Professional Documents
Culture Documents
Schooljaar
2021-2022
Inleiding
Het Maritiem Instituut Mercator is een school die BSO en TSO- richtingen en
Deeltijds Onderwijs aanbiedt. Zowel in het DLT als in het BSO en TSO zullen we
proberen om de leerlingen zo goed als mogelijk voor te bereiden op de arbeidsmarkt
als op een eventuele verderzetting (doorstroom) van de studies naar het Hoger
Onderwijs.
Het diploma dat men in het TSO bij het beëindigen van de studies ontvangt hoeft
geen eindpunt. Het diploma dat men in het 6de jaar BSO en deeltijds onderwijs
behaalt kan dat eventueel wel zijn. Maar ook hier zijn er mogelijkheden om verder
door te stromen.
Om het behalen van het diploma in onze school en een eventuele verderzetting van
de studies zo goed als mogelijk voor te bereiden en optimaal te laten verlopen,
hebben we een evaluatiebeleid opgesteld.
1. TOEPASSINGSGEBIED
Alle activiteiten van het Maritiem Instituut van het onderwijs van de Vlaamse
Gemeenschap ten behoeve van organieke opleidingen secundair onderwijs.
FRM Formulier
KWC Kwaliteitscoördinator
4
DVP Dienstverleningsprocedure
LER Leraren
TA Technisch Adviseur
LLN Leerlingen
ICT-COÖ ICT-coördinator
COÖ Coördinator
LLB Leerlingbegeleider
4. VERANTWOORDELIJKEN
COÖ Plannen van de examenperiodes in overleg met de directie
Opmaken van de examenroosters en opvolgen van het goede verloop
LER Opstellen van de examens
Verslagen klassenraad op smartschool
Afnemen van de examens
Verbeteren van de examens
Punten in score (smartschool)
Geven van feedback
LLN Studeren van de examens
Afleggen van de examens
ICT-COÖ Coördinatie puntenprogramma Score
LLB Bijsturen en remediëren
Brieven met remediëringsmaatregelen: bijsturen en archiveren
• Leerwinst (de leerling krijgt evenredig gespreid over het schooljaar 4 rapporten
met resultaten van taken en toetsen, genoemd dagelijks werk (DW) en 2 rapporten
met de resultaten van het examen (EX));
• Attitudemeeting: binnen ons pedagogisch project vinden we het ook belangrijk om
bepaalde verwachtingen te formuleren wat betreft de attitude die verwacht wordt
in de huidige maatschappelijke context. Hiermee willen we de kansen op de
arbeidsmarkt vergroten. Het attest erkent de inspanningen inzake Stiptheid, Orde,
Discipline en professionele Attitudes van leerlingen gedurende het hele schooljaar
door middel van een SODA-rapport, dat viermaal per schooljaar opgevolgd wordt.
Dit attest bewijst hun inzet en vergroot hun kans op vakantiejobs,
stageplaatsen en vast werk via www.sodaplus.be;
• Stages: praktijk, attitudes, verslaggeving;
• De geïntegreerde proef (GIP) in het zesde jaar TSO – dubbele finaliteit Dek en
Motoren. De beoordeling van de geïntegreerde proef door een jury ‘die een advies
heirover formuleert) maakt een wezenlijk deel uit van de beslissing die de
delibererende klassenraad neemt over je studieresultaten).
Leerkrachten kunnen voor hun vak een afsprakennota (een document met richtlijnen
voor de les i.v.m. evaluatiecriteria, vakattitudes, lessen afstandsonderwijs …) door jou
en je ouders laten ondertekenen om zo de evaluatie nog doorzichtiger te maken.
Vermits een groot deel van de beoordeling gebeurt via taken en toetsen, spreekt het
voor zich dat je die taken en toetsen maakt op het voorziene moment.
Als je een toets niet hebt gemaakt omdat je onwettig afwezig was, maak je met de
leerkracht een nieuwe afspraak op het moment dat je terug op school bent (=
initiatiefplicht). De leerkracht heeft hierin een ondersteunende functie.
Als je een toets niet hebt gemaakt omdat je onwettig afwezig was, bepaalt de leerkracht
wanneer je de toets inhaalt. Je hebt daar geen inspraak in.
Wat?
Een taak uitvoeren is een vorm van zelfstandig werk.
Taken kunnen naargelang de doelstelling zeer verschillende vormen aannemen:
klastaken, huistaken, voortaken, individuele taken, groepstaken, open en gesloten
taken.
Waarom?
Een taak heeft tot doel competenties van leerlingen te activeren door hen te
confronteren met problemen waarbij ze deze competenties gepast kunnen inzetten.
Aan de hand van taken krijgen leerlingen de kans niet enkel kennis of vaardigheden
te reproduceren maar deze ook te construeren en te gebruiken in functie van een
concreet doel. Dit laatste verhoogt de kans dat er écht wordt geleerd aanzienlijk.
Werken met taken heeft ook nog een aantal bijkomende voordelen. Zo zijn er naast
bepaalde taakafhankelijke kennisinhouden of specifieke vaardigheden dikwijls
vakoverschrijdende competenties vereist om tot een goed resultaat te komen. Met
andere woorden: competenties als plannen, doorzetting of nauwkeurig werken
kunnen bij de evaluatie worden betrokken.
Hoe?
Bij het ontwikkelen van een taak is het van belang de volgende criteria in acht te
nemen: bij elke taak dient duidelijk te zijn welk doel men daarmee wil bereiken
(doelgericht). Dikwijls zullen dat één of meer leerdoelen van het vak zijn, maar taken
6
kunnen ook zinvol zijn om bv. relevante voorkennis te activeren, ter oriëntatie op
nieuwe leerstof, om het leerproces te evalueren of om te reflecteren op de mate
waarin de leerdoelen bereikt zijn. In elk geval dient gelegitimeerd te kunnen worden
waarom de (leer)activiteiten die in de taak gevraagd worden van leerlingen relevant
zijn voor het leerproces.
Een goede taak vereist zo weinig mogelijk activiteiten van leerlingen die niet relevant
zijn voor de beoogde opbrengst; een taak dient uitdagend te zijn. Deze moet niet te
moeilijk (uitvoerbaar) maar zeker ook niet te gemakkelijk zijn. Van de leerlingen mag
net iets meer aan kennis en vaardigheden geëist worden dan waar zij tot op dat
moment blijk van moesten geven; een taak moet duidelijk zijn. Niets is zo frustrerend
als voortdurend om verduidelijking te moeten vragen, zeker als tegelijkertijd een
beroep gedaan wordt op de zelfverantwoordelijkheid van de leerlingen; een taak
dient door de leerlingen als interessant en relevant beschouwd te worden. Er moet
geappelleerd worden aan hun nieuwsgierigheid en/of leergierigheid; een taak moet
goed ingebed zijn in andere activiteiten zowel binnen als buiten het vak. Dit betekent
op de eerste plaats dat er een opbouw dient te zitten in de mate van zelfstandigheid
waarop taken een beroep doen om te voorkomen dat het uitvoeren van taken leidt tot
mechanistisch gedrag. Op de tweede plaats moet er sprake zijn van afwisseling in
werkvormen en activiteiten waarmee leerlingen gelijktijdig te maken hebben. Als in
elk vak voortdurend met groepstaken gewerkt wordt die leerlingen als huistaak
moeten uitvoeren, kan er 'taakmoeheid' ontstaan en bestaat het risico dat taken
oppervlakkig gemaakt worden. Ook binnen een vak dienen er niet te veel taken van
hetzelfde type voor te komen; de situatie waarin de taken gemaakt moeten worden
moet voldoende veilig zijn voor de leerlingen om risico's te kunnen nemen. De
manier van begeleiden door de leerkracht speelt daarbij een belangrijke rol.
Leerlingen moeten merken dat er ruimte om fouten te maken geboden wordt.
Daarnaast is het ook belangrijk dat leerlingen succeservaringen kunnen opdoen.
• Bij het niet tijdig indienen van een taak wordt er in skore een '0' genoteerd
met daarbij 'deadline overschreden'.
• Deadline overschreden = 0/10 -> leerling noteert naam op blad met de naam
van de taak en opdracht -> leerkracht noteert '0' voor deze taak op het
takenblad wanneer deze niet wordt gemaakt.
• Nieuwe kans van indienen -> tweede deadline = maximum 2 dagen later
indienen = er kan maximaal nog 80% van het totaal behaalde resultaat
behaald worden. De '0' van de eerste deadline vervalt als de leerling de taak
maakt.
• Bij het totaal niet indienen van de taak kan dit leiden tot een ‘0’.
• Aan het laatste rapport op het eind van het schooljaar wordt het proces verbaal
van de eindbeslissing toegevoegd.
7
Bijsturen en remediëren
De school streeft ernaar dat de leerlingenresultaten bekeken worden als een proces
dat een heel schooljaar lang plaatsvindt en dus voortdurend kan en dient bijgestuurd
te worden waar nodig.
De klastitularis, het leerlingensecretariaat, de leerlingenbegeleiding (LLB), het Centrum
voor Leerlingenbegeleiding (CLB) en de directie staan steeds open voor een gesprek
omtrent remediering en bijsturing. Met behulp van deze feedback kan het leerproces
bijgestuurd worden.
Remediëringsmaatregelen:
• De klassenraad besluit een brief met remediëringsmaatregelen naar de ouders te
sturen. Hiervoor wordt FRM-061 gebruikt.
• Ouders, een leerkracht of een leerling kunnen inhaallessen aanvragen
• De leerkracht, klassenraad en LLB kunnen initiatieven nemen tot het volgen van
inhaallessen.
• Er kan een individueel of klassikaal REM-plan opgesteld worden.
• Wanneer het individueel REM-plan onvoldoende wordt opgevolgd kan er
overgegaan worden naar een REM-contract. Hiervoor wordt FRM-207 Gebruikt.
een REM-proef hetzelfde resultaat wordt behaald. Welke zin heeft dan een REM-
proef?
Anders is het wanneer het gelegen is aan onvoldoende studeren.
Concreet verloop
• Het directieteam plant de examenperiodes op het eind van het schooljaar voor het
komende schooljaar. De coördinator bereidt dit voor.
• Alvorens de COÖ de examenroosters opstelt, bevraagt hij het team op specifieke
noden om het examen optimaal te laten verlopen. Bv. de noodzaak om het
computerlokaal te kunnen gebruiken voor het examen.
• Vervolgens stelt de COÖ de examenroosters op.
• De COÖ verdeelt de examenroosters onder de leerkrachten.
• COÖ plaatst rooster op smartschool.
• De leerkracht stelt de examens op en voorziet deze van punten.
• De COÖ overhandigt de benodigde examens op datum van het examen aan de
betreffende leerkracht.
• De leerkracht neemt examen af.
• De leerkracht verbetert de examens.
• De leerkracht dient de verbeterde examens samen met de modeloplossing en een
puntenlijst in de envelop terug in bij de COÖ die deze enveloppen sorteert per klas
en per vak.
• De leerkracht voert zijn punten in via Skore.
• De resultaten worden besproken tijdens de (delibererende) klassenraad.
• De klassenraad verslagen worden in het leerlingenvolgsysteem ingevoerd.
• De klasleerkracht voorziet de rapporten van commentaar. De vakleerkracht doet
dit ook voor de afzonderlijke vakken.
• De klasleerkracht stelt de brief op met de remediëringsmaatregelen die werden
beslist op de klassenraad. De brieven worden ingevoerd in het
leerlingenvolgsysteem. De brieven worden bewaard in het leerlingenvolgsysteem.
• De klasleerkracht bezorgt de leerling zijn of haar rapport begeleid van de nodige
feedback.
• Herexamens vinden enkel nog plaats in uitzonderlijke omstandigheden en zijn het
gevolg van een autonome beslissing van de delibererende klassenraad.
9
6.PROCESSCHEM A
Deelnemen aan
examens
ja
Voorbereiden,
Organisatie &
afnemen en
verwerking van de
verwerken van de
examens door de Deelnemen aan
examens door de
administratie examens door de
leerkracht
leerling
Recht op herexamen?
neen Uitzonderlijk beslissing
Geslaagd? klassenraad
neen
ja
Resultaat van de
Informeren
examenactiviteit
Laatste
ja leerjaar? neen
7. GERELATEERDE DOCUMENTEN
7 . AR C H I V E R I N G
8. Soorten evaluatie
8.1 Rapportmap
Het rapport is de neerslag van alle bevindingen, het resultaat van een voortdurende
evaluatie van zowel de individuele leerkracht als van het leerkrachtenteam.
De rapportenmap verzamelt gegevens over het leerproces van de leerling over het
lopende schooljaar. Vorige schooljaren blijven raadpleegbaar via ICT-COÖ.
bewuster hieraan werken en deze verder ontwikkelen. Het rapport zou duidelijk moeten
maken wat de leerling goed kan en waar er nog meer moet op ingezet worden.
De ouder krijgt inzicht en informatie over hoe hun kind op onze school functioneert.
Op die manier hopen wij handvaten te geven aan de ouder in de begeleiding van de
schoolloopbaan van hun kind.
Voor de leerlingen zijn de gegevens van het rapport een middel tot het verwerven
van zelfkennis. Bovendien wakkeren ze de studie-ijver aan.
* Voor leerlingen die een GIP (6de jaars Dek en Motoren) afleggen wordt er
een evaluatie/remediëring van het logboek, de deelopdracht en de attitude
bijgevoegd.
Het rapport is dus een neerslag van alle bevindingen van de klassenraad, het
resultaat van een voortdurende evaluatie van zowel de individuele leerkracht als van
het leerkrachtenteam.
▪ Indien een leerling met een geldige reden (attest) niet kan deelnemen aan een
toets of overhoring, dan wordt deze laatste zo vlug mogelijk ingehaald: de
volgende les of op een tijdstip dat met de vakleraar afgesproken wordt;
▪ Indien een taak niet op tijd wordt afgegeven, kan dit leiden tot een “0”;
▪ Als een leerling - om welke reden ook - aan een overhoring, klasoefening of
persoonlijk werk niet kan deelnemen, kan de leerling verplicht worden de
oefeningen of het werk achteraf te maken.
▪ Verbeterde taken en toetsen worden teruggegeven aan de leerlingen en
besproken.
▪ De leerkracht plaatst binnen een termijn van veertien dagen tussen het afnemen
en verbeteren van de toets de behaalde resultaten op Skore.
Het is dus belangrijk dat examens ernstig voorbereid worden. In het eerste jaar helpt
de school de leerlingen hierbij door een paar weken vóór de examens enkele
lestijden te besteden aan het opstellen van een degelijke examenplanning.
De examens worden tweemaal per jaar georganiseerd en het resultaat wordt voor
ieder vak omgezet in een geheel getal van 0 tot 100.
Een leerling moet aan alle examens deelnemen. Zoals in alle omstandigheden zijn
wij erg op eerlijkheid gesteld. Fraude bij de examens kan leiden tot een ‘0’ voor dat
examen.
Kan een leerling met geldige reden niet deelnemen aan één of meer examens, dan
moet de directeur of zijn afgevaardigde hiervan onmiddellijk verwittigd worden. Een
ziekte moet steeds gewettigd worden door een medisch attest. De klassenraad
beslist of de leerling bij afwezigheid de niet gemaakte examens moet inhalen en zo
ja, hoe en wanneer. Dit wordt schriftelijk door de vakleraar of de
leerlingenbegeleiding meegedeeld.
14
In bepaalde leerjaren van TSO en BSO gaat speciale aandacht uit naar de
beoordeling van de stages en van de geïntegreerde proef.
De beoordeling van de geïntegreerde proef door een jury (die een advies hierover
formuleert) maakt een wezenlijk deel uit van de beslissing die de delibererende
klassenraad neemt over de studieresultaten. Ook stage en vakoverschrijdende
projecten worden in de eindbeslissing verwerkt.
8.5 Klassenraad
8.6 Remediëring
9. Leerbegeleiding
15
9.1 Leren-leren
In elk vak wordt voldoende aandacht besteed door het aanbieden van verschillende
methodieken tot het leren verwerken van de leerstof. Bij de lessen die de leerlingen
moeten leren is het heel belangrijk dat ze goed weten wat ze moet leren en hoe ze
die leerstof zullen verwerken.
Ook zullen de leerlingen begeleid worden in het maken van hun huistaken binnen en
buiten de lesuren.
Wanneer de leerling onvoldoende thuis begeleid kan worden kan deze steeds
gebruik maken van de huiswerkklas na de lestijden.
9.2 Examenplanning
Wij willen de examenperiodes zo vlot mogelijk laten verlopen en één van onze
prioriteiten is het verhogen van de slaagkansen bij de examens.
Met dit doel voor ogen organiseert onze school een examenplanning voor de
leerlingen van het eerste jaar. Die leerlingen worden een drietal weken voor de
aanvang van de examens begeleid bij het plannen van het leren voor hun examens.
Alle leerlingen over alle graden heen wordt, voor elke examenperiode, een
uitgeschreven versie van de te leren examenleerstof overhandigd door de
vakleerkracht.
9.3 Remediëring
Tevens worden er door alle vakleraren extra inhaallessen georganiseerd. Dit voor de
ganse klas, of individueel.
Op maandag het 9de lesuur wordt er een extra lesuur wiskunde voorzien.
Op dinsdag het 9de lesuur wordt er een extra lesuur taalondersteuning
voorzien.
Er wordt ook vaak een kans geboden tot een “tweedekanstoets”. Leerlingen krijgen
de mogelijkheid om een slecht resultaat weg te werken door een toets voor een
tweede maal af te leggen. De leraar zelf beslist of deze extra kans al dan niet
aangeboden wordt.
9.4 Leerlingencontact
9.5 Oudercontact
Online of fysiek
Naast het oudercontact kan er steeds een afspraak gemaakt worden met de
vakleerkracht, leerlingenbegeleider en directie.
Wanneer door coronamaatregelen het oudercontact niet kan plaats vinden zal deze
online georganiseerd worden.
9.6 Smartschool
Sinds het schooljaar 2019-2020, naar aanleiding van de lockdown, zijn we gestart
met het gebruik van de Smartschoolschoolagenda. Hier worden de
lesonderwerpen, taken toetsen genoteerd door de vakleerkracht. De leerling noteert
te maken toetsen, taken en opdrachten nog steeds in zijn of haar schoolagenda. De
leerkracht kan hierin ook nota’s, aan- of afwezigheid van een aangeboden bijles
noteren, het ontvangen van een brief, te laat komen, …
Omdat niet alle leerlingen over een computer beschikken heeft de school een oproep
gedaan naar de buitenwereld en heeft via schenkingen extra laptops kunnen
verwerven. Deze kunnen het hele schooljaar door gratis uitgeleend worden.
Daarnaast heeft de school budget vrijgemaakt om extra laptops aan te kopen.
Afhankelijk van de gradatie van hun probleem doen de leerlingen (in samenspraak
met de ouders en leerlingenbegeleiding) hier beroep op. Dit gebeurt in
samenwerking met het CLB. Het individuele handelingsplan van een leerling alsook
een algemene infofiche voor de vakleerkrachten, is terug te vinden op Smartschool.
Ook voor leerlingen met leerbeperkingen (ADHD, ADD, ASS, …) zijn algemene
begeleidingsfiches opgesteld. Dezelfde maatregelen zijn van toepassing. Er is de
mogelijkheid om het examen af te leggen in de begeleidingsklas.
11.1 Inleiding
Heel het schooljaar door worden de leerlingen door de leraren en de begeleidende
klassenraad gevolgd en geëvalueerd. Daarna neemt de delibererende klassenraad
een eindbeslissing over de resultaten van het afgelopen schooljaar.
Deze beslissing wordt in beginsel genomen uiterlijk op 30 juni van het betrokken
schooljaar. Niettemin kan die termijn voor uitzonderlijke én individuele gevallen
worden verlengd tot "uiterlijk de eerste schooldag van het daaropvolgend schooljaar".
11.2 Deliberatiecriteria
11.2.1 Inleiding
In de eerste graad is het vooral belangrijk dat de leerlingen leren studeren, een
efficiënte werkhouding ontwikkelen en de nodige vaardigheden opbouwen om te
leren plannen en verwerken. De nadruk ligt op het dagdagelijkse studeren, plannen
en verwerken van de stof. Vandaar dat het gewicht van dagelijks werk rapporten
gedurende het ganse schooljaar in de eerste graad gelijk wordt gesteld aan dat van
de beide examens.
In het hoger onderwijs ligt de nadruk voornamelijk op de examens. Daarom wordt het
belang van examens ook bij ons groter in de 2de graad, om in de 3de graad zwaarder
door te wegen dan dagelijks werk.
Een tekort voor een Skore-jaartotaal (minder dan 50 %) wordt een jaartekort
genoemd.
Een tekort op het eindexamen (minder dan 50 %) wordt een eindtekort genoemd.
11.2 De criteria
* Bij het toepassen van de criteria wordt zo goed als mogelijk rekening
gehouden met de resultaten van richtingspecifieke vakken en niet-
richtingspecifieke vakken.
* Geen 3 jaartekorten;
* 50 % of meer op jaarbasis.
11.2.4 Redenen die kunnen leiden tot het behalen van een C-attest
OF 3 of meer jaartekorten;
Leerlingen die aan méér dan 1 van de hierboven opgesomde criteria voldoen
behalen een C-attest. Leerlingen die slechts aan één van deze criteria voldoen
kunnen nog besproken worden voor het behalen van een B-attest (met uitzondering
van de 3de graad).
11.2.5 Redenen voor het behalen van een B-attest met gunstig advies
11.2.6 Redenen voor het behalen van een B-attest met ongunstig advies
OF zie 2.2.3
11.2.7 Bezwaar
Tijdens het gesprek kunnen de ouders het dossier inkijken en worden de elementen
aangegeven die hebben geleid tot de genomen beslissing.
11.2.8 Beroep
Als na het overleg met de voorzitter van de delibererende klassenraad (of zijn
afgevaardigde) of nadat de klassenraad opnieuw is samengekomen de betwisting
blijft bestaan, kunnen de ouders binnen de drie werkdagen na het overleg of nadat
de beslissing van de klassenraad hen werd meegedeeld, schriftelijk beroep instellen
bij de algemeen directeur.
Het is wel belangrijk te weten dat de beroepscommissie pas kan worden opgestart
als de ouders gebruik hebben gemaakt van hun recht op overleg met de voorzitter
van de delibererende klassenraad (of zijn afgevaardigde), zoals hierboven onder
punt 4.1. Bezwaar beschreven.
Binnen het GO! zelf is er na deze procedure geen verder beroep meer mogelijk.
23
11.2.10 Annulatieberoep
Als de beroepsprocedure binnen het GO! is uitgeput, kunnen de ouders bij de Raad
van State een annulatieberoep of een verzoek tot schorsing van de tenuitvoerlegging
indienen. Zij hebben hiervoor zestig kalenderdagen de tijd vanaf het moment dat zij
kennis namen van de beslissing van de algemeen directeur of van de klassenraad.
Deze procedure heeft geen opschortende werking. De betwiste beslissing kan dus
onmiddellijk uitgevoerd worden.
- luisteren naar en beoordelen van je antwoorden op vragen die tijdens de les gesteld worden;
- het houden van korte overhoringen of toetsen (aangekondigd of niet aangekondigd) bij het
begin of aan het einde van de les;
- houden van herhalingstoetsen;
- opleggen van oefeningen en (huis)taken.
Leerkrachten kunnen voor hun vak een afsprakennota (een document met richtlijnen voor de les
i.v.m. evaluatiecriteria, vakattitudes ...) door jou en je ouders laten ondertekenen om zo de
evaluatie nog doorzichtiger te maken. De vakgebonden attitudes worden opgenomen in het
rapportcijfer van elk vak.
Als tijdens je afwezigheid een taak of een toets werden gemaakt, moeten die altijd worden
ingehaald. Je hebt initiatiefplicht: je neemt de eerste dag dat je terug op school bent, contact op
met de betrokken leerkracht(en). Indien de leerkracht niet aanwezig is, maak je binnen de vijf
schooldagen een afspraak in verband met het inhalen van de toets of de taak. Bij voorkeur gebeurt
het inhalen op een ogenblik dat je lesvrij bent. Dit kan eventueel op woensdagnamiddag van 13.00
uur tot 15.00 uur, tijdens de middagpauze of ’s avonds na de lessen. Dit wordt telkens in de agenda
vermeld.
De gepresteerde resultaten worden gedurende het hele schooljaar via smartschool via de
module Skore kenbaar gemaakt. Elke leerling ontvangt bij de aanvang van zijn/haar
'schoolcarrière' een persoonlijk account voor dit digitaal leerplatform. Elke ouder ontvangt een co-
account en kan zo de resultaten van zoon en/of dochter mee opvolgen.
Scheiding tussen een disciplinaire en een studiebeoordeling wordt gewaarborgd. Bij een
disciplinaire beoordeling wordt het orde- en tuchtreglement toegepast. Dit is van toepassing als je
het goede verloop van de leeractiviteiten en/of het opvoedingsproject van de school in het
gedrang brengt. Dergelijke gedragingen kunnen geen aanleiding geven tot het aftrekken van
punten op een toets of een examen. Dergelijke gedragingen zullen wel geëvalueerd worden in de
evaluatie van vak- en schoolattitudes.
Je gedrag wordt in alle schoolse situaties beoordeeld. Ook tijdens de studie-uitstappen en andere
door de school ingerichte activiteiten mag er op je gedrag niets aan te merken zijn.
Onze leerlingen krijgen 4 rapporten waarvan één Remediëringsrapport en drie Dagelijks werk
rapporten. Daarbij staan de vakken bij de Dagelijks werk rapporten telkens gequoteerd op 20
punten.
De "3 Dagelijks werk rapporten" geven samen met de examenresultaten een definitief cijfer voor
de berekening van het 'jaarcijfer voor een vak'.
Indien er op een rapportperiode voor één of meerdere vakken geen punten zijn ten gevolge van
vele afwezigheden, onvoldoende gegevens ... dan worden geen punten ingeschreven. Als
vakcommentaar verschijnt: 'Onvoldoende evaluatiegegevens omwille ...'.
25
Hetzelfde geldt indien er geen of onvoldoende evaluaties (= minder dan 3 cijfers, voor één-
uursvakken minder dan 2 cijfers) voor handen zijn ten gevolge van ziekte of gewettigde
afwezigheden waardoor je onvoldoende toetsen of geen inhaaltoetsen hebt gemaakt.
Als op het einde van het schooljaar voor één of meerdere vakken geen punten werden
ingeschreven in één of meerdere reeksen DW, dan kan een leerling in aanmerking komen voor een
herexamen, in overeenstemming met de bepalingen in omzendbrief SO64.
OPGELET:
- ongewettigde afwezigheid bij het afnemen van (een) toets(en) kan aanleiding geven tot een
'0/10' voor deze toets.
Je moet aan alle examens deelnemen omdat de resultaten ervan je inlichten over je mogelijkheden
en de school helpen je beter te evalueren en te oriënteren. Op basis daarvan kunnen we je een
gefundeerd advies in verband met je verdere studiekeuze of andere mogelijkheden geven. Alsook
verder inzetten op een gerichtere remediëring.
Het is dus voor jezelf belangrijk dat je die examens ernstig voorbereidt.
Het spreekt voor zichzelf dat, bij het afleggen van examens, oneerlijkheid en bedrieglijke praktijken
worden bestraft.
Deelnemen
Je moet aan alle examens deelnemen. En zoals in alle omstandigheden zijn wij erg op je eerlijkheid
gesteld. Spieken of fraude bij de examens kan leiden tot een '0' voor de betreffende vraag of voor
het hele examen.
Afwezigheid
Kun je met geldige reden niet deelnemen aan één of meer examens, dan moet de directeur of zijn
afgevaardigde hiervan onmiddellijk verwittigd worden. Een ziekte moet steeds gewettigd worden
door een medisch attest. Dit attest wordt binnen de twee dagen na afwezigheid ingediend. Ten
laatste de dag van het inhaalexamen. De klassenraad - op advies van de betreffende
vakleerkracht(en) - beslist of je bij afwezigheid de niet gemaakte examens moet inhalen en zo ja,
hoe en wanneer. Dit wordt dan schriftelijk aan je ouders meegedeeld. Iedere ongewettigde
afwezigheid bij een examen kan leiden tot '0/100' voor dat examen.
De leerlingen van het 6 TSO Maritieme Technieken Dek en 6 TSO Maritieme Technieken Motoren
ontvangen een reglement in verband met de geïntegreerde proef (GIP).
Dit GIP-reglement wordt aan de ouders of meerderjarige leerling ter ondertekening voorgelegd.
De leerling moet zich vaardig tonen door spontane toepassing van kennis, vaardigheden en
attitudes in een beroepssituatie van de maritieme sector. Hierbij dient men rekening te houden
met het nagestreefde studie- en opleidingsprofiel en dus met de einddoelstellingen van de derde
graad.
De GIP draagt zo bij tot een specifieke studierichtingsgebonden invulling van het leergebeuren op
school en heeft een toegevoegde waarde ten opzichte van de vakgebonden evaluatie. De GIP
wordt gedurende het hele schooljaar geëvalueerd op het rapport en kan aanleiding geven tot niet
slagen.
Dit is van toepassing voor volgende vakken binnen het studiegebied DEK:
veiligheid, stabiliteit, zeekaart, Nederlands en Engels
Dit is van toepassing voor volgende vakken binnen het studiegebied MOTOREN:
veiligheid, elektrotechniek, SM, Nederlands en Engels
Vakleerkrachten en externe juryleden oordelen op basis van de GIP of de leerlingen klaar zijn om
in te stappen in het werkveld van de maritieme sector.
De leerlingen van het 6 TSO Maritieme Technieken Dek en 6 TSO Maritieme Technieken Motoren
die hun GIP niet indienen voor de eindevaluatie, krijgen in juni een uitgestelde beslissing. Zij
moeten hun GIP indienen eind augustus en opnieuw voor de jury hun GIP verdedigen.
In de derde graad van het TSO Maritieme Technieken Dek en TSO Maritieme Technieken Motoren
gaan de leerlingen op stage.
De leerlingen die stage moeten lopen uit 6 TSO Maritieme Technieken Dek en 6 TSO Maritieme
Technieken Motoren , ontvangen tijdig een stagereglement.
Dit stagereglement wordt aan de ouders en/of de meerderjarige leerlingen schriftelijk
meegedeeld.
Vóór aanvang van de stage moeten alle leerlingen deelnemen aan de Basic Safety Training. Dit is
een verplichte activiteit om aan de stage te kunnen deelnemen.
Om te kunnen slagen voor de stage is de duur van de stageperiode minimum 15 dagen per leerjaar
van de derde graad.
De leerlingen van de derde graad TSO Maritieme Technieken Dek en TSO Maritieme Technieken
Motoren kunnen ook “werkplekleren.”
Dit leren op de werkplek kan gebeuren in een (maritiem) bedrijf en/of aan boord van een vaartuig.
Deze activiteiten worden persoonlijk door de directeur ondertekend en aan jou ( als je
meerderjarig bent), je ouders / voogd meegedeeld.
Die activiteiten zijn door de verzekering gedekt.
De stage en het werkplekleren in de maritieme sector zijn wezenlijke onderdelen van de opleiding.
Daarom MOET elke leerling in de 3de graad TSO Maritieme Technieken Dek en TSO Maritieme
Technieken Motoren de stage en het werkplekleren vervolmaken, ook al is het niet deelnemen
aan de stage en het werkplekleren gewettigd door ziekte.
De leerling die niet aan de stage en/of werkplekleren heeft deelgenomen tijdens het schooljaar,
dient zijn stage en/of het werkplekleren in de maanden juli of augustus te realiseren.
Derhalve wordt de eindbeslissing voor betrokken leerling in juni uitgesteld.