstaat. Het resterende chloride-ion (Cl-)
en natriumion (Na+) vormt keukenzout (NaCl).
HCl + NaOH H20 + NaCl
Reacties met ladingsoverdracht
Bij reacties met ladingsoverdracht wisselen twee ionen van partner: na de reactie is het
oorspronkelijke anion van het overeenkomstige kation voor een ander anion of vice versa.
Een typisch voorbeeld is de reactie van zilvernitraat (AgNO3) met natriumchloride (NaCl). Zilvernitraat
lost op in water en splitst daarbij in een zilverkation (Ag+) en een nitraatanion (NO3-). Als
natriumchloride (NaCl) wordt toegevoegd, splitst dit eveneens op in een natriumkation (Na+) en een
chlorideanion (Cl-). Het zilverkation en het chlorideanion vormen een verbinding. Het gevormde
zilverchloride (AgCl) is onoplosbaar in water en slaat neer. In feite is het nitraatanion dat
oorspronkelijk gekoppeld was aan het zilverkation gewisseld voor een chloride-anion.
AgNO3 + NaCl AgCl + NaNO3
Of
Ag+ + Cl- AgCl
96
97
Eo = ?
Eo = 0,0 V
98
Eo = - 0,75 V
We zouden kunnen stellen dat Fe2+ een oxidatiepotentiaal heeft van + 0,75 V.
Het is niet altijd mogelijk om het standaard reductiepotentiaal van een redoxkoppel experimenteel te
bepalen in een galvanische cel. Dit komt bijvoorbeeld doordat het evenwicht tussen de geoxideerde
stof en de gereduceerde vorm van het koppel zich veel te traag instelt of doordat andere
evenwichten de meting van het redoxevenwicht onmogelijk maken. Toch kan in dat geval een
waarde van het standaard reductiepotentiaal gevonden worden door de reactie te laten verlopen in
99
Batterijen en brandstofcellen
Batterijen en brandstofcellen zijn galvanische cellen. De reagentia van de twee halfreacties worden
in aparte compartimenten opgeslagen, gescheiden door een zoutbrug. Als de cel stroom moet
leveren, worden de twee compartimenten via een geleider aan elkaar verbonden.
De Voltazuil
De Voltazuil staat geboekstaafd als de eerste batterij. De zuil bestaat uit metalen schijven (zink =
anode, koper of zilver = kathode) die op elkaar gestapeld worden, gescheiden door een in zout
gedrenkte doek. De werking van de Voltazuil is gebaseerd op het verschil in werkfunctie tussen de
metalen en niet op het verschil in reductiepotentiaal.
100
101
Het memory effect is het effect dat optreed wanneer een batterij na veel te gebruiken niet meer naar zijn
maximale laadtoestand geraakt. Dit is een nefast voor de prestaties van de batterij.
102
Anode:
Bv.:
V6O13 is slechts een voorbeeld. Er zijn veel verschillende types draagmateriaal: cokes, cobaltoxides,
mangaanoxides De eigenschappen van de batterij verschillen sterk naargelang het dragermateriaal.
Het verbeteren van n eigenschap leidt vaak tot de verslechtering van een andere eigenschap. Een
te hoge drang naar hoge prestaties en lage kostprijs leidde in het verleden al tot onveilige situaties
(ontplofte gsm batterijen).
Kathode:
Met:
De lood batterij
De Pb-accu wordt vooral gebuikt als startbatterij van autos. In de VS alleen worden jaarlijks 50
miljoen van dergelijke batterijen geproduceerd. Naast deze toepassing worden ze ook gebruikt voor
tractie van elektrisch aangedreven voertuigen en als noodbatterij.
Eigenschappen
Reacties
Anode:
Kathode:
Elektrolyt:
103
Hoge capaciteit
Weinig tot geen memory effect
Volledige ontlading voor herladen is minder nodig.
Tot 300 laad/ontlaad cycli
Grote zelfontlading
De batterij is geschikt voor lage stromen.
Trage en ingewikkelde laadprocedure
Reacties
Anode:
Kathode:
104
Benodigdheden
Stroomdraadjes
Koperen plaatjes
Zinken plaatjes
Multimeter
Los LED lampje
Zout water
Bouwplan
1) Een batterij bestaat grofweg uit drie onderdelen: een deel dat elektronen levert, een deel
dat elektronen levert, een deel dat elektronen opneemt en een deel waardoorheen de
elektronen zich kunnen verplaatsen. Dit laatste heet het elektrolyt. De meeste elektrolyten
zijn vloeistoffen. Huishoudazijn en vruchtensap zijn hier enkele voorbeelden voor. Voor deze
praktische proef werd echter zout water gebruikt.
2) Elektrische stroom is niets meer dan een stroom van elektronen. De min of negatieve pool
van de batterij levert elektronen, de plus of positieve pool neemt elektronen weer op en
stuurt ze terug naar de negatieve pool. Daardoor ontstaat een elektronen stroom. De
snelheid van de elektronen hangt ervan af hoe graag de minpool ze afgeeft en hoe graag de
pluspool ze weer opneemt. Dat wordt spanning genoemd en drukt men uit in Volt. Als
pluspool wordt gebruik gemaakt van een koperen plaatje en als minpool een zinken plaatje.
3) Om stroom te krijgen moet je een kring verkrijgen. Leg dus eerst het koperen en zinken
plaatje in het zout water. Sluit daarna de kring door een spanningsmeter aan te sluiten.
Verbind de + van de spanningsmeter met het koperplaatje en de - met het zinken plaatje.
4) De spanning die werd gemeten, was 0,75V. Dit is jammer genoeg niet genoeg om een LED
lampje te laden branden. Een rode LED vraagt een drempelspanning van 1,6V en dat is het
laagste om zichtbaar licht te verkrijgen.
Dit probleem valt op te lossen door meerdere cellen achter elkaar in serie aan te sluiten. Met
drie bakjes zout water achter elkaar werd een spanning van 1,9V gemeten. Dat is dus genoeg
om een rood LED lampje te laten branden.
105
Systeem
Het CAN netwerk is een Bussysteem. Een bussysteem is eenvoudig uitgelegd een netwerk dat er voor
zorgt dat twee of meerdere stuurapparaten met elkaar verbonden zijn en communicatie kunnen
uitwisselen. In een CAN netwerk verloopt deze communicatie over twee kabelverbindingen. In
principe kunnen alle gegevens over n verbinding verstuurd worden, maar als back up gebruikt men
toch een tweede. De gegevens in bussystemen worden getransporteerd met behulp van bits.
Het CAN netwerk draagt alle gegevens in serie over. Daardoor zou er in essentie dus maar n draad
nodig zijn voor de gegevens overdracht. Maar vermits al deze gegevens in serie verlopen heeft men
een systeem moeten bedenken. Men zorgt er voor dat de gegevens eigenlijk in als een telegram
worden verstuurd. Ze hebben een vaste volgorde die moet gerespecteerd worden zodat het CAN
netwerk weet welke gegevens voor welk stuurapparaat bedoeld zijn.
Opbouw telegram
106
DATA-overdracht
Bij een tweedraads CAN bussysteem onderscheidt men:
CAN HIGH
CAN LOW
De gegevens die men verstuurt worden zowel op de CAN HIGH als op de CAN LOW gezet. Op de CAN
LOW staat het spiegelbeeld van het signaal dat men op de CAN HIGH terugvindt. Het stuurapparaat
meet de differentiaalspanning tussen de CAN HIGH en de CAN LOW. Zo wordt de betrouwbaarheid
van het signaal verhoogd.
De referentiespanning op een CAN-BUS bedraagt 2,5V. Daardoor zal de spanning op de CAN HIGH
variren tussen 2,5 en 4V. Voor de CAN LOW is dit uiteraard lager, namelijk tussen de 2,5 en 1V.
Elektromagnetische storingen die veroorzaakt worden door grote stroompieken in andere kringen
worden vermeden, omdat ze de CAN communicatie zouden kunnen verstoren. Om dit ten alle tijden
te vermijden worden de draden met elkaar getwist, gevlochten.
107
CAN-Gateway
Een CAN-Gateway verbindt principieel twee CAN-netwerken met elkaar, maar zorgt er tegelijk voor
dat deze twee netwerken galvanisch van elkaar gescheiden blijven.
Een aanrijding dat voor het voertuig eigenlijk ongevaarlijk is kan zorgen voor de uitval van de
complete voertuigcommunicatie, wat zou leiden tot het stilvallen van het voertuig. De CAN-Gateway
zorgt er net voor dat dit niet kan gebeuren. Bij een fout in de Low-Speed-CAN (het systeem dat zorgt
voor alle tools in de wagen) blijft de High-Speed-CAN (zorgt voor de motorsturing en de airbags) in
werking. De CAN-Gateway heeft dus de mogelijkheid om met verschillende bussystemen te
communiceren. Men kan de CAN-Gateway dan ook het best vergelijken met een slimme professor
die verschillende talen spreekt.
Metingen
Metingen met de ohmmeter
Door de weerstand te meten tussen de CAN-high en de CAN-low kan men al heel goed de toestand
van de bedrading beoordelen.
108
109
110
111
112
Overzicht figuren
Figuur 1: De geschiedenis van de elektrische wagen. ........................................................................... 10
Figuur 2: De elektrische wagen omstreeks 1903. ................................................................................. 10
Figuur 3: EV1 kende zijn absoluut hoogtepunt in 1996, vandaag is hij helemaal verdwenen.............. 11
Figuur 4: Tesla Roadster: een hoog performante elektrische sportwagen. .......................................... 12
Figuur 5: La Jamais Contente met Camille Jenatzy. .............................................................................. 12
Figuur 6: De Toyota Prius zorgde voor een doorbraak van hybride wagens. ....................................... 13
Figuur 7: De onderdelen van de elektromotor. .................................................................................... 18
Figuur 8: Principeschema van een elektrische wagen met n synchroonmotor ................................ 20
Figuur 9: Motor Mitsubishi i-Miev. ....................................................................................................... 20
Figuur 10: Principeschema van een elektrische wagen met vier synchroonmotoren .......................... 21
Figuur 11: Verspreiding van het fijn stof in Europa in g/m ................................................................ 24
Figuur 12: Overzicht van het krimpen van de olievoorraden met een voorspelling tot 2050. ............. 24
Figuur 13: Click and Drive station aan de luchthaven van Schiphol. ..................................................... 27
Figuur 14: Vergelijking kosten bestelwagens ........................................................................................ 31
Figuur 15: Vergelijking kosten personenwagens .................................................................................. 32
Figuur 16: Schema van serie hybride wagen. ........................................................................................ 33
Figuur 17: Schema van parallel hybride wagen..................................................................................... 34
Figuur 18: Schema van gecombineerde hybride wagen. ...................................................................... 35
Figuur 19: Verschillende maten van hybridisatie .................................................................................. 36
Figuur 20: Schema doorstroming van krachtberekening m.b.v. de HV ECU. ........................................ 41
Figuur 21: Systeem diagram algemene werking HV ECU. ..................................................................... 42
Figuur 22: Snelheidsgedrag van aangedreven wiel bij het opstarten op besneeuwde weg. ................ 44
Figuur 23: Grip van de aangedreven wielen. ........................................................................................ 45
Figuur 24: Voorstelling planetair tandwielstelsel.................................................................................. 45
Figuur 25: Slippen van de aangedreven wielen. ................................................................................... 46
Figuur 26: Conceptueel beeld van de tractiecontrole door de motor. ................................................. 46
Figuur 27: Systeem diagram SMR.......................................................................................................... 47
Figuur 28: Voorstelling relaisschakeling bij vermogen op ON. ............................................................. 47
Figuur 29: Voorstelling relaisschakeling bij vermogen op OFF. ............................................................ 48
Figuur 30: Systeem diagram motor ECU. .............................................................................................. 49
Figuur 31: Het accupakket zonder behuizing. ....................................................................................... 50
Figuur 32: Systeem diagram accupakket met toebehoren. .................................................................. 51
Figuur 33: Overzicht vermogen regeleenheid. ...................................................................................... 52
Figuur 34: Systeem diagram vermogen regeleenheid van het accupakket. ......................................... 53
Figuur 35: Benzine motor. ..................................................................................................................... 54
Figuur 36: Inlaat en compressieslag. ..................................................................................................... 54
Figuur 37: De arbeidsslag en de uitlaatslag........................................................................................... 55
Figuur 38: Het (p,V)-diagram. ................................................................................................................ 56
Figuur 39: Het (p,V)-diagram bij inlaat. ................................................................................................. 56
Figuur 40: Het (p,V)-diagram bij compressie......................................................................................... 57
Figuur 41: Het (p,V)-diagram bij arbeid................................................................................................. 57
Figuur 42: Het (p,V)-diagram bij uitlaat................................................................................................. 58
113
114
Overzicht tabellen
Tabel 1: Vergelijking tussen een hybride en een elektrische auto........................................................ 14
Tabel 2: Overzicht van de verschillende oplaadtijden. ......................................................................... 16
Tabel 3: Overzicht van verschillende accu's met bijhorende kostprijs en hun kWh. ............................ 16
Tabel 4: Overzicht van enkele modellen met het maximumkoppel van hun elektromotor. ................ 21
Tabel 5: Nadelen en voordelen van motorische integratie in de wielen. ............................................. 34
Tabel 6: Verschillende k-waarden ......................................................................................................... 62
Tabel 7: Specificaties van de generator en de elektromotor. ............................................................... 70
Tabel 8: Reactiekoppel en snelheid op vastgezet element in het planetair stelsel. ............................. 86
115
Bronnen
Websites
www.sciencespace.nl (laatst gebruikt op 14 mei 2013)
www.wetenschap.infonu.nl (laatst gebruikt op 19 april 2013)
www.wikipedia.org (laatst gebruikt op 27 mei 2013)
http://www.timloto.org/nl/boeken.html (laatst gebruikt op 15 april 2013)
http://www.hoedoe.nl/wetenschap-techniek/scheikunde/hoe-maak-ik-een-biobatterij
(laatst gebruikt op 25 april 2013)
http://thenewdrive.be (laatst gebruikt op 29 mei 2013)
Bedrijven
Elva
Fisker
Honda
Mitsubishi
Mia
Peugeot
Renault
Tesla
Toyota
Varta
Volvo
Magazines
Electric & Hybrid
Engine
Transmission
Boeken
Mom, G., Geschiedenis van de auto van morgen, 1e druk, Kluwer Bedrijfsinformatie, Deventer, 1997
Cursussen
EDUCAM Hybride voertuig en veiligheid, opleiding gevolgd op 08/11/2012
Schoenmaeckers, A. Hoofdstuk 7: Viertaktmotor, cursus 5de jaar toegepaste fysica.
116
Eindwerken
Vandemergel, K., Sturing van een permanentmagneet synchrone machine voor een elektrische
wagen, Universiteit Gent, promotor: prof. Dr. ir. Melkebeek, J., academiejaar 2008 - 2009
Van Raemdonck, P., Hybride wagens, VTS, mentor: Van Lierde, C., academiejaar 2011 - 2012
Andersson, S.-L., Elofsson, A., Plug-in Hybrid Electric Vehicles as Control Power, Chalmers (Gteborg,
Sweden), ETH Zrich (Zrich, Switzerland), academiejaar 2008 - 2009
117