Lesvoorbereidingsformulier Fontys Hogeschool Kind en Educatie, Pabo Eindhoven

Bron: Didactisch model van Gelder

Student(e) Evy Steijntjes Mentor Marlieke Wouters

Klas PEH16VD Datum 11-04-2017
Stageschool De Drijfveer Groep 7-8 (groep 7)
Plaats Waalre Aantal lln 14
Vak- vormingsgebied: Taal
Speelwerkthema / onderwerp: Spelling, werkwoorden die eindigen op x

Persoonlijk leerdoel:
- Ik wil ervoor zorgen dat de kinderen betrokken zijn bij mijn les, dit wil ik doen door goede beurten verdeling.
- Ook wil ik mijn grens aan de kinderen duidelijk laten weten. Dit wil ik doen door consequenties te laten volgen wanneer er iemand over mijn grens gaat.

Lesdoel(en): Evaluatie van lesdoelen:

Aan het eind van de les kennen/ kunnen de kinderen: - Aan het eind van de les maken de kinderen een kort dictee, waarin ze lossen
Product doelen: woorden maar ook zinnen moeten schrijven. De kinderen kijken deze van elkaar
- Werkwoorden met een x op het einde in de juiste tijd op de goede na, daarna verbeteren ze hun eigen werk.
manier schrijven. - De kinderen leveren aan het eind van de les hun gemaakte werk in, en de
- De kinderen herhalen klankgroep woorden die zijn aangeboden in leerkracht bekijkt deze nog.
de voorgaande lessen.
Proces doelen:
- De kinderen kennen aan het eind van de les de coperatieve
werkvorm mix en ruil.

Beginsituatie:
De leerlingen in deze klas zijn gewent om met deze methode te werken. De leerlingen weten dus wat ze kunnen verwachten. Ook kan ik in het groepsplan terug
vinden welke leerlingen er sterk en welke leerlingen er zwakker zijn in werkwoordspelling. Er zijn 6 leerlingen die een C of lager (D of E) scoren, aangezien er maar 14
leerlingen in groep 7 zitten ligt het niveau bij een groot deel laag. De kinderen die hierbij horen zijn: T, J, B, G, M en F. 4 leerlingen scoren een B, dit houdt in dat die
leerlingen nog kunnen groeien op dit gebied en dat ik deze leerlingen moet uitdagen om sterker te worden. De leerlingen die dit scoren zijn J, L, B en F. De andere 4
leerlingen, N, Y, J en D scoren een A zij doen wel mee met de instructie omdat er voor de leerlingen nieuwe stof aangeboden wordt. Ik moet er wel rekening mee
houden dat zij de stof sneller beheersen dan de andere leerlingen.

Tijdens mijn vorige lessen heb ik gemerkt dat D en B mijn grenzen aan het opzoeken zijn. In de vorige les zaten zij nog naast elkaar, dit is nu niet meer het kan dus zijn
dat dit al scheelt.
 Lesverloop
Tijd Leerinhoud Didactische handelingen Leeractiviteit Materialen / Organisatie
Leraar leergedrag leerling(en)
5 min. Introductie Ik leg het spel mix en ruil uit aan de kinderen. Ik De leerlingen luisteren eerst naar de uitleg. - Mix en ruil kaartjes
observeer hoe de kinderen het doen. Ik vermeld Daarna lopen de kinderen stil rond met hun kaartje, wanneer
hierbij dat de leerlingen die klaar zijn stil met de leerkracht klapt moeten ze met de dichtstbijzijnde mede
hun handen over elkaar moeten wachten zodat leerling de kaartjes uitwisselen (eerst vertelt n kind het
de leerkracht kan zien wie er klaar zijn. woord en het andere kind moet benoemen bij welke
categorie het hoort, daarna andersom). Wanneer de
leerlingen klaar zijn gaan ze stil en met hun handen over
elkaar staan.
10 min. Instructie De leerkracht laat aan de kinderen een aantal De kinderen denken na over de vragen die de leerkracht - Presentatie met
werkwoorden zien met daarin een x en vraagt stelt. Ook kijken ze mee naar de zinnen op het bord en daarop
aan ze wat alle woorden hetzelfde hebben. krijgen ze om de beurt de tijd om een zin voor te doen. werkwoorden met
Wanneer de kinderen komen op het antwoord Hierbij moeten de kinderen de stappen die ze maken hardop een x
dat in alle woorden een x zit vertelt de zeggen. - Presentatie met
leerkracht aan de kinderen bij welke daarop zinnen
categoriewoorden dit hoort. waarin we nog
Laat daarna een aantal zinnen op het bord zien werkwoorden
waarin we de werkwoorden nog moeten moeten
invullen. De eerste zin doe je helemaal voor. vervoegen.

10 min. Dictee Ik lees twee zinnen op. Eerst helemaal, daarna De kinderen zeggen eerst de zin na die de leerkracht heeft - Dictee schriften
zeggen de kinderen hem na en vervolgens in verteld, daarna schrijven ze de zin op. - Zinnen op het bord
stukjes. Als ze klaar zijn ruilen ze hun schrift met een ander en kijken
ze het na. De fouten die ze maken verbeteren ze, wanneer
ze dat hebben gedaan leveren ze hun schrift in.
Persoonlijke reflectie

Feedback mentor (inclusief handtekening)

Datum: