You are on page 1of 54

1

Wetenschappelijk denken
CONTACT 3

Prof. Dr. Karine Hellemans (titularis)


2

Handboek hoofdstuk 7 & Handouts

Informatielawine
Inhoud
contact 3 Academische vaardigheden

• Bibliometrics & Scientometrics


• Web of Sciences
Centrale rol van primaire en secundaire wetenschappelijke 3
literatuur in de wetenschapsbeoefening

Nieuwe theorieën en inzichten


Articles WETENSCHAPSCOMMUNICATIE Toenemende kennis/inzicht
Short Communications
binnen onderzoeksdomein
Reviews

Hypothese vorming

Bron figuur: Statistical Thinking in Empirical Enquiry


Authors C. J. Wild, M. Pfannkuch
DOI: 10.1111/j.1751
4
About journals and articles…

tijdschrift Tijdschrift / Journal

article (letter, review,


artikel article)
5

publicatie
RESEARCHER/AUTEUR/LEZER RESEARCHER/LEZER/AUTEUR
informatie/boodschap interesse/belang

citatie
referentie publicatie
Citatie: erkenning

In de academische literatuur, is een citatie elke verwijzing naar


een gepubliceerd werk (review, artikel) dat gebruikt wordt als bron RESEARCHER/LEZER/AUTEUR
voor theorie of aangeduid wordt om de claims die gemaakt interesse/belang
worden in de tekst (meestal in de introductie en/of discussie) te
ondersteunen. Een citatie bestaat typisch uit een numerische citatie publicatie
referentie
verwijzing in de tekst (Vancouver stijl), of een meer expliciete erkenning
vermelding van de auteur(s) (Harvard referencing stijl).
6
Basis-structuur van een research article

 Meestal opgebouwd volgens het IMRAD schema


aangeraden door het International Committee of
Medical Journal Editors
 Introduction, Materials and Methods, Results And
Discussion (ook Wijnglasmodel genoemd)
 De opbouw van een onderzoeksartikel volgt in
grote lijnen de empirische cyclus:
 Schetst het probleem en de te testen hypothese (I),
beschrijft de gevolgde methode (M&M), vat de
resultaten samen (R) en plaatst de nieuwe inzichten in
relatie tot eerdere inzichten en artikels (D)
7
Typische structuur A+IMRAD+R

 Abstract. Samenvatting bedoeld om de lezer een idee te geven van de inhoud van het artikel. Een goede samenvatting is dus erg
belangrijk om de aandacht van de lezer te kunnen trekken.
 Introduction. Bevat de algemene achtergrond en de doelstelling van het onderzoek. Er wordt verteld in welk vakgebied het
onderzoek plaatsvindt en welke onderwerpen van belang zijn. Ook wordt er ingegaan op het probleem dat in het vakgebied
bestaat.. Er wordt toegelicht wat er moet worden gedaan om het voorgenoemde probleem op te lossen.
 Materials and Methods. Bespreekt de experimenten en gebruikte methodes in voldoende detail om herhaling toe te laten.
 Results. Bespreekt de resulaten en bevindingen van het onderzoek. Welke gegevens zijn er uit het onderzoek gekomen? Hoe
kunnen deze geïnterpreteerd worden? In dit hoofdstuk wordt vaak gebruik gemaakt van tabellen, grafieken en afbeeldingen om
de resultaten van het onderzoek duidelijk en overzichtelijk weer te geven.
 Discussion. Omvat de conclusie en interpretatie van het onderzoek en plaats dit in verband met de resultaten uit soortgelijk
onderzoek, bespreekt ook de factoren die de betrouwbaarheid van het onderzoek eventueel kunnen beïnvloeden. Er wordt
kritisch naar de eigen bevindingen gekeken. Kunnen de resultaten ook op andere manieren worden opgevat?
 References. De referenties bevatten alle bronnen die er voor het schrijven van het artikel zijn gebruikt en werden geciteerd.
8
Citaties en referenties: enkele rules of thumb

 Citaties komen vooral in de inleiding (introduction) en discussie


 Zelden in de resultaten, of enkel indien strikt noodzakelijk om een concept uit te leggen
 Nooit in de abstract, of in de algemene conclusie

 De referenties die de bibliografische gegevens omvatten van het werk dat geciteerd
werd, komen in (bio)medische artikels bijna altijd achteraan in een aparte lijst te staan
9
Informatielawine: > 36.106 citations in 2023!
 Momenteel (okt 2023) meer dan 36 106 ‘records’ (in 2020
waren dit er sléchts 30 106, in 2022, 34.106)
 ~2x106 citaties (‘records’) per jaar opgenomen in Medline >
pubmed (http://www.ncbi.nlm.nih.gov/pubmed/)
 Bijblijven door te lezen wat er verschijnt is onmogelijk
Informatielawine
 Keuze is noodzakelijk op basis van kwaliteit
in biomedisch  Objectiveren van het begrip kwaliteit mbt tijdschriften:
onderzoek “journal metrics”
 Aantal ‘significante’ tijdschriften is beperkt (tot ± 5500)
 Objectiveren op basis van ‘prestaties & kwaliteit’ van de
hoofdonderzoeker(s)

Price's Law: “25% of scientific authors are


responsible for 75% of published papers”
10
11
Exponentiële groei van wetenschap

 Derek J. de Solla Price


 Little science, big science (1963). New York: Columbia 1665: Philosophical
Transactions of the
University Press. ISBN 0-231-08562-1. Royal Society
 ‘father of scientometrics’
 Onderzoek naar de exponentiële groei van wetenschap
en de halveringstijd van wetenschappelijke literatuur
 Derek de Solla Price’s curve voor het gecumuleerde
aantal wetenschappelijke tijdschriften sinds 1650
 Prognose: 106 wetenschappelijke tijdschriften in het
jaar 2000
13
Kwaliteit van tijdschriften
 Institute for Scientific Information, ISI (= nu Web of Science)
 Scientometrics = het meten en analyseren van wetenschap,
technologie en innovatie, de wetenschappelijke en empirische
studie van wetenschap en haar resultaten
 Bibliometrics = statistische analyse van publicaties zoals
boeken en Wetenschappelijke artikels
 Kwantitatieve analyse van academische literatuur
 Vb: impact factor, H-index, citation index
 Kwalitatieve analyse van academische literatuur, journals,
maar ook onderzoeksinstellingen en universiteiten
 Vb: half-life of cited literature, eigenfactor, college and
university rankings
14
Scientometrics

 Journal Level: impact factor

 Article level: citation index

 Author level: h-index


Garfield’s curve voor het aantal 15
publicerende tijdschriften versus
het relatief aantal publicaties

Conclusies uit de grafiek:


 Slechts 100 tijdschriften (2%, stippellijn)
zijn verantwoordelijk voor 20% van alle
publicaties (review, letters, articles)
 Dus slechts 2% van alle tijdschriften is
verantwoordelijk voor 20% van de 36
miljoen records/items in bijvoorbeeld
pubmed….
 Maw sommige tijdschriften publiceren
enorm veel
 Web of Science (ook gekend als ISI, of Web of Knowledge) is
een online subscriptie-gebaseerde wetenschappelijke citatie
indexing dienst onder Thomson Reuters
 Zoekmachine gebaseerd op citaties
 Geeft toegang tot verschillende cross-disciplinaire databases
vanaf 1900 tot nu
 Omvat > 50.000 wetenschappelijke boeken, 12.000 journals,
Web of Science 160.000 conference proceedings.
http://www.vub.ac.be/BIBLIO/index.html  2014 > 90 miljoen ‘records’ met meer dan een biljoen
geciteerde referenties = grootste toegankelijke
citatiedatabase
 Records geselecteerd op basis van impact evaluaties
 Omvat ook anderstalige publicaties: titel vertaald naar het
Engels

16
Access to Web of Science 17
18
Off campus access to e-sources

 Alternatief, zoals uitgelegd in de les, log in als student op de VUB bibliotheek, en voeg dan de link
toe als een van de favorieten aan je browser, of rechstreeks aan je tabblad. Zo hoef je niet steeds in
te loggen als je van thuis uit werkt
19
Registreer met VUBid en paswoord
20
21
22
23
 Geeft aan hoe vaak een artikel reeds werd geciteerd
 Dit is natuurlijk ook afhankelijk van hoe lang het
artikel reeds gepubliceerd is
 Sommige artikels worden al zeer snel nadat ze
verschenen zijn geciteerd, maar worden niet meer
‘times cited’ geciteerd na enkele jaren, ze hebben een korte
halfwaarde tijd
of
 Andere artikels worden ook vele jaren na hun
‘citations’ oorspronkelijke publicatiedatum nog steeds geciteert
(zie voorbeeld Mangelsdorf et al., 1995)
 Het aantal keer dat een artikel geciteerd wordt is
indicatief voor de relevantie ervan binnen het
onderzoeksgebied (maar dit zegt dus zeker niet alles
over de kwaliteit van dat artikel)

24
25
Impactfactor van een tijdschrift

 Goede tijdschriften zijn diegene waarvan de publicaties, de artikels geciteerd worden


 Het aantal citaties van een tijdschrift wordt uitgedrukt per aantal publicaties

 Elke publicatie draagt dus bij (positief of negatief) tot de impactfactor van het tijdschrift
 Nadelen IF: • IF is afhankelijk van de specialiteit van het tijdschrift en grootte van de onderzoeksgemeenschap
• Gevestigde bladen zijn in het voordeel tov nieuwe

E. Garfield
Eredoctor van de VUB in 1988
Garfield’s curve voor het aantal 26
publicerende en het aantal geciteerde
tijdschriften versus het relatief aantal
publicaties en citaties

Conclusies uit de grafiek:


 Slechts 100 tijdschriften (2%, stippelijn)
zijn verantwoordelijk voor 20% van alle
publicaties
 Slechts 100 tijdschriften (volle lijn) zijn
verantwoordelijk voor meer dan 40%
van alle citaties
 Maw een beperkt aantal tijdschriften
publiceert artikels die in verhouding véél
meer geciteerd worden dan artikels
verschenen in andere tijdschriften
 Dit zijn tijdschriften met een hoge
impact factor
27
Kwaliteit en toegankelijkheid van
wetenschappelijke tijdschriften
28

Snel een tijdschrift beoordelen


op “impact factor”
29
Impact factor
30
Opbouw van de impactfactoren voor enkele 31
domeinen

 Tijdschriften met relatief hoge ‘impact’ zijn


schaars in ieder onderzoeksdomein
 Onderzoekers streven ernaar om te
publiceren in de hoogst gerangschikte
tijdschriften binnen hun domein/categorie
 (Q1, quartiel 1 = 25% beste van het domein)

Vb: 50 ‘endocrinologie’ tijdschriften


25% = 12 journals in Q1
32
Hoe geef je de impact factor van een artikel
correct weer?
A decade of molecular biology of retinoic acid receptors
By: Chambon, P
FASEB JOURNAL,Volume:10,Issue:9, Pages: 940-954,Published July 1996
Impact factor: IF1996 ?????

De impact factor moet steeds de impact factor van het tijdschrift zijn in het
jaar van publicatie van het artikel, dus niet de impact factor van dat tijschrift x-
aantal jaar later, bijvoorbeeld in 2022
33
34
35
De impact factor van het tijdschrift in het jaar 36
dat een artikel werd gepubliceerd

A decade of molecular biology of retinoic acid receptors


By: Chambon, P
FASEB JOURNAL,Volume:10,Issue:9, Pages: 940-954,Published July 1996
Impact factor: IF1997 = 14.692

En dus niet IF2017 = 5.299

Op 20 jaar tijd daalde de impact factor van FASEB dus aanzienlijk


Journal Citation Reports: 37
zoeken naar tijdschriften per categorie
38
40
Eigenfactor
 Eigenfactor geeft weer hoe vaak een tijdschrift
gelezen wordt en wordt berekend op basis van het
total aantal citaties van de artikels in het tijdschrift
over een periode van 5 jaar
 Geeft andere informatie dan de impact factor !
 Impact factor geeft een inschatting over hoe vaak
artikels die in het tijdschrift verschijnen geciteerd
worden > dit is vooral belangrijk voor individuele
wetenschappers die hun werk willen publiceren
 De eigenfactor geeft eerder aan hoe vaak het
volledige tijdschrift wordt gelezen en geraadpleegd
> dit is belangrijk voor bv bibliotheken om te
bepalen of ze het tijdschrift willen aanbieden, en of
er voldoende lezers zullen zijn
41
Web of Science =
een andere manier van zoeken naar informatie
42
Citation Report voor Pierre Chambon
43
H-index
 Een index die zowel de wetenschappelijke
productiviteit als de wetenschappelijke
impact van een wetenschapper kwantificeert

 Een h-index van 25 betekent ruwweg dat die


onderzoeker ongeveer 25 artikels heeft die
gemiddeld meer dan 25 keer geciteerd
werden
44
45
46

tijdschrift artikel auteur

kennisoverzicht Inpact factor Times cited H-index


Eigenfactor
Categorie
Quartiel
47
Google scholar
http://scholar.google.be/

• Sinds 2004

• Omvat peer-reviewed online academic journals,


boeken, conference papers, thesissen en
verhandelingen, preprints, abstracts, technische
rapporten, patenten, presentatie, spreekbeurten, ea

• Geschat op 160 millioen documenten in 2014

• Omvat 80-90% van alle engelstalig gepubliceerde


artikels
48
49
Enkele nadelen Google Scolar

 Kwaliteit: doel is een zo breed en omvangrijk mogelijke “coverage”, doch kwaliteitscontrole


ontbreekt > dit maakt het moeilijk om onderscheid te maken wat relevant is en wat niet, zeker
als beginnend wetenschapper
 Coverage varieert per discipline
 Foutjes in de zoekmachine (sommige karakters worden niet herkend)
 Niet duidelijk hoe vaak de beschikbare informatie ge-updated wordt
 Citatie informatie niet altijd adequaat en correct, en bovendien manipuleerbaar
EMBASE 50
https://www.elsevier.com/solutions/embase-
biomedical-research

 Scopus is een brede bibliografische databank met abstracten en citaties van academische tijdschriften
 Omvat ~ 22.000 titles (tijdschriften) van meer dan 5000 uitgeverijen
 > 20.000 peer-reviewed journals (oa technische wetenschappen, medische wetenschappen, sociale
wetenschappen, kunst en humane wetenschappen)
 Beheerd door Elsevier en enkel toegankelijk mist subsriptie
 Subscriptie wordt evenwel niet ondersteund voor VUB
51

Embase wordt gebruikt door


UGENT
52
3. Cochrane library
http://www.cochranelibrary.com/

 Collectie van gegevensbanken specifiek voor de medische en gezondheidssector


 Basis is de “Collection of Cochrane Reviews”, a databank met systematische reviews en meta-
analyses die de resultaten samenvatten en interpreteren van medisch onderzoek
 Op basis van goed uitgevoerde gecontrolleerde clinical trials
 Sleutelbron voor Evidence-based medicine
 Subscription-based database gepubliceerd door John Wiley & Sons
 Beperkte toegang: enkel de eerste pagina’s en een samenvatting

 Gast college Prof. Filip Cools


53
54

Cochrane biedt enkel toegang mits een


betalende subscriptie, doch het kan altijd zijn
dat de artikels wél toegankelijk zijn via een
andere database (bv PMC)
55
Waarom moeten we dit allemaal weten ?
En ook kunnen, op het examen?

Lezen, studeren, schrijven én rapporteren zijn inherent aan wetenschappelijk


onderzoek
 Verslagen van practica
 Schrijfopdrachten (epistat, EBM2)
 Bachelorproef = zelf een hypothese opstellen
 Wetenschappelijke stages, lijntraject
 Masterproef
 (PhD traject ?)
 Pubmed search – gebruik de booleaanse operatoren correct
 Gebruik Mesch termen om tot juiste omschrijving te komen
 Gebruik Web of science om een idee te krijgen over de
impact van het artikel en de auteurs
 Impact factor van het tijdschrift?
 Aantal citaties ? (indien ouder dan 2 jaar)
Hoe zoek je nu  Of vertrekkend vanuit de referentielijst van een (goed) review
artikel
zelf een ‘goed’  Peer reviewed tijdschrift?
artikel ?  Aantal publicaties laatste auteur? H-factor?
 Aantal publicaties eerste auteur? H-factor?
 Vergeet ook de abstract niet te lezen
 En controleer de inhoud: uiteindelijk is het natuurlijk de
inhoud die het belangrijkst is en die bepaalt of het artikel voor
jouw doeleinden (literatuurstudie, onderzoek, …) geschikt is!

56

You might also like