You are on page 1of 14

KALI 03

De oriëntatie
Doelstellingen
• De verschillende noorden kennen.
• Een kaarthoek kunnen berekenen en
toepassen.
• Een azimut kunnen bepalen en toepassen.
• Het kompas kunnen gebruiken.
• De Mil stafkaart kunnen oriënteren

2
Inhoud
1. Oriëntatie
2. Het kompas
3. Oriënteren van de kaart
1. Oriëntatie

• De windroos:
1. Oriëntatie

• De verschillende noorden:
– Geografisch NOORDEN
– Magnetisch NOORDEN
Y
– Cartografisch NOORDEN (Y)
1. Oriëntatie
• Declinatie (ter Info):
– Hoeken tussen de verschillende noorden
– Magnetische declinatie afgemeten naar
vierkantennet
• Hoek tussen :
– Magnetisch noorden
– Cartografisch noorden
• Jaarlijkse verandering
– Vermeld op de kaart
• Westelijk - Oostelijk
1. Oriëntatie
• Declinatie (ter Info):
– Berekenen:
• D = actuele declinatie
• Dv = declinatie van het vierkantennet
• Dj = jaarlijkse declinatie

D = Dv + Dj
1. Oriëntatie
• Azimut en tegenazimut:
– Azimut is de hoek gevormd door het magnetisch
NOORDEN en de te volgen richting.
– Tegenazimut is de tegenovergestelde richting van
het azimut.
• Berekening:
-180°  +180°
+180°  -180°
1. Oriëntatie
• Kaarthoek berekenen:
– Az = azimut
– KH = kaarthoek
– D = declinatie

KH = AZ - D
2. Het kompas
• Beschrijving:
2. Het kompas
• Gebruik:
– Magnetisch NOORDEN bepalen
– Az bepalen van een punt in het terrein
– Volgen van een richting
– Oriëntatie van de kaart
• Beperkingen
• Az bepalen van een punt op kaart
• Az bepalen van een punt op het terrein
3. Oriënteren van de kaart
• Kompas
• De zon
• Uurwerk
• Merkpunten op het terrein
• Poolster
• De maan
Inhoud
1. Oriëntatie
2. Het kompas
3. Oriënteren van de kaart
Doelstellingen
• De verschillende noorden kennen.
• Een kaarthoek kunnen berekenen en
toepassen.
• Een azimut kunnen bepalen en toepassen.
• Het kompas kunnen gebruiken.
• De Mil stafkaart kunnen oriënteren

14

You might also like