You are on page 1of 2

Massa% CaCO3 in eierschalen Mitchell Raats & Billy Meintjens

Plan van aanpak


In deze proef willen wij er met behulp van een zuur-base titratie achter komen hoeveel procent kalk
er in een eierschaal zit. Dit doen we met de volgende reactievergelijking:

CaCO3 (s) + 2H3O+ (l)  Ca2+(aq) + H2O + CO2 +H3O+ (l)

Door een overmaat zuur toe te voegen kunnen we met een terug titratie bepalen hoeveel H 3O+ heeft
gereageerd in de bovenstaande reactievergelijking en met behulp van de mol verhouding kunnen we
uitrekenen hoeveel kalk er gereageerd heeft. De reactie van de terug titratie luidt als volgt:

H3O+ + OH-  H2O

Eerst zullen we de theorie doorspreken en bepalen welke indicator nodig is, wat de benodigdheden
zijn etc. Hierna zullen we stap voor stap op papier zetten wat ons werkplan is, dit is handig voor ons
om bij de titratie te gebruiken. Daarna zullen we de titratie uitvoeren, 3 keer om zo nauwkeurig
mogelijke resultaten te behalen en te voorkomen dat er fouten worden gemaakt. Hierna kunnen we
het percentage kalk wat wij berekend hebben vergelijken met feitelijk onderzochte waarden en een
conclusie formuleren.

Benodigdheden
- Buret
- Natronloog
- Zoutzuur
- Eierschaal van gekookt ei
- Vijzel
- Weegschaal
- Brander (?)
- Fenoftalein (indicator)
- Erlenmeyer 250 ml
- Horlogeglas
- Pipet met ballon

Werkplan
1. Als eerste spoelen het glaswerk. We spoelen een erlenmeyer 250 ml met demiwater, drogen
hem af, en spoelen hem met zoutzuur. De buret spoelen we met demiwater en daarna een
keer met natronloog. De pipet spoelen we met demiwater en een keer met zoutzuur.
2. Daarna koken we een ei, we pellen de schaal eraf en verpulveren de schaal met behulp van
een vijzel. Met het poeder wat hierdoor ontstaat gaan we werken.
3. We wegen x gram van het poeder af in een horlogeglas en voegen een overmaat zoutzuur
toe met een pipet, we noteren hoeveel van het zoutzuur we hebben toegevoegd.
4. Om het poeder op te laten lossen in het zoutzuur laten we het even staan, duurt dit te lang,
dan verhitten we het kort met de brander.
5. Vervolgens voegen we een paar druppels van de indicator fenoftaleine toe.
6. We vullen de buret met natronloog en lezen de beginstand af, de erlenmeyer met het
mengsel zetten we onder de buret. We druppelen de natronloog erbij tot de kleuromslag van
paars naar kleurloos gaat.
7. We noteren de eindstand van de buret. Hoeveel ml natronloog toegevoegd = hoeveel ml
H3O als overmaat. Dit trekken we af van de hoeveelheid H3O die we aan het begin van de
proef bij onze verpulverde eierschalen hebben toegevoegd en zo krijgen we de hoeveelheid
H3O in de reactievergelijking:

CaCO3 + 2H3O+  Ca2+ + H2O + CO2 + H3O+

De mol verhouding luidt hier 1:2 voor de pijl, dus de helft van de hoeveelheid H 3O+ = de hoeveelheid
CaCO3.

Met deze hoeveelheid berekenen we:

Gram CaCO3 : Gram eierschalen x 100% = massa % kalk in de eierschalen

De hoeveelheid kalk in de eierschaal kan verschillen per kip of per dier door bijvoorbeeld het voer dat
ze krijgen, doordat kalk ontstaat met behulp van calcium. Kippen die legvoer krijgen eten voer dat
rijk is aan calcium, dit voer krijgen groeiende kippen niet. Een zwakke eierschaal bevat weinig calcium
en voor een leggende kip is het belangrijk dat de eierschaal sterk is.

Bron van bovenstaande stukje tekst:

Legvoer voor kippen | Levende Have

You might also like