You are on page 1of 18

Inleiding tot de Vertaalkunde

HC 1
H1: Wat is vertalen? Wat is vertaalkunde?

● Brontekst = de tekst die je gaat vertalen

● Doeltekst = de vertaalde tekst (=de vertaling)

● Brontaal = de taal waaruit je vertaalt

● Doeltekst = de taal waarin je vertaalt

● Bronpubliek = het publiek voor wie de oorspronkelijke tekst bedoeld is

● Doelpubliek = het publiek voor wie de vertaalde tekst bedoeld is

● Broncontext = de culturele context waarin het bronpubliek is ondergedompeld en waaruit ze


zullen putten om de tekst te begrijpen
● Doelcontext = de culturele context waarin het doelpubliek is ondergedompeld en waaruit ze
zullen putten om de vertaalde tekst te begrijpen

Onze definitie van vertalen:


Een activiteit
- Die doelgericht is
- Die ingebed zit in een specifieke, socioculturele, geografische en historische context
- En waarbij je bemiddelt tussen talen en culturen
- Schriftelijk of mondeling

Wat is vertalen?
Roman Jakobson:
- Interlinguaal = vertaling van ene taal naar andere
- Intralinguaal = vertaling binnen dezelfde taal (bv samenvatten, parafraseren, naar dialect
vertalen…)
- Intersemiotisch = vertaling van ene tekensysteem naar het andere (bv emoji’s, symbolen…)

Andere classificaties:
- Volgens modus (spreken, schrijven of gebaren):
o Geschreven vertaling (=vertalen) vs gesproken vertaling (=tolken)
o Vs intermodale vertaling (=waarbij modus van BT verschilt van DT, bv ondertiteling)
o Vs multimodale vertaling (=waarbij doeltekst rekening moet houden met versch
tekensystemen in BT, zoals bv ondertiteling voor slechthorenden)
- Volgens domein
o Algemeen vs gespecialiseerd = bv technisch-wetenschappelijke, economische,
juridische, literaire vertaling
- Oude vs nieuwe vormen van vertalen
o Audiovisueel vertalen
▪ Ondertitelen, dubben, audiodescriptie, voice-over, fansubs
o Lokalisatie
▪ Culturele aanpassing van films, software, apps, reclames…

▪ Houdt rekening met gewoontes, behoeftes, conventies, gevoeligheden van


nieuwe DC
▪ Vb:

o Transcreatie
▪ = creatieve aanpassing van reclame- en marketingcampagnes… voor nieuw
doelpubliek

Waarom is vertalen belangrijk?


Vertalingen hebben bijdragen tot:
- Verspreiding van schrijfconventies
- Ontwikkeling van individuele talen en literaturen
- Verspreiding van wetenschappelijke kennis
- Propagering van religieuze en culturele waarden
- Verspreiding van pol invloed en macht

Opvattingen door de eeuwen heen:


- Vertaling = iets negatiefs, inferieur
o Vertaling is niet origineel
▪ Afgeleid product kan nooit evenwaardig zijn aan origineel
o Oorsprong
▪ Bijbelverhaal over Toren van Babel

● Meertaligheid = goddelijke straf voor menselijke hoogmoed

▪ Oude Griekenland

● Werd veel vertaald

● Maar andere talen = barbaroi

● Schrift is al ‘vertaling’ van de geest, dus vertaling is ‘kopie van kopie’


- Vertalen = iets positiefs
o Biedt toegang tot nieuwe ideeën, ervaringen, werelden
o Bouwt bruggen tss talen en culturen, bevordert begrip en samenwerking
⇨ Conceptualisering v vertaalproces heeft veel te maken met woord dat ervoor gebruikt w

▪ Nederlands: vertalen (taal is intrinsiek)

▪ Fr/Sp/Eng: traduire, traducir, translate => boodschap overbrengen

▪ Duits: übersetzen

Wat is vertaalkunde?
James S. Holmes (1972) bracht discipline in kaart
⇨ Translation Studies

⇨ Geen ‘science’ omdat die term w gebruikt voor exacte wet en ‘studies’ voor humane wet

- Holmes-Toury map

HC 2
H2: Is vertalen (altijd) mogelijk?

Wat moet een vertaler kennen & kunnen?


6 vertaalcompetenties – Pacte 2000
1) Communicatieve vaardigheden in 2 talen, incl talige, discursieve en sociolinguïstische
competenties
2) Extralinguïstische vaardigheden: algemene wereldkennis en domeinkennis
3) Instrumentele-professionele vaardigheden: kennis & knowhow van (ver)taalhulpmiddelen en
professionele hulpmiddelen in het algemeen
4) Psychofysiologische vaardigheden: cognitieve vaardigheden (bv lees- en schrijfvaardigheid,
geheugenvermogen en focus, creativiteit, logisch denken) + attitudes (bv intellectuele
nieuwsgierigheid, doorzettingsvermogen, kritische houding, zelfvertrouwen)
5) Transfervaardigheid: vaardigheid om BT te begrijpen en gem te herformuleren in de DT
terwijl je rekening houdt met functie van de vertaling en kenmerken van DT lezer
6) Strategische vaardigheden: alle procedures, bewust en onbewust, verbaal en niet-verbaal,
die je gebruikt om problemen die je tegenkomt tijdens vertaalproces op te lossen

Wat doet een vertaler eigenlijk?


2 fases:
1) Interpreteert de brontekst
2) Produceert diens interpretatie vd brontekst in de doeltaal voor een doelpubliek

Is vertalen (altijd) mogelijk?


NEE
Taalrelativisme
- De vraag of de taal die we spreken onze blik op de wereld bepaalt
- Wilhelm von Humboldt: taal is kapstok voor ons denken (=cognitie) en bepaalt ghe we naar
de wereld kijken (‘Weltanschauung’)
- Sapir-Whorf hypothese
o Benadrukt rol v zinsbouw, grammatica en woordenschat op cognitie en manier
waarop we realiteit segmenteren en dus interpreteren
- Taal relativeert en vormt ons denken

MAAR
Er zijn een aantal taaluniversalia, zoals:
- Alle talen zijn dynamische, open systemen
- Alle talen hebben 4 semantische klassen: entiteiten, activiteiten, eigenschappen en relaties
- Alle talen hebben psychologische en sociologische functies

JA
- Bv alle talen hebben 4 semantische klassen:
o Entiteiten: bv meisje, bloem, DNA, karaokebar
o Activiteiten: bv werken, afwassen
o Eigenschappen: bv blauw, lekker
o Verbanden: bv in, achter, omdat, wanneer
⇨ Vallen samen met de menselijke ervaringen, maar niet noodzakelijk met formele klassen
zoals substantieven, ww, adj, vnw…
- Alle talen hebben psychologische functies, zoals:
o Uiten: bv Adil is een vriend van mij
o Reageren: bv auw, omg, allez, toe
o Denken: complex en abstract denken gebeurt dankzij taal
- Alle talen hebben sociologische functies, bv:
o Informatieve functie = het gebruik v taal om toehoorder kennis toe te brengen
o Operatieve functie = poging om het gedrag v andere mensen te beïnvloeden
o Expressieve functie = doel is emotie bij toehoorder op te wekken
- Cultureel vlak

Doorslaggevende argumenten voor JA:


- Bijna alle talen hebben de middelen om gelijk welke ervaring of situatie op een vglbare
manier uit te drukken
- Alle taalgebruikers hebben aangeboren creativiteit, flexibiliteit en cognitieve vermogen om
de zgn ‘overweldigende invloed’ die onze L1 heeft op ons denken/gedrag te overschrijven
- Wat is de L1 in een meertalige, hypermobiele wereld?

Limieten van vertaalbaarheid:


- Als taalvorm bet draagt
- Als er sprake is van intertekstualiteit (=het verschijnsel dat literaire teksten echo’s bevatten
van andere (literaire) teksten)
- Als taal verwijst naar zichzelf
- Als taal sociale en geografische diversificatie weergeeft

HC 3
H3: Equivalentie in vertaling

Equivalentie = kernbegrip in de vertaaltheorie- en praktijk


⇨ Controverse rond definitie, relevantie en toepasbaarheid
⇨ = gelijk of gelijkwaardig?

Terug naar het begin (Europa)


Oude Grieken
- Vertaalden veel maar verwezen er nergens naar: andere talen waren barbaroi en schrift was
uiterlijk notitiesysteem van de geest
o Vertaling dus ‘kopie van een kopie’
o Origineel is maatstaaf, VT kan origineel enkel ‘benaderen’
- Eis dat VT ‘equivalent’ moet zijn komt hier vandaan
- Maar equivalent op welk niveau van de tekst? (=> woord, zin, betekenis, effect?)

De Romeinen
- Eersten om vertaalcultuur en -theorie te ontwikkelen
- Wilden toonaangevende werken v Griekse literatuur, filosofie en wetenschap d.m.v. vertaling
‘veroveren’
- Eerste vertaaltheoretisch traktaat in geschiedenis:
o Cicero’s De optimo genere oratorum
o Enorme impact op vertaaltheorie en -praktijk, vooral passage over verschil
‘letterlijke’ en ‘vrije vertaling’

Hieronymus
- Vertaler vd Hebreeuwse Bijbel in het ‘Volkslatijn’
- Pleit voor ‘weergave v een gedachte met een gedachte’ behalve als je het woord van God
vertaalt
- “Paradox vd vertaler”: als je woord voor woord vertaalt, dan klinkt het absurd. Als je iets aan
de formulering of constructie verandert, dan lijkt het alsof je tekort schiet

Renaissance en humanisme
- Zochten inspiratie bij de KO qua inhoud en stijl
o Vertaling moest imitatio zijn: navolging van het antieke ideaal
- La manière de bien traduire d’une langue en aultre van Etienne Dolet
1) De vertaler moet de betekenis (‘sens’) en de inhoud (‘matière’) vh origineel
perfect begrijpen
2) Hij moet een perfecte kennis vd brontaal en de doeltaal hebben
3) Hij mag niet toegeven aan de neiging om woord-voor-woord te vertalen
4) Hij mag de brontaal niet te hard laten doorschrijnen in de doeltaal, zelfs als de
doeltaal artistiek nog onderontwikkeld is
5) Hij moet zorgen voor een aangename verbinding (‘douceur’) vd woorden en de
harmonie van uitdrukking (‘harmonie de langage’), zodanig dat zowel de ziel als
de oren in vervoering raken (‘ravies’)
- Maarten Luther vertaalde het Nieuwe en Oude Testament in de Duitse volkstaal
o Sluit perfect aan bij Cicero en Hieronymus, maar pleit ook voor vrije vertaling vd
heilige teksten => DT en DP zijn het belangrijkste

Ontstaan nationale vertaalstijlen


- Frankrijk
o Les ‘belles infidèles’: radicaal doortrekken van utorator traditie
▪ DT moet zelfde effect uitoefenen op lezers als BT op de zijne

▪ Tekst mag aangepast w aan vereisten vd doelcultuur


- Engeland
o John Dryden: 3 soorten vertalingen
▪ Metaphrase: woord-voor-woord

▪ Paraphrase: nadruk op betekenis maar verliest originele formulering niet uit


het oog
▪ Imitation: “words and sense” w weergegeven “as translator pleases”

▪ Juiste weg: tss metaphrase & paraphrase


- Duitsland
o Friederich Schleiermacher
o Über die verschiedenen Methoden des Übersetzens
▪ Vertalen is vorm v begrijpen, interpreteren

▪ Taal bepaalt de manier v denken

▪ Vertaler kan kiezen uit 2 mogelijkheden

● ‘laat schrijver zoveel mogelijk met rust en beweegt naar lezer toe’ =
naturaliserend vertalen
● ‘laat lezer zoveel mogelijk met rust en beweegt naar schrijver toe’ =
gematigd vervreemdend vertalen
● Is enige optie want alleen zo kan de DT en
doelcultuur zichzelf vernieuwen

Soorten equivalentie
Lexicale equivalentie
⇨ = woordenboekequivalentie
- Wat doe je in het geval dat er meer dan 1 mogelijke vertaling in het woordenboek staat?
- Context moet meegenomen w: 3 mogelijkheden
o Referentiële context = wereldse realiteit waarnaar woord verwijst
o Linguïstische context = omringd door andere woorden die bet kunnen beïnvloeden
o Culturele context
- Waarom vaak geen exacte vertaalequivalent?
o De betekenis v woorden heeft 2 aspecten:
1- Denotatieve/referentiële betekenis
= waar een woord of woordcombinatie naar verwijst in de wlkh
2- Connotatieve betekenis
= gevoelswaarde van een woord/woordencombinatie, persoonlijk of cultureel
bepaald
- Soms ontbreekt het woord/concept volledig in de doeltaal => lexicale leemtes
HC4

Morfosyntactische equivalentie
⇨ Als vertaler zoekt naar gelijkwaardige morfologische of syntactische elementen in de doeltaal

⇨ Formele equivalentie = vertalen wat er staat

⇨ Meestal niet mogelijk


o Bv lidw, m/v, tijden, modaliteit, aspect…
o At in ene taal door grammaticale vorm w uitgedrukt, kan in een andere taal met
lexicale middelen worden weergegeven
▪ Bv I used to play the piano – ik speelde vroeger piano

▪ Bv ik baalde echt – ik was het echt beu

⇨ Morfosyntactische leemtes

Streven naar lexicale en morfosyntactische equivalentie kan ook misplaatst zijn wegens genre
verwachtingen

Betekenisequivalentie
⇨ = semantische equivalentie

⇨ Niet formeel

⇨ = de betekenis vertalen
- Het probleem met vertalen vd betekenis:
1) Betekenis = interactie tss inhoud van tekst en interpretatie v lezer/luisteraar, op haar
beurt bepaald door kennis, verwachtingen, context…
▪ Woorden en zinnen krijgen pas bet door context waarin ze gebruikt w

▪ Interpretatie v lezer in andere context kan heel anders z


2) Klank- of letterpatronen en de woordvolgorde kunnen belangrijker z dan betekenis, of
zelf betekenis dragen, zeker in geval v literaire of creatieve teksten

Pragmatische equivalentie
⇨ De oplossing?
- Een vertaling die rekening houdt met hoe ontvangers een taaluiting ontvangen/interpreteren
in een bep context (cultureel, situationeel, interpersoonlijk…)
- = de bedoeling vertalen
- Beschrijving vd functie v taaluitingen binnen hun context
o Denk steeds “wat bedoelt de brontekst?”
o Bv break a leg = veel succes, ‘t is niks = you’re welcome

TYPES EQUIVALENTIE KUNNEN OVERLAPPEN!!


⇨ Semantische + pragmatische = lots of luck = veel succes
⇨ Formele + semantische + pragmatische = Ik heb mijn been gebroken = I’ve broken my leg

Equivalentietaxonomieën van bekende vertaalwetenschappers


Dynamische equivalentie
⇨ Later ‘functionele equivalentie’ genoemd
- Eugene Nida
o Supervisor grootschalig bijbelvertaalproject na WOII
o 2 vormen v vertalen:
1) Formele correspondentie
= als zoveel mogelijke elementen v grammaticale vorm en
referentiële/connotatieve bet overeenkomen tss taal A en taal B (enkel mogelijk
als culturen en talen dicht bij elkaar staan)
2) Dynamische equivalentie
= als je zelfde effect wil creëren bij doeltaallezer als effect dat door bronuiting w
teweeggebracht
Originele boodschap moet zo “natuurlijk” mogelijk weergegeven w in de DT

Situationele equivalentie
- J.C. Catford
- Betekenis kan niet simpelweg overgebracht w v taal A naar taal B want ze komt tot stand
door wisselwerking tss tekst en context. Het is voor de communicatie cruciale wisselwerking
die moet w gerepliceerd
- Zeer gelijkaardig aan dynamische equivalentie
⇨ Bv hoe vertaal je ‘cross my heart and hope to die’?

Werner Koller
- 5 soorten equivalentie:
1) Denotatieve: als referenten uit BT w behouden in DT
o Bv witte rook uit Wetstraat 16 => White smoke at Wetstraat 16
2) Connotatieve: als doeltaaluiting dezelfde gevoelswaarde heeft als brontaaluiting
o Bv ze aten mosselen met friet => comieron una paella
3) Tekstnormatieve: als in de doeltekst rekening gehouden w met de cultuurspecifieke
normen en conventies vh genre
o Bv Hoogachtend
4) Pragmatische: als effect van doeltaaluiting op doelpubliek equivalent is aan effect v
brontaaluiting op bronpubliek
o Bv Eet smakelijk => bon appétit (MAAR w niet in alle culturen gezegd =>
PRAGMATISCHE LEEMTE)
5) Formeel-esthetische: als de stijlfiguren in BT en DT w behouden (belangrijk in literaire
teksten)
o Bv She splats and slops => ze spettert en spattert

Anderen: Mona Baker en Peter Newmark

Wat is nu de uitdaging voor de vertaler bij dit alles?


Vertaler moet complexe onderhandeling in 2 richtingen uitvoeren
Brontekst ⬄ doelpubliek
Steeds terugkerende vraag voor de vertaler: welke (mate van) equivalentie is voor mij prioritair?
⇨ vertalen is kiezen!!!

HC 5
H4: Vertaaltechnieken

Equivalentie = wat je wil bereiken


Vertaaltechniek = hoe je het bereikt

Roman Jakobson: “Alle cognitieve ervaringen en de indeling ervan zijn in elke bestaande taal over te
brengen. Wanneer er sprake is van een leemte, kan de terminologie worden
aangepast en versterkt door leenwoorden, neologismen of semantische
verschuivingen, en ten slotte door omschrijvingen.”
⇨ Vetgedrukte woorden zijn termen die Jakobson gebruikt als vertaaltechnieken

⇨ In 2 toonaangevende werken uit vroege vertaalwet w ze procédés (Vinay & Darbelnet) en


vertaalverschuivingen (Catford) genoemd

Vinay & Darbelnet


- Stylistique comparée du français et de l’anglais
o Strategie = vertaalpolitiek : wat en hoe er w vertaald (bv letterlijk of vrij; BT- of DT-
gericht)
o ≠ Procedé = specifieke vertaaltechniek om equivalentie te bekomen tijdens het
vertalen van brontekst
▪ 2 basisstrategieën:

● Traduction directe ou littérale (= als letterlijke vertaling mogelijk is)

● Traduction oblique (= als letterlijke vertaling niet mogelijk is)


- 7 procédés
o Emprunt = leenwoord/borrowing
o Calque = leenvertaling “traduction directe”
o Traduction littérale = letterlijke vertaling
o Transposition
o Modulation
o Équivalence “traduction oblique”
o Adaptation
1) Leenwoord = l’emprunt
= als een woord of woordencombinatie uit de BT letterlijk w overgenomen in de DT
- Waarom? Om lexicale, semantische of terminologische leemtes op te vullen en/of om
couleur locale toe te voegen
- Bv: matroeiska, poké, karaoke, tortilla, dollars, riksha, laptop, fansubbing, science-fiction…
- Houdt transcriptie in als BT ander schrift heeft, bv algebra
- Leenwoorden: kunnen betekenisverschuiving ondergaan, en zo ook valse vrienden w (bv
Handy uit Duits)

2) Leenvertaling = calque
= als de brontaaluitdrukking of woordcombinatie woord-voor-woord of morfeem-voor-
morfeem w vertaald, of als de woordvorm aan de DT is aangepast
- Waarom? Om lexicale, semantische of terminologische leemtes op te vullen
- Bv: vlooienmarkt = flea market = marché aux puces ; wolkenkrabber = skyscraper = gratte-ciel
= Wolkenkratzer; standpunt = standpoint = Standpunkt; sms’en; checken

3) Letterlijke vertaling
= woord-voor-woord vertaling v zin of bijzin (lichte aanpassing mag!)
- Wanneer? Enkel mogelijk als talen verwant z en het goed klinkt in de DT
- Bv: I have left my spectacles on the table downstairs
J’ ai laissé mes lunettes sur la table en bas

Waar ben je ?
Où es- tu ?

Deze 3 samen zijn de ‘directe vertaling’


⇨ Is volgens Vinay & Darbelnet streefdoel voor een goede vertaling

⇨ Alleen als directe vertalingen niet aanvaardbaar zijn, mag vertaler toevlucht nemen tot ‘les
traductions obliques’
o Wanneer zijn directe vertalingen niet aanvaardbaar?
Als het onzinnig w, bv He looked the picture of health => il a regardé l’image de la
santé??
Als het structureel en idiomatisch niet kan, bv He looked at the map => il regarda à la
carte

4) Transpositie
= als je een woordsoort (bv zn) vervangt door een andere woordsoort (bv ww) zonder de
betekenis te vervangen
- Waarom? Omdat vertaling anders ongeschikt, onidiomatisch of onzinnig w, bij
morfosyntactische leemtes

5) Modulatie
= als de vertaling verandering v perspectief en/of betekenis inhoudt
- Waarom? Als de vertaling door een direct vertaling ongeschikt, onidiomatisch of onzinnig w
o Verplicht, bv: the time when = le temps où; the book is on the table = het boek ligt
o Of facultatief, bv: it is not difficult to show = il est facile de démontrer
▪ Meer vb in slides

6) Equivalentie
= techniek uitgevoerd bij vertalen van idiomatische uitdrukkingen, formules en
spreekwoorden
- Waarom? Als doeltaal dezelfde situatie beschrijft op andere stilistische of structurele manier
- Bv: keep off the grass = ne marchez pas sur le gazon ; sleep tight = welterusten; I feel like
pizza = Ik heb zin in pizza

7) Adaptatie
= aanpassing van cultureel-specifieke referentie in brontekst
- Waarom? Als deze niet bestaat in de doelcultuur (en je doeltaalgericht wil vertalen)
- Bv: baseball = Tour de France ; carbonnade flamande = shepherd’s pie ; A-levels =
baccalauréat

HC 6

Vinay & Darbelnet maken een verschil tss


- Servitude = verplichte wijziging tov de BT wegens verschil in taalsysteem
- Option = facultatieve wijzigingen ten gevolge vd stijl en persoonlijke voorkeur vd vertaler;
vergt afweging v subtiele betekenisverschillen om best mogelijke vertaalkeuze te vinden
⇨ Het zijn enkel de facultatieve wijzigingen waar de vertaler zich mee moet bezighouden

Extra procédés
Explicitering
- Als je wat impliciet is in de BT expliciet maakt in de DT
o Ze at aan broodje gezond = Sie aß sein gesundes Sandwich mit Gemüse
o We zagen elkaar altijd in de Colruyt = On se rencontrait toujours dans le
supermarché Colruyt
o De doktor = el doctor/la doctora

Generalisering
- Als je een specifiek woord in de BT veralgemeent in de DT
o His scarf was apricot = hij had een oranje sjaal aan
o She was really into K-pop = ze was dol op popmuziek
o Zij droeg zwarte ballerina’s = llevaba zapatos negros
- Hyponiem vs hyperoniem

Compensatie
- Als je het verlies van een BT-effect compenseert door het creëren van een gelijkaardig effect
elders in de DT
o Vaak bij woordspelingen en humor – Dumbledore => Perkamentus; namen in Asterix
o Bv vertaling naar het Engels v dialoog, waarbij gesprekspartners van vous naar tu
gaan => Professor Baker > Mona

Andere theorieën omtrent vertaaltechnieken


Catford 1965
- Translation shifts
o Vertaalverschuiving: focus op effect eerder dan techniek
o Enkel mogelijk als formele equivalentie niet kan
Chesterman 1997
- Memes of translation
- Neemt perspectief in van vertaler, niet onderzoeker
- Let op: noemt vertaalprocédés ‘vertaalstrategieën’
- Verschil tss
o Syntactische vertaalstrategieën: verandering v structuur v zin of deelzin
o Semantische vertaalstrategieën: antonymie, hyperonymie, concretisering
o Pragmatische vertaalstrategieën: om pragmatische equivalentie teweeg te brengen
▪ W vooral toegepast wnr een cultuurspecifiek element, een zgn reale, w
omgezet in cultureel of functioneel equivalent zodat vertaling voldoet aan
normen en kennis vh DP

Manieren om gebruikte vertaaltechnieken te onderzoeken


- Hoe komen vertalers tot de keuzes die ze maken tijdens het proces zelf?
- Onderzoek via Think-Aloud Protocols (TAPs)
o Vertaler moet gedachten luidop zeggen terwijl die vertaaltaak doet, of net daarna
o Onderzoeker neemt op en transcribeert
o Probleem: verandert luidop zeggen het proces zelf?
- Recente ontwikkelingen: gebruik v
o Keystroke logs (houdt alle tikken op toetsenbord bij)
o Eye-tracking

H5: Vertaaluniversalia

Descriptieve vertaalwetenschappen
- Ambitie: op systematische wijze, met onderbouwde methodologie en bruikbare
onderzoeksmethoden, een beschrijvende onderzoekstak te ontwikkelen
o Hoe meer studies, hoe groter kans om algemeen geldende tendensen te
herformuleren => zgn vertaalwetten
- Grote namen in DTS: James Holmes, Gideon Toury, Mona Baker

Gideon Toury
- Wilde vertaalwetten herformuleren
- Methode: kwalitatieve studies waarbij hij bronteksten vgl met hun vertalingen (zgn ‘parallelle
teksten’) obv intuïtie en analyse
- Focus op vertaalproduct
- Formuleerde 2 “wetten”
o Law of growing standardization = vertalingen hebben neiging om meer de
standaardtaal te hanteren dan niet-vertaalde teksten
o Law of interference (kan positief of negatief z) = vertalingen hebben neiging om
talige elementen v brontekst over te nemen

Mona Baker
- Grondlegger CBDTS (Corpus Based Translation Studies)
- Vertalingen en vertaalpraktijk moeten bestudeerd w adhv een representatieve verzameling v
vertalingen in bep taal of cultuur, maw adhv corpora
- ‘wetten’? => universal features of translation, i.e. features that typically occur in translated
text rather than original utterances and which are not the result of interference from specific
linguistic systems
o Maw => vertaaluniversalia z kenmerken die vaker voorkomen in vertaalde teksten
dan in originele uitingen en zijn niet het gevolg van de invloed v een bep brontaal op
de doeltaal
- Vertaaluniversalia volgens Baker:
o Explicitering: vertalingen z explicieter dan BT en niet-vertaalde teksten
o Simplificatie: vertalingen hebben neiging om te vereenvoudigen en ambivalentie op
te lossen
o Normalisatie: vertalingen hebben sterke neiging om conventionele grammatica te
hanteren
o Interferentie: vertalingen hebbe neiging om kenmerken van de BT overdreven te
gebruiken
o Vertalingen hebben neiging om herhalingen in de BT te vermijden, ofwel door ze weg
te laten of te herformuleren

Terugvertaling?

Kritiek op idee v vertaaluniversalia


- Worden ze in elke studie, elk corpus en bij elk vertaalpaar gevonden?
- Ze zijn niet precies genoeg omschreven of gedefinieerd
- Houden ze stand in het tijdperk v machine-vertaling, of w ze juist bestenigd?
- Heeft het wel zin om naar vertaaluniversalia/vertaalwetten te zoeken?

HC 7
H6: Functies in vertaling

Nieuwe ‘functionalistische’ theorieën


⇨ Duitsland jaren 70 & 80
- Functie vd tekst w prioritair
- Vertalen w doelgerichte activiteit
- Ja, vertalingen afgeleid v BT maar kunnen als zelfstandige teksten w beschouwd

Katharina Reiss
- Tekstsoorttheorie
o Keuze om trouw te blijven aan BT of aan verwachtingen v doelpubliek te
beantwoorden, dwz om BT- of DT-gericht te vertalen, hangt af vd tekstsoort die
vertaald moet w
▪ Tekstsoort w bep door functie vd brontekst
o Vertaaleenheid w de BT zelf, het is op het niveau vd tekst dat equivalentie gezocht
moet w
- Tekstsoorten ingedeeld obv hun functie
o Informatieve tekstsoorten (DT-gericht): inhoud staat centraal, DTe moet inhoud
weergeven op zo eenvoudig mogelijke manier en verduidelijken indien nodig
o Expressieve tekstsoorten (BT-gericht): drukken de gevoelens en attitudes uit vd
auteur, vorm staat centraal => DTe moet esthetische vorm en emotie vd BTe
weergeven en perspectief vd BTe auteur innemen
o Operatieve tekstsoorten (zeer DT-gericht): doen een beroep op de lezer om bep
gedrag uit te lokken of lezer te overtuigen, functie staat centraal => DTe moet
gewenste respons uitlokken bij doelpubliek en mag dus aangepast w
- De DT is succesvol naargelang hij belangrijkste functie vd BTe weergeeft
- Vertalen draait niet om de woorden op de pagina maar meer om de communicatieve functie
vd bronuiting
Kritiek op Reiss’ theorie:
- Zijn er maar 3 communicatieve functies?
- Gewenste functie DTe kan anders z dan die vd BTe

Antwoord op Tekstsoorttheorie: skopostheorie (Vermeer)


- Skopos = ‘functie, doel’
- Meest belangrijke aspect vd DTe is zijn functie
- DTe (‘Translatum’) moet geschikt z voor zijn functie, dwz functioneel adequaat, dus een
vertaler moet weten WAAROM een BTe w vertaald en wat de FUNCTIE vd BTe zal z
- Verschil met Reiss: functie vd DTe belangrijker dan functie vd BTe
- Onderliggende regels:
o Translatum w bep door zijn skopos
o Translatum biedt informatie in een doelcultuur en doeltaal over een
informatieaanbod in een broncultuur en BT
o Translatum heeft niet noodzakelijk hetzelfde doel als BT
o Translatum moet intern coherent z (= moet aansluiten bij omstandigheden, kennis
en behoeftes vh doelpubliek)
o Er moet coherentie z tss translatum en BT
⇨ Deze 5 regels werden opgelijst in volgorde v belang
- Belang v skopostheorie:
o De vertaler wil
▪ De betekenis vd BTe getrouw weergeven => Toury “norm vd adequaatheid”

▪ Een tekst schrijven die aan verwachtingen beantwoordt v doelpubliek =>


Toury “norm vd acceptabiliteit”
o Acceptabiliteit overschrijft equivalentie/adequaatheid in skopostheorie!
Kritiek op skopostheorie:
- Aandacht ging vooral uit naar pragmatische teksten zoals reclameboodschappen, brochures…
Wat doe je met literaire teksten?
- Skopostheorie zou vertaler niet praktisch helpen
- Kan vertaler doen wat die wil?

Belangrijkste opgave is om voldoende kennis en info te vergaren over het functioneren vd DTe in de
voorziene gebruikscontext => daarom is ‘translation brief’ zo belangrijk!

Translation Brief
- Grote hulp bij vertaalopdrachten
- Opdrachtgever verduidelijkt verwachting op het gebied v
o Functie vd tekst
o Doelcontext
o Doelpubliek
o Formattering, lay-out
o Deadline
o …

HC 8
H7: Normen in vertaling

Wat zijn vertaalnormen?


Wat is een norm?
- Norm = veronderstellingen en verwachtingen ten aanzien van wat correct, raadzaam en
geschikt is
o Sociale normen = zorgen ervoor dat mensen gedrag vertonen dat binnen gegeven
sociale context als “gepast” beschouwd w
o (ver)taalnormen = werkzaam op gebied van spreken, schrijven, vertalen (want ook
vormen van gedrag)
- W niet vanzelf v bovenaf bep, maar gedragen door leden v gemeenschap zelf
- Expliciet of impliciet
- Kracht v norm kan je aflezen aan kritiek of correctie die je teweegbrengt als je norm
overtreedt

Normen en Genre – Delaere & De Sutter 2019


- =/ taalnormen obv
o Tekstsoorten (bv expressieve of operatieve tekst)
o Genre (bv blogpost, handleiding)
o Niet-talige situationele aspecten (zender, doelpubliek, medium, domein…) (bv
tussentaal, u/jij/gij, passiefvormen, vakjargon,…)
- Zoals we al weten: genrenormen in taal A gelden niet automatisch voor zelfde genre in taal
B, en ze kunnen evolueren

Normen en vertalen – Gideon Toury


- Pionier in de descriptieve vertaalwet
- Onderscheidde =/ normen
o Preliminaire normen = te maken met vertaalbeleid: welke teksten w vertaald binnen
bep taalgebied?
o Bij aanvang v vertaalopdracht moet vertaler basiskeuze maken = initiële norm:
▪ Richt die zich op (normen van) BT en broncultuur of op (normen van) de DT
en doelcultuur
o Operationele normen = keuzes van vertaler: vertaalprocédés, omissies, toevoegingen
enz…
⇨ Descriptieve normen: Toury wilde observeerbaar vertaalgedrag in kaart brengen

Vertaalnormen door de eeuwen heen


Voorbeelden v vertaalnormen uit de geschiedenis:
- Romeinen vertaalden Griekse teksten om Latijnse taal en cultuur te verrijken
- Renaissance: vertalers gezien als knechten die zich beter aan origineel hielden
- Les Belles Infidèles: vertalers v Griekse en Latijnse klassiekers pasten BTen aan volgens
heersende beleefdheidsnormen aan het Franse hof => vloekwoorden en verwijzingen naar
lichaamsfuncties, alcohol, homoseksualiteit of polygamie weggelaten + stijl werd verfraaid,
eleganter gemaakt

Kritiek op Toury
- Toury wil zgn ‘descriptieve’ vertaalnormen identificeren en beschrijven => hij negeert
complexe ideologische en pol factoren die verwerven zitten in vertaalnormen

Belangrijk: (ver)taalnormen (afhankelijk van domein, tekstsoort, genre…) bepaald door cultuur,
maatschappij, tijdsgeest en verworven op school, universiteit, werkomgeving

Hebben vertaalnormen ook te maken met de status van de vertaling (=BT) in de ontvangende cultuur
(=doelcultuur)?
Itamar Even-Zohar: “Vertaalde literatuur bevindt zich in het wijdere ‘polysysteem’ van de literatuur,
en kan zich in het centrum of in de periferie bevinden”

⇨ Positie/status die vertaalde literatuur opneemt binnen het gehele (poly)systeem van de
literatuur bepaalt initiële vertaalnorm, dwz BT of doeltaalgericht
o Als deze status laag is (= in de periferie), zoals in het geval v vertaalde literatuur in
Angelsaksische wereld, dan zal de vertaler drang voelen om DTe te produceren die
sterker aanleunt bij bestaande doelcultuurnormen
- Positie v vertaalde literatuur in de VS/Groot-Brittannië: in de periferie => status laag =>
vertaalnorm: DT- en doelcultuurgericht

⇨ Positie/status die vertaalde literatuur opneemt binnen het gehele systeem vd literatuur
bepaalt initiële vertaalvorm, dwz BT- of DT-gericht
▪ Als deze status hoog is (= in het centrum), zoals in het geval v vertaalde
Engelstalige literatuur in Nederlandstalige context, dan zal de vertaler zich
verplicht voelen om DTe te produceren die sterker aanleunt bij BTe

⇨ Invloed van het Engels op andere talen overbelicht qua lexicon, onderbelicht qua syntaxis,
pragmatiek en op tekstniveau

Vertaalproces = vorm van machtsuitoefening?


Lewis Venuti:
- Uitgeverswereld selecteert wat er gepubliceerd w => enorme macht (“culturele
gatekeepers”)
o En bepalen dus ook wat er vertaald w
- Uitgevers in VS en GB kiezen vooral voor vertalingen die herkenbaar z voor Engelstalige
lezers en dus gemakkelijk geassimileerd kunnen w in doelcultuur
- Literaire vertalers hangen af v opdrachten
- Anglo-Amerikaanse uitgeverswereld profiteert financieel v feit dat Anglo-Amerikaanse
culturele waarden, beelden en ideeën w uitgedragen naar zeer groot buitenlands
lezerspubliek
- In huidige Britse en Amerikaanse cultuur is (literaire) vertaler onzichtbaar
o Is probleem volgens Venuti, want ipv verrijking, verhoogde empathie en groter
platform voor minderheidsstemmen dankzij vertaling => homogenisering +
consolidering v bestaande machtsverhoudingen + minderheidsstemmen w het
zwijgen opgelegd
o Aandacht voor machtsverhoudingen in het vertaalproces => “power turn” in de
vertaalwetenschappen

Hoe kan het vertaalproces heersende macht versterken?


1) Culturele dominantie: door bep teksten, ideeën of literaire werken selectief te vertalen en
anderen niet, kan de heersende macht haar eigen cultuur, ideologieën of waarden
versterken en als superieur presenteren
2) Pol propaganda, censuur en manipulatie : heersende macht kan vertaalproces gebruiken om
informatie te censureren of te manipuleren, waarbij bep passages in teksten w weggelaten,
aangepast of verdraaid om de gewenste boodschap over te brengen, en zo andere
perspectieven te negeren of onderdrukken
3) Legitimeren v autoriteit: door de vertaling v wetten, regelgeving en officiële documenten te
beheersen, kan de heersende macht haar autoriteit en legitimiteit versterken, terwijl
mogelijke kritische, tegenstrijdige en minderheidsperspectieven w onderdrukt =>
kolonialisme

Postkoloniale vertaalwet
⇨ Bestuderen geschiedenis v voormalige koloniën en voormalige Europese koloniale
grootmachten, en vooral het effect v ongelijke machtsverhoudingen tss (ex-)kolonisator en
(ex-)gekoloniseerden
- Vertalen heeft belangrijke rol gespeeld in koloniale periode
o Vertaling v teksten uit Europese talen naar minderheidstalen om inheemse bevolking
te (beschaven’ en ervoor te zorgen dat macht v veroveraars werd geconsolideerd
Tejaswani Niranjana
- Ongelijke machtsstrijd tss lokale talen en ‘the one master-language of our postcolonial world,
English’
- Engels is de taal vd kolonisator en onderdrukker; speelt actieve rol in het propageren v een
ideologisch-gemotiveerd beeld v gekoloniseerde volkeren
- Vertaler moet ‘interventionistische aanpak’ aannemen om koloniale ideologie in de BT bloot
te leggen en te overschrijven
- Vertaalwet tot nu toe veel te eurocentrisch!!!

HC 9
Waar houden de postkoloniale vertaalwetenschappen zich mee bezig?
=> Kijken naar ongelijke machtsverhoudingen tussen Europese talen (en zeker het
Engels) (= de talen van de kolonisator), en de talen met een lagere status (= de
talen van de gekoloniseerde landen en volkeren). In het bijzonder kijken ze hoe deze
ongelijke machtsverhoudingen het vertaalproces beïnvloeden, en hoe vertalingen
hebben geholpen om een westerse, witte en patriarchale ideologie te verspreiden.

Welke aanpak propageren postkoloniale vertaalwetenschappers?


=> Interventionistisch: impliciete vooroordelen van BTe moeten blootgelegd
worden (want taal bepaalt wereldbeeld, cf. Sapir-Whorf)
=> Vertaler moet zichtbaar zijn! (cf. Venuti)

Feministische vertaalwetenschappen
- Sherry Simon (1996): vertaling en gender
o Ziet parallellen tss status van vertalingen en status van vrouwen in maatschappij en
literatuur
o Ziet seksistisch taalgebruik en beelden in vertaaldiscours (bv Les belles infidèles)
o Roept op tot participatieve vertaalcultuur en -praktijk, waar schrijvers en vertalers
samen aan deelnemen en die ervoor zorgt dat het gender van de stem te horen is in
DTe

You might also like