Lesvoorbereidingsformulier Fontys Hogeschool Kind en Educatie, Pabo Eindhoven

Bron: Didactisch model van Gelder

Student(e) Ivanka van der Meer Mentor M.

Klas PEH16VD Datum 14-03-2017
Stageschool T. Groep 6
Plaats B. Aantal lln 29
Vak- vormingsgebied: KO Beeldend
Speelwerkthema / onderwerp: Kleurenfamilie

Persoonlijk leerdoel:
- Ik wil de kinderen stil krijgen door van vijf naar nul te tellen. De kinderen weten dat ze bij nul moeten stil zijn. Wanneer het niet stil is ga ik niet verder met mijn
les. Ik spreek als laatste de kinderen persoonlijk aan van wie ik last heb.
- Ik wil consequent zijn in deze les. Ik wil dit gaan doen door kinderen meteen aan te spreken op gedrag wat ik niet fijn vind. Ik ga ook met een
beloningssysteem werken. Dit is de eerste keer dat de kinderen met het beloningssysteem gaan werken.
- Ik wil inspiratie voor eigen werk aanbieden met kunst wat al bestaat. Dit ga ik doen aan de hand van een PowerPoint waarin de kunst te zien is.
Lesdoel(en): Evaluatie van lesdoelen:
- Aan het einde van de les weten de kinderen wat een kleurenfamilie Ik kan aan de hand van de werkjes zien of de kinderen weten wat een kleurenfamilie is.
is. Ik ga de volgende vragen stellen aan de kinderen tijdens de evaluatie:
- De kinderen kunnen van een A4-vel een achtergrond maken met de - Wat is een kleurenfamilie? Ik wijs drie werkstukken aan. Hierbij vraag ik welke
kleuren die een kleurenfamilie zijn. kleur als kleurenfamilie is gekozen.
- De kinderen kunnen reflecteren op eigen werk en kunnen zeggen - Hoe was het om te schilderen?
welke kleurenfamilie ze hebben gebruikt. - Welk werkstuk trekt je meteen aan?
- Wat is van dit werkstuk het tegenovergestelde?
Kerndoel 54: leerlingen leren beelden, muziek, taal, spel en beweging te - Welk soorten kleuren zijn er vooral gebruikt?
gebruiken, om er gevoelens en ervaringen mee uit te drukken en om er - Hoe is de les verlopen?
mee te communiceren. - Wat hebben we vandaag geleerd?
Beginsituatie:
Pedagogisch:
Uit de sociogram heb ik gehaald dat veel kinderen uit de klas met iedereen goed kunnen samenwerken. Veel kinderen hebben wel een voorkeur met wie ze willen
samenwerken. Er zijn drie kinderen die buiten de klas vallen. Deze worden soms gekozen, bij de vraag met wie werk/speel je niet graag. Deze groep heeft een wij-
gevoel. Uit mijn voorgaande lessen heb ik gemerkt dat J/S en S/J en B/ K en S veel samen praten. Ik moet hier op gaan letten tijdens de groepjes maken. De rest van
de kinderen zijn vaak actief bezig met de les.

Vakspecifiek:
De kinderen zijn op dit moment bezig met het thema een reis rond de wereld. Het thema wat de klas meer uit wilden werken is het land Mongoli geworden. Ze zijn al
een week bezig met dit thema. Ik wilde dus een opdracht maken die met dit thema te maken heeft. Ik heb ervoor gekozen om een achtergrond te maken met een
kleurenfamilie. Hier komt de omtrek van Mongoli op met de vlag. De omtrek van de het land en de vlag hierin hebben de kinderen al gemaakt. De kinderen hebben
verder al ervaring met schilderen en mengen. De informatie over de kleurenfamilie is nog wel nieuw.
 Lesverloop
Tijd Leerinhoud Didactische handelingen Leeractiviteit Materialen / Organisatie
Leraar leergedrag leerling(en)
+/- 2 min Verwachtingen Ik verwacht van de kinderen dat ze goed - De kinderen luisteren naar wat ik van hen verwacht.
uitspreken meedoen met de les. Ze luisteren naar de
opdracht en gaan geen andere kinderen af
zitten leiden. Tijdens het schilderen ben je
met je eigen werk bezig. Ik wil ook dat ze
goed naar elkaar luisteren tijdens de
evaluatie.
Inleiding Kleurenfamilie Ik vertel eerst waar we het vandaag over - De kinderen denken mee over wat een Powerpoint
+/- 10 min Inspiratie opdoen gaan hebben en daarna de doelen van de kleurenfamilie is.
voor eigen werk les. Ik vraag aan de kinderen of ze weten - De kinderen kijken naar de schilderijen.
wat een kleurenfamilie is. Als ze dit niet - De kinderen beantwoorden mijn vragen over de
weten leg ik uit wat een kleurenfamilie is. Ik schilderijen en denken mee over wat een
laat een aantal schilderijen zien als kleurenfamilie is.
voorbeelden. Deze schilderijen zijn
bedoeld als inspiratie voor eigen werk.
Deze schilderijen hebben allemaal een
kleurenfamilie. Ik vraag aan de kinderen bij
elk schilderij welke kleur de kleurenfamilie
is. Ik vraag ook wat ze zien in het schilderij.
Kern Opdracht Ik leg de opdracht uit. Het A4-vel moet - De kinderen denken na over wat ze gaan maken. - Verf (rood, blauw,
+/- 40 min helemaal een kleur krijgen. Dit moet - De kinderen denken na over wat voor kleurenfamilie geel, wit, zwart)
gedaan worden door kleuren te mengen. In ze uitkiezen. - A4-vellen
dit blad moet een kleurenfamilie aanwezig - De kinderen maken van het A4-vel een achtergrond. - Kwasten
zijn. Ik vraag aan een iemand om de - De kinderen ruimen hun spullen op. - Bordjes of iets
opdracht te herhalen. Ik zeg waar alle anders waar ze
spullen staan en dat ze aan de slag kleuren op kunnen
mogen. Na een half uur zeg ik tegen hen mengen.
dat ze mogen opruimen. Ze ruimen eerst - Schorten
hun eigen spullen op en gaan dan andere
kinderen helpen.
Slot Nabeschouwing Ik zeg tegen de kinderen dat ze rondom de - De kinderen beantwoorden mijn vragen of denken - Werkstukken die
+/- 10 min werken mogen gaan staan. Ik stel de hierover mee. de kinderen
volgende vragen: hebben gemaakt.
- Wat is een kleurenfamilie? Ik wijs
drie werkstukken aan. Hierbij vraag
ik welke kleur als kleurenfamilie is
gekozen.
- Hoe was het om te schilderen?
- Welk werkstuk trekt je meteen
aan?
- Wat is van dit werkstuk het
tegenovergestelde?
- Welk soorten kleuren zijn er vooral
gebruikt?
Slot 2 Evaluatie Ik vraag aan de kinderen wat we vandaag - De kinderen denken mee over wat we vandaag -
+/- 3 min hebben geleerd. Ik geef een aantal hebben geleerd.
kinderen de beurt om te vertellen hoe hij/zij - De kinderen denken mee over hoe de les verliep.
de les vond verlopen.

Persoonlijke reflectie
Op maandag 13 maart kwam mijn mentor met het idee dat ik een beloningssysteem moest invoeren. Dit kwam doordat op maandag een
les verkeer wat minder goed ging. De kinderen praten elke keer door mij heen en ik vond dit niet fijn. Het beloningsysteem wat ik had
bedacht was dat als de kinderen twee smileys verdienen dat we dan een spelletje gaan doen. Dit systeem was dus voor de les bedacht.

Ik begon de les met het beloningssysteem te introduceren en verwachtingen uitspreken. Daarna ben ik verder gegaan met de PowerPoint.
Op de eerste dia stond dat we het over een kleurenfamilie gingen hebben. Ik vroeg aan de kinderen of iemand wist wat een kleurenfamilie
is. De kinderen hadden allemaal een goed beeld van een kleurenfamilie maar toch was het niet wat ik bedoelde. Ik liet daarna een schilderij
zien en vroeg het de kinderen nog een keer. Ze zijn zelf bij het juiste antwoord gekomen van wat een kleurenfamilie is. De rest van de
PowerPoint bestond uit kunst wat met een kleurenfamilie te maken had. Tijdens deze stuk van de les begonnen de kinderen erg veel te
praten. Ik moest elke keer erg lang wachten en van vijf naar nul tellen hielp niet meer. Ik moest constant erg lang wachten voordat we
verder konden met de les. De kunst liet ik zien als inspiratie voor hen eigen werk wat ze gingen maken. Ik heb als laatste duidelijk uitgelegd
wat er moest gebeuren tijdens de les. Ik heb verteld waar alle spullen stonden en toen mochten ze van mij beginnen. De kinderen waren
erg actief en waren erop aan het wachten tot dat ze mochten beginnen.

Tijdens dat de kinderen aan het werk waren, heb ik er eerst voor gezorgd dat iedereen kon beginnen. Ik ben daarna rond gaan lopen door
de klas en kinderen gecomplimenteerd over hun mooie werk. De kinderen waren ook zelf erg enthousiast en betrokken bij de les. Ze
kwamen met vragen naar mij toe. Door deze les heb ik een betere band gekregen met de kinderen uit mijn klas. De kinderen hebben rustig
opgeruimd, wanneer ze klaar waren, en zijn verder gegaan met deel 2 van de les. Deel 2 van de les hebben ze vorige week al een begin
meegemaakt met de vervangster. De opdracht was om de omtrek van Mongoli te tekenen met daarin de vlag of iets typerends van
Mongoli. Dit komt dan voorop de achtergrond met de kleurenfamilie. Voor de kinderen die hiermee klaar waren, had ik gezegd dat ze vrij
mochten gaan tekenen. De kinderen bleven bezig tijdens deze les en verveelden zich niet. Tijdens het opruimen had ik nog meer de leiding
mogen nemen en duidelijker mogen zijn.

Toen iedereen klaar was met schilderen heb ik de nabeschouwing gedaan. Ik heb bij een aantal werkjes gevraagd welke kleurenfamilie
hierin zat. Ik heb ook gevraagd hoe ze het schilderen vonden. De kinderen vonden het erg leuk, omdat ze dit normaal niet zo vaak doen. Ik
heb ook gevraagd welke soorten kleuren er vaak zijn gebruikt. De kinderen waren erg enthousiast tijdens deze les en erg actief. Ik had de
kinderen nog meer openvragen mogen stellen tijdens de evaluatie. Wat ik als feedback van mijn mentor mee wil nemen naar de volgende
les is dat ik niet bang moet zijn om zelf beslissingen te maken. Ik wil ook meer open vragen gaan stellen tijdens de PowerPoint of evaluatie.

Mijn persoonlijke leerdoelen tijdens deze les waren:

- Ik wil de kinderen stil krijgen door van vijf naar nul te tellen. De kinderen weten dat ze bij nul moeten stil zijn. Wanneer het niet stil is
ga ik niet verder met mijn les. Ik spreek als laatste de kinderen persoonlijk aan van wie ik last heb. Tijdens de uitleg is met dit niet zo
goed gelukt. De kinderen begonnen veel door de klas te roepen en waren tijdens mijn uitleg aan het praten. Van vijf naar nul tellen
hielp niet meer. Ik ben elke keer gaan zitten wachten tot dat het stil was en soms gezegd dat het van hun werktijd afging.
- Ik wil consequent zijn in deze les. Ik wil dit gaan doen door kinderen meteen aan te spreken op gedrag wat ik niet fijn vind. Ik ga ook
met een beloningssysteem werken. Dit is de eerste keer dat de kinderen met het beloningssysteem gaan werken. Ik werd tijdens
deze les een beetje onzeker over mezelf. De kinderen luisterden niet meer en ze liepen eigenlijk over me heen. Ik heb de kinderen
ook te weinig op gedrag aangesproken wat ik niet fijn vind. Het beloningssysteem heb ik tijdens deze les niet meer doorgezet. Ik
vind dit uiteindelijk geen slimme keus van mij geweest. De kinderen zouden misschien nu wel gaan denken dat ik niet meer zou
doen de volgende keer. Toch ga ik het de volgende les weer proberen.