Professional Documents
Culture Documents
Naam: Willems
Voornamen: Hendrikus Johannes Wilhelmus (Henk)
Geb. Dat.: 29-07-1961
Adres: Zonder vaste woon/verblijfplaats
Burg. Staat: Alleenstaand
Contactpersonen: -
Doel opname
Fysiek aansterken en behoud en/of vergroten van structuur. Maximale verblijf 4 weken of tot
aan overplaatsing naar Gaarshof.
Beloop
Tijdens zijn klinisch verblijf is dhr. wisselend gestemd. Is gevoelig voor wisselingen in de
cliëntengroep wat hij inadequaat oplost. Hij heeft de neiging om een leidende rol te nemen in
de groep. Hij moet hier echter in worden afgeremd door de begeleiding. Ook medecliënten
pikken niet altijd zijn rol. Dit resulteert keer op keer in conflicten. Wordt dan grof en dreigend,
zowel naar betrokkene als diens omgeving.
Het is moeilijk samen te werken wanneer het gaat om het regie nemen om tot eigen
oplossingen te komen. Hij komt dan afspraken niet na of verwijt de begeleiding bemoeizucht.
Hij lijkt zijn eigen progressie te saboteren. Wanneer b.v. de Gaarshof dichterbij komt, neemt
dit gedrag toe. Hij gebruikt dan meer alcohol en is regelmatig na dronkenschap vervuild van
ontlasting.
Dagelijks functioneren
De nachtrust van dhr wordt bepaald door zijn alcoholgebruik. Bij ‘weinig’ inname slaapt hij
niet goed door en komt meerdere malen een sigaret roken. Geeft aan ‘nooit goed te kunnen
slapen’. Dhr heeft moeite met opstaan. Hij laat zich niet gemakkelijk wekken. Wanneer
eenmaal wakker kost het hem moeite om daadwerkelijk op te staan. Hij klaagt in de ochtend
veelal over pijnklachten aan arm en schouder en hoofd- en buikpijn. Hij kan geagiteerd
reageren wanneer er verwachtingen worden uitgesproken. Corveetaken en het opruimen van
zijn kamer zijn telkens een reden tot conflict. Dhr ontbijt eigenlijk nooit. Drinkt koffie en is in
de ochtend meestal met zijn shag in de tuin te vinden. Douchen is ook een terugkerend
probleem. Bij opname kan dit als een eis worden gesteld, maar eenmaal opgenomen treedt
langzaam vervuiling op. Zijn kleding is ‘smoezelig’ en hij ruikt onfris. Zelf geeft hij aan dat hij
toch gedoucht heeft. Zijn kleding wil hij zelf wassen, maar in de praktijk komt hier niets van.
Een ander argument is dat hij teveel last heeft van arm en schouder. In de middaguren na de
boterham wordt hij actiever. Hij heeft dan meer contact met medecliënten en meestal gaat hij
dan ‘uit huis’. In veel gevallen geeft hij aan dat hij e.e.a. gaat regelen of bij vrienden langs. In
ongeveer de helft van de avonden komt hij onder invloed terug. Zoals gesteld de laatste tijd
steeds meer in deplorabele toestand. Op avonden dat hij ‘in huis’ is, is hij erg sfeerbepalend.
Hij is dominant in de groep, en duldt weinig tegenspraak. Sommige, vooral jonge cliënten
moeten het ontgelden. In veel gevallen geeft hij af op de hulpverlening die het in zijn ogen
‘alleen maar erger’ maken. In een één op één contact is er meer controle over eigen gedrag.
Hij kijkt dan wel eens terug op zijn verlies en raakt verdrietig. “kijk mij nou”, “wat heb ik nog”,
“niemand kijkt naar me om”, “iedereen naait je een oor aan”, “Er komt een moment en dan
stap ik eruit”. Wanneer je hem confronteert met het eigen aandeel in situaties raakt hij in
veel gevallen geagiteerd en “neemt dan mensen mee in de verdoemenis, “Ik zal aan de grote
klok hangen wat jullie zogenaamde hulpverleners allemaal doen om mensen ten gronde te
richten”. “Dan pas krijg ik hulp”. “Ik ben depressief, klootzakken!!”
Clientbespreking
Afgelopen nacht is dhr door politie teruggebracht. Dhr was eerder op de dag vertrokken om
zijn ID te regelen bij de gemeente. Bij terugkomst was hij bijna niet aanspreekbaar en
vervuild door eigen faeces. (dun en lichtgekleurd) Dhr gaf aan zowel alcohol als drugs
(speed en cannabis en Ritalin van een bekende) te hebben gebruikt
1. Je kunt beter inzicht krijgen als je deze casus bekijkt vanuit de systeem
benadering. Wat is systeem benadering en hoe pas je dit toe?
2. Vul voor deze meneer een EWS in en een SCEGS
3. Als je contact opneemt met de Arts communiceer je middels de SBAR. Wat
geeft je precies door