You are on page 1of 5

Ontwerpproces Ideationfase Minor KLM

Ideation betekent het genereren van heel veel ideen. Deze ideen helpen om de uitwerking
van je idee te verrijken met goede en verrassende invalshoeken.

Denkhoeden van de Bono


Om je idee verder aan te scherpen is het goed om de Denkhoeden van de Bono een keer
toe te passen op je idee. Dit hebben we in de bijeenkomst gedaan.

Zet hieronder de foto van je aantekeningen of beschrijf je belangrijkste bevindingen

Emotioneel denken
Ik heb dezelfde gevoelens als bij LA7. In het begin moet je het zo breed mogelijk houden,
waardoor je nog geen idee hebt hoe het uiteindelijk gaat aflopen. Dit maakt mij wel
zenuwachtig, maar ook aan nieuwsgierig. Want wat ga ik nu uiteindelijk doen en hoe ga ik
dat doen? Ik heb er wel zin in! Dat komt vanwege de kansen die zowel de minor als stage
aanbiedt. Ook zie ik veel kansen met het onderwerp dat ik heb gekozen voor mijn ontwerp.

Objectief analytisch vermogen


Over het onderwerp social media is veel te vinden op het internet. Dit komt ook doordat
het een actueel onderwerp is en vaak in het nieuws komt. Het speelt zich af in het
basisonderwijs. Er zijn veel materiaal, ideen en projecten over te vinden. De leerlingen
komen er dagelijks in aanmerking mee.

Negatief kritisch denken


Het onderwerp is erg breed. Je kan er veel mee doen. Hoe zorg je voor een concept waarbij
de leerlingen zich verbonden bij voelen. Hoe pak ik de aandacht van de leerlingen en zorg
ik ervoor dat ze zowel het positieve als het negatieve ervan zien. Wat kan ik doen om
ervoor te zorgen dat de leerlingen zich betrokken voelen bij hun eigen ontwikkeling betreft
het onderwerp.

Positief denken
Leerlingen werken aan de 21e -eeuwse vaardigheden, bijvoorbeeld kritisch denken,
samenwerken, informatievaardigheden. Ze gaan kritisch aan de slag. Het onderwerp
spreekt hun aan. Er zijn volop ideen en opdrachten die ik kan uitvoeren met ze. Zowel de
leerkracht als de leerlingen staan er voor open.

Creatief denken
De leerlingen gaan aan de slag met media. Er zijn volop opdrachten en ideen die zij zelf
kunnen uitvoeren, waardoor ze niet leerkracht gebonden zijn. De leerlingen zijn
verantwoordelijk voor hun eigen ontwikkeling m.b.t. het onderwerp. Ze kunnen zelf iets
moois creren.

Beschouwend controlerend denken


Door al het brainstormen, observeren en de gespreken die ik heb gevoerd heb ik al het een
en ander idee voor mijn onderwijsontwerp. Het belangrijkste voor nu is de richting
vastleggen waar ik naar toe wil gaan met mijn ontwerp.
Brainstormsessie
Beleg met een aantal medestudenten een brainstormsessie waarin je jouw idee in een paar
regels bespreekt en vervolgens zoveel mogelijk ideen bedankt voor de uitvoering.

Enkele regels bij brainstormen


1. Stel je oordeel uit!
In een brainstorm spreek je nog niet over goede en slechte ideen.
2. Ga voor de wilde ideen!
Ook al zijn ideen niet reel, haalbaar of een beetje onconventioneel, ze kunnen je toch helpen om tot nieuwe inzichten
te komen.
3. Bouw voort op de ideen van anderen.
Denk niet in ja, maar, maar in ja, en.
4. Blijf gefocust op je onderwerp.
Je brainstorm levert het meeste op als je steeds je probleemstelling of vraag voor ogen houdt.
5 Praat niet door elkaar.
Elk idee is de moeite om gehoord te worden zodat je hier verder op door kunt bouwen.
6. Visualiseer
Maak kleine schetsjes of teken modelletjes om je ideen te ondersteunen.
7. Ga voor kwantiteit, niet voor kwaliteit.
Bij brainstormen kunnen alle ideen van waarde zijn. Focus dus op zoveel mogelijk ideen.

Het brainstormproces (divergeren)


1. Wijs een gespreksleider aan die het proces faciliteert. Dit kan de inbrenger van het
vraagstuk zijn.
2. Presenteer je onderwerp kort!

3. Check of iedereen de brainstormregels kent.


4. Zorg dat de materialen beschikbaar zijn. Zorg voor een flap per vraagstuk, geeltjes en
stiften. Moedig mensen aan om ook te tekenen en visualiseren en zorg voor n idee
per geeltje.
5 Even de hersenen opwarmen. Begin met een hele domme brainstormvraag. Bijv.
- Hoe vind je een speld in een hooiberg
- Wat zou je absoluut niet moeten doen op school
- Teken het voertuig waarmee je naar school bent gekomen.
6. Zet je vraagstelling/ probleemstelling in het midden op de flap zodat iedereen deze kan
zien. Laat vervolgens iedereen zijn eigen ideen formuleren en plak ze op de flap.
7. Bewaak de flow van de brainstorm. Als je merkt dat ideen op beginnen te raken kun
je:
- Doorbouwen op ideen die er al zijn
- Omgekeerd brainstormen, wat moeten we absoluut bedenken voor deze
vraagstelling.
- Brainstormen vanuit een superheld. Neem een held superheld voor ogen en bedenk
hoe hij/zij dit probleem op zou lossen.
- herhaal indien nodig de brainstormregels als hier het afnemen van de flow uit voort
komt.

Zet hieronder de foto van je flap


Ideen selecteren (convergeren)
1. Cluster de ideen die bij elkaar horen of op elkaar lijken.
2. Stem op je favoriete ideen. Bekijk de ideen of ideencluster en zet een stip op de
geeltjes waar je graag aan zou willen werken of die je mee wil nemen in je verdere
ontwerp.
3. Beslis in overleg welke ideen je verder uit gaat werken. Ben realistisch en maak het
niet te complex. Kies bijvoorbeeld maximaal drie ideen.
4. Maak eventueel een visualisatie van je idee om inzichtelijk te maken uit welke
onderdelen en stappen deze bestaat.

Verfijn je ideen
Hier maak je nog meer duidelijk wat de waarde van je ontwerpidee is en waar je rekening
mee moet houden in het proces. Dit doe je door de waarde/behoefte van je idee te
beschrijven en de uitdagingen en belemmeringen waar je voor staat. Zet die hieronder
puntsgewijs neer.

Waarde en behoefte Uitdagingen en belemmeringen


- Social Media - Tijd
- ICT - basisvaardigheden - Materialen
- Veilig en vertrouwd leerklimaat - Inzet media
- Vloggen/ bloggen - Structuur
- Samenwerken - Ruimte
- Tools
Levert dit nieuwe inzichten om je eerdere concept of oplossingsrichting verder aan te
scherpen?
Tijdens het brainstormen ben ik op het idee gekomen om een blog te maken voor mijn
onderwijsontwerp. De blog is niet voor mij, maar voor de leerlingen. Zij kunnen hierop
filmpjes plaatsen, evalueren en materiaal plaatsen gericht op het onderwerp. Hiermee
werken de leerlingen aan de 21e eeuwse vaardigheden. Ook past de blog met de tijd waarin
we leven en het onderwerp.

Beschrijf je idee
Lessen omtrent social media. De leerlingen leren de kansen, mogelijkheden en de gevolgen
van het gebruik van social media. Tegenwoordig hebben ze allemaal een mobiel waarbij ze
gebruik kunnen maken van het internet. Het is belangrijk dat ze weten hoe zij hiermee om
moeten gaan en alle digitale informatie kunnen verwerken.
Naam van je ontwerp: Zinvol omgaan met social media
Schets je idee: Beschrijf je ontwerpidee in n zin of in n beeld.

Hoe werk het praktisch?

Ik ben van plan om een lessenreeks omtrent het onderwerp social media te maken. Bij
iedere les gaan de leerlingen aan de leg met een deelonderwerp. Zij gaan aan de slag met
opdrachten en projecten. Dit leggen zij vast aan de hand van een vlog of een blog. Tijdens
deze lessen zet ik diverse tools in die niet alleen ik, maar ook de leerlingen kunnen
gebruiken. De leerlingen maken gebruik van hun tablets en mobiels.

Wie heb je nodig om dit idee te maken en uit te voeren?

Ik heb de leerlingen en de leerkracht van groep 8 nodig. De leerlingen gaan zelf aan de slag
en voeren de opdrachten uit. Samen met de leerkracht evalueer ik iedere les en als het
nodig is pas ik het uit. Ook besprek ik de ideen die ik wil uitvoeren met de leerlingen. Het
kan namelijk een gevoel onderwerp zijn. Mijn ontwerp wil ik ook bespreken met de
docenten vanuit de minor. Ook
Wat hoop je te leren door je idee/prototype toe te passen in de praktijk.

Tijden veranderen en dat betekent dat je je als leerkracht ook hier aanpast. Ik vind dat een
leerkracht mee moet met de tijd waarin zijn leerlingen leven. Social media is een belangrijk
onderwerp waar de leerlingen dagelijks mee in aanmerking komen. De leerkracht van groep
8 ziet dat ook in. In plaats van het onderwerp te negeren, staat hij er voor open.

Ik hoop vooral les te kunnen geven door optimaal gebruik te maken van de digitale
middelen. Daarbij zou ik vooral willen dat de leerlingen hier mee aan de slag gaan en er zelf
vaardig in worden. Zo zijn de lessen niet leerkracht gebonden, maar leerlinggebonden.

You might also like