You are on page 1of 9

2017

GIP: Boekhouden

HIGH-TECH TRAVEL
GURPREET SINGH
Cash Flow

Cashflow in de enge zin

Berekening:

Boekhoudkundige winst na belastingen + niet-kaskosten

2 225 + 29 674= 31 899


Resultaat:
In We spreken hier van een positieve cashflow want er wordt niet meer uitgegeven
dan er wordt verdiend.

1
Liquiditeit

Current ratio

Over het algemeen moet deze ratio groter dan 1 zijn om van een goede
liquiditeit te spreken. De onderneming kan de korte termijnschulden betalen
met de vlottende activa in de onderneming. Als de current ratio kleiner is
dan 1 dan is de liquiditeit niet goed. De onderneming kan dan de korte
termijnschulden niet betalen met de vlottende activa.

Vlottende Activa Kort Vreemd Vermogen


236876 177401
1.3352

Er wordt verondersteld dat de organisatie kan voldoen aan haar


kortlopende verplichtingen.

Quick ratio

Vlottende Activa - voorraden Kort Vreemd Vermogen


236876 - 0 177401
1.3352

Te zien dat mijn bedrijf geen voorraden heeft is mijn uitkomst dezelfde als
die van current ratio. Maar de uitkomst is nog altijd meer dan 1 dus dat wil
zeggen da ze voldoende liquiditeiten hebben.

Deze ratio is strenger, omdat de onderneming hierbij onderzoekt of de


korte termijnschulden kunnen voldaan worden ZONDER de voorraad te
verkopen! Ook hier moet de quick ratio groter zijn dan 1 om goed te zijn.
Een quick ratio kleiner dan 1 is niet goed. De onderneming kan dan de
korte termijnschulden niet betalen.
Betekenis van de ratios

De breuk moet in beide gevallen meer dan 1 zijn om voldoende liquiditeit te


hebben. Aan de liquiditeitsratio kan men zien in welke mate het bedrijf in
staat is om zijn betalingsverplichtingen na te komen. In praktijk stellen we
dat een verhouding van 1,2 of 1,3 de weergave is van een gezonde
situatie. Een verhouding die kleiner is dan 1 wil zeggen dat de
onderneming in ene benarde situatie zit. Men kan de schulden niet meer
betalen met eigen middelen en moeten dus meer schulden gaan maken.

Een te hoge current ratio is ook niet altijd gunstig. Dat zou kunnen
betekenen dat de onderneming te veel in vlottende activa investeert (zoals
bv. te hoge voorraden of te veel handelsvorderingen of dat het bedrijf alle
investeringen financiert met eigen middelen).

Ook de quick ratio blijft natuurlijk het best boven 1.

1
Solvabiliteit

Schuldgraad
De algemene schuldgraad geeft weer in welke mate een bedrijf beroep
doet op vreemd vermogen ter financiering van de activiteiten. Anders
gezegd is de schuldgraad het percentage va het vreemd vermogen t.o.v.
het totale vermogen.
Hoe hoger de schuldgraad hoe afhankelijker het bedrijf is van derden

(Vreemd vermogen/ totaal vermogen) x100

87,79

Graad van solvabiliteit


Parallel met de schuldgraad kan de graad van solvabiliteit of financile
onafhankelijkheid berekend worden.
Het is evident dat wanneer dit percentage hoog ligt, de onderneming
financieel sterk staat. Doorgaans wordt in de praktijk 30% tot 40% als
gezond aanzien. Dit is wel afhankelijk van sector tot sector.
(Eigen vermogen/ totaal vermogen) x100
12,22

2
Solvabiliteit
Een laatste verhouding die nuttig kan zijn is de verhouding tussen het
eigen vermogen en het vreemd vermogen.
(Eigen vermogen/ vreemd vermogen) x100
13,92

De verhouding tussen het eigen vermogen en het vreemd vermogen is


groot. Er komt heel wat meer eigen vermogen in het bedrijf dan vreemd
vermogen. Hierbij kunnen we concluderen dat we niet afhankelijk zijn van
derden.

Rendabiliteit
Brutoverkoopmarge
(Brutobedrijfsresultaat/ omzet) *100
(28 190+29 674/179 936)*100=
32,16

Nettoverkoopmarge
(Nettobedrijfsresultaat/ omzet) * 100
(28 190/179 936)*100=
15,67
Rendabiliteit van het eigen vermogen
(Nettoresultaat na belastingen/ eigen vermogen) * 100
2 225/60 100*100=
3,70
1 euro EV brengt 3,70 op.

3
4
5
6

You might also like